Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
zeven 25
zeventig 3
zi 2
zich 493
zicht 1
zichtbaar 4
zichtbare 7
Frequency    [«  »]
516 wie
497 mijn
496 of
493 zich
474 mij
471 dag
461 volk

Koran

IntraText - Concordances

zich

    Sura, Verse
1 2, 26 | Allah acht het niet beneden zich, een mug of iets nog kleiners 2 2, 29 | schiep: daarna wendde Hij Zich tot de hemel en vervolmaakte 3 2, 34 | aan Adam", onderwierpen zich allen, behalve Iblies. Hij 4 2, 36 | uit de staat waarin zij zich bevonden. En Wij zeiden: " 5 2, 54 | Schepper". Daarna wendde Hij zich genadig tot u. Voorzeker, 6 2, 61 | brachten Allah's toorn over zich; dit kwam, omdat zij de 7 2, 74 | 74. Daarna verhardde zich uw hart. Zij zijn als stenen, 8 2, 90 | zij toorn op toorn over zich en er is een vernederende 9 2, 101| Boek, Allah's Boek achter zich geworpen, alsof zij het 10 2, 112| 112. Neen, wie zich volledig aan Allah onderwerpt 11 2, 116| zij zeggen: "Allah heeft Zich een zoon verwekt. Heilig 12 2, 125| verblijven en voor degenen, die zich neder buigen en zich ter 13 2, 125| die zich neder buigen en zich ter aarde werpen. ~ 14 2, 130| 130. En wie zal zich van het geloof van Abraham 15 2, 137| geleid, maar indien zij zich afwenden, dan zijn zij in 16 2, 144| Wij zien uw aangezicht zich naar de hemel wenden, daarom 17 2, 148| een richting, waarheen hij zich wendt, wedijvert daarom 18 2, 160| zij, die berouw hebben en zich beteren en (de Waarheid) 19 2, 187| tegenover uzelf en heeft Zich met barmhartigheid tot u 20 2, 187| dageraad de witte draad zich onderscheidt van de zwarte 21 2, 203| maar wie na twee dagen zich haast (om te vertrekken) 22 2, 207| de mensen is iemand, die zich weggeeft, Allah's welbehagen 23 2, 217| kunnen. Maar wie onder u zich van zijn geloof afkeert 24 2, 222| hersteld zijn. Maar wanneer zij zich hebben gereinigd, gaat tot 25 2, 222| bevolen. Allah bemint hen, die zich tot Hem wenden en zich rein 26 2, 222| die zich tot Hem wenden en zich rein houden. ~ 27 2, 246| werd bevolen, wendden zij zich af, met uitzondering van 28 2, 255| Hij wil. Zijn troon strekt zich uit over hemelen en aarde 29 2, 282| wanneer één der twee vrouwen zich zou vergissen, de ene de 30 3, 20 | degenen die mij volgen hebben zich aan Allah onderworpen." 31 3, 20 | u onderworpen?" Als zij zich onderwerpen, dan zijn zij 32 3, 20 | rechte weg, maar indien zij zich afwenden, dan is uw plicht 33 3, 23 | hen rechter zij; dan wendt zich een gedeelte hunner af terwijl 34 3, 30 | Dag, waarop iedere ziel zich geplaatst zal vinden tegenover 35 3, 32 | boodschapper", maar als zij zich afwenden, dan heeft Allah 36 3, 63 | 63. Doch indien zij zich afwenden, Allah kent de 37 3, 64 | buiten Allah." Maar, als zij zich afwenden, zegt dan: "Getuigt, 38 3, 82 | 82. Maar die zich hierna terugtrekken, (zij) 39 3, 83 | de hemelen en op aarde is zich willens of onwillens aan 40 3, 89 | daarna berouw hebben en zich verbeteren. Allah is voorzeker 41 3, 91 | worden aanvaard als hij zich daarmede zou willen vrijkopen. 42 3, 101| aan wezig is? En hij, die zich aan Allah vasthoudt, is 43 3, 112| 112. Waar zij zich ook bevinden, worden zij 44 3, 113| uren van de nacht opzegt en zich met het gelaat ter aarde 45 3, 120| kwaads overkomt verheugen zij zich er over. Maar, indien gij 46 3, 128| uitstaande: Hij (Allah) moge Zich in barmhartigheid tot hen 47 3, 144| of gedood wordt? Hij, die zich omkeert zal aan Allah in 48 3, 146| zij, noch vernederden zij zich. En Allah heeft de geduldigen 49 3, 159| waart geweest zouden zij zich zeker uit uw omgeving hebben 50 3, 161| oneerlijke handelingen met zich meebrengen. Dan zal iedere 51 3, 162| die de toorn van Allah tot zich trekt en wiens verblijfplaats 52 3, 170| overvloed heeft gegeven, zich verblijdend over degenen 53 3, 171| 171. Zij verheugen zich over Allah's gunst en Zijn 54 3, 173| zeiden: "De volkeren hebben zich tegen u verzameld, vreest 55 3, 199| was neergedaald, geloven, zich voor Allah verootmoedigend. 56 4, 6 | En laat hij, die rijk is zich onthouden en laat hij die 57 4, 15 | degenen uwer vrouwen, die zich aan ontucht schuldig maken, 58 4, 16 | als twee temiffen van u zich hieraan schuldig maken, 59 4, 16 | als zij berouw hebben en zich verbeteren, laat hen dan 60 4, 17 | zijn het, tot wie Allah Zich met barmhartigheid wendt; 61 4, 25 | zij, nadat zij gehuwd zijn zich schuldig maken aan ontrouw - 62 4, 27 | 27. En Allah wenst Zich in barmhartigheid tot u 63 4, 61 | ziet gij dan de huichelaars zich vol afkeer van u afwenden? ~ 64 4, 65 | hetgeen gij oordeelt en zij zich geheel en al onderwerpen. ~ 65 4, 80 | gehoorzaamt inderdaad Allah en wie zich afkeert - tot hen hebben 66 4, 90 | u komen terwijl hun hart zich verzet u te bestrijden of 67 4, 90 | gevochten. Dus, als zij zich van u op een afstand houden 68 4, 91 | blindelings mee. Als zij zich derhalve niet op een afstand 69 4, 108| 108. Zij trachten zich voor de mensen te verbergen, 70 4, 108| verbergen, maar zij kunnen zich niet voor Allah verbergen 71 4, 115| 115. En hij, die zich tegen de boodschapper verzet 72 4, 125| beter in geloof dan hij, die zich aan Allah onderwerpt en 73 4, 142| straffen. En wanneer zij zich oprichten om te bidden, 74 4, 142| staan zij loom, en tonen zich aan de mensen en gedenken 75 4, 146| degenen, die berouw hebben en zich verbeteren en aan Allah 76 4, 158| Integendeel, Allah verhief hem tot Zich en Allah is Almachtig, Alwijs. ~ 77 4, 172| Hij zal hen toch allen tot Zich roepen. ~ 78 4, 173| vriend, noch helper voor zich vinden. ~ 79 4, 175| hen op het rechte pad tot Zich voeren. ~ 80 5, 2 | offertekens, noch degenen, die zich naar het heilige Huis begeven 81 5, 11 | Allah moeten de gelovigen zich verlaten. ~ 82 5, 36 | is en nog eens zoveel, om zich daarmede van de straf op 83 5, 39 | overtreding berouw heeft en zich betert - Allah zal Zich 84 5, 39 | zich betert - Allah zal Zich gewis in barmhartigheid 85 5, 43 | wanneer zij de Torah bij zich hebben waarin Allah's oordeel 86 5, 43 | oordeel is? Toch wenden zij zich af. En zij zijn geen gelovigen. ~ 87 5, 49 | geopenbaard. Maar indien zij zich afwenden, weet dan, dat 88 5, 52 | wier hart een ziekte is, zich tot hen zien haasten, zeggende: " 89 5, 54 | die gelooft, wie onder u zich van zijn godsdienst afkeert, 90 5, 62 | En gij ziet velen hunner zich haasten om zonde te bedrijven 91 5, 71 | doof. Doch Allah wendde Zich in barmhartigheid tot hen; 92 5, 74 | 74. Willen zij zich dan niet tot Allah wenden 93 5, 75 | plachten beiden voedsel tot zich te nemen. Zie, hoe Wij de 94 5, 75 | verduidelijken, en zie, hoe zij zich afwenden. ~ 95 6, 4 | teken tot hen of zij wenden zich er van af. ~ 96 6, 12 | Allah." Hij heeft het op Zich genomen, barmhartigheid 97 6, 14 | bevolen, de eerste te zijn die zich onderwerpt." En behoort 98 6, 31 | verloochenen, benadelen zich, totdat het uur onverwachts 99 6, 42 | en tegenspoed opdat zij zich mochten verootmoedigen. ~ 100 6, 43 | Waarom verootmoedigden zij zich niet toen Onze straf over 101 6, 46 | verklaren, toch wenden Zij zich af. ~ 102 6, 48 | degenen, die geloven en zich verbeteren, zal geen vrees 103 6, 54 | heeft barmhartigheid op zich genomen; dus wie uwer in 104 6, 54 | en daarna berouw heeft en zich verbetert, (voor hem) is 105 6, 91 | Laat hen dan met rust om zich met hun ledig spel te vermaken. ~ 106 6, 111| meesten hunner gedragen zich onwetend. ~ 107 6, 113| het Hiernamaals geloven er zich toe neigen en zij er tevreden 108 6, 136| onze goden," zoals zij het zich denken. Maar hetgeen voor 109 6, 157| van Allah verwerpt en er zich van afkeert? Wij zullen 110 6, 157| Wij zullen degenen, die zich van Onze tekenen afwenden 111 6, 157| straf vergelden omdat zij zich hebben afgewend. ~ 112 6, 159| hun godsdienst maken en zich in secten verdelen - gij 113 7, 11 | Adam" en zij onderwierpen zich, behalve Iblies; hij behoorde 114 7, 11 | behoorde niet tot degenen die zich onderwierpen. ~ 115 7, 22 | duidelijk en zij begonnen zich te bedekken met bladeren 116 7, 36 | tekenen verloochenen en er zich hoogmoedig van afkeren - 117 7, 40 | tekenen verloochenen en er zich hoogmoedig van afwenden, 118 7, 54 | schiep; daarna zette Hij Zich op deTroon neder. Hij doet 119 7, 73 | daarom met rust opdat zij zich van Allah's aarde moge voeden 120 7, 79 | 79. Toen wendde Salih zich van hen af en zeide: "O, 121 7, 82 | want zij zijn mannen die zich rein willen houden." ~ 122 7, 93 | 93. Daarna wendde hij zich van hen af en zeide: "O 123 7, 98 | komen, des daags terwijl zij zich vermaken? ~ 124 7, 99 | voornemen? En niemand waant zich veilig voor Allah's voornemen, 125 7, 120| tovenaars werden bewogen zich neder te werpen. ~ 126 7, 133| tekenen, doch zij gedroegen zich hoogmoedig en waren een 127 7, 139| al hetgeen waarmede zij zich bezig houden, zal worden 128 7, 143| zien." En toen zijn Heer Zich op de berg openbaarde, brak 129 7, 150| haar en sleepte hem naar zich toe. Hij (Aäron) zeide: " 130 7, 150| en wilde mij doden. Laat zich de vijanden daarom niet 131 7, 168| en tegenspoed, opdat zij zich mochten bekeren. ~ 132 7, 170| 170. En die zich aan het Boek vasthouden 133 7, 174| Wij de tekenen opdat zij zich mogen bekeren. ~ 134 7, 175| tekenen gaven, maar hij wendde zich af, daarom volgde Satan 135 7, 206| bij uw Heer zijn wenden zich niet met trots van Zijn 136 7, 206| verheerlijken Hem en werpen zich voor Hem neder. ~~ 137 8, 13 | 13. Dit is, omdat zij zich tegen Allah en Zijn boodschapper 138 8, 16 | de toorn van Allah over zich komen en de hel zal zijn 139 8, 17 | gelovigen een grote gunst van Zich mocht bewijzen. Voorzeker, 140 8, 23 | hebben laten horen hadden zij zich in afkerigheid afgewend. ~ 141 8, 42 | nabijzijnde kant waart en zij zich op de andere zijde bevonden 142 8, 48 | zicht kwamen, wendde hij zich af en zeide: "Voorzeker, 143 9, 15 | hart wegnemen. Allah wendt Zich met barmhartigheid tot wie 144 9, 27 | 27. Daarna zal Allah Zich met Barmhartigheid wenden 145 9, 47 | hebben bezorgd en zij zouden zich heen en weer hebben gehaast, 146 9, 50 | genomen." En zij wenden zich juichend af. ~ 147 9, 57 | binnen te gaan, zouden zij er zich zeker met grote spoed heenwenden. ~ 148 9, 74 | hen zijn, maar indien zij zich afwenden zal Allah hen met 149 9, 76 | vrekkig mede en wendden zich om en waren afkerig. ~ 150 9, 81 | Allah bleven verheugden zich over hun thuiszitten en 151 9, 87 | 87. Zij stellen zich tevreden om met de achterblijvenden 152 9, 102| Het kan zijn, dat Allah Zich met barmhartigheid tot hen 153 9, 106| Zal Hij hen bestraffen of Zich met barmhartigheid tot hen 154 9, 108| Allah heeft degenen, die zich louteren lief. ~ 155 9, 112| 112. Die zich tot Allah bekeren, die aanbidden, 156 9, 112| prijzen, die vasten, die zich nederbuigen, die zich ter 157 9, 112| die zich nederbuigen, die zich ter aarde werpen, die tot 158 9, 114| van Allah was, trok hij zich van hem terug. Voorzeker, 159 9, 115| duidelijk gemaakt, waartegen zij zich behoren te behoeden. Voorzeker, 160 9, 117| 117. Allah heeft zich voorzeker met barmhartigheid 161 9, 118| 118. En (Hij heeft Zich met barmhartigheid) tot 162 9, 118| bij Hem. Toen wendde Hij Zich met barmhartigheid tot hen, 163 9, 118| barmhartigheid tot hen, opdat zij zich mochten bekeren. Voorzeker, 164 9, 124| toenemen en zij verheugen zich daarover. ~ 165 9, 127| iemand ons?" Dan wenden zij zich af. Allah heeft hun hart 166 9, 129| 129. Maar indien zij zich afwenden zeg dan: "Allah 167 10, 3 | dagen schiep, en Hij zette Zich op de troon, alles regelend. 168 10, 22 | varen en (de opvarenden) er zich in verheugen, hen een geweldige 169 10, 23 | voorzeker uw opstand keert zich slechts tegen u zelf. Thans 170 10, 54 | zou bezitten, zou zij er zich voorzeker mede trachten 171 10, 58 | barmhartigheid; laat hen er zich daarom in verheugen. Dat 172 10, 63 | 63. Zig die geloven en zich aan rechtvaardigheid houden, ~ 173 10, 68 | Allah heeft een zoon tot Zich genomen. Heilig is Hij, 174 11, 3 | Zijn genade aan ieder die zich hiervoor verdienstelijk 175 11, 5 | innerlijk. Ja, wanneer zij zich met hun kleding bedekken, 176 11, 12 | 12. (Zij verbeelden zich dat) gij misschien een gedeelte 177 11, 42 | 42. En zij bewoog zich met hen op golven als bergen 178 11, 42 | riep tot zijn zoon, die zich afzijdig hield: "O mijn 179 11, 56 | Er is geen schepsel, dat zich op aarde beweegt, of Hij 180 11, 64 | daarom met rust opdat zij zich (in vrijheid) op Allah's 181 11, 70 | hij zag dat hun handen er zich niet naar uitstrekten, vond 182 11, 71 | stond er bij en verwonderde zich, waarop Wij haar de blijde 183 11, 75 | verdraagzaam, zachtmoedig en wendde zich dikwijls (tot God). ~ 184 11, 77 | hij verdrietig en voelde zich bezwaard om hen en zeide: " 185 11, 112| bevolen en ook degenen, die zich met u hebben bekeerd en 186 12, 4 | en de maan en ik zag ze zich voor mij nederwerpen." ~ 187 12, 12 | met ons mede, opdat hij zich moge vermaken en spelen 188 12, 31 | grotelijks en zij sneden zich in de handen en zeiden: " 189 12, 32 | verleiden, maar hij redde zich. En als hij nu niet doet 190 12, 45 | bevrijd was, herinnerde zich na enige tijd Jozef, en 191 12, 50 | de vrouwen is gesteld die zich in de handen sneden, voorzeker 192 12, 69 | huisvestte deze zijn broeder bij zich. En hij zeide: "Ik ben uw 193 12, 71 | 71. Zij vroegen, zich tot hem wendend: "Wat mist 194 12, 80 | zij wanhoopten trokken zij zich terug om in afzondering 195 12, 84 | 84. En hij wendde zich van hen af en zeide: "O 196 12, 84 | van smart doch hij bedwong zich. ~ 197 12, 99 | huisvestte hij zijn ouders bij zich en zeide: "Komt zoals het 198 12, 100| de troon en zij wierpen zich voor hem neder. En hij zeide: " 199 12, 102| waart niet bij hen, toen zij zich (tegen u) verenigden en 200 12, 105| en op aarde waaraan zij, zich afwendend, voorbijgaan! ~ 201 12, 107| 107. Voelen zij zich dan nu veilig voor het komen 202 13, 2 | kunt zien. Daarna zette Hij Zich op de troon. En Hij heeft 203 13, 10 | openlijk uit; alsook hij, die zich 's nachts verbergt en hij, 204 13, 15 | op aarde is, onderwerpt zich willens of onwillens aan 205 13, 16 | helpers genomen, die voor zich over goed noch kwaad macht 206 13, 26 | zij (de mensen) verheugen zich in het tegenwoordige leven, 207 13, 27 | tot Zichzelf degene die zich bekeert." ~ 208 13, 36 | hebben gegeven, verheugen zich in hetgeen u is geopenbaard. 209 14, 43 | 43. Met opgeheven hoofd zich voorthaastend, terwijl zij 210 15, 3 | 3. Laat hen eten en zich vermaken en laat hun ijdele 211 15, 30 | De engelen onderwierpen zich allen tezamen. ~ 212 15, 31 | tot degenen te behoren die zich onderwierpen. ~ 213 15, 32 | niet onder degenen zijt die zich onderwerpen?" ~ 214 15, 81 | tekenen, maar zij keerden er zich van af. ~ 215 15, 98 | en behoor tot degenen die zich ter aarde werpen. ~ 216 16, 37 | degenen niet leidt, die (zich zelve) doen dwalen. Voor 217 16, 45 | boze plannen verzinnen, zich er dan veilig tegen dat 218 16, 48 | hetgeen Allah heeft geschapen zich van rechts en links bewegen 219 16, 48 | rechts en links bewegen en zich voor Allah nederwerpen terwijl 220 16, 49 | aarde bestaat onderwerpt zich aan Allah alsmede de engelen, 221 16, 59 | 59. Hij verbergt zich voor het volk vanwege het 222 16, 82 | 82. Maar indien zij zich afwenden zijt gij (de profeet) 223 16, 84 | niet worden toegestaan (zich te verontschuldigen), noch 224 16, 89 | blijde tijding voor hen die zich onderwerpen. ~ 225 16, 102| blijde tijding voor hen die zich onderwerpen." ~ 226 17, 25 | Vergevensgezind jegens degenen die zich bekeren. ~ 227 17, 83 | gunsten bewijzen wendt hij zich af en gaat terzijde en wanneer 228 17, 107| kennis was geschonken werpen zich met hun aangezicht ter aarde 229 17, 111| Alle lof komt Allah toe Die Zich geen zoon heeft genomen 230 18, 4 | die zeggen: "Allah heeft Zich een zoon genomen." ~ 231 18, 17 | zon opgaat zult gij haar zich zien verwijderen rechts 232 18, 17 | ondergaat, ziet gij haar zich naar links afwenden, daartussen 233 18, 17 | de Spelonk) bevonden zij zich. Dit zijn de tekenen van 234 18, 18 | slapen en Wij zullen hen zich naar links en rechts doen 235 18, 19 | levensmiddelen meebrengen en laat hij zich vriendelijk gedragen en 236 18, 43 | te helpen, noch kon hij zich verdedigen. ~ 237 18, 49 | al hetgeen zij deden voor zich zien en uw Heer zal niemand 238 18, 57 | tekenen van zijn Heer, doch zich er van afwendt en vergeet, 239 19, 16 | Maria in het Boek. Toen zij zich van haar volk terugtrok 240 19, 17 | 17. En zich aan hlm blikken onttrok, 241 19, 22 | zij ontving hem en trok zich met hem terug in een ver 242 19, 35 | Het past niet bij Allah Zich een zoon te verwekken, Heilig 243 19, 40 | Die de aarde en alles wat zich daarop bevindt zullen erven 244 19, 49 | 49. Toen hij zich van hen en van hetgeen zij 245 19, 67 | 67. Herinnert de mens zich dan niet dat Wij hem voorheen 246 19, 88 | zeggen: "De Barmhartige heeft zich een zoon genomen." ~ 247 20, 5 | 5. De Barmhartige, Die Zich nederzette op de Troon. ~ 248 20, 6 | er tussen ligt en hetgeen zich onder de grond bevindt. ~ 249 20, 48 | over hem, die loochent en zich afwendt.'" ~ 250 20, 60 | 60. Daarop trok Pharao zich terug en stelde zijn plan 251 20, 66 | dat hun koorden en staven zich voortbewogen. ~ 252 20, 70 | plat ter aarde geworpen, zich nederbuigend. Zij zeiden: " 253 20, 76 | de beloning dergenen die zich louteren. ~ 254 20, 100| 100. Wie zich er van zal afwenden zal 255 20, 111| 111. Alle gezichten zullen zich verootmoedigen in tegenwoordigheid 256 20, 121| hun duidelijk werd en zij zich begonnen te bekleden met 257 20, 124| 124. Doch degene die zich van Mijn gedachtenis zal 258 21, 1 | gekomen en toch wenden zij zich in achteloosheid af. ~ 259 21, 19 | aarde is, en degenen die zich in Zijn tegenwoordigheid 260 21, 26 | zeggen: "De Barmhartige heeft Zich een zoon genomen." Heilig 261 21, 32 | dak; niettemin wenden zij zich af van deze tekenen. ~ 262 21, 33 | maan, elk hunner beweegt zich langs een (vaste) baan. ~ 263 21, 42 | Barmhartige?" Neen, zij wenden zich af van de gedachtenis aan 264 21, 58 | grootste daarvan, opdat zij zich tot hem zouden wenden. ~ 265 21, 109| 109. Maar indien zij zich afwenden, zeg dan: "Ik heb 266 22, 2 | vergeten en elke zwangere vrouw zich zal ontdoen van haar dracht; 267 22, 5 | nederdalen, beweegt zij zich, zwelt op en brengt iedere 268 22, 9 | 9. Zich hooghartig afkerend ten 269 22, 18 | dan niet gezien dat alles zich voor Allah nederwerpt, wat 270 22, 26 | gebed) en neerbuigen en zich ter aarde werpen. ~ 271 23, 24 | mens zoals gij, hij zou zich boven u willen verheffen. 272 23, 53 | verdeeld, elke partij verheugt zich over hetgeen zij bezit. ~ 273 23, 61 | 61. Dezen zijn het die zich haasten en wedijveren in 274 23, 71 | gezonden doch zij wenden zich ervan af. ~ 275 23, 91 | 91. Allah heeft zich geen zoon genomen, noch 276 23, 91 | hetgeen Hij schiep, voor zich houden, en sommigen hunner 277 24, 5 | die daarna berouw tonen en zich verbeteren; waarlijk, Allah 278 24, 6 | beschuldigen en die buiten zich geen getuigen hebben, - 279 24, 11 | voornaamste deel ervan op zich nam zal een grotere straf 280 24, 19 | willen dat onbetamelijkheid zich onder de gelovigen moge 281 24, 33 | mogelijkheid tot trouwen vinden, zich kuis houden totdat Allah 282 24, 37 | Dag waarop harten en ogen zich zullen afwenden. ~ 283 24, 43 | wolken als) bergen waarin zich hagel bevindt en Hij treft 284 24, 47 | daarna wenden sommigen hunner zich af. En dezen zijn geen gelovigen. ~ 285 24, 48 | ziet! een deel hunner wendt zich af. ~ 286 24, 60 | haar schoonheid te tonen, zich van kledingstukken ontdoen. 287 24, 60 | kledingstukken ontdoen. Maar als zij zich inhouden is dit beter voor 288 24, 62 | bij hem (de profeet) zijn, zich niet verwijderen voordat 289 24, 63 | degenen uwer die wegsluipen en zich verbergen. Laat daarom degenen 290 24, 63 | tegen Zijn gebod ingaan, zich in acht nemen opdat hen 291 25, 2 | aarde toebehoort, Hij heeft zich geen zoon genomen noch heeft 292 25, 21 | Voorzeker, zij schatten zich te hoog en zijn de perken 293 25, 59 | zes dagen schiep, zette Zich dan op de Troon. Hij is 294 25, 64 | die de nacht doorbrengen zich voor hun Heer ter aarde 295 25, 71 | en het goede doet, wendt zich voorzeker berouwvol tot 296 26, 4 | nederzenden, zodat hun hoofd er zich voor zal nederbuigen. ~ 297 26, 5 | vermaning tot hen of zij wenden zich er van af. ~ 298 26, 13 | En mijn boezem vernauwt zich en mijn tong is niet welsprekend; 299 26, 34 | tot de vooraanstaanden om zich heen: "Dit is inderdaad 300 26, 46 | Daarop wierpen de tovenaars zich op de grond neder. ~ 301 26, 152| onheil op aarde stichten, en zich niet beteren," ~ 302 26, 219| bewegingen onder hen die zich nederwerpen (in aanbidding). ~ 303 26, 227| Allah vaak gedenken, en zich verdedigen nadat hun onrecht 304 27, 10 | Maar toen hij de staf zich als een slang zag bewegen, 305 27, 10 | zag bewegen, wendde hij zich af en wilde zich niet omkeren. ( 306 27, 10 | wendde hij zich af en wilde zich niet omkeren. (En Allah 307 27, 19 | Daarop glimlachte hij, zich verbazend over haar woorden 308 27, 40 | toen Salomo de troon naast zich zag geplaatst, zeide hij: " 309 27, 48 | in het land stichtten en zich niet wilden verbeteren, ~ 310 27, 56 | want zij zijn mensen, die zich rein willen houden." ~ 311 27, 80 | oproep doen horen als Zij zich verwijderen. ~ 312 27, 81 | tekenen willen geloven en zich onderwerpen. ~ 313 28, 55 | gesprekken horen, wenden zij zich er van af en zeggen: "Aan 314 28, 76 | Mozes, maar hij gedroeg zich aanmatigend tegenover hen. 315 28, 81 | Allah te helpen noch kon hij zich verdedigen. ~ 316 29, 33 | verdrietig wegens hen en voelde zich daardoor in moeilijkheid. 317 29, 41 | gelijkenis van de spin die zich een huis maakt: en het zwakste 318 29, 66 | geschonken verloochenen en zich vermaken. Maar zij zullen 319 30, 4 | Dag zullen de gelovigen zich verheugen ~ 320 30, 20 | ziet! gij zijt mensen die zich kunnen verspreiden. ~ 321 30, 32 | vormen, terwijl elke partij zich verheugt in wat zij heeft. ~ 322 30, 33 | roepen zij hun Heer aan, zich tot Hem bekerende; en als 323 30, 36 | doen smaken, verheugen zij zich daarin; maar als een kwaad 324 30, 41 | zou doen smaken, opdat zij zich bekeren. ~ 325 30, 48 | wil, ziet! verheugen zij zich. ~ 326 30, 53 | willen geloven, zodat zij zich onderwerpen. ~ 327 31, 7 | voorgedragen, wendt hij zich verachtelijk af alsof hij 328 31, 15 | volg de weg van hem die zich tot Mij richt. Dan zult 329 31, 16 | mosterdzaadje zijn, en al zou het zich in een rots bevinden of 330 31, 22 | 22. Maar hij, die zich aan Allah onderwerpt en 331 31, 24 | zullen hen voor een poosje zich laten vermaken; daarna zullen 332 31, 34 | regen neder en Hij weet wat zich in de baarmoeder bevindt. 333 32, 4 | schiep; daarna zette Hij Zich op de Troon. Gij hebt geen 334 32, 15 | er aan herinnerd worden, zich met het gelaat ter aarde 335 32, 16 | 16. Zij verwijderen zich van hun bed, hun Heer in 336 32, 21 | grotere straf opdat zij zich mogen bekeren. ~ 337 32, 22 | zijn Heer wordt vermaand en zich er toch van afwendt? Wij 338 33, 5 | maar wel in hetgeen uw hart zich heeft voorgenomen. Allah 339 33, 17 | betonen? En zij zullen voor zich buiten Allah vriend noch 340 33, 18 | Komt naar ons toe," en die zich weinig met de oorlog bemoeien. ~ 341 33, 24 | straffen zoals Hij wil, of Zich tot hen in barmhartigheid 342 33, 50 | gelovige vrouw indien zij zich aan de profeet toevertrouwt 343 33, 55 | vrouwen) geen schuld als zij zich tonen aan haar vaders of 344 33, 61 | Vervloekt zijn zij; waar zij zich ook bevinden zullen zij 345 33, 66 | De Dag waarop hun gezicht zich in het Vuur zal wentelen 346 33, 72 | maar de mens nam het op zich. Inderdaad, hij is zeer 347 33, 73 | straffen. En Allah wendt zich in barmhartigheid tot gelovige 348 34, 9 | teken voor elke dienaar, die zich tot God wendt. ~ 349 34, 12 | zeiden: indien iemand van hen zich van Ons gebod zou afkeren, 350 34, 16 | 16. Maar zij wendden zich af; daarom zonden Wij een 351 34, 19 | onze reizen." En zij deden zich daarmee onrecht aan, daarom 352 35, 18 | gebed onderhouden. En wie zich reinigt, reinigt zich alleen 353 35, 18 | wie zich reinigt, reinigt zich alleen in zijn eigen belang 354 35, 24 | er is geen volk waaronder zich geen boodschapper heeft 355 35, 32 | En onder hen zijn er die zich zelven te kort doen, anderen 356 36, 7 | 7. Het Woord heeft zich reeds bewaarheid ten opzichte 357 36, 38 | 38. En de zon beweegt zich naar haar bestemming. Dat 358 36, 46 | hun Heer, of zij wenden er zich van af. ~ 359 36, 51 | geblazen, en ziet! zij zullen zich vanuit hun graven naar hun 360 36, 56 | en hun echtgenoten zullen zich in de schaduw op tronen 361 36, 66 | gedoofd; dan zouden zij zich naar het pad hebben willen 362 36, 82 | 82. Voorwaar, wanneer Hij Zich iets voorneemt is Zijn gebod 363 37, 1 | 1. Bij hen, die zich in rijen scharen. ~ 364 37, 27 | Sommigen hunner zullen zich tot anderen wenden, elkander 365 37, 50 | En enigen hunner zullen zich tot anderen wenden, elkander 366 37, 70 | 70. En zij haastten zich in hun voetstappen voort. ~ 367 37, 90 | 90. En zij wendden zich van hem af en gingen weg. ~ 368 37, 94 | afgodendienaren) haastten zich naar hem toe. ~ 369 37, 103| 103. En toen zij zich beiden aan (Gods bevel) 370 38, 4 | 4. En dezen verwonderen zich, omdat een waarschuwer uit 371 38, 24 | vergiffenis van zijn Heer en zich tot Hem wendend, viel hij 372 38, 34 | En hij (Salomo) wendde zich tot (God). ~ 373 39, 8 | roept hij zijn Heer aan, zich tot Hem wendend. Dan, wanneer 374 39, 16 | lagen van Vuur over en onder zich hebben. Hiertegen waarschuwt 375 39, 17 | valse goden te aanbidden, en zich tot Allah wenden - voor 376 39, 23 | ineenkrimpt, daarna ontspant zich hun huid en hun hart wordt 377 39, 45 | worden, ziet, zij verheugen zich. ~ 378 40, 13 | lering uit behalve hij die zich (tot God) wendt. ~ 379 41, 4 | de meesten hunner wenden zich af, zodat zij niet luisteren. ~ 380 41, 11 | 11. Dan wendde Hij Zich tot de hemel terwijl deze 381 41, 13 | 13. Maar indien zij zich afwenden, zeg dan: "Ik waarschuw 382 41, 38 | en nacht, en zij vervelen zich nooit. ~ 383 41, 39 | nederzenden, beweegt zij zich en zet uit. Zeker Hij, Die 384 41, 51 | mens verlenen wendt hij zich af en gaat terzijde, maar 385 41, 52 | grotere dwaling dan hij die zich hevig daartegen verzet?" ~ 386 42, 6 | naast Hem beschermers tot zich nemen, over hen waakt Allah: 387 42, 9 | naast Hem besehermers tot zich genomen terwijl Allah de 388 42, 13 | roept. Allah kiest voor Zich wie Hij wil en leidt hem 389 42, 13 | Hij wil en leidt hem die zich (in berouw) tot Hem wendt. ~ 390 42, 39 | als een aanval hen treft, zich verdedigen. ~ 391 42, 41 | geen verwijt tegen hen die zich verdedigen nadat hun onrecht 392 42, 48 | 48. Maar indien zij zich afwenden hebben Wij u niet 393 42, 48 | barmhartigheid betuigen, verheugt hij zich er in. Maar indien hun een 394 43, 18 | wordt grootgebracht en die zich bij een twist moeilijk kan 395 43, 21 | een Boek gegeven waar zij zich aan vasthouden? ~ 396 43, 28 | nakomelingen, opdat zij zich mochten bekeren. ~ 397 43, 36 | 36. En wie zich van de aanbidding van de 398 43, 48 | straf ondergaan opdat zij zich mochten bekeren. ~ 399 43, 52 | deze onaanzienlijke man die zich nauwelijks kan uitdrukken? ~ 400 43, 57 | volk rijst op en keerde zich of in ofschuw. ~ 401 43, 71 | alles zijn wat de zielen zich wensen en waar de ogen van 402 43, 83 | 83. Laat hen praten en zich vermaken totdat de Dag komt 403 44, 9 | 9. Doch zij vermaken zich door te twijfelen. ~ 404 44, 14 | 14. En zij hebben zich van hem afgewend zeggende: " 405 46, 3 | maar de ongelovigen wenden zich af van hetgeen, waardoor 406 46, 27 | tekenen uitgelegd opdat zij zich mochten bekeren. ~ 407 47, 12 | terwijl de ongelovigen zich vermaken en eten zoals het 408 48, 16 | om te vechten totdat zij zich overgeven. Dan, als gij 409 48, 17 | rivieren stromen: maar wie zich omkeert, hem zal Hij door 410 48, 29 | onder elkander. Gij ziet hen zich buigen en nederwerpen (in 411 48, 29 | aangezicht zijn de sporen van het zich ter aarde werpen. Dit is 412 50, 2 | 2. Maar zij verwonderen zich dat er uit e hun midden 413 50, 8 | voor iedere dienaar die zich er toe wendt. ~ 414 50, 32 | beloofd voor een ieder die zich bekeerde en die waakzaam 415 51, 9 | Daarvan wordt afgewend wie zich (van het ware geloof) afwendt. ~ 416 51, 39 | 39. Maar deze wendde zich af om zijn macht en zeide: " 417 51, 45 | opstaan noch konden zij zich hiertegen beschermen. ~ 418 52, 12 | 12. Die zich in ijdel gesprek vermaken. ~ 419 52, 25 | 25. En zij zullen zich vragend tot elkander wenden. ~ 420 53, 17 | 17. Wendde zijn oog zich niet af, noch ging het de 421 53, 29 | u daarom van hem af die zich van de gedachtenis aan Ons 422 53, 33 | 33. Ziet gij hem die zich afwendt (van het rechte 423 54, 2 | een teken zien wenden zij zich er van af en zeggen: "Een 424 54, 8 | 8. Zich naar de omroeper haastend. 425 54, 47 | zullen in dwaling verkeren en zich in een vlammend Vuur bevinden. ~ 426 55, 54 | 54. Zij zullen zich nedervlijen op divans met 427 56, 28 | 28. Zij zullen zich bevinden tussen doornloze 428 56, 79 | aanraken behalve zij die zich louteren. ~ 429 57, 3 | Eerste en de Laatste, de Zich Manifesterende en de Verborgene, 430 57, 4 | schiep; daarna zette Hij zich op de Troon neder. Hij weet 431 57, 24 | vrekkig te worden en wie zich van Hem afwendt; voorzeker 432 58, 13 | niet doet en Allah heeft zich met barmhartigheid tot u 433 58, 14 | degenen niet gezien, die zich bevrienden met een volk, 434 59, 9 | 9. En degenen die zich in de stad hebben gehuisvest 435 59, 21 | neerkomen, dan hadt gij de berg zich zien vernederen en splijten 436 60, 6 | Laatste Dag vreest. En wie zich (van de Waarheid) afwendt, - 437 60, 6 | afwendt, - waarlijk, Allah is zich zelf genoeg, Geprezen. ~ 438 61, 1 | 1. Wat zich ook in de hemelen en op 439 61, 5 | afdwaalden deed Allah hun hart zich afwenden, want Allah leidt 440 62, 1 | 1. Alles wat zich in de hemelen en op aarde 441 63, 5 | hoofd af en gij ziet hen zich hoogmoedig terugtrekken. ~ 442 64, 6 | de Waarheid) en wendden zich af, Allah toonde Zijn zelfgenoegzaamheid, 443 65, 1 | bepaalde termijn) tenzij zij zich openlijk onbetamelijk gedragen. 444 67, 2 | moge beproeven wie onder u zich het beste gedraagt; en Hij 445 67, 27 | gezicht der ongelovigen zich verduisteren en er zal gezegd 446 68, 35 | Zullen Wij dan degenen die zich onderwerpen even als de 447 69, 12 | gebeurtenis) kan onthouden zich deze moge herinneren. 448 69, 17 | troon van uw Heer boven zich houden. ~ 449 70, 11 | die Dag zal de schuldige zich gaarne van de straf willen 450 70, 14 | allen die op aarde zijn, om zich te redden. ~ 451 70, 17 | Het zal hem opeisen, die zich afwendt en wegloopt ~ 452 70, 36 | scheelt de ongelovigen die zich naar u toe spoeden ~ 453 70, 42 | 42. Laten zij zich aan ijdele gesprekken overgeven 454 70, 42 | gesprekken overgeven en zich vermaken tot zij de Dag 455 70, 43 | 43. De Dag waarop zij zich uit hun graven zullen haasten 456 70, 43 | zullen haasten alsof zij zich naar een bepaald doel spoeden, ~ 457 71, 7 | vingers in de oren, bedekten zich met hun kleren, volhardden ( 458 71, 7 | hun ongeloof) en gedroegen zich laatdunkend. ~ 459 71, 25 | gedreven. Zij konden daar voor zich geen helpers vinden tegen 460 72, 14 | zijn afgeweken. En zij die zich onderwerpen - hebben de 461 72, 16 | 16. Indien zij zich aan het rechte pad houden 462 72, 17 | proef te stellen. En wie zich van de gedachte aan zijn 463 73, 20 | volhouden, en daarom heeft Hij Zich in barmhartigheid tot u 464 74, 21 | 21. Toen keek hij (om zich heen), ~ 465 74, 23 | 23. Dan keerde hij zich om en toonde zich hovaardig. 466 74, 23 | keerde hij zich om en toonde zich hovaardig. 467 74, 49 | Wat scheelt hun dat zij zich van de vermaning afwenden ~ 468 75, 32 | verloochende (de profeet) en wendde zich af. ~ 469 76, 13 | 13. Zich daarin nedervlijende op 470 77, 42 | fruit ontvangen, zoals zij zich mogen wensen. 471 77, 48 | u neder!" dan buigen zij zich niet. ~ 472 79, 1 | 1. Bij hen die zich volledig inspannen, ~ 473 79, 22 | 22. Maar wendde zich daarna haastig af. ~ 474 79, 35 | 35. De Dag waarop de mens zich zal herinneren hetgeen hij 475 80, 1 | zijn voorhoofd) en wendde zich af. ~ 476 80, 3 | gij? Misschien wilde hij zich laten louteren. ~ 477 80, 7 | aansprakelijk zijt als hij zich niet loutert. ~ 478 80, 8 | 8. Maar hij die zich tot u haast, ~ 479 83, 14 | plachten te verdienen heeft zich als roest aan hun hart gehecht. ~ 480 84, 21 | voorgedragen, werpen zij zich niet ter aarde neer, ~ 481 85, 8 | 8. En zij wreekten zich slechts op hen omdat zij 482 87, 11 | Maar de rampzalige zal zich ervan afwenden, ~ 483 87, 14 | Voorzeker, geslaagd is hij die zich loutert. ~ 484 88, 3 | 3. Zwoegend, zich afmattende, ~ 485 88, 23 | 23. Maar hij die zich afwendt en niet gelooft, ~ 486 89, 11 | 11. Die zich in de steden aan overtreding 487 92, 16 | 16. Die loochent en zich afwendt. ~ 488 92, 18 | zijn rijkdommen weggeeft om zich te louteren. ~ 489 96, 7 | 7. Omdat hij zich onafhankelijk denkt. ~ 490 96, 13 | Waarheid) verloochent en zich afwendt. ~ 491 100, 5 | der vijandelijke menigte zich een weg banen. ~ 492 107, 7 | 7. En zich er van weerhouden de behoeftige 493 113, 3 | duisternis wanneer deze zich verspreidt ~


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License