1-500 | 501-678
Sura, Verse
501 28, 28 | en Allah is Getuige van hetgeen wij zeggen." ~
502 28, 47 | over hen zou komen wegens hetgeen zij verdienen, mogen zij
503 28, 54 | weren, en mededelen van hetgeen waarmee Wij hen hebben voorzien. ~
504 28, 60 | ter versiering er van; en hetgeen bij Allah is, is beter en
505 28, 75 | Waarheid aan Allah behoort. En hetgeen zij plachten te verzinnen
506 28, 77 | 77. Maar zoek door hetgeen Allah u heeft gegeven het
507 29, 13 | worden ondervraagd over hetgeen zij plachten te verzinnen. ~
508 29, 45 | 45. Verkondig hetgeen u in het Boek is geopenbaard,
509 29, 46 | onrechtvaardigen: "Wij geloven in hetgeen ons is geopenbaard en hetgeen
510 29, 46 | hetgeen ons is geopenbaard en hetgeen u is geopenbaard; en onze
511 30, 28 | ondergeschikten deelgenoten in hetgeen waarvan Wij u hebben voorzien,
512 30, 34 | zij ondankbaar worden voor hetgeen Wij hun hebben geschonken.
513 30, 35 | nedergezonden, dat spreekt over hetgeen zij met Hem vereenzelvigen? ~
514 30, 39 | opdat het moge toenemen door hetgeen andere (mensen) bezitten;
515 30, 40 | is Hij en verheven boven hetgeen zij (met Hem) vereenzelvigen. ~
516 30, 41 | gekomen over land en zee door hetgeen de handen der mensen hebden
517 31, 15 | Ik zal u inlichten over hetgeen gij deedt. - ~
518 31, 21 | hen wordt gezegd: "Volgt hetgeen Allah heeft geopenbaard,"
519 31, 26 | 26. Aan Allah behoort al hetgeen in de hemelen en op aarde
520 31, 29 | is goed op de hoogte van hetgeen gij doet. ~
521 32, 4 | de hemelen en de aarde en hetgeen er tussen is in zes dagen
522 32, 14 | Ondergaat de duurzame straf voor hetgeen gij deedt. ~
523 32, 16 | aanroepende en zij doen wel met hetgeen Wij hun hebben geschonken. ~
524 32, 19 | verblijf, als onthaal voor hetgeen zij deden. ~
525 32, 25 | Opstanding onder hen richten over hetgeen waaromtrent zij onderling
526 33, 2 | 2. Volg hetgeen u is geopenbaard van uw
527 33, 5 | gij u vergist, maar wel in hetgeen uw hart zich heeft voorgenomen.
528 33, 38 | bezwaar zijn betreffende hetgeen Allah voor hem geordend
529 33, 51 | tevreden mogen zijn met hetgeen gij haar geeft. En Allah
530 33, 69 | echter zuiverde hem van hetgeen zij zeiden. En hij was in
531 34, 9 | zij dan niet gezien naar hetgeen vóór hen en achter hen,
532 34, 25 | worden ondervraagd omtrent hetgeen gij doet." ~
533 34, 31 | verkondiging niet geloven, noch in hetgeen er aan voorafging." En kondet
534 34, 33 | slechts worden gestraft voor hetgeen zij deden. ~
535 34, 34 | wij willen niet geloven in hetgeen waarmee gij zijt gezonden." ~
536 34, 37 | beloning ontvangen, voor hetgeen zij deden en zullen veilig
537 34, 43 | slechts een man, die u van hetgeen uw vaderen aanbaden, wenst
538 34, 45 | geen tiende bereikt van hetgeen Wij hun gaven - zij verloochenden
539 34, 50 | geleid ben, is het door hetgeen mijn Heer mij heeft geopenbaard.
540 34, 54 | afscheiding) gemaakt tussen hen en hetgeen zij verlangen zoals met
541 35, 29 | heimelijk of openlijk geven van hetgeen Wij hun hebben geschonken,
542 35, 31 | 31. En hetgeen Wij u hebben geopenbaard
543 35, 31 | de Waarheid, vervullend hetgeen voordien (geopenbaard) was.
544 35, 40 | aanroept- Toont mij aan hetgeen zij van de aarde hebben
545 35, 45 | mensen zou straffen voor hetgeen zij doen, zou Hij geen schepsel
546 36, 35 | mogen eten, en genieten van hetgeen hun handen toebereiden.
547 36, 36 | alles in paren schiep van hetgeen op aarde groeit en van hen
548 36, 36 | groeit en van hen zelf en van hetgeen zijn nog niet kennen. ~
549 36, 45 | gezegd: "Behoedt u tegen hetgeen vóór u is en hetgeen achter
550 36, 45 | tegen hetgeen vóór u is en hetgeen achter u is, opdat u barmhartigheid
551 36, 47 | wordt gezegd: "Besteedt van hetgeen Allah u heeft geschonken,"
552 36, 52 | slaapplaatgen gewekt? Dit is hetgeen de Barmhartige heeft beloofd,
553 37, 22 | onrechtvaardigen, hun metgezellen en hetgeen zij aanbaden ~
554 37, 39 | slechts worden vergolden voor hetgeen gij deedt. ~
555 37, 95 | Hij zeide: "Aanbidt gij hetgeen gij zelf hebt uitgebeeld, ~
556 37, 159| Verheven is Allah boven hetgeen zij zeggen. ~
557 37, 180| van Roem en Macht, boven hetgeen zij zeggen! ~
558 38, 17 | 17. Verdraag hetgeen zij zeggen en gedenk onze
559 38, 53 | 53. Dit is hetgeen u beloofd is voor de Dag
560 39, 35 | het loon geven beter dan hetgeen zij verdienden. ~
561 39, 47 | onrechtvaardigen bezaten al hetgeen op de aarde is en nog eens
562 39, 50 | hetzelfde, toch baatte hen hetgeen zij deden niet; ~
563 39, 56 | wat een spijt heb ik over hetgeen waarin ik te kort schoot
564 39, 67 | en verheven is Hij boven hetgeen zij met Hem vereenzelvigen. ~
565 39, 70 | volledig worden beloond voor hetgeen zij deed. En Hij weet het
566 40, 17 | ziel worden beloond voor hetgeen zij heeft verdiend. Geen
567 40, 34 | gij bleeft twijfeles aan hetgeen hij u bracht doch toen hij
568 40, 70 | Degenen die het Boek en hetgeen waarmee Wij Onze boodschappers
569 41, 17 | straf der vernedering, voor hetgeen Zij hadden verdiend. ~
570 41, 25 | duivelen) voor hen aan, die hetgeen vóór hen en achter hen was
571 41, 34 | weerstaat (het kwade) door hetgeen best is. Dan ziet, degene
572 42, 4 | 4. Aan Hem behoort hetgeen in de hemelen en op aarde
573 42, 22 | onrechtvaardigen in vrees zien voor hetgeen zij hebben verdiend op de
574 42, 30 | ook overkomt, het is door hetgeen uw handen hebben gewrocht.
575 42, 34 | kan ze vernietigen: wegens hetgeen zij (de mensen) verdienen -
576 42, 36 | voorziening voor dit leven, en hetgeen bij Allah is, is beter en
577 42, 38 | voor degenen die geven van hetgeen waarmee Wij hen hebben voorzien; ~
578 42, 48 | een kwaad overkomt door hetgeen hun handen hebben bedreven,
579 42, 53 | Het pad van Allah, aan Wie hetgeen in de hemelen en op aarde
580 43, 17 | nieuws wordt gegeven van hetgeen hij over de Barmhartige
581 43, 24 | betere leiding brengen dan hetgeen gij uw vaderen hebt zien
582 43, 26 | voorzeker iets uitstaande met hetgeen gij aanbidt, ~
583 43, 32 | van uw Heer is beter dan hetgeen zij vergaren. ~
584 43, 43 | Houd u daarom vast aan hetgeen u is geopenbaard; gij zijt
585 43, 63 | gekomen opdat ik u iets van hetgeen waarover gij onderling verschilt
586 43, 72 | gegeven (als beloning) voor hetgeen gij deedt. ~
587 43, 82 | Heer van de Troon, boven al hetgeen zij vertellen. ~
588 45, 10 | hel in het vooruitzicht; hetgeen zij verwierven zal hen niet
589 45, 14 | volk moge vergelden voor hetgeen zij verrichten. ~
590 45, 22 | geschapen, zo dat elke ziel voor hetgeen zij verdient vergolden moge
591 45, 28 | gezegd: "Heden zult gij voor hetgeen gij deedt worden beloond. ~
592 45, 33 | hun duidelijk worden en hetgeen zij plachten te bespotten
593 46, 3 | ongelovigen wenden zich af van hetgeen, waardoor zij zijn gewaarschuwd.
594 46, 9 | geschieden. Ik volg alleen hetgeen mij is geopenbaard; en ik
595 46, 14 | vertoeven als beloning voor hetgeen zij plachten te doen. ~
596 46, 19 | er graden overeenkomstig hetgeen zij doen, opdat Allah hun
597 46, 22 | afvallig te maken? Breng hetgeen waarmee gij ons bedreigt
598 46, 24 | zal geven." Neen, dat is hetgeen gij zocht te verhaasten,
599 46, 26 | hen stevig gevestigd in hetgeen waarin Wij u niet hebben
600 46, 26 | van Allah verwierpen en hetgeen waarover zij plachten te
601 47, 2 | goede werken doen en in hetgeen aan Mohammed is ge openbaard,
602 47, 9 | 9. Dat is omdat zij, hetgeen Allah heeft geopenbaard,
603 47, 30 | En Allah heeft kennis van hetgeen gij doet. ~
604 48, 11 | Zij zeggen met hun tong hetgeen niet in hun hart is. Zeg: "
605 48, 11 | Allah is goed onderricht van hetgeen gij doet. ~
606 48, 24 | had gegeven. En Allah ziet hetgeen gij doet. ~
607 49, 6 | naderhand spijt krijgt van hetgeen gij hebt gedaan. ~
608 49, 18 | Waarlijk Allah ziet al hetgeen gij doet. ~~
609 50, 19 | doods komt waarlijk. "Dit is hetgeen gij wildet ontvrluchten." ~
610 50, 23 | metgezel zal zeggen: "Dit is hetgeen bij mij gereed is." ~
611 50, 32 | 32. Dit is hetgeen was beloofd voor een ieder
612 51, 5 | 5. Voorzeker, hetgeen u is beloofd, is waar, ~
613 51, 14 | Ondergaat uw beproeving. Dit is hetgeen gij verhaasttet." ~
614 51, 16 | 16. Nemend hetgeen hun Heer zal geven omdat
615 51, 22 | hemel is uw onderhoud en hetgeen u is beloofd. ~
616 51, 42 | 42. Deze liet van hetgeen hij teisterde niets over
617 52, 16 | is slechts vergolden voor hetgeen gij placht te doen. ~
618 52, 19 | drinkt met genoegen wegens hetgeen gij placht te doen. ~
619 52, 43 | Allah is verheven boven hetgeen zij met Hem vereenzelvigen. ~
620 53, 10 | openbaarde aan Zijn dienaar hetgeen Hij wilde openbaren. ~
621 53, 12 | met hem redetwisten over hetgeen hij heeft gezien? ~
622 53, 31 | 31. En aan Allah behoort hetgeen in de hemelen en hetgeen
623 53, 31 | hetgeen in de hemelen en hetgeen op aarde is, opdat Hij degenen
624 53, 31 | deden moge vergelden voor hetgeen zij hebben gewrocht en opdat
625 53, 36 | Is hem niet verteld over hetgeen in de geschriften van Mozes
626 53, 39 | niet meer kan krijgen dan hetgeen waarnaar hij streeft. ~
627 53, 54 | 54. Zodat hetgeen bedekken kon, hen bedekte. ~
628 54, 52 | 52. En al hetgeen zij deden staat in de geschriften.
629 55, 26 | 26. Al hetgeen is, zal vergaan. ~
630 56, 24 | 24. Als beloning voor hetgeen zij plachten te doen. ~
631 57, 10 | Allah is op de hoogte van hetgeen gij doet. ~
632 57, 23 | niet moogt treuren over hetgeen gij verloren hebt noch juichen
633 57, 23 | verloren hebt noch juichen over hetgeen Hij u heeft gegeven, want
634 58, 3 | is goed op de hoogte van hetgeen gij doet. ~
635 58, 8 | daarna terugkeerden naar hetgeen hun verboden was en heimelijk
636 58, 8 | straft Allah ons niet voor hetgeen uw (tegen de profeet) zeggen?"
637 58, 11 | is goed op de hoogte van hetgeen gij doet. ~
638 58, 13 | is goed op de hoogte van hetgeen gij doet. ~
639 58, 15 | bereid. Slecht is inderdaad hetgeen zij doen. ~
640 59, 6 | 6. Hetgeen Allah van hen als buit aan,
641 59, 9 | behoefte in hun hart aan hetgeen hun gegeven wordt, zij geven
642 59, 18 | iedere ziel acht geven op hetgeen zij voor morgen voorbereidt.
643 59, 18 | Allah is op de hoogte van hetgeen gij doet. ~
644 59, 23 | Verheven is Allah boven hetgeen zij met Hem vereenzelvigen. ~
645 60, 4 | niets uitstaande met u en hetgeen gij buiten Allah aanbidt.
646 60, 10 | vrouwen; maar vraagt om hetgeen gij besteed hebt; en laten
647 60, 10 | en laten zij vragen om hetgeen zij besteed hebben. Dat
648 61, 2 | gelooft, waarom zegt gij hetgeen gij niet doet? ~
649 61, 3 | afkeurenswaardig bij Allah dat gij zegt hetgeen gij niet doet. ~
650 62, 7 | deze nooit wensen vanwege hetgeen hun handen hebben uitgevoerd.
651 62, 8 | Hij zal u inlichten over hetgeen gij placht te doen." ~
652 62, 11 | en laten u staan. Zeg: "Hetgeen bij Allah is, is beter dan
653 63, 2 | mensen van Allah's weg af. Hetgeen zij doen is zeker slecht. ~
654 63, 11 | volkomen op de hoogte van hetgeen gij doet. ~~
655 64, 7 | worden onderricht omtrent hetgeen gij deedt. En dat is gemakkelijk
656 64, 8 | Allah is op de hoogte van hetgeen gij doet. ~
657 65, 7 | zijn, geven overeenkomstig hetgeen Allah hem heeft gegeven.
658 65, 7 | Allah belast geen ziel boven hetgeen Hij haar heeft gegeven.
659 66, 1 | profeet, waarom verbiedt gij u hetgeen Allah voor u wettig heeft
660 66, 6 | niet ongehoorzaam zijn in hetgeen Hij hun beveelt, en volvoeren
661 66, 7 | slechts vergolden worden voor hetgeen gij placht te doen. ~
662 68, 1 | Noen. Bij de pen, en bij hetgeen zij schrijven. ~
663 69, 24 | smakelijk als loon voor hetgeen gij in vroeger dagen hebt
664 69, 41 | van een dichter; nietig is hetgeen gij gelooft. ~
665 70, 39 | hen hebben geschapen uit hetgeen zij weten. ~
666 72, 25 | Zeg hun: "Ik weet niet of hetgeen waarmede gij bedreigd wordt
667 74, 38 | ziel is als een pand voor hetgeen zij doet.
668 75, 13 | Dag worden onderricht over hetgeen hij vooruitzond of achterliet. ~
669 76, 30 | niets anders willen dan hetgeen Allah wil. Voorwaar, Allah
670 77, 7 | 7. Voorwaar, hetgeen u is beloofd moet gebeuren. ~
671 77, 43 | smaak als beloning voor hetgeen gij placht te doen." ~
672 79, 35 | mens zich zal herinneren hetgeen hij heeft gedaan, ~
673 80, 23 | 23. Neen, hij heeft hetgeen Hij hem gebood, niet volbracht. ~
674 83, 14 | 14. Neen, maar hetgeen zij plachten te verdienen
675 83, 17 | hen worden gezegd: "Dit is hetgeen gij placht te loochenen!" ~
676 83, 36 | ongelovigen vergolden voor hetgeen zij plachten te doen! ~~
677 85, 3 | 3. En bij de getuige en hetgeen waarover hij getuigenis
678 100, 9 | zo iemand dan niet, dat hetgeen in de graven is weder zal
1-500 | 501-678 |