bold = Main text
Sura, Verse grey = Comment text
1 Voo | omdat het hier niet gaat om een reeks van verhalen of
2 Voo | een reeks van verhalen of om de biografie van de Profeet
3 Voo | Mohammad, doch integendeel om een volledig richtsnoer
4 1, 5 | wij en U alleen smeken wij om hulp. ~
5 2, 6 | Waarheid) verwerpen, het is hun om het even, of gij hen waarschuwt,
6 2, 51 | zijn afwezigheid het kalf, (om het te aanbidden) en gij
7 2, 58 | onderdanig binnen en vraagt om vergiffenis. Wij zullen
8 2, 60 | 60. En toen Mozes om water voor zijn volk bad
9 2, 67 | zoek toevlucht bij Allah, om niet tot de onwetenden te
10 2, 71 | nooit afgericht is geweest, om de aarde te beploegen, of
11 2, 89 | was, hoewel zij voordien om overwinning over de ongelovigen
12 2, 92 | het (gouden) kalf genomen (om het te aanbidden) en gij
13 2, 158| geen blaam, indien hij om beiden (heen) loopt. En
14 2, 187| 187. Het is u veroorloofd, om op de nacht van het vasten
15 2, 203| na twee dagen zich haast (om te vertrekken) het zal voor
16 2, 205| gaat hij in het land rond, om er wanorde te stichten en
17 2, 213| dat de waarheid bevatte, om onder de mensen te richten
18 2, 224| achter Allah met uw eden om u te onthouden van het goeddoen
19 2, 229| in hetgeen zij teruggeeft om daardoor vrij te worden.
20 2, 246| Welke reden hebben wij om ons van het vechten voor
21 2, 250| 250. En toen zij uitgingen om Djaloet en zijn strijdkrachten
22 2, 264| zijn rijkdommen weggeeft, om op te vallen bij de mensen
23 2, 267| niet hetgeen slecht is, om er van weg te geven, wanneer
24 2, 272| goede en gij geeft alleen om Allah's welbehagen te zoeken.
25 3, 35 | dat het vrij zal zijn (om U te dienen), aanvaard het
26 3, 44 | bij hen toen zij lootten (om te zien), wie hunner de
27 3, 50 | was, namelijk, de Torah en om u iets, van wat u was verboden
28 3, 75 | tenzij gij er voortdurend om vraagt. Dat komt, omdat
29 3, 121| van uw huisgezin wegtrokt om de gelovigen hun plaatsen
30 3, 126| boodschap voor u gemaakt om uw hart daardoor gerust
31 3, 133| met elkaar in het vragen om vergiffenis van uw Heer
32 3, 133| vergiffenis van uw Heer en om het paradijs, welks uitgestrektheid
33 3, 135| aandoen Allah gedenken en om vergiffenis vragen voor
34 3, 166| Allah's verlof en dit was om de gelovigen te onderscheiden, ~
35 3, 180| Opstanding als een halsband om hun nek worden gelegd. En
36 3, 181| hebben gezegd en hun pogingen om de profeten onrechtvaardig
37 4, 3 | is voor u de beste weg, om onrechtvaardigheid te voorkomen. ~
38 4, 6 | bij. Allah is toereikend om rekenschap te vragen. ~
39 4, 32 | hebben verdiend. En vraagt om Allah's overvloed. Waarlijk,
40 4, 38 | hun rijkdommen besteden om door de mensen te worden
41 4, 54 | Of benijden zij de mensen om hetgeen Allah hun vanuit
42 4, 57 | doorheen rivieren stromen om er eeuwig te vertoeven,
43 4, 64 | hadden aangedaan en Allah om vergiffenis hadden gevraagd
44 4, 64 | gevraagd en de boodschapper ook om vergiffenis voor hen had
45 4, 97 | aarde u niet groot genoeg om daarop te verhuizen?" Zij
46 4, 110| aandoet en daarna Allah om vergiffenis vraagt, zal
47 4, 142| wanneer zij zich oprichten om te bidden, staan zij loom,
48 4, 155| 155. Om hun schending van hun verbond
49 4, 156| 156. Om hun ongeloof en het uiten
50 4, 157| 157. En om hun zeggen: "Wij hebben
51 4, 161| 161. En om het nemen van rente, ofschoon
52 4, 176| 176. Zij vragen om een uitspraak. Zeg: "Allah
53 5, 2 | het heilige Huis begeven om genade van hun Heer en Zijn
54 5, 8 | een volk u niet aansporen, om onrechtvaardig te handelen.
55 5, 28 | hand naar mij uitstrekt om mij te doden, zal ik mijn
56 5, 28 | niet naar u uitstrekken, om u te doden. Ik vrees Allah,
57 5, 31 | die in de grond krabde, om hem te beduiden, hoe het
58 5, 36 | aarde is en nog eens zoveel, om zich daarmede van de straf
59 5, 42 | dingen. Indien zij tot u om recht komen, spreek recht
60 5, 45 | leven voor een leven, oog om oog, neus om neus, oor om
61 5, 45 | leven, oog om oog, neus om neus, oor om oor, tand om
62 5, 45 | om oog, neus om neus, oor om oor, tand om tand en (rechtvaardige)
63 5, 45 | om neus, oor om oor, tand om tand en (rechtvaardige)
64 5, 62 | velen hunner zich haasten om zonde te bedrijven en overtreding
65 5, 74 | niet tot Allah wenden en om Zijn vergiffenis vragen
66 5, 111| Ik de discipelen bezielde om in Mij en Mijn boodschapper
67 6, 25 | maar Wij hebben sluiers om hun hart gelegd en hun oren
68 6, 37 | Voorzeker, Allah heeft de macht om een teken neder te zenden."
69 6, 65 | 65. Zeg: "Hij heeft macht om u van boven of van onder
70 6, 91 | Laat hen dan met rust om zich met hun ledig spel
71 6, 112| elkander vergulde woorden in om te bedriegen - en als uw
72 6, 144| leugen over Allah bedenkt om de mensen zonder kennis
73 7, 2 | uw hart geen twijfel zijn om er mede te waarschuwen; -
74 7, 26 | inderdaad kleding nedergezonden om uw naaktheid te bedekken,
75 7, 26 | naaktheid te bedekken, ook om sierlijk te zijn, doch het
76 7, 37 | boodschappers hen zullen bezoeken om hun zielen weg te nemen;
77 7, 86 | En wacht niet op de wegen om degenen die in Hem geloven
78 7, 93 | oprechte raad. Hoe moet ik dan om een ongelovig volk treuren?"
79 7, 100| Wij het willen, Wij hen om hun zonden treffen en hun
80 7, 132| gij ons ook moogt brengen om er ons mede te betoveren,
81 7, 160| aan Mozes, toen zijn volk om drinken vroeg: "Sla de rots
82 7, 173| Gij ons dan vernietigen om hetgeen de leugenaars deden?" ~
83 7, 197| aanroept hebben geen macht om u te helpen noch kunnen
84 8, 16 | gevecht manoeuvreert of om plaats te nemen bij een
85 8, 33 | hen straffen indien zij om vergiffenis vragen. ~
86 8, 36 | besteden hun rijkdommen om anderen van de weg van Allah
87 8, 47 | pochend uit hun huizen kwamen om door de mensen te worden
88 8, 47 | mensen te worden gezien en om anderen van het pad van
89 8, 65 | spoor de gelovigen aan om te vechten. Als er twintig
90 9, 6 | één der afgodendienaren u om bescherming vraagt, schenk
91 9, 13 | gebroken en plannen smeedde om de boodschapper te verdrijven
92 9, 13 | verdrijven en dat het eerste was om tegen u te beginnen? Vreest
93 9, 33 | godsdienst heeft gezonden om deze te doen zegevieren
94 9, 44 | Dag geloven zullen u niet om toestemming vragen om te
95 9, 44 | niet om toestemming vragen om te worden vrijgesteld van
96 9, 45 | twijfel is, zullen u vragen om te worden vrijgesteld daar
97 9, 57 | zelfs een gat konden vinden om er binnen te gaan, zouden
98 9, 62 | 62. Zij zweren bij Allah om u te behagen, maar Allah
99 9, 67 | houden hun handen gesloten (om geen aalmoezen te geven).
100 9, 76 | vrekkig mede en wendden zich om en waren afkerig. ~
101 9, 83 | hunner terugzendt en zij u om toestemming vragen om uit
102 9, 83 | u om toestemming vragen om uit te trekken (tot het
103 9, 86 | vragen de rijken onder hen u om toestemming en zeggen: "
104 9, 87 | Zij stellen zich tevreden om met de achterblijvenden
105 9, 91 | degenen die niets vinden om weg te geven, geen schuld,
106 9, 92 | zij niets konden vinden om hiertoe zelf bij te dragen. ~
107 9, 93 | alleen tegen degenen die u om verlof vragen, terwijl zij
108 9, 93 | rijk zijn. Zij verkozen om met de achterblijvenden
109 9, 107| een moskee hebben gebouwd om te schaden, om het ongeloof (
110 9, 107| hebben gebouwd om te schaden, om het ongeloof (te verbreiden)
111 9, 107| ongeloof (te verbreiden) en om een splitsing onder de gelovigen
112 9, 113| gelovigen niet geoorloofd om vergiffenis te vragen voor
113 9, 114| 114. Het vragen om vergiffenis door Abraham
114 10, 18 | zij bidden buiten Allah om tot datgene wat hen schaden
115 10, 27 | Zij zullen niemand hebben om hen tegen Allah te beschermen. (
116 10, 35 | waarheid leidt waardiger om te worden gevolgd, ofwel
117 10, 38 | buiten Allah wie gij kunt (om hulp aan), als gij waarachtig
118 11, 20 | verdubbeld. Zij deden geen moeite om te horen, of te zien. ~
119 11, 46 | kennis bezit. Ik geef u raad om niet tot de onwetenden te
120 11, 47 | zoek mijn toevlucht tot U om niet te vragen waar ik geen
121 11, 53 | niet in de steek laten, om hetgeen gij zegt noch zullen
122 11, 77 | en voelde zich bezwaard om hen en zeide: "Dit is een
123 11, 91 | tegenover ons. Was het niet, om uw gezin, wij zouden u zeker
124 11, 120| boodschappers verhalen Wij u om daardoor uw hart te versterken.
125 12, 73 | goed, dat wij niet kwamen om slecht in het land te handelen
126 12, 80 | wanhoopten trokken zij zich terug om in afzondering te beraadslagen.
127 12, 98 | zeide: "Ik zal mijn Heer om vergiffenis voor u vragen.
128 13, 5 | daarom zullen zij ketenen om hun hals hebben en de bewoners
129 13, 17 | mensen) in het vuur verhitten om sieraden en gereedschappen
130 14, 15 | 15. Zij vroegen om een oordeel en (dientengevolge)
131 14, 30 | medegoden aan Allah toegekend om (de mensen) van Zijn weg
132 16, 53 | is het tot Hem dat gij om hulp roept. ~
133 16, 115| noodzaak wordt gedreven (om te eten) terwijl hij niet
134 16, 116| wettig en dat is onwettig.", om een leugen tegen Allah te
135 17, 7 | zonden Wij (andere volkeren) om u met schande te treffen
136 17, 7 | eerste keer binnen gingen om alles wat zij veroverd hadden
137 17, 11 | 11. De mens vraagt om het kwade gelijk hij om
138 17, 11 | om het kwade gelijk hij om het goede vraagt; en de
139 17, 13 | van ieder mens hebben Wij om zijn hals gehangen; en op
140 17, 56 | dezen hebben geen macht om het kwaad van u te verwijderen,
141 17, 59 | Wij zenden slechts tekenen om te waarschuwen. ~
142 17, 81 | is inderdaad onderhevig om te verdwijnen. ~
143 18, 2 | Volmaakt (in leiding), om te waarschuwen voor Zijn
144 18, 4 | 4. En om diegenen te waarschuwen,
145 18, 7 | tot haar sieraad gemaakt om te beproeven, wie van hen
146 18, 12 | Daarna wekten Wij hen op, om te beproeven welke der twee
147 18, 29 | zal insluiten. Indien zij om hulp roepen, zullen zij
148 18, 43 | 43. En hij had geen leger om hem tegen Allah te helpen,
149 18, 51 | 51. Ik riep hen niet om te getuigen van de schepping
150 18, 56 | ongelovigen twisten met leugens om daardoor de Waarheid te
151 18, 77 | stad kwamen aan wie zij om eten vroegen, doch dezen
152 19, 47 | met u. Ik zal mijn Heer om vergiffenis voor u smeken.
153 19, 52 | deden hem tot Ons naderen om met hem te spreken. ~
154 19, 83 | ongelovigen hebben losgelaten om hen aan te sporen? ~
155 19, 92 | Barmhartige te verheven is om een zoon te hebben. ~
156 20, 57 | tot mij gekomen, o Mozes, om ons door uw toverkunst uit
157 20, 65 | zullen wij de eersten zijn om te werpen?" ~
158 20, 67 | En Mozes sloeg de angst om het hart. ~
159 20, 89 | antwoord gaf en geen macht had om hun kwaad of goed te doen? ~
160 20, 129| 129. En ware het niet om een woord dat reeds van
161 20, 131| aan verschillenden hunner, om hen daardoor te beproeven.
162 21, 19 | bevinden, zijn niet te trots om Hem te aanbidden, noch worden
163 21, 79 | noopten de bergen en de vogels om samen met David Gods heerlijkheid
164 21, 81 | Salomo onderdanig. Deze blies om zijnentwille in de richting
165 22, 29 | vervullen en een omgang maken om het oude Huis (Kaaba)." ~
166 22, 39 | 39. Toestemming om te vechten is gegeven aan
167 22, 46 | konden begrijpen en oren om er mee te horen? Voorzeker,
168 23, 64 | dan jammeren zij allen om hulp. ~
169 24, 13 | zij geen vier getuigen (om dit te bewijzen)? Daar zij
170 24, 16 | hoordet: "Het betaamt ons niet om erover te spreken. Heilig
171 24, 17 | 17. Allah waarschuwt u om nooit tot iets dergelijks
172 24, 33 | te zijn, niet tot ontucht om de goederen van het tegenwoordige
173 24, 37 | door zaken achteloos worden om Allah te gedenken, het gebed
174 24, 59 | evenals ouderen dan zij om toestemming vragen. Zo maakt
175 24, 62 | verwijderen voordat zij hem om toestemming hebben gevraagd.
176 24, 62 | hebben gevraagd. Zij die u om verlof vragen zijn degenen
177 25, 3 | en die geen macht hebben om zichzelf goed of kwaad te
178 25, 7 | engel tot hem nedergezonden om met hem een waarschuwer
179 25, 8 | had een tuin moeten hebben om (de vruchten) er van te
180 25, 13 | geworpen, zullen zij daar om vernietiging roepen. ~
181 25, 14 | 14. "Roept niet éénmaal om vernietiging doch roept
182 25, 14 | doch roept er keer op keer om." ~
183 25, 16 | belofte van uw Heer waar om gevraagd mag worden. ~
184 25, 77 | Zeg: "Mijn Heer zou niets om U geven als gij niet bidt.
185 26, 13 | daarom (bericht) aan Aäron (om mij te helpen). ~
186 26, 25 | Pharao zeide tot degenen die om hem heen waren: "Hoort gij
187 26, 34 | zeide tot de vooraanstaanden om zich heen: "Dit is inderdaad
188 26, 128| monumenten op elke hoge plaats om u te vermaken? ~
189 26, 155| kamelin, zij heeft haar beurt om te drinken en gij hebt uw
190 26, 155| drinken en gij hebt uw beurt om te drenken op een vastgestelde
191 26, 209| 209. Om te vermanen. Wij waren nooit
192 27, 70 | 70. En treur niet om hen, noch wees bezorgd voor
193 27, 86 | mogen rusten, en de dag om licht te geven. Daarin zijn
194 28, 6 | hen te vestigen op aarde; om Pharao en Hamaan en hun
195 28, 10 | hart niet gesterkt hadden om tot de gelovigen te behoren. ~
196 28, 18 | gezocht riep wederom tot hem om hulp. Mozes zeide tot hem: "
197 28, 20 | de leiders beraadslagen om u te doden. Ga daarom weg,
198 28, 31 | vluchtte hij en keerde niet om. "O Mozes, kom en vrees
199 28, 38 | voor mij een vuur O Hamaan, om stenen van klei te bakken
200 28, 81 | en hij had geen partij om hem tegen Allah te helpen
201 29, 10 | als zij vervolgd worden om Allah's zaak, zien zij de
202 29, 40 | Zo grepen Wij iedereen om zijn zonden en onder hen
203 29, 67 | gemaakt, terwijl overal om hen heen mensen worden weggerukt?
204 33, 13 | een gedeelte vroeg zelfs om toestemming van de Profeet,
205 33, 39 | niemand. Allah is Toereikend om te verrekenen. ~
206 33, 49 | aangeraakt dan behoeft zij om uwentwille geen wachtperiode
207 33, 51 | Dit is het meest passend om hen verust te stellen, zodat
208 33, 53 | maar Allah aarzelt niet om de waarheid (te zeggen).
209 33, 53 | gij haar (zijn vrouwen) om iets vraagt, vraagt het
210 34, 33 | zullen zware kettingen leggen om de halzen der ongelovigen.
211 34, 42 | Heden hebt gij geen macht om elkander goed of kwaad te
212 35, 12 | zoet, smakelijk en goed om te drinken, en het andere
213 36, 8 | 8. Wij hebben om hun hals ijzeren banden
214 36, 57 | hebben en alles waar zij om vragen ontvangen. ~
215 38, 18 | Wij onderwierpen de bergen om met hem (God) te verheerlijken
216 38, 24 | beproefd, daarom vroeg hij om vergiffenis van zijn Heer
217 38, 42 | aan, hier is koel water om u er mee te wassen en ook
218 38, 42 | er mee te wassen en ook om te drinken." ~
219 38, 51 | rustend zullen zij daarin om overvloedig vruchten en
220 39, 8 | stelt medegoden naast Allah, om de mensen van Zijn weg af
221 39, 72 | de poorten der hel binnen om er in te vertoeven, slecht
222 39, 73 | gelukkig en gaat binnen om er voor (altijd) te verblijven." ~
223 39, 74 | als erfenis heeft gegeven om daarin te vertoeven, waar
224 39, 75 | En gij zult de engelen om de Troon zien dringen, hun
225 40, 5 | vangen en twistte door leugen om de Waarheid er mee te niet
226 40, 21 | zonden en zij hadden niemand om hen tegen Allah te beschermen. ~
227 40, 33 | waarop gij u zult afwenden om te vluchten. Dan zult gij
228 40, 60 | zij die te hoogmoedig zijn om Mij te aanbidden, zullen
229 40, 61 | in moogt rusten en de dag om u licht te geven. Voorwaar,
230 40, 71 | met boeien en kettingen om hun hals zullen worden gesleept ~
231 41, 24 | Vuur hun tehuis; en als zij om verontschuldiging vragen,
232 42, 51 | een boodschapper te zenden om door Zijn gebod te openbaren
233 43, 45 | Barmhartige andere goden om te worden aanbeden?" ~
234 43, 58 | zeggen dit tot u alleen om te twisten. Waarlijk zij
235 44, 29 | en de aarde weenden niet om hen noch werd hun uitstel
236 46, 12 | bevestigend in duidelijke taal, om de onrechtvaardigen te waarschuwen
237 46, 17 | beiden roepen tot Allah om hulp: "Wee u! Geloof: want
238 46, 22 | Zijt gij tot ons gekomen om ons van onze goden afvallig
239 46, 27 | En waarlijk, Wij hebben om hen heen de steden vernietigd,
240 46, 28 | goden hadden aaagenomen, om in Zijn nabijheid, te komen,
241 47, 35 | Weifelt daarom niet noch roept om vrede, want gij zult de
242 47, 36 | u belonen en zal u niet om uw (gehele) bezit vragen. ~
243 48, 5 | doorheen rivieren vloeien om daarin te vertoeven, en
244 48, 16 | krijgslieden worden opgeroepen om te vechten totdat zij zich
245 48, 25 | bereiken. En ware het niet om de gelovige mannen en vrouwen
246 50, 45 | zeggen en gij zijt er niet om hen te dwingen. Vermaan
247 51, 33 | 33. Om brokken klei op hen neder
248 51, 39 | Maar deze wendde zich af om zijn macht en zeide: "Een
249 53, 32 | Prijst daarom uzelf niet om reinheid. Hij kent de godvruchtigen
250 54, 27 | zullen de kameel zenden om hen op de proef te stellen.
251 56, 61 | 61. Om anderen als gij in uw plaats
252 57, 8 | de boodschapper u roept om in uw Heer te geloven en
253 57, 9 | nederzendt aan Zijn dienaar om u van de Duisternissen in
254 57, 16 | dat hun hart nederig worde om Allah gedachtig te zijn
255 57, 21 | 21. Wedijvert om vergiffenis van uw Heer (
256 57, 27 | zij vonden dit zelf uit om Allah's welbehagen te zoeken.
257 60, 1 | gelooft? Indien gij optreedt om voor Mijn zaak te strijden
258 60, 2 | en tong naar u uitsteken om u kwaad te berokkenen, en
259 60, 4 | zijn vader: "Ik zal zeker om vergiffenis voor u vragen,
260 60, 8 | degenen, die niet tegen u om de godsdienst hebben gevochten,
261 60, 9 | tegen u gevochten hebben om de godsdienst, en die u
262 60, 10 | ongelovige vrouwen; maar vraagt om hetgeen gij besteed hebt;
263 60, 10 | hebt; en laten zij vragen om hetgeen zij besteed hebben.
264 63, 5 | boodschapper van Allah zal voor u om vergiffenis vragen," dan
265 63, 6 | gij wel of niet voor hen om vergiffenis vraagt, Allah
266 64, 9 | waardoor rivieren stromen, om daarin voor eeuwig te vertoeven.
267 65, 6 | en doet haar geen kwaad om het haar moeilijk te maken.
268 65, 11 | doorheen rivieren stromen om daarin voor eeuwig te vertoeven.
269 67, 5 | hem tot een middel gemaakt om de satans te verdrijven
270 67, 20 | leger dat u buiten Allah om zou kunnen helpen? De ongelovigen
271 68, 25 | dat zij de macht hadden om het te verhinderen. ~
272 70, 14 | allen die op aarde zijn, om zich te redden. ~
273 72, 9 | enige plaatsen te zitten om de gesprekken te beluisteren.
274 72, 17 | 17. Om hen daarmee op de proef
275 72, 19 | dienaar van Allah opstond om Hem te aanbidden, vielen
276 74, 6 | 6. Bewijs geen gunsten om u daardoor te verrijken. ~
277 74, 21 | 21. Toen keek hij (om zich heen), ~
278 74, 23 | 23. Dan keerde hij zich om en toonde zich hovaardig.
279 75, 16 | Beweeg uw tong er niet mede om deze (woorden) haastig (
280 76, 2 | horende en ziende gemaakt om hem op de proef te stellen. ~
281 76, 19 | niet verouderen, zullen om hen rondgaan (om hen te
282 76, 19 | zullen om hen rondgaan (om hen te bedienen). Wanneer
283 77, 6 | 6. Om tot verontschuldiging te
284 77, 25 | Wij de aarde niet gemaakt om ~
285 77, 27 | zoet (zuiver) watergegeven om te drinken. ~
286 80, 4 | 4. Of hij kon om raad komen, en die raad
287 90, 4 | hebben de mens geschapen om moeilijkheden (te overwinnen). ~
288 91, 14 | vernietigde hun Heer hen volkomen om hun zonden en maakte het
289 92, 12 | Voorwaar, het is aan Ons om te leiden. ~
290 92, 18 | zijn rijkdommen weggeeft om zich te louteren. ~
291 111, 5 | 5. Om haar hals zal een koord
|