Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
mens 104
mensdom 20
menselijke 2
mensen 340
mensheid 13
menstruatie 4
menstruatieperioden 1
Frequency    [«  »]
346 haar
343 straf
341 opdat
340 mensen
335 indien
324 zult
315 was

Koran

IntraText - Concordances

mensen

    Sura, Verse
1 2, 8 | 8. En er zijn mensen, die zeggen: "Wij geloven 2 2, 13 | Gelooft, zoals andere mensen geloven", zeggen zij: "Zullen 3 2, 21 | 21. O gij mensen, aanbidt uw Heer, die u 4 2, 24 | bereid, welks brandstof mensen en stenen zign. ~ 5 2, 44 | 44. Beveelt gij de mensen het goede te doen en vergeet 6 2, 83 | armen; spreekt goed tegen de mensen en houdt het gebed en geeft 7 2, 94 | met uitsluiting van andere mensen, wenst dan eer de dood, 8 2, 96 | Joden) het meest van alle mensen verlangend naar het leven 9 2, 101| heeft een gedeelte der mensen van het Boek, Allah's Boek 10 2, 102| duivels en zij leerden de mensen leugen en bedrog. En (zij 11 2, 102| ongelovig". Zo leren zij (de mensen) van hen datgene waarmede 12 2, 105| die niet geloven onder de mensen van het Boek, en de afgodendienaren, 13 2, 109| 109. Velen van de mensen van het Boek, wensen, nadat 14 2, 124| Ik zal u tot leider der mensen maken". Abraham vroeg: " 15 2, 143| getuige zult zijn tegenover de mensen en de Gezant zij een getuige 16 2, 143| Liefderijk en Genadevol jegens de mensen. ~ 17 2, 150| aangezicht daarheen, opdat de mensen, met uitzondering van de 18 2, 159| Wij zein het Boek aan de mensen duidelijk hebben gemaakt, 19 2, 161| van de engelen en van alle mensen. ~ 20 2, 164| bevaren, met datgene wat de mensen tot voordeel strekt; en 21 2, 165| 165. Onder de mensen zijn er, die voorwerpen 22 2, 168| 168. O gij mensen, eet van hetgeen geoorloofd 23 2, 179| vergelding is leven voor u, o mensen van begrip, zodat gij behouden 24 2, 185| als een richtsnoer voor de mensen werd nedergezonden en als 25 2, 187| zijn geboden uiteen voor de mensen, opdat zij vroom zullen 26 2, 188| deel der rijkdommen der mensen in zonde kunt verteren, 27 2, 189| tijdsaanwijzingen voor de mensen en voor de bedevaart." Het 28 2, 197| En vreest Mij alleen, o mensen van begrip. ~ 29 2, 200| meer dan dat. En er zijn mensen, die zeggen: "Onze Heer, 30 2, 204| 204. En onder de mensen is iemand, wiens spreken 31 2, 207| 207. En onder de mensen is iemand, die zich weggeeft, 32 2, 213| waarheid bevatte, om onder de mensen te richten over datgene 33 2, 217| grote overtreding, maar de mensen van de weg van Allah af 34 2, 217| te verhinderen) en haar mensen er van te verdrijven, is 35 2, 219| ook enig voordeel voor de mensen, maar het nadeel is groter 36 2, 221| maakt Zijn tekenen aan de mensen duidelijk, opdat zij lering 37 2, 224| stichten van vrede tussen de mensen. Allah is Alhorend, Alwetend. ~ 38 2, 230| bepalingen, welke Hij aan de mensen, die kennis hebben duidelijk 39 2, 243| Allah is genadig jegens de mensen, maar de meeste mensen zijn 40 2, 243| de mensen, maar de meeste mensen zijn ondankbaar. ~ 41 2, 251| wilde. Had Allah sommige mensen niet door anderen laten 42 2, 259| u tot een teken voor de mensen maken. En kijk naar de beenderen, 43 2, 264| om op te vallen bij de mensen en hij gelooft niet in Allah 44 2, 273| opdringerige wijze bij de mensen vragen. En welke rijkdommen 45 2, 275| terugvallen, zij zijn de mensen van het Vuur, daarin zullen 46 3, 9 | Heer, Gij zijt het, Die de mensen zal verzamelen op de Dag, 47 3, 14 | 14. Voor de mensen is de liefde tot begeerten 48 3, 21 | doden en ook trachten de mensen te doden welke tot rechtvaardigheid 49 3, 41 | slechts door gebaar tot de mensen zult spreken. Gedenk uw 50 3, 64 | 64. Zeg: "O, mensen van het Boek, komt tot één 51 3, 65 | 65. O, mensen van het Boek, waarom redetwist 52 3, 69 | 69. Een deel der mensen van het Boek zou u gaarne 53 3, 70 | 70. O, mensen van het Boek, waarom verwerpt 54 3, 71 | 71. O, mensen van het Boek, waarom verwart 55 3, 72 | 72. En een gedeelte der mensen van het Boek zegt: "Gelooft 56 3, 75 | 75. Onder de mensen van het Boek is hij, die, 57 3, 79 | geeft, dat hij dan tot de mensen zou zeggen: "Weest mijn 58 3, 87 | Allah, de engelen en de mensen, op hen rust. ~ 59 3, 97 | Huis is door Allah aan de mensen opgelegd die er een weg 60 3, 98 | 98. Zeg: "O, mensen van het Boek, waarom verwerpt 61 3, 99 | 99. Zeg: "O, mensen van het Boek waarom houdt 62 3, 99 | Boek waarom houdt gij de mensen af van het (rechte) pad 63 3, 110| in Allah. En, indien de mensen van het Boek hadden geloofd, 64 3, 113| niet allen gelijk. Onder de mensen van het Boek is een oprechte 65 3, 134| die toorn onderdrukken en mensen vergeven; Allah heeft hen 66 3, 138| duidelijke verklaring voor de mensen, een leiding en vermaning 67 3, 140| dagen laten Wij onder de mensen wisselen, opdat Allah degenen, 68 3, 173| 173. En toen de mensen tot hen zeiden: "De volkeren 69 3, 187| Hij: "Gij zult dit aan de mensen bekend maken en het niet 70 3, 190| dag en nacht tekenen voor mensen van begrip. ~ 71 3, 199| En voorzeker, onder de mensen van het Boek zijn er, die 72 4, 1 | 1. O, gij mensen, vreest uw Heer, Die u van 73 4, 37 | Evenmin die gierig zijn en de mensen aansporen ook gierig te 74 4, 38 | rijkdommen besteden om door de mensen te worden gezien en niet 75 4, 47 | 47. O, mensen van het Boek, gelooft in 76 4, 53 | koninkrijk dan zouden zij de mensen zelfs het geringste onthouden. ~ 77 4, 54 | 54. Of benijden zij de mensen om hetgeen Allah hun vanuit 78 4, 58 | dat, wanneer gij tussen mensen richt, gij rechtvaardig 79 4, 77 | een deel hunner vreest de mensen zoals men Allah behoort 80 4, 78 | Allah". Wat scheelt deze mensen, dat zij het woord niet 81 4, 105| nedergezonden, opdat gij tussen de mensen zoudt richten door hetgeen 82 4, 108| Zij trachten zich voor de mensen te verbergen, maar zij kunnen 83 4, 114| stichten van vrede onder de mensen aansporen. En wie dit doet 84 4, 123| noch naar de wensen van de mensen van het Boek. Wie kwaad 85 4, 128| verzoening is het beste. De mensen zijn tot gierigheid geneigd. 86 4, 142| loom, en tonen zich aan de mensen en gedenken Allah slechts 87 4, 153| 153. De mensen van het Boek vragen u een 88 4, 159| Er is niemand onder de mensen van het Boek die er niet 89 4, 161| onrechtvaardig opslokken van 's mensen rijkdommen, hebben Wij voor 90 4, 165| en waarschuwende, dat de mensen geen tegenwerping tegen 91 4, 171| 171. O, mensen van het Boek, overdrijft 92 4, 174| 174. O, gij mensen, een duidelijk bewijs is 93 5, 5 | geoorloofd. Het voedsel der mensen van het Boek is u geoorloofd 94 5, 15 | 15. O, mensen van het Boek, Onze boodschapper 95 5, 18 | uw zonden? Neen, gij zijt mensen onder degenen die Hij schiep. 96 5, 19 | 19. O, gij mensen van het Boek, Onze boodschapper 97 5, 44 | getuigen. Vreest daarom de mensen niet, doch vreest Mij en 98 5, 47 | 47. En laat de mensen van het Evangelie richten 99 5, 49 | treffen. En een groot aantal mensen is inderdaad ongehoorzaam. ~ 100 5, 59 | 59. Zeg: "O, mensen van het Boek, gij haat ons 101 5, 65 | 65. Als de mensen van het Boek hadden geloofd 102 5, 67 | overgebracht. Allah zal u tegen de mensen beschermen. Voorzeker, Allah 103 5, 68 | 68. Zeg: "O, mensen van het Boek, gij steunt 104 5, 75 | de tekenen voor hen (de mensen) verduidelijken, en zie, 105 5, 77 | 77. Zeg: "O, mensen van het Boek, overdrijft 106 5, 84 | ons onder de rechtvaardige mensen zou rekenen?" ~ 107 5, 95 | boetedoening (een aantal) arme mensen voeden, of een gelijk aantal 108 5, 100| Vreest daarom Allah, o mensen van begrip, opdat gij moogt 109 5, 116| van Maria, hebt gij tot de mensen gezegd: 'Beschouwt mij en 110 6, 45 | werd de levensader van de mensen, die slecht handelden, afgesneden. 111 6, 91 | licht en leiding voor de mensen - dat gij op papieren schrijft, 112 6, 112| gemaakt, bozen van onder de mensen en de djinn. Zij fluisteren 113 6, 122| maakten waardoor hij onder de mensen wandelt, gelijk aan hem, 114 6, 128| hebt een grote hoeveelheid mensen tot u getrokken." En hun 115 6, 128| En hun vrienden onder de mensen zullen zeggen: "Onze Heer, 116 6, 130| gezelschap van djinn en mensen. Kwamen er niet uit uw midden 117 6, 131| vernietigen, terwijl de mensen er van onbewust waren. ~ 118 6, 133| het nageslacht van andere mensen deed ontstaan. ~ 119 6, 144| over Allah bedenkt om de mensen zonder kennis te doen dwalen?" 120 7, 38 | de volkeren van djinn en mensen die vóór u heengingen, het 121 7, 48 | verheven plaatsen zullen tot de mensen die zij aan hun merktekenen 122 7, 85 | en vermindert het aan de mensen verschuldigde niet en schept 123 7, 96 | 96. En indien de mensen van die steden hadden geloofd 124 7, 116| betoverden zij de ogen der mensen en deden hen vrezen en toonden 125 7, 137| 137. En Wij deden de mensen die voor zwak werden gehouden 126 7, 176| Dit is het geval van de mensen, die Onze tekenen verloochenen. 127 7, 181| geschapen een volk, dat de mensen met waarheid leidt en rechtvaardig 128 7, 187| bij Allah, maar de meeste mensen weten het niet." ~ 129 8, 26 | toen gij vreesdet, dat de mensen u weg zouden voeren, hoe 130 8, 34 | straffen, wanneer zij de mensen beletten de heilige moskee 131 8, 47 | huizen kwamen om door de mensen te worden gezien en om anderen 132 8, 48 | zeide: "Niemand onder de mensen zal deze dag de overhand 133 9, 3 | Zijn boodschapper aan de mensen op de dag van de grote bedevaart, 134 9, 9 | geringe prijs en keren (mensen) van Zijn weg af. Slecht 135 9, 29 | Bestrijdt diegenen onder de mensen van het Boek, die in Allah 136 9, 34 | verteren de rijkdommen der mensen door valse middelen en leiden 137 9, 34 | valse middelen en leiden de mensen van de weg van Allah af. 138 9, 108| in zijt. Er zijn daarin mensen die gaarne gelouterd willen 139 10, 2 | 2. Is het vreemd voor de mensen, dat Wij een man uit hun 140 10, 11 | indien Allah het boze voor de mensen zou verhaasten, zoals Hij 141 10, 21 | 21. En wanneer Wij mensen barmhartigheid doen smaken 142 10, 23 | land te ontketenen. O, gij mensen, voorzeker uw opstand keert 143 10, 24 | aarde weelderig, waarvan mensen en vee eten, totdat, wanneer 144 10, 44 | Voorzeker, Allah doet de mensen in het geheel geen onrecht 145 10, 44 | geen onrecht aan, maar de mensen doen hun eigen ziel onrecht 146 10, 92 | waarlijk, het merendeel der mensen is achteloos ten opzichte 147 10, 99 | hebben geloofd. Wilt gij de mensen dan dwingen, gelovigen te 148 10, 104| 104. Zeg: "O gij mensen, als gij over mijn godsdienst 149 10, 108| 108. Zeg: "O, gij mensen, nu is de waarheid van uw 150 11, 17 | uw Heer, maar de meeste mensen willen niet geloven. ~ 151 11, 85 | rechtvaardigheid en bedrieg de mensen niet met hun goederen noch 152 11, 109| twijfel, omtrent hetgeen deze mensen aanbidden: zij aanbidden 153 11, 116| waren dan geen verstandige mensen, die het verderf op aarde 154 11, 119| zal de hel met djinn en mensen allen tezamen vullen," is 155 12, 5 | een openlijke vijand der mensen." ~ 156 12, 21 | Zijn gebod, maar de meeste mensen weten het niet. ~ 157 12, 38 | mensheid, maar de meeste mensen zijn niet dankbaar." ~ 158 12, 40 | godsdienst, maar de meeste mensen beseffen het niet." ~ 159 12, 49 | een jaar komen, waarin de mensen zullen worden geholpen en 160 12, 52 | het plan van de ontrouwe mensen niet laat slagen." ~ 161 12, 68 | onderwezen, maar de meeste mensen weten het niet. ~ 162 12, 103| 103. En de meeste mensen willen niet geloven zelfs 163 12, 109| Wij zonden vóór u slechts mensen uit de inwoners der steden, 164 12, 111| verhaal gewis een les voor mensen van begrip. Het is niet 165 13, 1 | is waar, maar de meeste mensen geloven niet. ~ 166 13, 17 | En van hetgeen zij (de mensen) in het vuur verhitten om 167 13, 17 | maar wat betreft hetgeen de mensen tot nut strekt, dit blijft 168 13, 26 | Hem behaagt. En zij (de mensen) verheugen zich in het tegenwoordige 169 14, 1 | geopenbaard, opdat gij de mensen door het gebod van hun Heer 170 14, 10 | zeiden: "Gij zijt slechts mensen als wij; gij wenst ons afkerig 171 14, 25 | de gelijkenissen voor de mensen, opdat zij lering mogen 172 14, 30 | aan Allah toegekend om (de mensen) van Zijn weg af te leiden. 173 14, 36 | hebben inderdaad vele van de mensen op een dwaalspoor gebracht. 174 14, 37 | houden. Stem het hart der mensen gunstig voor hen en voorzie 175 14, 44 | 44. En waarschuw de mensen voor de Dag waarop kastijding 176 14, 48 | worden vervangen; en zij (de mensen) allen voor Allah, de Ene, 177 14, 52 | een aankondiging voor de mensen opdat zij er door mogen 178 15, 67 | 67. En de mensen der stad kwamen verheugd. ~ 179 15, 70 | Hebben wij u niet verboden de mensen (te ontvangen)?" ~ 180 15, 78 | 78. En de mensen van het Woud waren eveneens 181 16, 16 | de sterren vinden zij (de mensen) de juiste richting. ~ 182 16, 38 | ware belofte maar de meeste mensen weten het niet. ~ 183 16, 61 | 61. En indien Allah de mensen voor hun onrechtvaardigheid 184 16, 64 | en barmhartigheid voor de mensen die geloven. ~ 185 17, 60 | als een beproeving voor de mensen, evenals de gevloekte boom 186 17, 89 | voorzeker Wij hebben voor de mensen in deze Koran allerlei gelijkenissen 187 17, 89 | vermeld, doch de meeste mensen tonen slechts ondankbaarheid. ~ 188 17, 94 | 94. En niets heeft de mensen belet te geloven toen de 189 18, 21 | bestaat. Alsdan redetwisten de mensen over hen, zeggende: "Richt 190 18, 47 | oprijzen en Wij hen (de mensen) zullen verzamelen en niemand 191 18, 54 | hebben in deze Koran voor de mensen allerlei gelijkenissen vermeld, 192 18, 55 | 55. En niets belet de mensen te geloven wanneer de leiding 193 19, 21 | hem tot een teken voor de mensen maken, een genade Onzerzijds; 194 20, 28 | 28. "Opdat zij (de mensen) mijn woorden mogen verstaan," ~ 195 20, 135| gij te weten komen wie de mensen van het rechte pad zijn 196 21, 1 | 1. Voor de mensen is de afrekening dichterbij 197 21, 31 | opdat zij niet met hen (de mensen) zouden beven; en Wij hebben 198 21, 44 | Neen, Wij hebben deze (mensen) en hun vaderen een voorziening 199 21, 73 | maakten hen tot leiders die de mensen leidden op Ons bevel en 200 21, 78 | waar de geiten van zekere mensen bij nacht graasden, waren 201 21, 106| ligt een boodschap voor mensen die God dienen. ~ 202 22, 2 | haar dracht; en gij zult mensen bedwelmd zien, terwijl zij 203 22, 3 | 3. En onder de mensen zijn er sommigen, die over 204 22, 5 | 5. O mensen, indien gij in twijfel verkeert 205 22, 8 | 8. En onder de mensen zijn er die over Allah redetwisten 206 22, 11 | 11. En onder de mensen zijn er die Allah weifelend 207 22, 18 | vee en een groot deel der mensen; maar toch valt nog velen 208 22, 25 | degenen die niet geloven en mensen afhouden van de weg van 209 22, 25 | die Wij gelijk voor alle mensen hebben aangewezen, hetzij 210 22, 27 | verkondig de bedevaart aan de mensen. Zij zullen te voet of op 211 22, 40 | En indien Allah sommige mensen niet met behulp van anderen 212 22, 65 | Liefderijk en Genadevol voor de mensen. ~ 213 22, 73 | 73. O mensen, een gelijkenis wordt gegeven, 214 22, 75 | eveneens uit het midden der mensen. Voorzeker, Allah is Alhorend, 215 23, 30 | waarlijk Wij stellen (de mensen) op de proef. ~ 216 24, 12 | geen goed over hun eigen mensen en zeiden: "Dit is een openlijke 217 24, 35 | geeft gelijkenissen voor de mensen; Allah heeft kennis van 218 24, 37 | 37. Mensen die noch door handel noch 219 25, 3 | 3. Toch hebben zij (de mensen) naast Hem goden genomen 220 25, 4 | verzonnen heeft en andere mensen hebben hem er bij geholpen." 221 25, 49 | Onze schepping - aan vee en mensen in grote getale. ~ 222 25, 50 | trekken, maar de meeste mensen weigeren alles, behalve 223 26, 87 | niet op de Dag waarop de mensen zullen worden opgewekt, ~ 224 26, 183| 183. En doet de mensen in hetgeen hun toekomt niet 225 27, 16 | op en hij zeide: "O gij mensen, ons is de taal der vogelen 226 27, 17 | Salomo verzameld van djinn, mensen en vogelen en zij werden 227 27, 56 | uit uw stad want zij zijn mensen, die zich rein willen houden." ~ 228 27, 73 | is goedertieren voor de mensen maar de meesten hunner zijn 229 27, 82 | zal verwonden, omdat de mensen niet in Onze tekenen geloven. ~ 230 28, 13 | waar is. Maar de meeste mensen kennen (de Waarheid) niet. ~ 231 28, 43 | duidelijk bewijs voor de mensen en als een leiding en een 232 28, 50 | leidt de onrechtvaardige mensen niet. ~ 233 29, 2 | 2. Denken de mensen dat zij (met rust) zullen 234 29, 10 | 10. Onder de mensen zijn er die zeggen: "Wij 235 29, 43 | gelijkenissen die Wij voor de mensen geven, maar alleen zij die 236 29, 46 | 46. En twist met de mensen van het Boek slechts op 237 29, 67 | terwijl overal om hen heen mensen worden weggerukt? Geloven 238 30, 6 | Belofte niet, maar de meeste mensen beseffen dit niet; ~ 239 30, 8 | Toch geloven velen onder de mensen niet in de ontmoeting met 240 30, 20 | schiep; en ziet! gij zijt mensen die zich kunnen verspreiden. ~ 241 30, 30 | natuur naar welke Allah de mensen heeft geschapen. - De schepping 242 30, 30 | ware geloof. Maar de meeste mensen weten het niet. - ~ 243 30, 33 | En als een ramp over de mensen komt roepen zij hun Heer 244 30, 36 | 36. En wanneer Wij de mensen barmhartigheid doen smaken, 245 30, 39 | toenemen door hetgeen andere (mensen) bezitten; het neemt niet 246 30, 41 | door hetgeen de handen der mensen hebden gewrocht, zodat Hij 247 30, 58 | allerlei gelijkenissen voor de mensen gegeven; voorzeker, als 248 31, 6 | 6. En onder de mensen is iemand die door ijdele 249 31, 18 | niet (in verachting) van de mensen af noch wandel in hoogmoed 250 31, 20 | als innerlijk? En onder de mensen zijn er, die over Allah 251 31, 28 | 28. O mensen uw Schepping en uw Opstanding 252 31, 33 | 33. O mensen, vreest uw Heer, en ducht 253 32, 13 | zal de hel met djinn en mensen allen tezamen vullen." ~ 254 33, 18 | kent degenen onder u die de mensen tegenhouden, en hen, die 255 33, 23 | 23. Er zijn mensen onder de gelovigen die trouw 256 33, 26 | 26. En Hij deed de mensen van het Boek die hen (de 257 33, 37 | brengen, en gij vreesdet de mensen terwijl Allah er meer recht 258 33, 63 | 63. De mensen vragen u over het Uur. Zeg: " 259 34, 28 | mensdom; maar de meeste mensen begrijpen het niet. ~ 260 34, 36 | Hij wil, maar de meeste mensen begrijpen het niet." ~ 261 35, 3 | 3. O mensen, herinnert u de gunst van 262 35, 5 | 5. O mensen, de belofte van Allah is 263 35, 15 | 15. O, gij mensen, gij zijt afhankelijk van 264 35, 28 | 28. Ook mensen, beesten, vee zijn van verschillende 265 35, 45 | 45. En indien Allah de mensen zou straffen voor hetgeen 266 36, 15 | antwoordden: "Gij zijt slechts mensen zoals wij en de Barmhartige 267 36, 30 | 30. Wee, over de mensen: er komt geen boodschapper 268 37, 147| tot honderdduizend of meer mensen. ~ 269 38, 26 | spreek daarom recht over de mensen naar waarheid en volg (hun) 270 38, 43 | van Ons en als les voor mensen van begrip. ~ 271 38, 62 | Hoe komt het dat wij de mensen die wij onder de bozen rekenden, 272 38, 64 | onderlinge redetwisten van de mensen in het Vuur is de waarheid. ~ 273 39, 8 | medegoden naast Allah, om de mensen van Zijn weg af te leiden. 274 39, 21 | daarin is een les voor de mensen van begrip. ~ 275 39, 27 | allerlei gelijkenissen voor de mensen in deze Koran vermeld, opdat 276 39, 41 | Wij hebben u ten bate der mensen het Boek met Waarheid nedergezonden. 277 39, 42 | Allah neemt de zielen van de mensen op wanneer zij sterven en 278 40, 54 | richtsnoer en aanmaning voor mensen van begrip. ~ 279 40, 57 | groter dan de schepping der mensen maar de meeste mensen beseffen 280 40, 57 | der mensen maar de meeste mensen beseffen het niet. ~ 281 40, 61 | Allah is vol genade voor de mensen, toch zijn de meeste mensen 282 40, 61 | mensen, toch zijn de meeste mensen ondankbaar. ~ 283 41, 3 | duidelijke verkondiging voor mensen die kennis bezitten. ~ 284 41, 25 | de volkeren van djinn en mensen die vóór hen leefden. Zeker, 285 41, 29 | degenen der djinn en der mensen die ons deden dwalen, opdat 286 41, 33 | beter woord dan hij die mensen tot Allah uitnodigt en goede 287 42, 34 | wegens hetgeen zij (de mensen) verdienen - maar Hij vergeeft 288 42, 42 | slechts tegen hen, die de mensen onrecht aandoen en ten onrechte 289 43, 33 | niet (het gevaar) dat alle mensen één groep zouden vormen, 290 44, 14 | zeggende: "Hij is (door mensen) onderwezen, een bezetene." ~ 291 44, 34 | 34. Deze mensen (de ongelovigen) zeggen: ~ 292 45, 20 | duidelijke bewijzen voor de mensen en een richtsnoer en barmhartigheid 293 45, 26 | twijfel is. Maar de meeste mensen begrijpen het niet. ~ 294 46, 6 | 6. En wanneer de mensen worden verzameld zullen 295 46, 18 | volkeren van de djinn en de mensen die vóór hen zijn heengegaan, 296 47, 1 | de Waarheid) verwerpen en mensen van Allah's weg afleiden, 297 47, 3 | volgen. Zo deelt Allah aan de mensen hun toestand mede. ~ 298 49, 6 | nauwkeurig opdat gij sommige mensen niet in onwetendheid schaadt 299 50, 12 | ook het volk van Noach, de mensen van de Bron en het volk 300 51, 25 | bij zichzelven): "Vreemde mensen." ~ 301 51, 56 | En ik heb de djinn en de mensen slechts tot Mijn aanbidding 302 54, 20 | 20. Die mensen wegtrok als waren zij de 303 55, 33 | 33. O, groep van djinn en mensen; als gij de grenzen der 304 55, 74 | 74. Die vóór hen mensen noch djinn hebben aangeraakt. ~ 305 56, 8 | 8. De mensen aan de rechter kant - hoe ( 306 56, 8 | hoe (gelukkig zijn) de mensen aan de rechter kant! ~ 307 56, 9 | 9. En de mensen aan de linker kant - hoe ( 308 56, 9 | hoe (ongelukkig) zijn de mensen aan de linker kant! ~ 309 56, 41 | 41. De mensen aan de linker kant - hoe ( 310 57, 24 | die vrekkig zijn en de mensen aansporen vrekkig te worden 311 57, 29 | 29. Opdat de mensen van het Boek mogen weten, 312 58, 4 | doen kan, moet zestig arme mensen voeden. Dit is een bevel, 313 58, 22 | 22. Gij zult geen mensen vinden die in Allah en de 314 59, 2 | de ongelovigen onder de mensen van het Boek, uit hun huizen 315 59, 11 | ongelovige broeders onder de mensen van het Boek: "Indien gij 316 59, 21 | gelijkenissen zetten Wij aan de mensen voor opdat zij er over nadenken. ~ 317 62, 6 | met uitsluiting van andere mensen de vrienden van Allah zijt, 318 63, 2 | schild gemaakt; zo leiden zij mensen van Allah's weg af. Hetgeen 319 65, 10 | vreest daarom Allah, o gij mensen van verstand, die gelooft! 320 66, 6 | het Vuur, welks brandstof mensen en stenen zijn, waarover 321 72, 5 | Doch wij hadden gemeend dat mensen en djinn nooit een leugen 322 72, 6 | Voorzeker, waren er enige mensen die toevlucht bij sommige 323 74, 31 | mogen toenemen en opdat de mensen van het Boek en de gelovigen 324 74, 36 | Een waarschuwing voor de mensen. ~ 325 75, 20 | 20. Neen, maar gij (mensen) hebt dit leven lief. ~ 326 76 | 76. De Tijd, De Mensen (Ad-Dahr, Al-Insaan) ~Geopenbaard 327 76, 19 | 19. En jonge mensen, die niet verouderen, zullen 328 81, 7 | 7. En wanneer de mensen worden verenigd, ~ 329 83, 4 | 4. Weten zulke mensen niet dat zij zullen herrijzen ~ 330 98, 1 | De ongelovigen onder de mensen van het Boek en onder de 331 98, 4 | 4. En de mensen van het Boek werden eerst 332 98, 6 | de ongelovigen onder de mensen van het Boek en de afgodendienaren 333 99, 6 | 6. Op die Dag zullen de mensen in verschillende groepen 334 101, 4 | 4. Een Dag waarop de mensen als motten verstrooid zullen 335 110, 2 | 2. En gij de mensen groepsgewijze ziet binnentreden 336 114, 1 | toevlucht bij de Heer der mensen, ~ 337 114, 2 | 2. De Koning der mensen, ~ 338 114, 3 | 3. De God der mensen. ~ 339 114, 5 | 5. Die in het hart der mensen fluistert ~ 340 114, 6 | het midden der djinn en mensen." ~I slamitische Studenten


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License