Sura, Verse
1 2, 23 | En, indien gij in twijfel zijt omtrent hetgeen Wij aan
2 2, 23 | Allah, als gij waarachtig zijt. ~
3 2, 32 | 32. Zij zeiden: "Heilig zijt Gij. Wij bezitten geen kennis,
4 2, 32 | hebt geleerd; waarlijk, Gij zijt de Alwetende, de Alwijze. ~
5 2, 36 | zeiden: "Gaat heen - gij zijt elkander vijandig. Er zal
6 2, 83 | weinigen onder u, en gij zijt afkerig. ~
7 2, 85 | 85. Toch zijt gij het volk, dat uw eigen
8 2, 94 | als gij te goeder trouw zijt". ~
9 2, 109| nadat gij gelovig geworden zijt, u uit afgunst weder tot
10 2, 111| bewijs, aJs gij waarachtig zijt". ~
11 2, 127| aanvaard dit van ons, want Gij zijt de Alhorende, de Alwetende, ~
12 2, 128| barmhartigheid tot ons, zeker, Gij zijt Berouwaanvaardend en Genadevol. ~
13 2, 129| louteren. Voorzeker, Gij zijt de Almachtige, de Alwijze. ~
14 2, 132| niet, tenzij gij Moslims zijt." ~
15 2, 148| goede werken. Waar gij ook zijt, Allah zal u allen tezamen
16 2, 150| Heilige Moskee; waar gij ook zijt, wendt uw aangezicht daarheen,
17 2, 187| een gewaad voor u en gij zijt haar een gewaad. Allah weet,
18 2, 196| maar als gij verhinderd zijt, brengt dan het offer, dat
19 2, 196| brengen. En wanneer gij veilig zijt, moet hij die gebruik maakt
20 2, 216| ofschoon gij er afkerig van zijt; maar het kan zijn, dat
21 2, 239| maar wanneer gij veilig zijt, gedenkt dan Allah, zoals
22 2, 248| teken, als gij gelovigen zijt." ~
23 2, 252| waarheid. Voorzeker, gij zijt één der boodschappers. ~
24 2, 259| hem op en zeide: "Hoelang zijt gij hier reeds?" Hij antwoordde: "
25 2, 259| Hij zeide: "Neen, gij zijt honderd jaren gebleven.
26 2, 278| rente, als gij gelovigen zijt. ~
27 2, 283| 283. En indien gij op reis zijt en geen schrijver vindt,
28 2, 286| wees ons barmhartig; Gij zijt onze Meester, help ons daarom
29 3, 8 | barmhartigheid; waarlijk, Gij zijt de Milddadige. ~
30 3, 9 | 9. Onze Heer, Gij zijt het, Die de mensen zal verzamelen
31 3, 35 | aanvaard het van mij, Gij zijt gewis Alhorend, Alwetend." ~
32 3, 49 | teken, indien gij gelovigen zijt." ~
33 3, 70 | terwijl gij er getuige van zijt? ~
34 3, 93 | haar als gij waarachtig zijt." ~
35 3, 99 | terwijl gij er getuige van zijt? Allah is niet onachtzaam
36 3, 102| niet, tenzij gij Moslim zijt. ~
37 3, 110| 110. Gij (Moslims) zijt het beste volk dat voor
38 3, 125| geduldig en rechtvaardit zijt en zij (de ongelovigen)
39 3, 159| barmhartigheid van Allah zijt gij (de Profeet) zachtmoedig
40 3, 159| wanneer gij vastbesloten zijt, leg dan uw vertrouwen in
41 3, 175| vreest Mij, als gij gelovigen zijt. ~
42 3, 179| gelooft en rechtvaardig zijt, zal er een grote beloning
43 3, 183| te doden, als gij eerlijk zijt?" ~
44 3, 191| geschapen; neen, heilig zijt Gij; red ons daarom van
45 4, 23 | door uw vrouwen tot wie gij zijt ingegaan, maar als gij niet
46 4, 23 | maar als gij niet tot haar zijt ingegaan zal er geen zonde
47 4, 25 | uw geloof het beste. Gij zijt van elkander; huwt haar
48 4, 43 | het gebed als gij bedwelmd zijt; totdat gij weet wat gij
49 4, 43 | noch, wanneer gii onrein zijt tot gij u hebt gebaad, tenzij
50 4, 43 | gebaad, tenzij gij onderweg zijt. En indien gij ziek zijt,
51 4, 43 | zijt. En indien gij ziek zijt, of op reis, of een uwer
52 4, 78 | 78. Waar gij ook zijt, de dood zal u achterhalen,
53 4, 88 | 88. Waarom zijt gij betreffende de huichelaars (
54 4, 94 | vredesgroet begroet: "Gij zijt geen gelovige". Zoekt gij
55 4, 102| wanneer gij in hun midden zijt en het gebed voor hen leidt,
56 4, 102| stoort, of indien gij ziek zijt, zal dat voor u geen zonde
57 4, 103| En, wanneer gij veilig zijt, houdt het gebed, voorwaar,
58 4, 109| 109. Ziet, gij zijt degenen die in het tegenwoordige
59 4, 128| goed doet en rechtvaardig zijt, waarlijk dan is Allah op
60 4, 129| als gij u betert en vroom zijt, dan is Allah voorzeker
61 4, 147| straffen, als gij dankbaar zijt en gelooft? Allah is Waarderend,
62 5, 1 | terwijl gij ter bedevaart zijt. Voorwaar, Allah gebiedt
63 5, 6 | enkels. En als gij onrein zijt, reinigt u. En als gij ziek
64 5, 6 | als gij ziek of op reis zijt en een uwer komt van de
65 5, 18 | voor uw zonden? Neen, gij zijt mensen onder degenen die
66 5, 23 | wanneer gij er eenmaal binnen zijt, dan zult gij zeker overwinnaar
67 5, 23 | Allah, als gij gelovigen zijt." ~
68 5, 57 | Allah als gij gelovigen zijt. ~
69 5, 95 | terwijl gij ter bedevaart zijt. En wie onder u het opzettelijk
70 5, 96 | zolang gij ter bedevaart zijt is het wild van het land
71 5, 105| wanneer gij juist geleid zijt. Tot Allah zult gij allen
72 5, 109| geen kennis, Gij alleen zijt de Oerkenner van het verborgene." ~
73 5, 112| Allah, als gij gelovigen zijt." ~
74 5, 114| onderhoud van ons, want Gij zijt de Beste der onderhouders." ~
75 5, 116| hij antwoorden: "Heilig zijt Gij! Ik zou nooit kunnen
76 5, 116| weet niet, wat in U is. Gij zijt de Kenner van het onzienlijke. ~
77 5, 117| Bewaker over hen en Gij zijt Getuige van alle dingen. ~
78 5, 118| indien Gij hen vergeeft, zijt Gij zeker de Almachtige,
79 6, 40 | Allah, als gij waarachtig zijt?" ~
80 6, 52 | aangezicht zoekend. Gij zijt volstrekt niet verantwoordelijk
81 6, 94 | 94. Nu zijt gij één voor één tot Ons
82 6, 107| bewaker over hen gemaakt, noch zijt gij voogd over hen. ~
83 6, 119| datgene waartoe gij gedwongen zijt. En voorzeker, velen misleiden
84 6, 143| zekerheid, indien gij waarachtig zijt." ~
85 7, 10 | voorzien. Hoe weinig dankbaar zijt gij! ~
86 7, 23 | vergeeft en ons niet genadig zijt, zullen wij zeker tot de
87 7, 39 | de laatsten zeggen: "Gij zijt niet boven ons verheven,
88 7, 70 | 70. Zij zeiden: "Zijt gij tot ons gekomen opdat
89 7, 81 | plaats van vrouwen. Neen, gij zijt een volk dat de perken te
90 7, 85 | voor u, als gij gelovigen zijt." ~
91 7, 89 | volk in waarheid en Gij zijt de beste Rechter. ~
92 7, 106| inderdaad met een teken zijt gekomen breng het naar voren
93 7, 129| kwaamt en nadat gij tot ons zijt gekomen." Hij (Mozes) zeide: "
94 7, 138| heeft." Hij antwoordde: "Gij zijt zeker een onwetend volk." ~
95 7, 143| kwam, zeide hij: "Heilig zijt Gij, ik wend mij tot U en
96 7, 151| barmhartigheid toe want Gij zijt de Allergenadigste. ~
97 7, 155| leidt wie Gij wilt. Gij zijt onze Beschermer , vergeef
98 7, 155| ons barmhartigheid en Gij zijt de Beste Vergevensgezinde." ~
99 7, 187| er goed van op de hoogte zijt. Zeg: "De kennis er van
100 8, 1 | boodschapper als gij gelovigen zijt." ~
101 8, 33 | straffen zolang gij onder hen zijt noch zal Allah hen straffen
102 8, 72 | huizen niet verlieten, gij zijt in het geheel niet verantwoordelijk
103 9, 13 | vrezen als gij gelovigen zijt. ~
104 9, 38 | de weg van Allah voort?" Zijt gij met het tegenwoordige
105 9, 53 | niet worden aangenomen. Gij zijt inderdaad een ongehoorzaam
106 9, 108| waardiger dat gij er in zijt. Er zijn daarin mensen die
107 10, 10 | daarin zal zijn: "Heilig zijt Gij, O Allah!" en hun groet "
108 10, 22 | wanneer gij op de schepen zijt en zij met een mooie bries
109 10, 34 | voortbrengt, en deze voortzet. Hoe zijt gij dan afgewend?" ~
110 10, 38 | aan), als gij waarachtig zijt." ~
111 10, 78 | 78. Zij antwoordden: "Zijt gij tot ons gekomen, opdat
112 10, 84 | in Hem, als gij Moslims zijt." ~
113 11, 12 | gekomen?" Voorwaar, gij zijt slechts een waarschuwer
114 11, 13 | kunt, als gij waarachtig zijt." ~
115 11, 27 | geloven dat gij een leugenaar zijt." ~
116 11, 28 | terwijl gij er afkerig van zijt?" ~
117 11, 32 | gedreigd, als gij waarachtig zijt." ~
118 11, 45 | is voorzeker waar en Gij zijt de Rechter der rechters." ~
119 11, 86 | voor u als gij gelovigen zijt. En ik ben geen bewaker
120 11, 87 | doen wat wij willen? Gij zijt inderdaad verstandig, recht
121 11, 91 | voorzeker, dat gij zwak zijt tegenover ons. Was het niet,
122 11, 91 | zeker stenigen, want gij zijt niet in aanzien bij ons." ~
123 12, 54 | gesproken, zeide hij: "Gij zijt van deze dag af een man
124 12, 70 | omroeper: "O, karavaan, gij zijt waarlijk dieven." ~
125 12, 74 | zijn als gij leugenaars zijt?" ~
126 12, 85 | Jozef te praten, totdat gij zijt weggekwijnd of totdat gij
127 12, 90 | 90. Zij vroegen. "Zijt gij dan Jozef?" Hij zeide: "
128 12, 101| hemelen en der aarde, Gij zijt mijn Beschermer in deze
129 13, 7 | Heer nedergezonden?" Gij zijt waarlijk een waarschuwer
130 13, 43 | ongelovigen zeggen: "Gij zijt geen gezant." Zeg: "Allah,
131 14, 7 | verklaarde: "Als gij dankbaar zijt zal ik u rneer geven, maar
132 14, 7 | maar als gij ondankbaar zijt is Mijn straf inderdaad
133 14, 8 | zeide: "Als gij ondankbaar zijt, gij en al degenen die op
134 14, 9 | in hetgeen, waarmede gij zijt gezonden en wij zijn zeker
135 14, 10 | periode." Zij zeiden: "Gij zijt slechts mensen als wij;
136 14, 36 | mij niet gehoorzaamt - Gij zijt voorzeker Vergevensgezind,
137 15, 6 | vermaning is nedergezonden, gij zijt voorzeker bezeten." ~
138 15, 22 | u dan te drinken en gij zijt niet degenen die het vergaart. ~
139 15, 32 | dat gij niet onder degenen zijt die zich onderwerpen?" ~
140 15, 34 | zeide: "Ga dan heen, gij zijt voorzeker verworpen." ~
141 15, 62 | Zeide hij: "Voorwaar, gij zijt een groep vreemdelingen." ~
142 16, 37 | Als gij (profeet) begerig zijt dat zij geleid zullen worden,
143 16, 82 | indien zij zich afwenden zijt gij (de profeet) alleen
144 16, 86 | zullen tegenwerpen: "Gij zijt voorzeker leugenaars." ~
145 17, 25 | gedachten is; indien gij goed zijt dan voorwaar is Hij Vergevensgezind
146 17, 101| dat gij een betoverd mens zijt." ~
147 18, 19 | hoe lang gij hier gebleven zijt. (Het is beter) één van
148 18, 48 | gebracht. (Hij zal zeggen) Nu zijt gij tot Ons gekomen zoals
149 20, 12 | van uw schoeisel; want gij zijt in de heilige vallei van
150 20, 40 | het volk van Midian. Dan zijt gij, o Mozes, herwaarts
151 20, 57 | 57. Hij zeide: "Zijt gij tot mij gekomen, o Mozes,
152 20, 68 | zeiden: "Vrees niet, want gij zijt de overwinnaar." ~
153 20, 90 | mijn volk, voorzeker gij zijt daarmee op de proef gesteld.
154 20, 97 | een toegewijd aanbidder zijt geworden. Wij zullen hem
155 20, 103| spreken en zeggen: "Gij zijt slechts tien (dagen) gebleven." ~
156 20, 104| beste hunner beweert: "Gij zijt slechts één dag gebleven." ~
157 21, 38 | vervuld, indien gij waarachtig zijt?" ~
158 21, 52 | beelden waaraan gij zo gehecht zijt?" ~
159 21, 64 | zeiden (bij zichzelf) "Gij zijt zelf de boosdoeners." ~
160 21, 83 | terneer geworpen en Gij zijt de Genadigste der genadigen." ~
161 21, 87 | geen God dan Gij. Heilig zijt Gij. Ik behoorde inderdaad
162 21, 89 | laat mij niet alleen en Gij zijt de Beste der erfgenamen." ~
163 23, 29 | gezegende landing, want Gij zijt de Beste Landingshulp." ~
164 23, 34 | aan uzelf gehoorzaamt dan zijt gij zeker verloren. ~
165 23, 35 | hij u dat wanneer gij dood zijt en stof en beenderen zijt
166 23, 35 | zijt en stof en beenderen zijt geworden, gij weder zult
167 23, 109| Barmhartig jegens ons. En Gij zijt de Beste der barmhartigen." ~
168 23, 112| zal vragen: "Hoeveel jaren zijt gij op de aarde gebleven?" ~
169 23, 118| wees Barmhartig, want Gij zijt de Barmhartigste der barmhartigen." ~~
170 24, 16 | erover te spreken. Heilig zijt Gij, dit is een grote lastering!" ~
171 24, 17 | vallen indien gij gelovigen zijt. ~
172 24, 54 | waarmee hij is belast, en gij zijt slechts verantwoordelijk
173 24, 54 | voor datgene waarmee gij zijt belast. En indien gij hem
174 26, 153| 153. Zeiden zij: "Gij zijt betoverd. ~
175 26, 154| 154. Gij zijt slechts een mens zoals wij,
176 26, 166| heeft geschapen? Neen, gij zijt een volk dat de perken te
177 26, 185| 185. Zij zeiden: "Gij zijt slechts betoverd. ~
178 26, 186| 186. En gij zijt niets meer dan een man zoals
179 26, 187| vallen als gij waarachtig zijt." ~
180 27, 47 | is bij Allah. Neen, gij zijt een volk dat beproefd wordt." ~
181 27, 55 | van de vrouwen? Neen, gij zijt een onwetend volk." ~
182 27, 64 | hiervoor als gij waarachtig zijt."
183 28, 18 | Mozes zeide tot hem: "Gij zijt voorzeker stellig een dwalende." ~
184 28, 25 | zeide hij: "Vrees niet, gij zijt een onrechtvaardig volk
185 28, 46 | barmhartigheid van uw Heer zijt gij gezonden, opdat gij
186 28, 49 | volgen, indien gij waarachtig zijt." ~
187 30, 20 | stof schiep; en ziet! gij zijt mensen die zich kunnen verspreiden. ~
188 30, 56 | Volgens het Boek van Allah zijt gij inderdaad tot de Dag
189 30, 58 | ongelovigen zeggen: "Gij zijt slechts leugenaars." ~
190 32, 11 | aan wie gij toevertrouwd zijt, zal uw ziel nemen; dan
191 33, 32 | vrouwen van de profeet, gij zijt niet zoals een andere vrouw.
192 33, 32 | Indien gij godvruchtig zijt, spreekt dan niet op een
193 33, 53 | deze gereed is. Wanneer gij zijt uitgenodigd, komt dan binnen;
194 34, 34 | geloven in hetgeen waarmee gij zijt gezonden." ~
195 34, 41 | antwoorden: "Glorie zij U! Gij zijt onze Vriend, niet zij. Neen,
196 35, 15 | 15. O, gij mensen, gij zijt afhankelijk van Allah, maar
197 35, 23 | 23. Gij (profeet) zijt slechts een waarschuwer. ~
198 36, 3 | 3. Gij zijt inderdaad één der boodschappers ~
199 36, 15 | bewoners) antwoordden: "Gij zijt slechts mensen zoals wij
200 36, 19 | gij dit omdat gij vermaand zijt? Neen, gij zijt een volk
201 36, 19 | vermaand zijt? Neen, gij zijt een volk dat alle perken
202 37, 157| Boek, indien gij waarachtig zijt." ~
203 38, 35 | niemand anders is; zeker, Gij zijt de Milddadige." ~
204 38, 60 | zullen antwoorden: "Wee, gij zijt het, voor wie geen welkom
205 38, 75 | Mijn Hand heb geschapen? Zijt gij te trots of behoort
206 38, 77 | hier vandaan, voorzeker gij zijt de verworpene. ~
207 39, 7 | 7. Indien gij ondankbaar zijt; Allan is zeker onafhankelijk
208 39, 7 | dienaren. En als gij dankbaar zijt, zal Hij in u behagen hebben -
209 39, 41 | nadele van haar. En gij zijt geen voogd over hen. ~
210 39, 53 | tegen u zelf buitensporig zijt geweest, wanhoopt niet aan
211 40, 8 | hun kinderen. Zeker, Gij zijt de Almachtige, de Alwijze. ~
212 40, 29 | gij de oppermacht en gij zijt de hoogsten in het land.
213 41, 14 | datgene waarmede gij gezonden zijt."
214 41, 21 | eerste keer schiep en gij zijt tot Hem teruggebracht. ~
215 42, 6 | Allah: maar gij (profeet) zijt geen voogd over hen. ~
216 43, 5 | gij een buitensporig volk zijt? ~
217 43, 24 | datgene waarmede gij gezonden zijt." ~
218 43, 43 | hetgeen u is geopenbaard; gij zijt voorzeker op het rechte
219 46, 10 | geloofde (in hem) maar gij zijt hoovaardig? Voorwaar Allah
220 46, 22 | 22. Toen zeiden zij: "Zijt gij tot ons gekomen om ons
221 46, 22 | ons, als gij waarachtig zijt." ~
222 46, 23 | dat gij een onwetend volk zijt." ~
223 47, 4 | wanneer gij overwinnaar zijt, bindt hen dan vast. En
224 47, 38 | 38. Ziet, gij zijt het, die geroepen wordt
225 47, 38 | Zichzelf - genoeg en gij zijt nooddruftig. En indien gij
226 49, 17 | geleid als gij waarachtig zijt." ~
227 50, 30 | Wij tot de hel zeggen: "Zijt gij gevuld?" En zij zal
228 50, 45 | beste wat zij zeggen en gij zijt er niet om hen te dwingen.
229 52, 29 | Bij de gratie van uw Heer zijt gij noch een waarzegger
230 52, 48 | oordeel van uw Heer. want gij zijt onder Onze ogen en verheerlijk
231 53, 61 | 61. Terwijl gij achteloos zijt? ~
232 54, 43 | ongelovigen beter dan dezen? Of zijt gij vrijgesteld in de geschriften? ~
233 56, 69 | 69. Zijt gij het die het uit de wolken
234 56, 70 | het bitter maken. Waarom zijt gij dan niet dankbaar? ~
235 56, 72 | 72. Zijt gij het die de boom er voor
236 56, 86 | als gij niet onderdanig zijt, ~
237 56, 87 | terug indien gij waarachtig zijt? ~
238 57, 8 | gesloten, indien gij gelovig zijt? ~
239 58, 13 | 13. Zijt gij bezorgd inzake het geven
240 59, 10 | gelovigen. Onze Heer! Gij zijt inderdaad Liefderijk, Genadevol." ~
241 60, 5 | Heer, voorzeker Gij, Gij zijt de Almachtige, de Alwijze." ~
242 62, 6 | mensen de vrienden van Allah zijt, wenst dan de dood als gij
243 63, 1 | de boodschapper van Allah zijt." Allah weet dat gij Zijn
244 63, 1 | dat gij Zijn boodschapper zijt, en Allah getuigt dat de
245 68, 2 | 2. Gij zijt, bij de gratie van uw Heer,
246 77, 46 | dit leven). Voorzeker, gij zijt de schuldigen." ~
247 79, 27 | 27. Zijt gij moeilijker te scheppen
248 79, 45 | 45. Gij zijt slechts een waarschuwer
249 80, 7 | niet voor aansprakelijk zijt als hij zich niet loutert. ~
250 80, 10 | 10. Voor hem zijt gij onverschillig. ~
251 88, 21 | Vermaant hen daarom want gij zijt slechts een vermaner; ~
252 88, 22 | 22. Gij zijt geen waker over hen. ~
253 90, 2 | 2. En gij zijt vogelvrij in deze stad. ~
254 94, 7 | 7. Wanneer gij verlicht zijt, streef dan verder. ~
|