1-500 | 501-591
bold = Main text
Sura, Verse grey = Comment text
1 Voo | Geprezen zij Allah de Heer der hemelen en der aarde. ~De
2 Voo | Allah de Heer der hemelen en der aarde. ~De Nederlandse vertaling~
3 Voo | De Nederlandse vertaling der Heilige Koran is sinds 1945
4 Voo | vertalingen. ~De schrijfwijze der Arabische woorden~Een groot
5 Voo | probleem was de schrijfwijze der Arabische woorden, temeer,
6 Voo | de vorm van geschiedenis der vroegere Profeten en hun
7 Voo | lof komt Allah toe de Heer der Werelden."~'s-Gravenhage.
8 1, 2 | Alle lof zij Allah, de Heer der Werelden. ~
9 1, 7 | is nedergedaald, noch dat der dwalenden. ~
10 2, 33 | Waarlijk Ik ken de geheimen der hemelen en der aarde en
11 2, 33 | geheimen der hemelen en der aarde en Ik weet, wat gij
12 2, 87 | versterkten hem met de geest der heiligheid. Telkens als
13 2, 101| bezaten, heeft een gedeelte der mensen van het Boek, Allah'
14 2, 107| niet, dat het koninkrijk der hemelen en der aarde aan
15 2, 107| koninkrijk der hemelen en der aarde aan Allah behoort?
16 2, 113| Maar Allah zal op de Dag der Opstanding uitspraak doen
17 2, 119| gesteld voor de bewoners der hel. ~
18 2, 124| Hij: "Ik zal u tot leider der mensen maken". Abraham vroeg: "
19 2, 131| Ik heb mij aan de Heer der Werelden onderworpen". ~
20 2, 164| Voorwaar, in de schepping der hemelen en der aarde en
21 2, 164| schepping der hemelen en der aarde en in de wisseling
22 2, 164| verspreidt, en in de verandering der winden, en in de wolken
23 2, 174| Vuur. Allah zal op de Dag der Opstanding niet tot hen
24 2, 188| rechters, opdat gij een deel der rijkdommen der mensen in
25 2, 188| een deel der rijkdommen der mensen in zonde kunt verteren,
26 2, 197| 197. De maanden der bedevaart zijn bekend, dus,
27 2, 210| de engelen in de schaduw der wolken tot hen komen en
28 2, 212| verheven zijn op de dag der opstanding: Allah schenkt
29 2, 234| wachten. Wanneer zij het einde der wachtperiode hebben bereikt,
30 2, 246| gij niet van de leiders der kinderen Israëls na Mozes,
31 2, 248| beste van de nalatenschap der volgelingen van Mozes en
32 2, 248| volgelingen van Mozes en der volgelingen van Aäron, (
33 2, 252| Voorzeker, gij zijt één der boodschappers. ~
34 2, 253| versterkten hem met de geest der heiligheid. En indien Allah
35 2, 257| licht. Maar de vrienden der ongelovigen zijn de duivelen,
36 2, 282| aanstaan, zodat, wanneer één der twee vrouwen zich zou vergissen,
37 3, 4 | Allah is machtig, de Heer der Vergelding. ~
38 3, 10 | bezittingen en kinderen der ongelovigen hun tegen Allah
39 3, 46 | leeftijd en hij zal één der rechtvaardigen zijn." ~
40 3, 52 | 52. Toen Jezus hun (der Israëlieten) ongeloof bemerkte,
41 3, 68 | gelovigen; en Allah is de Vriend der gelovigen. ~
42 3, 69 | 69. Een deel der mensen van het Boek zou
43 3, 72 | 72. En een gedeelte der mensen van het Boek zegt: "
44 3, 127| 127. Opdat Hij een deel der ongelovigen kon afsnijden
45 3, 150| Beschermer en Hij is de Beste der helpers. ~
46 3, 151| 151. Wij zullen de harten der ongelovigen met ontzag vervullen
47 3, 151| Vuur en slecht is de woning der overtreders. ~
48 3, 154| over Allah de gedachte der onwetendheid koesterden.
49 3, 156| oorzaak van wroeging in hun (der ongelovigen) hart moge maken.
50 3, 161| oneerlijk handelt zal op de Dag der Opstanding zijn oneerlijke
51 3, 171| en dat Allah de beloning der gelovigen niet verloren
52 3, 180| gierig zijn zal op de Dag der Opstanding als een halsband
53 3, 180| Allah behoort het erfdeel der hemelen en der aarde en
54 3, 180| het erfdeel der hemelen en der aarde en Allah is goed op
55 3, 185| voorzeker zal u op de Dag der Opstanding uw beloning ten
56 3, 189| Allah behoort het koninkrijk der hemelen en der aarde en
57 3, 189| koninkrijk der hemelen en der aarde en Allah heeft macht
58 3, 190| voorzeker in de schepping der hemelen en der aarde en
59 3, 190| schepping der hemelen en der aarde en in de wisseling
60 3, 191| nadenken over de schepping der hemelen en der aarde, zeggende: "
61 3, 191| schepping der hemelen en der aarde, zeggende: "Onze Heer,
62 3, 194| verneder ons niet op de Dag der Opstanding. Voorzeker, Gij
63 3, 196| 196. Laat de bewegingen der ongelovigen in het land
64 4, 3 | zijn bij het behandelen der wezen, huwt dan vrouwen
65 4, 8 | armen bij de verdeling (der erfenis) aanwezig zijn,
66 4, 11 | ouders is er een zesde deel der erfenis, als hij een kind
67 4, 84 | zijn, dat Allah de macht der ongelovigen zal beteugelen
68 4, 87 | zeker bijeenroepen op de Dag der Opstanding, waaromtrent
69 4, 95 | 95. Diegenen der gelovigen die niets doen,
70 4, 95 | niets doen, met uitzondering der onbekwamen, zijn niet gelijk
71 4, 109| voor hen pleiten op de dag der opstanding, of wie zal een
72 4, 114| steekt in de beraadslagingen (der huichelaars) niets goeds;
73 4, 115| die een andere weg dan die der gelovigen volgt, Wij zullen
74 4, 135| gelooft, weest voorstanders der rechtvaardigheid, getuigen
75 4, 159| zijn dood. En op de Dag der Opstanding zal hij (Jezus)
76 4, 169| 169. Dan de weg der hel, waarin zij voor een
77 5, 5 | geoorloofd. Het voedsel der mensen van het Boek is u
78 5, 10 | verwerpen, zullen de bewoners der hel zijn. ~
79 5, 14 | hen ontstaan, tot de Dag der Opstanding. Allah zal hen
80 5, 17 | Allah behoort het koninkrijk der hemelen en der aarde en
81 5, 17 | koninkrijk der hemelen en der aarde en al wat daartussen
82 5, 18 | Allah behoort het koninkrijk der hemelen en der aarde en
83 5, 18 | koninkrijk der hemelen en der aarde en wat daartussen
84 5, 28 | Ik vrees Allah, de Heer der Werelden. ~
85 5, 29 | behoren, dat is de beloning der misdadigers." ~
86 5, 30 | doodde hij hem en werd een der verliezers. ~
87 5, 36 | daarmede van de straf op de Dag der Opstanding vrij te kopen,
88 5, 40 | niet, dat het koninkrijk der hemelen en der aarde aan
89 5, 40 | koninkrijk der hemelen en der aarde aan Allah toebehoort?
90 5, 64 | hen gezaaid tot aan de Dag der Opstanding. Telkens wanneer
91 5, 73 | die zeggen: "Allah is Eén der Drie." Er is geen God dan
92 5, 86 | verloochenen zullen de bewoners der hel zijn. ~
93 5, 95 | Allah is Machtig, de Meester der vergelding. ~
94 5, 99 | plicht van) het overbrengen (der boodschap). En Allah weet,
95 5, 100| gelijk, ofschoon de overvloed der bozen u in verwondering
96 5, 114| want Gij zijt de Beste der onderhouders." ~
97 5, 120| Allah behoort het koninkrijk der hemelen en der aarde en
98 5, 120| koninkrijk der hemelen en der aarde en wat daartussen
99 6, 11 | ziet, wat het einde was der loochenaars." ~
100 6, 12 | Voorzeker Hij zal u op de Dag der Opstanding verzamelen, daaraan
101 6, 14 | dan Allah, de Schepper der hemelen en der aarde, Die
102 6, 14 | Schepper der hemelen en der aarde, Die voedt en niet
103 6, 25 | Dit zijn niets dan fabelen der ouden." ~
104 6, 44 | poorten van alle dingen (der wereld) totdat zij verheugd
105 6, 45 | komt Allah toe, de Heer der Werelden. ~
106 6, 55 | tekenen uiteen opdat de weg der schuldigen openbaar worde. ~
107 6, 57 | uiteen en Hij is de beste der seheidsrechters." ~
108 6, 59 | korrel in de duisternis der aarde, noch iets dat groen
109 6, 71 | bevolen ons aan de Heer der Werelden te onderwerpen." ~
110 6, 75 | Wij Abraham het koninkrijk der hemelen en der aarde, opdat
111 6, 75 | koninkrijk der hemelen en der aarde, opdat hij tot de
112 6, 92 | voorafging, opdat gij de moeder der steden (Mekka) en wat er
113 6, 93 | Deze dag zal u de straf der schande worden toegekend,
114 6, 96 | maan voor het uitrekenen (der jaargetijden). Dat is de
115 6, 101| 101. Wondere Schepper der hemelen en der aarde. Hoe
116 6, 101| Schepper der hemelen en der aarde. Hoe kan Hij een zoon
117 6, 129| wijze maken Wij sommigen der onrechtvaardigen tot vrienden
118 6, 137| manier hebben voor velen der afgodendienaren hun afgoden
119 6, 143| hetgeen de baarmoeders der twee vrouwelijke dieren
120 6, 144| 144. En twee der kamelen en twee der runderen.
121 6, 144| twee der kamelen en twee der runderen. Zeg: "Zijn het
122 6, 144| hetgeen de baarmoeders der twee vrouwelijke dieren
123 6, 147| zeg: "Uw Heer is de Heer der alomvattende Barmhartigheid
124 6, 158| verschijnen of dat enige der tekenen van uw Heer zouden
125 6, 158| Op de dag, wanneer enige der tekenen van uw Heer zullen
126 6, 162| gewijd aan Allah, de Heer der Werelden." ~
127 6, 163| bevolen en ik ben de eerste der Moslims." ~
128 7, 8 | 8. En het wegen (der menselijke daden) zal op
129 7, 32 | voor hen alleen op de Dag der Opstanding." Zo verklaren
130 7, 40 | zo vergelden Wij de daden der schuldigen. ~
131 7, 54 | Gezegend is Allah, de Heer der Werelden. ~
132 7, 61 | boodschapper van de Heer der Werelden." ~
133 7, 67 | boodschapper van de Heer der Werelden." ~
134 7, 97 | 97. Zijn de bewoners der steden veilig voor de komst
135 7, 101| Zo zegelt Allah het hart der ongelovigen. ~
136 7, 104| boodschapper van de Heer der Werelden." ~
137 7, 116| betoverden zij de ogen der mensen en deden hen vrezen
138 7, 121| Wij geloven in de Heer der Werelden." ~
139 7, 142| beheer wel en volg de weg der onruststokers niet." ~
140 7, 143| tot U en ik ben de eerste der gelovigen." ~
141 7, 145| weldra de verblijfplaats der overtreders tonen. ~
142 7, 146| geloven, en als zij het pad der rechtvaardigheid zien zullen
143 7, 146| maar indien zij het pad der dwaling zien, zullen zij
144 7, 158| aan Wie het koninkrijk der hemelen en der aarde behoort.
145 7, 158| koninkrijk der hemelen en der aarde behoort. Er is geen
146 7, 167| zouden kwellen tot de dag der Opstanding. Voorzeker, uw
147 7, 170| voorzeker Wij doen de beloning der goeden niet verloren gaan. ~
148 7, 172| getuigen" zodat gij op de Dag der Opstanding niet zoudt zeggen: "
149 7, 185| Hebben zij het koninkrijk der hemelen en der aarde en
150 7, 185| koninkrijk der hemelen en der aarde en alle dingen die
151 7, 196| En Hij is de Beschermer der goeden. ~
152 8, 7 | 7. En toen Allah u één der twee partijen beloofde dat
153 8, 7 | bevestigen en de levenswortel der ongelovigen afsnijden. ~
154 8, 12 | boezem ontzag in de harten der ongelovigen. Slaat daarom
155 8, 31 | Dit zijn niets dan fabelen der ouden." ~
156 8, 41 | aan Onze dienaar op de dag der onderscheiding nederzonden,
157 8, 50 | wanneer de engelen de ziel der ongelovigen wegnemen, hun
158 8, 62 | met Zijn hulp en met die der gelovigen, ~
159 8, 64 | voor u en voor diegenen der gelovigen die u volgen. ~
160 8, 65 | zijn zullen zij duizend der ongelovigen verslaan, omdat
161 9, 1 | boodschapper tegenover degenen der afgodendienaren met wie
162 9, 4 | uitzondering van diegenen der afgodendienaren met wie
163 9, 6 | 6. En als één der afgodendienaren u om bescherming
164 9, 34 | gij die gelooft, velen der priesters en monniken verteren
165 9, 34 | monniken verteren de rijkdommen der mensen door valse middelen
166 9, 35 | waarop het (geld) in het Vuur der hel verhit zal worden en
167 9, 36 | 36. Het aantal der maanden is volgens Allah'
168 9, 52 | verwacht voor ons niets dan een der beide goede dingen (overwinning,
169 9, 63 | vijandig gezind is het Vuur der hel wacht, waarin hij zal
170 9, 68 | de ongelovigen het Vuur der hel, waarin zij zullen vertoeven.
171 9, 72 | heerlijke woonplaatsen in tuinen der eeuwigheid. En het behagen
172 9, 81 | de hitte." Zeg: "Het Vuur der hel is heter." Konden zij
173 9, 100| vooruitstrevenden en de eersten der Migranten en Hulpgevers
174 9, 109| dat met hem in het Vuur der hel zal storten? En Allah
175 9, 113| afgodendienaren) het volk der hel zullen zijn. ~
176 9, 116| aan Wie het koninkrijk der hemelen en der aarde behoort.
177 9, 116| koninkrijk der hemelen en der aarde behoort. Hij schenkt
178 10, 5 | verordende, zodat gij het getal der jaren en het berekenen (
179 10, 9 | hen stromen in de tuinen der zaligheid. ~
180 10, 10 | komt Allah toe, de Heer der Werelden." ~
181 10, 12 | aangeroepen. Zo werd in de ogen der buitensporigen schoonschijnend
182 10, 37 | van de Wet door de Heer der Werelden, daaraan is geen
183 10, 46 | 46. En als Wij u sommige der dingen, waarmede Wij hen
184 10, 60 | Allah verzinnen van de Dag der Opstanding? Voorzeker, Allah
185 10, 74 | verzegelen Wij het hart der overtreders. ~
186 10, 81 | Voorwaar, Allah laat het werk der kwaadstichters niet gedijen." ~
187 10, 89 | bestendig en volgt niet het pad der onwetenden." ~
188 10, 92 | waarlijk, het merendeel der mensen is achteloos ten
189 10, 93 | Voorzeker, uw Heer zal op de Dag der Opstanding onder hen richten
190 10, 98 | verwijderden Wij de straf der schande in het tegenwoordige
191 11, 27 | 27. De leiders der ongelovigen onder zijn volk
192 11, 40 | gebod kwam en de bronnen der aarde spoten, zeiden Wij: "
193 11, 45 | waar en Gij zijt de Rechter der rechters." ~
194 11, 60 | deze wereld en op de dag der Opstanding. Ziet! de Aad
195 11, 98 | 98. Hij zal op de Dag der Opstanding voor zijn volk
196 11, 99 | in dit leven en op de Dag der Opstanding een vloek opgelegd.
197 11, 115| voorzeker, Allah doet het loon der rechtvaardigen niet verloren
198 11, 120| 120. En de tijdingen der boodschappers verhalen Wij
199 12, 5 | is een openlijke vijand der mensen." ~
200 12, 6 | verkiezen en u de verklaring der dingen onderwijzen en Zijn
201 12, 21 | Wij hem in het verklaren der dingen mochten onderwijzen.
202 12, 46 | 46. "O, Jozef! gij man der waarheid, leg ons de betekenis
203 12, 64 | en Hij is de Genadigste der genadigen. ~
204 12, 82 | 82. 'En vraag het volk der stad waarin wij waren en
205 12, 90 | is - Allah doet het loon der goeden nooit verloren gaan." ~
206 12, 92 | vergeven, Hij is de Genadigste der genadigen." ~
207 12, 101| onderwezen. O, Schepper der hemelen en der aarde, Gij
208 12, 101| Schepper der hemelen en der aarde, Gij zijt mijn Beschermer
209 12, 109| slechts mensen uit de inwoners der steden, die Wij inspireerden.
210 13, 14 | bereiken. En het aanroepen der ongelovigen gaat slechts
211 13, 16 | 16. Zeg: "Wie is de Heer der hemelen en der aarde?" Zeg: "
212 13, 16 | is de Heer der hemelen en der aarde?" Zeg: "Allah." Zeg: "
213 13, 23 | 23. Tuinen der eeuwigheid. Zij en degenen
214 13, 33 | gezegde? Neen, maar het plan der ongelovigen is voor hen
215 13, 36 | geopenbaard. En er zijn sommige der partijen die er een gedeelte
216 13, 40 | 40. Of Wij u sommige der dingen doen zien waarmede
217 13, 40 | alleen) de verkondiging (der boodschap) en op Ons de
218 14, 10 | twijfel over Allah, Schepper der hemelen en der aarde? Hij
219 14, 10 | Schepper der hemelen en der aarde? Hij roept u, opdat
220 14, 37 | mogen houden. Stem het hart der mensen gunstig voor hen
221 14, 47 | voorzeker Almachtig, Heer der Vergelding. ~
222 15, 12 | doen Wij dat in het hart der schuldigen binnendringen. ~
223 15, 13 | hoewel er het voorbeeld der vroegere volkeren is geweest. ~
224 15, 67 | 67. En de mensen der stad kwamen verheugd. ~
225 16, 24 | Het zijn slechts fabelen der ouden." ~
226 16, 25 | 25. Dat zij op de Dag der Opstanding hun last ten
227 16, 25 | mogen dragen en een gedeelte der last van degenen die zij
228 16, 27 | Dan zal Hij hen op de Dag der Opstanding vernederen en
229 16, 29 | Gaat daarom de poorten der hel binnen en vertoeft er
230 16, 29 | vertoeft er in. Het tehuis der hovaardigen is slecht. ~
231 16, 30 | is nog beter. Het tehuis der godvrezenden is inderdaad
232 16, 31 | 31. Tuinen der eeuwigheid zullen zij binnengaan,
233 16, 36 | en ziet wat het einde was der loochenaars. ~
234 16, 67 | 67. En van de vrucht der dadelpalmen en druiven maakt
235 16, 92 | beproeft u daarmee en op de Dag der Opstanding zal Hij het u
236 16, 124| verschilden; en op de Dag der Opstanding zal uw Heer voorzeker
237 17, 13 | hals gehangen; en op de Dag der Verrijzenis zullen Wij voor
238 17, 27 | verkwisters zijn de broeders der duivelen en de duivel is
239 17, 40 | dochters gekozen uit het midden der engelen? Voorzeker gij spreekt
240 17, 58 | Wij zullen die voor de Dag der Opstanding verdelgen of
241 17, 62 | Indien Gij mij tot de Dag der Opstanding uitstel verleent,
242 17, 97 | hen verzamelen op de Dag der Opstanding, op hun aangezicht,
243 17, 100| Indien gij de schatten der barmhartigheid van mijn
244 17, 102| niemand anders dan de Heer der Hemelen en der aarde deze
245 17, 102| dan de Heer der Hemelen en der aarde deze tekenen heeft
246 18, 12 | op, om te beproeven welke der twee partijen wijzer was,
247 18, 14 | zeiden: "Onze Heer is de Heer der hemelen en der aarde. Nimmer
248 18, 14 | is de Heer der hemelen en der aarde. Nimmer zullen wij
249 18, 26 | Hem behoren de geheimen der hemelen en der aarde, hoe
250 18, 26 | geheimen der hemelen en der aarde, hoe Ziende is Hij
251 18, 30 | voorwaar, wij doen de beloning der goeden niet verloren gaan. ~
252 18, 31 | dezulken zijn de Tuinen der eeuwigheid, waardoor beken
253 18, 32 | En geef hun de gelijkenis der twee mannen. Voor een hunner
254 18, 33 | 33. Elk der tuinen bracht vruchten voort
255 18, 45 | nederzenden, waardoor de planten der aarde volop groeien en daarna
256 18, 50 | Iblies niet. Hij was één der djinn, derhalve was hij
257 18, 50 | zijn? Slecht is het loon der onrechtvaardigen. ~
258 18, 51 | getuigen van de schepping der hemelen en der aarde, noch
259 18, 51 | schepping der hemelen en der aarde, noch van hun eigen
260 18, 55 | dat zij vragen) dat de weg der voorvaderen over hen kome
261 18, 105| verloren gegaan en op de Dag der Verrijzenis zullen Wij geen
262 19, 23 | 23. En de smarten der bevalling dreven haar naar
263 19, 39 | waarschuw hen voor de Dag der Smart wanneer het oordeel
264 19, 61 | 61. Tuinen der eeuwigheid, dat is een belofte
265 19, 65 | 65. Hij is de Heer der hemelen en der aarde en
266 19, 65 | is de Heer der hemelen en der aarde en al hetgeen hier
267 19, 95 | 95. En op de Dag der Opstanding zal elk hunner
268 20, 74 | schuldige, hem wacht de (straf der) hel: hij zal daarin sterven
269 20, 75 | zullen de hoogste graden der gelukzaligheid ontvangen. ~
270 20, 76 | 76. Tuinen der eeuwigheid waar doorheen
271 20, 100| zal afwenden zal op de Dag der Opstanding de last hiervan
272 20, 101| last zal voor hen op de Dag der Herrijzenis ondraaglijk
273 20, 120| ik u voeren tot de Boom der Eeuwigheid, en een koninkrijk
274 20, 124| omstandigheden leven en op de Dag der Opstanding zullen Wij hem
275 20, 130| toekomt voor het opgaan der zon en voor haar ondergang
276 21, 44 | zij met dat Wij het land (der ongelovigen) bezoeken, het
277 21, 46 | En indien een ademtocht der kastijding van uw Heer hen
278 21, 47 | En Wij zullen weegschalen der gerechtigheid instellen
279 21, 47 | gerechtigheid instellen op de Dag der Opstanding, zodat geen enkele
280 21, 75 | barmhartigheid op, want hij was een der rechtvaardigen. ~
281 21, 83 | en Gij zijt de Genadigste der genadigen." ~
282 21, 89 | alleen en Gij zijt de Beste der erfgenamen." ~
283 21, 97 | nadert, dan ziet, de ogen der ongelovigen zullen verstard
284 21, 98 | aanbidt, zult de brandstof der hel zijn. Daartoe zult gij
285 22, 9 | deze wereld en op de Dag der Verrijzenis zullen Wij hem
286 22, 17 | tussen hen richten op de Dag der Opstanding, want Allah is
287 22, 18 | het vee en een groot deel der mensen; maar toch valt nog
288 22, 30 | Vermijdt derhalve de onreinheid der afgodsbeelden en vermijdt
289 22, 58 | voorzeker Allah is de Beste der Voorzieners. ~
290 22, 69 | onder u richten op de Dag der Opstanding over datgene
291 22, 72 | bespeuren op het gezicht der ongelovigen. Bijna zouden
292 22, 75 | boodschappers uit het midden der engelen, eveneens uit het
293 22, 75 | eveneens uit het midden der mensen. Voorzeker, Allah
294 23, 16 | 16. En op de Dag der Verrijzenis zult gij worden
295 23, 27 | bevel komt en de oppervlakte der aarde overstroomt, neem
296 23, 33 | overvloed (van het goede der aarde) hadden gegeven, zeiden: "
297 23, 77 | wanneer Wij voor hen de poort der gestrenge straf openen,
298 23, 83 | het zijn slechts fabelen der ouden." ~
299 23, 86 | 86. Zeg: "Wie is de Heer der zeven hemelen en de Heer
300 23, 97 | toevlucht tegen de inblazingen der duivelen. ~
301 23, 109| ons. En Gij zijt de Beste der barmhartigen." ~
302 23, 118| Gij zijt de Barmhartigste der barmhartigen." ~~
303 24, 39 | 39. Maar de daden der ongelovigen zijn als een
304 24, 42 | Allah behoort het koninkrijk der hemelen en der aarde en
305 24, 42 | koninkrijk der hemelen en der aarde en tot Allah is de
306 25, 2 | Aan Wie het Koninkrijk der hemelen en der aarde toebehoort,
307 25, 2 | Koninkrijk der hemelen en der aarde toebehoort, Hij heeft
308 25, 5 | zeggen: "Dit zijn fabelen der ouden; hij heeft ze laten
309 25, 6 | Zeg: "Hij, Die de geheimen der hemelen en der aarde kent,
310 25, 6 | geheimen der hemelen en der aarde kent, heeft het nedergezonden.
311 25, 15 | Is dit beter of de tuin der eeuwigheid die de rechtvaardigen
312 25, 35 | Wij gaven Mozes het Boek (der Wet) en stelden zijn broeder
313 25, 65 | Onze Heer, wend de straf der hel van ons af want de straf
314 25, 69 | verdubbeld worden op de Dag der Opstanding, en hij zal daar
315 25, 74 | echtgenoten en kinderen tot troost der ogen, en maak ons tot voorbeeld
316 26, 16 | boodschappers van de Heer der Werelden. ~
317 26, 23 | zeide: "En wie is de Heer der Werelden?" ~
318 26, 24 | Mozes antwoordde: "De Heer der hemelen en der aarde en
319 26, 24 | De Heer der hemelen en der aarde en van alles wat er
320 26, 47 | Wij geloven in de Heer der Werelden, ~
321 26, 51 | want wij zijn de eersten der gelovigen." ~
322 26, 77 | van mij behalve de Heer der Werelden,
323 26, 85 | 85. :En maak mij een der erfgenamen van de Tuin der
324 26, 85 | der erfgenamen van de Tuin der Zaligheid. ~
325 26, 98 | gelijk stelden aan de Heer der Werelden. ~
326 26, 109| Mijn loon is bij de Heer der Werelden. ~
327 26, 127| loon is slechts bij de Heer der Werelden." ~
328 26, 137| niets dan een verzinsel der ouden. ~
329 26, 145| beloning is slechts bij de Heer der Werelden. ~
330 26, 151| gehoorzaamt niet aan het bevel der buitensporigen. ~
331 26, 164| beloning is slechts bij de Heer der Werelden." ~
332 26, 180| beloning is slechts bij de Heer der Werelden. ~
333 26, 189| hen de straf van de dag der overschaduwing. Dat was
334 26, 192| een openbaring van de Heer der Werelden. ~
335 26, 196| zeker in de geschriften der vroegere volkeren (vermeld). ~
336 26, 200| ongeloof) in de harten der zondaren doen binnendringen. ~
337 27, 8 | glorie zij Allah, de Heer der Werelden! ~
338 27, 16 | gij mensen, ons is de taal der vogelen onderwezen, en ons
339 27, 36 | 36. Toen de gezant (der koningin) tot Salomo kwam,
340 27, 44 | Salomo aan Allah, de Heer der Werelden." ~
341 27, 68 | dit zijn niets dan fabelen der ouden!" ~
342 27, 69 | aarde en ziet hoe het einde der zondaren was." ~
343 28, 10 | 10. En het hart der moeder van Mozes werd vrij (
344 28, 20 | aangehold van het andere einde der stad, zeggende: "O Mozes,
345 28, 25 | 25. En een der twee vrouwen kwam verlegen
346 28, 26 | 26. Een der twee vrouwen zeide: "O,
347 28, 30 | voorwaar, Ik ben Allah, de Heer der Werelden. ~
348 28, 40 | dan hoe slecht het einde der boosdoeners was. ~
349 28, 41 | uitnodigen; en op de Dag der Opstanding zullen zij niet
350 28, 42 | achtervolgen, en op de Dag der Opstanding zullen zij de
351 28, 61 | en zal hij dan op de Dag der Opstanding naar de hel worden
352 28, 71 | doet voortduren tot de Dag der Opstanding, welke God is
353 28, 72 | doet voortduren tot de Dag der Opstanding welke God is
354 28, 86 | daarom nooit een ondersteuner der ongelovigen. ~
355 29, 13 | waarlijk zij zullen op de Dag der Opstanding worden ondervraagd
356 29, 15 | redden hem en de deelgenoten der ark, en Wij maakten dit
357 29, 25 | tegenwoordige leven. Doch op de Dag der Opstanding zult gij elkander
358 29, 41 | huis maakt: en het zwakste der huizen is zeker het huis
359 30, 22 | behoort ook de schepping der hemelen en der aarde, en
360 30, 22 | schepping der hemelen en der aarde, en de verscheidenheid
361 30, 41 | zee door hetgeen de handen der mensen hebden gewrocht,
362 30, 56 | gij inderdaad tot de Dag der Opstanding gebleven. En
363 30, 56 | gebleven. En dit is de Dag der Opstanding, maar gij wist
364 32, 2 | zonder twijfel van de Heer der Werelden. ~
365 32, 17 | niemand weet welke verkwikking der ogen voor hen verborgen
366 32, 25 | Voorwaar, uw Heer zal op de Dag der Opstanding onder hen richten
367 32, 29 | 29. Zeg: "Op de Dag der Beslissing zal het geloof
368 32, 29 | Beslissing zal het geloof der ongelovigen hen niet baten,
369 33, 33 | als in de vroegere dagen der onwetendheid; leeft het
370 33, 40 | boodschapper van Allah en het zegel der profeten; Allah heeft kennis
371 33, 59 | uw dochters en de vrouwen der gelovigen dat zij een gedeelte
372 34, 14 | dood beseffen, dan een worm der aarde die zijn staf (macht)
373 34, 20 | volgden hem, behalve een deel der ware gelovigen. ~
374 34, 33 | kettingen leggen om de halzen der ongelovigen. Zij zullen
375 35, 1 | komt Allah toe, de Schepper der hemelen en der aarde, Die
376 35, 1 | Schepper der hemelen en der aarde, Die de engelen tot
377 35, 14 | antwoorden. En op de Dag der Opstanding zullen zij uw
378 35, 33 | 33. In tuinen der eeuwigheid zullen zij binnengaan,
379 35, 36 | ongelovigen is het Vuur der hel. Voor hen zal de dood
380 35, 38 | Allah kent de geheimen der hemelen en der aarde. Waarlijk,
381 35, 38 | geheimen der hemelen en der aarde. Waarlijk, Hij weet
382 35, 39 | hem zijn en het ongeloof der ongelovigen doet hen slechts
383 35, 39 | hun Heer, en het ongeloof der ongelovigen doet hen slechts
384 36, 3 | Gij zijt inderdaad één der boodschappers ~
385 36, 17 | duidelijke verkondiging (der boodschap)." ~
386 36, 20 | van het verste gedeelte der stad; hij zeide: "O mijn
387 36, 27 | geschonken en mij tot een der geëerden heeft gemaakt!" ~
388 37, 3 | En bij de verkondigers der Vermaning. ~
389 37, 5 | 5. Heer der hemelen en der aarde en
390 37, 5 | 5. Heer der hemelen en der aarde en van alles wat er
391 37, 20 | Wee ons! Dit is de Dag der vergelding." ~
392 37, 21 | zeggen:) "Dit is de Dag der Beslissing die gij placht
393 37, 64 | een boom die uit de bodem der hel ontspringt. ~
394 37, 71 | dwaalden vóór hen velen der ouden. ~
395 37, 74 | 74. Met uitzondering der uitverkoren dienaren van
396 37, 87 | Hoe denkt gij over de Heer der Werelden?" ~
397 37, 123| 123. En Elias was óók een der boodschappers ~
398 37, 128| 128. Met uitzondering der uitverkoren dienaren van
399 37, 133| Lot was voorzeker óók een der boodschappers.
400 37, 139| Jonas was voorzeker ook een der boodchappers. ~
401 37, 144| zijn gebleven tot de Dag der Opstanding. ~
402 37, 182| behoort aan Allah, de Heer der Werelden. ~~
403 38, 9 | Bezitten zij de schatten der barmhartigheid van uw Heer,
404 38, 10 | 10. Of is het koninkrijk der hemelen en der aarde en
405 38, 10 | koninkrijk der hemelen en der aarde en alles wat er tussen
406 38, 12 | Aad en Pharao - de heer der scharen - ~
407 38, 16 | spoedig ons deel vóór de Dag der Afrekening." ~
408 38, 24 | ooien. En voorzeker, vele der mededingers doen elkaar
409 38, 27 | geschapen - Dat is het vermoeden der ongelovigen. En wee de ongelovigen
410 38, 50 | 50. Tuinen der eeuwigheid met de poorten
411 39, 9 | die God vereert in de uren der nacht, nederknielende en
412 39, 12 | mij is bevolen de eerste der Moslims te zijn." ~
413 39, 15 | wilt buiten Hem. Op de Dag der Opstanding zullen zij de
414 39, 24 | bescherming zoekt op de Dag der Opstanding voor de vreselijke
415 39, 31 | Dan zult gij op de Dag der Opstanding met elkander
416 39, 37 | Allah niet Machtig, de Heer der Vergelding? ~
417 39, 41 | Voorwaar, Wij hebben u ten bate der mensen het Boek met Waarheid
418 39, 44 | Hem behoort het koninkrijk der hemelen en der aarde en
419 39, 44 | koninkrijk der hemelen en der aarde en naar Hem zult gij
420 39, 46 | Zeg: "O, Allah! Schepper der hemelen en der aarde! Kenner
421 39, 46 | Schepper der hemelen en der aarde! Kenner van het onzichtbare
422 39, 47 | zullen zij dit op de Dag der Opstanding als losprijs
423 39, 60 | 60. En op de Dag der Opstanding zult gij de gezichten
424 39, 63 | Hem behoren de schatten der hemelen en der aarde; en
425 39, 63 | schatten der hemelen en der aarde; en zij die de tekenen
426 39, 67 | Zijn greep zijn op de Dag der Opstanding, en de hemelen
427 39, 72 | gezegd: "Gaat de poorten der hel binnen om er in te vertoeven,
428 39, 74 | voortreffelijk is het loon der (rechtvaardige) werkers. ~
429 39, 75 | behoort aan Allah, de Heer der Werelden." ~~
430 40, 3 | 3. De Vergever der zonden, de Aanvaarder van
431 40, 7 | behoed hen voor de straf der hel, ~
432 40, 8 | Heer, en doe hen de tuinen der Eeuwigheid ingaan, die Gij
433 40, 15 | waarschuwen voor de Dag der Ontmoeting. ~
434 40, 19 | Hij kent de oneerlijkheid der ogen en datgene wat de harten
435 40, 25 | zeiden zij: "Doodt de zonen der gelovigen met hem en ontziet
436 40, 25 | vrouwen." Maar het plan der ongelovigen is ijdel. ~
437 40, 29 | leid u slechts naar het pad der rechtschapenheid." ~
438 40, 30 | gebeurtenis zoals op de Dag der bondgenoten, ~
439 40, 37 | 37. De toegangswegen der hemelen, opdat ik de God
440 40, 49 | zullen tot de bewaarders der hel zeggen: "Bidt uw Heer,
441 40, 50 | Bidt dan." Maar het bidden der ongelovigen is nutteloos. ~
442 40, 57 | Voorzeker, de schepping der hemelen en der aarde is
443 40, 57 | schepping der hemelen en der aarde is groter dan de schepping
444 40, 57 | groter dan de schepping der mensen maar de meeste mensen
445 40, 64 | Gezegend is Allah, de Heer der Werelden. ~
446 40, 65 | behoort aan Allah, de Heer der Werelden. ~
447 40, 66 | onderwerpen aan de Heer der Werelden." ~
448 40, 76 | 76. "Gaat de poorten der hel binnen daarin vertoevende.
449 41, 9 | Hem op, hoewel Hij de Heer der Werelden is? ~
450 41, 16 | hen in dit leven de straf der vernedering mochten doen
451 41, 17 | de bliksem van de straf der vernedering, voor hetgeen
452 41, 29 | Onze Heer, toon ons degenen der djinn en der mensen die
453 41, 29 | ons degenen der djinn en der mensen die ons deden dwalen,
454 41, 40 | veilig blijft op de Dag der Opstanding? Doet wat gij
455 41, 43 | gezegd. Uw Heer is de Heer der vergevensgezindheid en der
456 41, 43 | der vergevensgezindheid en der pijnlijke straf. ~
457 42, 7 | geopenbaard, opdat gij de Moeder der steden (Makka) en al het
458 42, 7 | waarschuwt (hen) voor de Dag der Verzameling waaromtrent
459 42, 11 | 11. Hij is de Schepper der hemelen en der aarde. Hij
460 42, 11 | Schepper der hemelen en der aarde. Hij heeft u tot paren
461 42, 20 | doch wie naar de oogst der wereld verlangt ook hem
462 42, 29 | tekenen is de Schepping der hemelen en der aarde, en
463 42, 29 | Schepping der hemelen en der aarde, en der levende wezens
464 42, 29 | hemelen en der aarde, en der levende wezens die Hij daarin
465 42, 45 | en hun familie op de Dag der Opstanding hebben verloren."
466 42, 49 | Allah behoort het koninkrijk der hemelen en der aarde. Hij
467 42, 49 | koninkrijk der hemelen en der aarde. Hij schept wat Hij
468 43, 4 | voorwaar, dit is in het Boek der Boeken bij Ons, verheven,
469 43, 25 | ziet dan hoe het einde der loochenaars was, ~
470 43, 46 | boodschapper van de Heer der Werelden." ~
471 43, 74 | zullen gewis de kastijding der hel blijven ondergaan. ~
472 43, 81 | had, dan zou ik de eerste der aanbidders zijn. ~
473 43, 82 | 82. Verheven is de Heer der hemelen en der aarde, de
474 43, 82 | is de Heer der hemelen en der aarde, de Heer van de Troon,
475 43, 85 | Hij, Wie het Koninkrijk der hemelen en der aarde en
476 43, 85 | Koninkrijk der hemelen en der aarde en alles, wat er tussen
477 44, 7 | 7. Van de Heer der hemelen en der aarde en
478 44, 7 | Van de Heer der hemelen en der aarde en alles wat er tussen
479 44, 31 | want hij was trots en één der buitensporigen.
480 44, 40 | 40. Voorwaar, de Dag der beslissing is voor hen allen
481 45, 17 | Voorwaar, uw Heer zal op de Dag der Opstanding over hen uitspraak
482 45, 18 | maar volg de begeerten der onwetenden niet. ~
483 45, 19 | maar Allah is de Vriend der godvruchtigen. ~
484 45, 26 | tezamen verzamelen op de Dag der Opstanding waarover geen
485 45, 27 | behoort de heerschappij der hemelen en der aarde; de
486 45, 27 | heerschappij der hemelen en der aarde; de Dag waarop het
487 45, 35 | daardoor heeft het leven der wereld u misleid." Daarom
488 45, 36 | komt Allah toe, de Heer der hemelen en der aarde; de
489 45, 36 | de Heer der hemelen en der aarde; de Heer der Werelden. ~
490 45, 36 | hemelen en der aarde; de Heer der Werelden. ~
491 46, 5 | aanroept, die tot de Dag der Opstanding hem nooit zullen
492 46, 17 | Dit zijn slechts fabelen der ouden." ~
493 46, 20 | goede dingen in het leven der wereld uit en gij hebt het
494 46, 20 | Dag zult gij met de straf der vernedering worden vergolden
495 48, 4 | het, Die rust in het hart der gelovigen heeft nedergezonden,
496 48, 4 | Allah behoren de scharen der hemelen en der aarde en
497 48, 4 | de scharen der hemelen en der aarde en Allah is Alwetend,
498 48, 7 | Allah behoren de scharen der hemelen en der aarde; Allah
499 48, 7 | de scharen der hemelen en der aarde; Allah is de Almachtige,
500 48, 11 | Degenen onder de bewoners der woestijn die achterbleven,
1-500 | 501-591 |