Sura, Verse

 1   3, 186|   vóór u en van degenen, die afgoderij bedrijven. Maar als gij
 2   6, 22 |      zeggen tot degenen, die afgoderij pleegden: "Waar zijn uw
 3   6, 41 |   Hij dat wil en gij zult uw afgoderij vergeten. ~
 4   6, 81 |  vrezen, terwijl gij zelf uw afgoderij niet vreest waarvoor Allah
 5   6, 148|                 148. Zij die afgoderij bedrijven, zullen zeggen: "
 6   6, 148| hadden wij noch onze vaderen afgoderij bedreven, noch hadden wij
 7   7, 173|      alleen onze vaderen die afgoderij bedreven en wij waren een
 8  30, 13 |      zijn; en zij zullen hun afgoderij verwerpen. ~
 9  31, 13 |     medegoden aan Allah toe; afgoderij is inderdaad een grote ongerechtigheid." ~
10  35, 14 |     Opstanding zullen zij uw afgoderij verwerpen. Niemand kan u (