Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
aar 2
aard 1
aardbeving 5
aarde 434
aardewerk 1
aardse 1
aaridj 1
Frequency    [«  »]
474 mij
471 dag
461 volk
434 aarde
413 onze
395 wanneer
392 o

Koran

IntraText - Concordances

aarde

                                                    bold = Main text
    Sura, Verse                                     grey = Comment text
1 Voo | Heer der hemelen en der aarde. ~De Nederlandse vertaling~ 2 2, 11 | gezegd: "Richt geen onheil op aarde aan" dan zeggen zij: "Wij 3 2, 22 | 22. Die u de aarde tot een legerstede maakte 4 2, 27 | scheiden en die onheil op aarde stichten, dezen zijn de 5 2, 29 | is het, Die alles, wat op aarde is, voor u schiep: daarna 6 2, 30 | Ik wil een stedehouder op aarde plaatsen," zeiden zij: " 7 2, 33 | geheimen der hemelen en der aarde en Ik weet, wat gij onthult 8 2, 36 | elkander vijandig. Er zal op aarde een tijdelijke woonplaats 9 2, 60 | voortgebracht en wandelt niet op aarde, onheil stichtende. ~ 10 2, 61 | dat Hij van hetgeen op aarde groeit - groenten en komkommers 11 2, 71 | afgericht is geweest, om de aarde te beploegen, of de akkers 12 2, 107| koninkrijk der hemelen en der aarde aan Allah behoort? En buiten 13 2, 116| wat in de hemelen en op aarde is, behoort Hem toe en alles 14 2, 117| Schepper van de hemelen en aarde. Wanneer Hij iets besluit, 15 2, 125| neder buigen en zich ter aarde werpen. ~ 16 2, 164| schepping der hemelen en der aarde en in de wisseling van nacht 17 2, 164| nederzendt, waarmede Hij de aarde doet herleven na haar dood 18 2, 164| die tussen de hemel en de aarde in dienst zijn gesteld, 19 2, 168| geoorloofd en goed is op aarde en treedt niet in de voetstappen 20 2, 251| terugdrijven, dan zou de aarde verdorven zijn. Maar Allah 21 2, 255| in de hemelen en wat op aarde is, behoort Hem. Wie kan 22 2, 255| zich uit over hemelen en aarde en het waken over beide 23 2, 264| een gladde rots, die met aarde is bedekt, waarop een stortregen 24 2, 267| hetgeen Wij voor u uit de aarde voortbrengen en zoekt niet 25 2, 284| de hemelen en wat op de aarde is; en indien gij openbaart 26 3, 5 | Voorzeker, er is niets op aarde of in de hemelen voor Allah 27 3, 29 | wat in de hemelen en op aarde is. Allah heeft de macht 28 3, 83 | hetgeen in de hemelen en op aarde is zich willens of onwillens 29 3, 91 | van geen hunner zal een aarde vol goud worden aanvaard 30 3, 109| hemelen en al hetgeen op aarde is en tot Allah worden alle 31 3, 113| zich met het gelaat ter aarde werpt. ~ 32 3, 129| hemelen en al hetgeen op aarde is. Hij vergeeft wie Hij 33 3, 133| uitgestrektheid de hemelen en de aarde is, bereid voor de godvrezenden, ~ 34 3, 137| voorbijgegaan, reist daarom over de aarde en ziet, hoe het einde was 35 3, 180| erfdeel der hemelen en der aarde en Allah is goed op de hoogte 36 3, 189| koninkrijk der hemelen en der aarde en Allah heeft macht over 37 3, 190| schepping der hemelen en der aarde en in de wisseling van dag 38 3, 191| schepping der hemelen en der aarde, zeggende: "Onze Heer, Gij 39 4, 42 | gehoorzaamden, wensen, dat de aarde met hen gelijk zou worden 40 4, 43 | uw toevlucht tot zuivere aarde en veegt er uw gezicht en 41 4, 97 | echter zeggen: "Was Allah's aarde u niet groot genoeg om daarop 42 4, 100| van Allah vlucht, zal op aarde toevluchtsoorden en overvloed 43 4, 126| hemelen en alles wat op aarde is en Allah omvat alle dingen. ~ 44 4, 131| in de hemelen en wat op aarde is. En wij hebben zeker 45 4, 131| wat in de hemelen en op de aarde is behoort aan Allah en 46 4, 132| hemelen en alles, wat op aarde is en Allah is voldoende 47 4, 170| wat in de hemelen en op aarde is en Allah is Alwetend, 48 4, 171| wat in de hemelen en op aarde is en Allah is als Bewaarder 49 5, 6 | uw toevlucht tot zuivere aarde en veegt daarmede uw gezicht 50 5, 17 | zijn moeder en allen die op aarde zijn, teniet wil doen?" 51 5, 17 | koninkrijk der hemelen en der aarde en al wat daartussen is. 52 5, 18 | koninkrijk der hemelen en der aarde en wat daartussen is en 53 5, 32 | daarna -velen hunner op aarde tot over treders. ~ 54 5, 36 | ongelovigen al hetgeen op aarde is en nog eens zoveel, om 55 5, 40 | koninkrijk der hemelen en der aarde aan Allah toebehoort? Hij 56 5, 64 | pogen wanorde te scheppen op aarde en Allah heeft de onruststokers 57 5, 97 | in de hemelen en wat op aarde is en dat Allah kennis heeft 58 5, 120| koninkrijk der hemelen en der aarde en wat daartussen is en 59 6, 1 | toe, Die de hemelen en de aarde schiep en de duisternis 60 6, 3 | Allah in de hemelen en op aarde. Hij kent uw innerlijk en 61 6, 6 | hadden hun zulke macht op de aarde gegeven als Wij u niet hebben 62 6, 11 | 11. Zeg: "Gaat op aarde rond en ziet, wat het einde 63 6, 12 | hetgeen in de hemelen en op aarde is?" Zeg: "Aan Allah." Hij 64 6, 14 | Schepper der hemelen en der aarde, Die voedt en niet wordt 65 6, 35 | indien gij een opening in de aarde of een ladder naar de hemelen 66 6, 38 | is geen beest dat op de aarde kruipt, noch een vogel die 67 6, 59 | korrel in de duisternis der aarde, noch iets dat groen of 68 6, 71 | hebben neergeveld op de aarde in een toestand van verbijstering 69 6, 73 | het, Die de hemelen en de aarde in werkelijkheid schiep. 70 6, 75 | koninkrijk der hemelen en der aarde, opdat hij tot de vastgelovenden 71 6, 79 | Hem, Die de hemelen en de aarde schiep en ik behoor niet 72 6, 101| Schepper der hemelen en der aarde. Hoe kan Hij een zoon hebben, 73 6, 116| merendeel dergenen die op aarde zijn, volgt, zullen zij 74 6, 165| En Hij is het, die u op aarde tot opvolgers maakte en 75 7, 10 | 10. En Wij hebben u op aarde gevestigd en u daarop van 76 7, 24 | u een verblijfplaats op aarde en een voorziening voor 77 7, 53 | worden teruggezonden (naar de aarde), opdat wij anders mochten 78 7, 54 | Allah, Die de hemelen en de aarde in zes dagen schiep; daarna 79 7, 56 | En schept geen wanorde op aarde, nadat zij is geordend en 80 7, 73 | opdat zij zich van Allah's aarde moge voeden en doet haar 81 7, 74 | Allah en wandelt niet op aarde, onheil stichtend. ~ 82 7, 85 | en schept geen wanorde op aarde nadat zij geordend is. Dit 83 7, 96 | zegeningen van de hemel en van de aarde voor hen hebben gezonden, 84 7, 100| Doet het degenen, die de aarde beerven na haar (vroegere) 85 7, 128| geduldig. Voorzeker, de aarde behoort aan Allah. Hij geeft 86 7, 146| onrechte trots handelen op aarde weldra van Mijn tekenen 87 7, 158| koninkrijk der hemelen en der aarde behoort. Er is geen God 88 7, 168| verdeelden hen in groepen over de aarde. Er zijn onder hen rechtvaardigen 89 7, 176| verheffen doch hij verkoos de aarde en volgde zijn begeerten, 90 7, 185| koninkrijk der hemelen en der aarde en alle dingen die Allah 91 7, 187| zwaar op de hemel en op de aarde. Het zal slechts onverwacht 92 8, 63 | Indien gij al hetgeen op aarde is had besteed, kondet gij 93 9, 25 | dit baatte u niets en de aarde werd ondanks haar uitgestrektheid 94 9, 36 | waarop Hij de hemelen en de aarde schiep. Vier hiervan zijn 95 9, 38 | gelooft, waarom buigt gij ter aarde wanneer er tot u wordt gezegd: " 96 9, 74 | straffen en zij zullen op aarde vriend noch helper hebben. ~ 97 9, 112| nederbuigen, die zich ter aarde werpen, die tot het goede 98 9, 116| koninkrijk der hemelen en der aarde behoort. Hij schenkt het 99 9, 118| achtergelaten gewend, totdat de aarde met haar uitgestrektheid 100 10, 3 | Heer, Die de hemelen en de aarde in zes dagen schiep, en 101 10, 6 | Allah in de hemelen en op aarde heeft geschapen zijn er 102 10, 14 | Wij u tot stedehouders op aarde gesteld, opdat Wij zien, 103 10, 18 | Hij in de hemelen of op aarde nog niet zou kennen, inlichten?" 104 10, 24 | hierdoor het gewas van de aarde weelderig, waarvan mensen 105 10, 24 | eten, totdat, wanneer de aarde haar sier ontvangt en er 106 10, 31 | voedsel van de hemel en de aarde? Of wie is het, die macht 107 10, 54 | onrechtvaardig handelt al hetgeen op aarde is, zou bezitten, zou zij 108 10, 55 | hetgeen in de hemelen en op aarde is en weet, dat Allah's 109 10, 61 | gewicht van een atoom op aarde of in de hemel verborgen. 110 10, 66 | hetgeen in de hemelen en op aarde bestaat. Wat volgen zij 111 10, 68 | wat in de hemelen en op aarde is. Gij hebt hier geen gezag 112 10, 99 | gewild, zouden allen die op aarde zijn, zeker tezamen hebben 113 10, 101| wat in de hemelen en op aarde gebeurt." Maar tekenen, 114 11, 6 | is geen schepsel dat op aarde kruipt, of zijn voorziening 115 11, 7 | het, Die de hemelen en de aarde in zes dagen schiep en Zijn 116 11, 40 | gebod kwam en de bronnen der aarde spoten, zeiden Wij: "Scheept 117 11, 44 | En er werd gezegd: " O, aarde, slok op uw water en o, 118 11, 56 | geen schepsel, dat zich op aarde beweegt, of Hij houdt het 119 11, 61 | Hij wekte u op vanuit de aarde en vestigde u er. Vraagt 120 11, 64 | in vrijheid) op Allah's aarde moge voeden en doe haar 121 11, 85 | goederen noch sticht onheil op aarde." ~ 122 11, 107| zolang de Hemelen en de Aarde bestaan in vertoeven, met 123 11, 108| zolang de Hemelen en de Aarde bestaan, met uitzondering 124 11, 116| mensen, die het verderf op aarde konden verhinderen op enkelen 125 11, 123| geheimen van de hemelen en de aarde en naar Hem zal het geheel 126 12, 101| Schepper der hemelen en der aarde, Gij zijt mijn Beschermer 127 12, 105| niet in de hemelen en op aarde waaraan zij, zich afwendend, 128 12, 109| Hebben zij dan niet op aarde gereisd en gezien wat het 129 13, 3 | 3. En Hij is het, Die de aarde uitspreidde, er bergen op 130 13, 4 | 4. En er zijn op aarde aan elkaar grenzende streken 131 13, 15 | wie in de hemelen en op aarde is, onderwerpt zich willens 132 13, 16 | Heer der hemelen en der aarde?" Zeg: "Allah." Zeg: "Hebt 133 13, 17 | nut strekt, dit blijft op aarde. Zo geeft Allah de gelijkenissen. ~ 134 13, 18 | indien zij al hetgeen op aarde is en het gelijke er aan 135 13, 25 | te zijn, afsnijden en op aarde wanorde stichten, hen treft 136 13, 31 | konden worden verzet, de aarde kon worden gespleten, of 137 13, 33 | inlichten over hetgeen Hem op aarde onbekend was? Of is het 138 14, 2 | ook in de hemelen en op aarde is, toebehoort. Maar wee 139 14, 8 | gij en al degenen die op aarde zijn, voorwaar, Allah is 140 14, 10 | Schepper der hemelen en der aarde? Hij roept u, opdat Hij 141 14, 19 | dat Allah de hemelen en de aarde in waarheid schiep? Als 142 14, 26 | boom die ontworteld ter aarde ligt en geen vaste grond 143 14, 32 | Hij, Die de hemelen en de aarde schiep en water uit die 144 14, 38 | bekend maken. Er is niets op aarde of in de hemel voor Allah 145 14, 48 | dag (zal komen) waarop de aarde en de hemel door een andere 146 14, 48 | de hemel door een andere aarde en hemel zullen worden vervangen; 147 15, 19 | 19. En Wij hebben de aarde uitgespreid, er hechte bergen 148 15, 39 | voor hen (de dingen) op aarde schoonschijnend maken en 149 15, 85 | hebben de hemelen en de aarde en al hetgeen er tussen 150 15, 98 | tot degenen die zich ter aarde werpen. ~ 151 16, 3 | Hij heeft de hemelen en de aarde in waarheid geschapen. Verheven 152 16, 13 | verscheidene kleuren op aarde voor u heeft geschapen is 153 16, 15 | heeft hechte bergen op de aarde geplaatst opdat gij niet 154 16, 36 | dwalen. Reist daarom op aarde rond en ziet wat het einde 155 16, 49 | en welk schepsel ook op aarde bestaat onderwerpt zich 156 16, 52 | hetgeen in de hemelen en op aarde is en Hem is voortdurende 157 16, 61 | geen levend schepsel op aarde achterlaten, maar Hij geeft 158 16, 65 | hemel nedergezonden en er de aarde na haar dood mee opgewekt. 159 16, 73 | van de hemelen of van de aarde in het geheel niet beschikken, 160 16, 77 | van de hemelen en van de aarde. En het geval van het Uur 161 17, 4 | tweemaal zult gij op de aarde verderf teweeg brengen en 162 17, 37 | wandel niet hoogmoedig op aarde rond want gij kunt de aarde 163 17, 37 | aarde rond want gij kunt de aarde niet doen splijten, noch 164 17, 44 | De zeven hemelen en de aarde en degenen die daarin vertoeven 165 17, 55 | hetgeen in de hemelen en op aarde is. En Wij hebben sommige 166 17, 61 | zeide: "Moet ik mij ter aarde werpen voor iemand die Gij 167 17, 90 | doet ontspringen aan de aarde." 168 17, 95 | 95. Zeg: "Hadden er op aarde engelen in vrede en rust 169 17, 99 | Allah, Die de hemelen en de aarde schiep, bij machte is hun 170 17, 102| Heer der Hemelen en der aarde deze tekenen heeft gezonden; 171 17, 107| zich met hun aangezicht ter aarde wanneer deze hun wordt voorgelezen; ~ 172 18, 7 | Wij hebben al hetgeen op aarde is tot haar sieraad gemaakt 173 18, 14 | Heer der hemelen en der aarde. Nimmer zullen wij een andere 174 18, 26 | geheimen der hemelen en der aarde, hoe Ziende is Hij en hoe 175 18, 45 | waardoor de planten der aarde volop groeien en daarna 176 18, 47 | zullen verzetten en gij de aarde zult zien oprijzen en Wij 177 18, 51 | schepping der hemelen en der aarde, noch van hun eigen schepping 178 18, 84 | vestigden zijn macht op aarde en schonken hem de middelen ( 179 18, 94 | Magog stichten onheil op aarde, mogen wij u dan schatting 180 19, 40 | 40. Wij zijn het, Die de aarde en alles wat zich daarop 181 19, 65 | Heer der hemelen en der aarde en al hetgeen hier tussen 182 19, 90 | vaneen te scheuren, en de aarde te splijten en de bergen 183 19, 93 | niemand in de hemelen en op de aarde die niet als een dienaar 184 20, 4 | openbaring van Hem, Die de aarde en de verheven hemelen heeft 185 20, 6 | hetgeen in de hemelen en op aarde is, eveneens hetgeen er 186 20, 53 | 53. Hij is het Die u de aarde heeft gegeven tot een wieg 187 20, 55 | 55. Uit de aarde hebben Wij u geschapen en 188 20, 70 | tovenaars werden plat ter aarde geworpen, zich nederbuigend. 189 20, 106| 106. "En Hij zal haar (de aarde) als een lege vlakte laten." ~ 190 21, 4 | weet wat in de hemel en op aarde wordt gezegd; Hij is de 191 21, 16 | schiepen de hemel en de aarde en al hetgeen er tussen 192 21, 19 | wat in de hemelen en op aarde is, en degenen die zich 193 21, 21 | afgodendienaars) goden genomen van de aarde die de doden kunnen opwekken? ~ 194 21, 22 | waren in (de hemel en op aarde) zouden dezen voorzeker 195 21, 30 | ingezien dat de hemel en de aarde gesloten waren en dat Wij 196 21, 31 | 31. En Wij hebben op aarde onwrikbare bergen geplaatst, 197 21, 56 | van de hemelen en van de aarde, Die deze schiep en ik leg 198 21, 105| rechtvaardige dienaren de aarde zullen erven. ~ 199 22, 5 | meer weten. En gij ziet de aarde levenloos, doch wanneer 200 22, 18 | wat in de hemelen en op aarde is, de zon, de maan, de 201 22, 26 | en neerbuigen en zich ter aarde werpen. ~ 202 22, 41 | Degenen die, indien Wij hen op aarde vestigen, het gebed verrichten 203 22, 63 | de hemel nederzendt en de aarde daardoor groen wordt? Allah 204 22, 64 | hetgeen in de hemelen en op aarde is. En Allah is inderdaad 205 22, 65 | dat Allah al hetgeen op aarde is in uw dienst heeft gesteld, 206 22, 65 | weerhoudt de hemel ervan op aarde te vallen behalve met Zijn 207 22, 70 | hetgeen in de hemelen en op aarde is, kent? Voorwaar dat is 208 22, 77 | buigt u neder en werpt u ter aarde, en aanbidt uw Heer, en 209 23, 18 | hoeveelheid en Wij doen deze in de aarde blijven en voorzeker zijn 210 23, 27 | komt en de oppervlakte der aarde overstroomt, neem dan aan 211 23, 33 | overvloed (van het goede der aarde) hadden gegeven, zeiden: " 212 23, 71 | zouden de hemelen en de aarde en al hetgeen daarin is, 213 23, 79 | heeft vermenigvuldigd op aarde en tot Hem zult gij worden 214 23, 84 | 84. Zeg: "Wie behoort de aarde toe en al hetgeen daarop 215 23, 112| Hoeveel jaren zijt gij op de aarde gebleven?" ~ 216 24, 35 | Licht van de hemelen en de aarde. De gelijkenis van Zijn 217 24, 41 | alles in de hemelen en op aarde, ook de vogels met hun uitgespreide 218 24, 42 | koninkrijk der hemelen en der aarde en tot Allah is de terugkeer. ~ 219 24, 55 | voorzeker tot stedehouders op aarde zal stellen, zoals Hij degenen 220 24, 57 | degenen die niet geloven, op aarde kunnen ontsnappen, hun tehuis 221 24, 64 | wat in de hemelen en op aarde is. Hij kent uw toestand 222 25, 2 | Koninkrijk der hemelen en der aarde toebehoort, Hij heeft zich 223 25, 6 | geheimen der hemelen en der aarde kent, heeft het nedergezonden. 224 25, 59 | Hij, Die de hemelen en de aarde en alles wat er tussen is, 225 25, 63 | zij, die zachtmoedig op aarde wandelen en als de onwetenden 226 25, 64 | doorbrengen zich voor hun Heer ter aarde werpende en voor Hem staande. ~ 227 26, 7 | 7. Zien zij niet op aarde - hoeveel voortreffelijke 228 26, 24 | Heer der hemelen en der aarde en van alles wat er tussen 229 26, 102| ons een terugkeer (naar de aarde) was, zouden wij tot de 230 26, 152| 152. Die onheil op aarde stichten, en zich niet beteren," ~ 231 26, 183| door onheil te stichten op aarde. ~ 232 27, 25 | hetgeen in de hemelen en op aarde verborgen is aan het licht 233 27, 60 | Hij Die de hemelen en de aarde schiep en water uit de hemelen 234 27, 61 | 61. Hij Die de aarde tot een rustplaats maakte, 235 27, 62 | wegneemt en u opvolgers op aarde maakt? Is er een God naast 236 27, 64 | voorziet uit de hemel en de aarde? Is er een God naast Allah?" 237 27, 65 | Niemand in de hemelen en op aarde kent het onzienlijke, behalve 238 27, 69 | Zeg tot hen: "Reist op aarde en ziet hoe het einde der 239 27, 75 | niets in de hemelen of op aarde verborgen, of het staat 240 27, 82 | zullen Wij een dier uit de aarde te voorschijn brengen dat 241 27, 87 | hemelen en ook zij die op aarde zijn, schrikken, behalve 242 28, 5 | En Wij wensten hun die op aarde als zwak beschouwd werden 243 28, 6 | 6. En hen te vestigen op aarde; om Pharao en Hamaan en 244 28, 77 | en schep geen wanorde op aarde, want Allah heeft hen, die 245 28, 81 | Wij hem en zijn huis in de aarde verzinken; en hij had geen 246 28, 82 | geweest zou Hij ons ook in de aarde hebben doen verzinken. Wee, 247 28, 83 | geven het degenen die op aarde geen zelfverheffing wensen, 248 29, 20 | 20. Zeg: "Trek op aarde rond en zie hoe Allah de 249 29, 22 | Allah in de hemel of op aarde verijdelen; noch hebt gij 250 29, 36 | laatste dag en wandel niet op aarde onheil stichtende." ~ 251 29, 39 | handelden hoogmoedig op aarde; toch konden zij Ons niet 252 29, 40 | hen waren er die Wij in de aarde deden verzinken, en onder 253 29, 44 | schiep de hemelen en de aarde in waarheid Daarin is zeker 254 29, 52 | wat in de hemelen en op aarde is. Zij die in de leugen 255 29, 56 | Mijn gelovige dienaren Mijn aarde is uitgestrekt, aanbidt 256 29, 61 | Wie heeft de hemelen en de aarde geschapen, en de zon en 257 29, 63 | geeft er leven door aan de aarde na haar dood?", zullen zij 258 30, 8 | Allah heeft de hemelen en de aarde en alles wat daartussen 259 30, 9 | 9. Hebben zij niet op aarde gereisd, zodat zij mochten 260 30, 18 | roem in de hemelen en op aarde - bij nacht en des daags. ~ 261 30, 19 | levenden voort; en Hij geeft de aarde leven na haar dood, en evenzo 262 30, 22 | schepping der hemelen en der aarde, en de verscheidenheid van 263 30, 24 | nederzendt waarmede hij de aarde doet herleven na haar dood. 264 30, 25 | tekenen, dat de hemelen en de aarde in stand blijven door Zijn 265 30, 25 | wanneer Hij u eenmaal van de aarde zal roepen, ziet! zult gij 266 30, 26 | die in de hemelen en op aarde is; allen zijn Hem gehoorzaam. ~ 267 30, 27 | attributen in de hemelen en op aarde, en Hij is de Almachtige, 268 30, 42 | 42. Zeg: "Reist op aarde en ziet hoe het einde was 269 30, 50 | barmhartigheid: hoe Hij de aarde doet herleven na haar dood. 270 30, 51 | hadden gezonden en zij de aarde zagen geel worden, zouden 271 31, 10 | pilaren en Hij heeft op aarde hechte bergen gemaakt opdat 272 31, 10 | edele soorten daarin (de aarde) doen groeien. ~ 273 31, 16 | bevinden of in de hemelen of op aarde, Allah zal het zeker openbaar 274 31, 18 | noch wandel in hoogmoed op aarde; want Allah heeft de hoogmoedige 275 31, 20 | wat in de hemelen en op aarde is in uw dienst heeft gesteld 276 31, 25 | schiep de hemelen en de aarde?" zullen zij gewis antwoorden: " 277 31, 26 | hetgeen in de hemelen en op aarde is, voorzeker Allah is Zichzelf-genoeg, 278 31, 27 | 27. En als alle bomen op aarde pennen waren en de oceaan, 279 32, 4 | het, Die de hemelen en de aarde en hetgeen er tussen is 280 32, 5 | bestel van de hemel tot de aarde, daarna zal deze tot Hem 281 32, 10 | Zullen wij, wanneer wij in de aarde verloren zijn, opnieuw worden 282 32, 15 | zich met het gelaat ter aarde werpen en hun Heer verheerlijken 283 33, 72 | Wij boden de hemelen, de aarde en de bergen aan, hun (iets) 284 34, 1 | wat in de hemelen en op aarde is en Hem komt alle Lof 285 34, 2 | 2. Hij weet alles wat de aarde binnengaat en wat er uit 286 34, 3 | niets in de hemelen of op de aarde verborgen, zelfs niet het 287 34, 9 | van de hemel en van de aarde is? Indien het Ons behaagde 288 34, 9 | Ons behaagde konden Wij de aarde met hen doen inzinken, of 289 34, 14 | beseffen, dan een worm der aarde die zijn staf (macht) opvrat 290 34, 22 | atoom in de hemelen of op aarde noch hebben zij enig aandeel 291 34, 24 | levensonderhoud van de hemelen en de aarde?" Zeg: "Allah." Zijn wij 292 35, 1 | Schepper der hemelen en der aarde, Die de engelen tot boodschappers 293 35, 3 | geeft van de hemelen en de aarde? Er is geen God naast Hem. 294 35, 9 | land en geven leven aan de aarde na haar dood. Zo is de Opstanding. ~ 295 35, 38 | geheimen der hemelen en der aarde. Waarlijk, Hij weet wat 296 35, 39 | Die u tot stedehouders op aarde heeft gemaakt. Hij die niet 297 35, 40 | mij aan hetgeen zij van de aarde hebben geschapen. Of hebben 298 35, 41 | Allah houdt de hemelen en de aarde in stand opdat zij niet 299 35, 43 | Evenals in aanmatiging op aarde en in het smeden van boze 300 35, 44 | 44. Hebben zij niet op aarde gereisd en gezien hoe het 301 35, 44 | niets in de hemelen en op aarde dat Allah kan overweldigen, 302 36, 33 | 33. En de dorre aarde is voor hen een teken; Wij 303 36, 36 | paren schiep van hetgeen op aarde groeit en van hen zelf en 304 36, 44 | tijdelijk genot (voor hen op aarde). ~ 305 36, 81 | Hij, Die de hemelen en de aarde schiep, niet in staat hun 306 37, 5 | Heer der hemelen en der aarde en van alles wat er tussen 307 38, 10 | koninkrijk der hemelen en der aarde en alles wat er tussen is 308 38, 26 | hebben u als stedehouder op aarde aangewezen, spreek daarom 309 38, 27 | hebben de hemelen en de aarde en alles wat er tussen is 310 38, 28 | als de onheilstichters op aarde of moeten Wij de godvruchtigen 311 38, 66 | Heer van de hemelen en de aarde, en alles wat er tussen 312 39, 5 | schiep de hemelen en de aarde in waarheid. Hij doet de 313 39, 10 | is het goede. En Allah's aarde is ruim. Voorwaar, aan de 314 39, 21 | nederzendt en het in de aarde doet binnendringen tot ( 315 39, 38 | Wie heeft de hemelen en de aarde geschapen?", zullen zij 316 39, 44 | koninkrijk der hemelen en der aarde en naar Hem zult gij worden 317 39, 46 | Schepper der hemelen en der aarde! Kenner van het onzichtbare 318 39, 47 | bezaten al hetgeen op de aarde is en nog eens zoveel daarbij, 319 39, 63 | schatten der hemelen en der aarde; en zij die de tekenen van 320 39, 67 | Zijn Waardigheid. De gehele aarde zal in Zijn greep zijn op 321 39, 68 | die in de hemelen en op aarde zijn, zullen bezwijmen, 322 39, 69 | 69. En de aarde zal door het licht van haar 323 40, 21 | Hebben zij niet over de aarde gereisd en gezien wat het 324 40, 21 | kracht en in hun sporen op aarde. Toch greep Allah hen voor 325 40, 57 | schepping der hemelen en der aarde is groter dan de schepping 326 40, 64 | 64. Allah is het, Die de aarde voor u als een rustplaats 327 40, 75 | gezegd: "Dit is omdat gij op aarde ten onrechte placht te jubelen 328 40, 82 | 82. Hebben zij niet op aarde gereisd en gezien wat het 329 40, 82 | in de sporen die zij op aarde achterlieten. Maar alles 330 41, 9 | gij werkelijk Hem Die de aarde in twee dagen schiep? En 331 41, 10 | deze gezegend en er op (de aarde) de voedingsmiddelen bepaald, 332 41, 11 | zeide hiertegen en tot de aarde: "Komt beiden, willens of 333 41, 15 | onrechte laatdunkend op aarde en zeiden: "Wie is machtiger 334 41, 39 | Zijn tekenen, dat gij de aarde droog en verschroeid ziet, 335 42, 4 | hetgeen in de hemelen en op aarde is en Hij is de Hoogste, 336 42, 5 | vergiffenis voor hen die op aarde zijn. Ziet toe! Allah is 337 42, 11 | Schepper der hemelen en der aarde. Hij heeft u tot paren gemaakt, 338 42, 12 | schatten van de hemelen en de aarde. Hij vergroot en bekrimpt 339 42, 27 | vergroot, zouden zij op aarde verderf hebben veroorzaakt: 340 42, 29 | Schepping der hemelen en der aarde, en der levende wezens die 341 42, 31 | 31. En gij kunt op aarde niet ontkomen noch hebt 342 42, 49 | koninkrijk der hemelen en der aarde. Hij schept wat Hij wil. 343 42, 53 | hetgeen in de hemelen en op aarde is, toebehoort. Ziet toe, 344 43, 9 | schiep de hemelen en de aarde?" zullen zij zeker zeggen: " 345 43, 10 | 10. Die de aarde voor u als wieg heeft gemaakt 346 43, 60 | midden tot opvolgers op aarde maken. ~ 347 43, 82 | Heer der hemelen en der aarde, de Heer van de Troon, boven 348 43, 84 | is God in de hemel en op aarde en Hij is de Alwijze, de 349 43, 85 | Koninkrijk der hemelen en der aarde en alles, wat er tussen 350 44, 7 | Heer der hemelen en der aarde en alles wat er tussen is, 351 44, 29 | 29. De hemel en de aarde weenden niet om hen noch 352 44, 38 | hebben de hemelen en de aarde en alles wat er tussen is 353 45, 3 | Voorwaar, in de hemelen en op aarde zijn tekenen voor de gelovigen. ~ 354 45, 4 | Hij verspreidt (over de aarde), zijn tekenen voor een 355 45, 5 | nederzendt waardoor Hij de aarde doet herleven na haar dood 356 45, 13 | afkomstig in de hemelen en op aarde aan u onderworpen. Daarin 357 45, 22 | Allah heeft de hemelen en de aarde in waarheid geschapen, zo 358 45, 27 | heerschappij der hemelen en der aarde; de Dag waarop het Uur aanbreekt, 359 45, 36 | Heer der hemelen en der aarde; de Heer der Werelden. ~ 360 45, 37 | Grootheid in de hemelen en op aarde: en Hij is de Machtige, 361 46, 3 | hebben de hemelen en de aarde en alles wat er tussen is 362 46, 4 | mij, welk deel zij van de aarde hebben geschapen. Of hebben 363 46, 20 | omdat gij ten onrechte op aarde hoogmoedig en opstandig 364 46, 32 | geen gehoor geeft kan op aarde niet ontvluchten, noch kan 365 46, 33 | Allah, Die de hemelen en de aarde schiep en niet moe werd 366 47, 10 | 10. Hebben zij op aarde niet gereisd en gezien wat 367 48, 4 | scharen der hemelen en der aarde en Allah is Alwetend, Alwijs. 368 48, 7 | scharen der hemelen en der aarde; Allah is de Almachtige, 369 48, 14 | koninkrijk der hemelen en der aarde. Hij vergeeft en straft 370 48, 29 | sporen van het zich ter aarde werpen. Dit is hun beschrijving 371 49, 16 | wat in de hemelen en op aarde is; waarlijk Allah heeft 372 49, 18 | geheimen der hemelen en der aarde. Waarlijk Allah ziet al 373 50, 4 | 4. Wij weten wat de aarde van hen verteert en bij 374 50, 7 | 7. En de aarde - Wij hebben haar uitgespreid 375 50, 38 | schiepen de hemelen en de aarde en alles wat er tussen is 376 50, 44 | 44. De Dag, waarop de aarde onder hen vaneen zal splijten, 377 51, 20 | 20. En er zijn tekenen op aarde voor hen die zekerheid van 378 51, 23 | Heer van de hemel en de aarde - dit is inderdaad de waarheid 379 51, 48 | 48. En Wij hebben de aarde uitgespreid en hoe uitmuntend 380 52, 36 | Schiepen zij de hemelen en de aarde? Neen, zij willen geen zekerheid 381 53, 31 | de hemelen en hetgeen op aarde is, opdat Hij degenen die 382 53, 32 | Hij kende u toen H. u uit aarde deed ontstaan en toen gij 383 54, 12 | 12. En Wij spleten de aarde door bronnen, waar door 384 55, 10 | 10. En Hij heeft de aarde voor Zijn schepselen gemaakt: ~ 385 55, 29 | die in de hemelen en op aarde zijn, (gunsten) af. Elk 386 55, 33 | grenzen der hemelen en der aarde wilt overschrijden, probeert 387 56, 4 | 4. Wanneer de aarde hevig zal worden geschokt, ~ 388 56, 45 | inderdaad in weelde (op aarde), ~ 389 57, 1 | ook in de hemelen en op aarde is, verheerlijkt Allah; 390 57, 2 | koninkrijk der hemelen en der aarde. Hij doet sterven en leven 391 57, 4 | het Die de hemelen en de aarde in zes dagen schiep; daarna 392 57, 4 | Troon neder. Hij weet wat de aarde ingaat en wat er uit voortkomt, 393 57, 5 | koninkrijk der hemelen en der aarde en naar Allah worden alle 394 57, 10 | erfenis van de hemelen en de aarde behoort? Degenen onder u 395 57, 17 | 17. Weet, dat Allah de aarde doet herleven na haar dood. 396 57, 21 | breedte tussen hemel en aarde, bereid voor degenen, die 397 57, 22 | gebeurt geen ongeluk op aarde of aan uzelf zonder dat 398 58, 7 | wat in de hemelen en op aarde is? Er is geen geheim gesprek 399 59, 1 | wat in de hemelen en op aarde is, verheerlijkt Allah; 400 59, 24 | wat in de hemelen en op aarde is verheerlijkt Hem en Hij 401 61, 1 | ook in de hemelen en op de aarde bevindt, verheerlijkt Allah; 402 62, 1 | zich in de hemelen en op aarde bevindt verheerlijkt Allah, 403 63, 7 | schatten der hemelen en der aarde behoren; doch de huichelaars 404 64, 1 | ook in de hemelen en op aarde is, verheerlijkt Allah; 405 64, 3 | schiep de hemelen en de aarde in waarheid, en Hij heeft 406 64, 4 | wat in de hemelen en op aarde is, Hij weet wat gij verbergt 407 65, 12 | hemelen schiep, en van de aarde desgelijks. Het gebod daalt 408 67, 15 | 15. Hij is het Die de aarde aan u onderworpen heeft; 409 67, 16 | zal doen verzwelgen als de aarde plotseling begint te schudden? ~ 410 67, 24 | Die u vermenigvuldigt op aarde en tot Hem zult gij bijeen 411 67, 30 | indien uw water diep in de aarde wegzakt, wie zal u dan helder 412 69, 14 | 14. En de aarde en de bergen van hun plaats 413 70, 14 | 14. En allen die op aarde zijn, om zich te redden. ~ 414 71, 17 | voortgebracht vanuit de aarde. ~ 415 71, 19 | 19. En Allah heeft de aarde voor u uitgespreid ~ 416 72, 10 | niet of voor degenen die op aarde zijn, een ramp wordt bedoeld 417 72, 12 | dat wij Allah's (plan) op aarde onmogelijk kunnen verijdelen, 418 73, 14 | een Dag komen waarop de aarde en de bergen zullen beven, 419 77, 25 | 25. Hebben Wij de aarde niet gemaakt om ~ 420 78, 6 | 6. Hebben Wij de aarde niet als een bed gespreid? ~ 421 78, 37 | Heer der hemelen en der aarde en van alles wat daar tussen 422 79, 6 | De Dag waarop de bevende (aarde) zal beven, ~ 423 79, 30 | 30. En ook de aarde spreidde hij uit. ~ 424 79, 46 | avond of een morgen (op de aarde) hadden vertoefd. ~~ 425 80, 26 | 26. Dan de aarde splijten, ~ 426 84, 3 | 3. En wanneer de aarde wordt uitgespreid. ~ 427 84, 21 | werpen zij zich niet ter aarde neer, ~ 428 85, 9 | koninkrijk der hemelen en der aarde behoort; en Allah is Getuige 429 86, 12 | 12. En de aarde, die door planten splijt. ~ 430 88, 20 | 20. En naar de aarde, hoe zij uitgespreid werd? ~ 431 89, 21 | 21. Neen, wanneer de aarde aan stukken wordt geschud, ~ 432 91, 6 | 6. En bij de aarde en haar uitgestrektheid, ~ 433 99, 1 | 1. Wanneer de aarde hevig zal worden geschud, ~ 434 99, 4 | 4. Op die Dag zal de aarde haar geschiedenis mededelen, ~


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License