Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
hebben 851
hebden 1
hebhen 1
hebt 251
hecht 3
hechte 5
heden 10
Frequency    [«  »]
261 ongelovigen
258 waren
254 zijt
251 hebt
249 boek
238 boodschapper
234 vóór

Koran

IntraText - Concordances

hebt

    Sura, Verse
1 1, 7 | dergenen, aan wie Gij gunsten hebt geschonken - niet dat van 2 2, 32 | buiten hetgeen Gij ons hebt geleerd; waarlijk, Gij zijt 3 2, 54 | zeide: "O mijn volk, gij hebt uzelf onrecht aangedaan 4 2, 65 | 65. Gij hebt degenen onder u gekend, 5 2, 71 | vlekkeloos." Zij zeiden: "Nu hebt gij het precies gezegd." 6 2, 80 | dagen deren". Vraag hun: "Hebt gij dan een woord van Allah 7 2, 84 | huizen verdrijven", toen hebt Gij dit bekrachtigd en gij 8 2, 87 | hetgeen uw ziel niet behaagde, hebt gij u laatdunkend gedragen, 9 2, 87 | gedragen, sommigen hunner hebt gij verloochend en anderen 10 2, 91 | bezaten. Zeg hun "Waarom hebt gij dan de vroegere profeten 11 2, 92 | duidelijke tekenen, maar gij hebt in zijn afwezigheid het ( 12 2, 137| indien zij geloven, zoals gij hebt geloofd, dan zijn zij juist 13 2, 187| dat gij onrechtvaardig hebt gehandeld tegenover uzelf 14 2, 200| wanneer gij uw wijdingen hebt verricht, gedenkt dan Allah, 15 2, 216| kan zijn, dat gij tegenzin hebt in iets terwijl het goed 16 2, 229| nemen van hetgeen gij haar hebt gegeven, tenzij beiden vrezen, 17 2, 236| scheidt, voordat gij haar hebt benaderd of voor haar een 18 2, 236| voor haar een bruidsschat hebt vastgesteld. Maar maakt 19 2, 237| haar scheidt, voor gij haar hebt benaderd maar haar een bruidsschat 20 2, 237| maar haar een bruidsschat hebt toegekend, (geeft) dan de 21 2, 237| de helft van hetgeen gij hebt vastgesteld, tenzij zij 22 2, 258| 258. Hebt gij niet vernomen van hem, 23 2, 267| goede dingen weg, die gij hebt verdiend en van hetgeen 24 2, 279| boodschapper; indien gij berouw hebt is voor u het oorspronkelijke 25 2, 282| het niet neerschrijft. En hebt getuigen, wanneer gij aan 26 2, 286| degenen, die vóór ons waren hebt belast; onze Heer belast 27 3, 8 | niet afdwalen nadat Gij ons hebt geleid en schenk ons Uw 28 3, 20 | gegeven en tot de onwetenden: "Hebt gij u onderworpen?" Als 29 3, 26 | hand is het goede. En Gij hebt macht over alle dingen. ~ 30 3, 37 | Hij zeide: "O, Maria, waar hebt gij dit vandaan?" Zij antwoordde: " 31 3, 53 | wij geloven in hetgeen Gij hebt geopenbaard en volgen deze 32 3, 66 | hetgeen, waarvan gij kennis hebt. Waarom twist gij dan (eveneens) 33 3, 66 | waarvan gij geen kennis hebt? Allah weet en gij weet 34 3, 81 | helpen." En Hij zeide: "Hebt gij bekrachtigd en daarmede 35 3, 100| ongelovigen maken, nadat gij hebt geloofd. ~ 36 3, 106| gezicht verduisterd zal zijn: "Hebt gij verworpen, nadat gij 37 3, 119| 119. Ziet, gij hebt hen lief, maar zij hebben 38 3, 128| 128. Gij hebt met de zaak niets uitstaande: 39 3, 143| voordat gij hem ontmoettet, nu hebt gij hem gezien en gij staart 40 3, 182| 182. Dit is hetgeen gij hebt verdiend: Allah is in het 41 3, 191| zeggende: "Onze Heer, Gij hebt dit niet tevergeefs geschapen; 42 3, 192| het Vuur doet ingaan, hem hebt Gij voorzeker vernederd. 43 3, 194| ons door Uw boodschappers hebt beloofd en verneder ons 44 4, 12 | nalaat, als gij geen kind hebt, maar als gij een kind hebt, 45 4, 12 | hebt, maar als gij een kind hebt, zo is er voor hen een achtste 46 4, 19 | gedeelte van wat gij haar hebt gegeven, moogt terugnemen, 47 4, 19 | als gij afkeer van haar hebt, kan het zijn, dat gij afkeer 48 4, 19 | het zijn, dat gij afkeer hebt van iets, waarin Allah veel 49 4, 20 | andere wenst te nemen en gij hebt één harer een schat gegeven, 50 4, 24 | voordelen, die gij van haar hebt, dit is verplicht; er zal 51 4, 43 | gii onrein zijt tot gij u hebt gebaad, tenzij gij onderweg 52 4, 43 | afzondering komt, of gij hebt vrouwen aangeraakt en gij 53 4, 49 | 49. Hebt gij over hen niet vernomen 54 4, 51 | 51. Hebt gij degenen niet waargenomen 55 4, 77 | zeggen: "Onze Heer, waarom hebt Gij ons het strijden voorgeschreven? 56 4, 77 | strijden voorgeschreven? Waarom hebt Gij ons niet voor een korte 57 4, 81 | nacht tegen hetgeen gij hebt gezegd. Allah tekent op, 58 4, 90 | gij een verbond gesloten hebt, of zij die tot u komen 59 4, 92 | waarmede gij een verbond hebt, dan moet een bloedgeld 60 4, 103| 103. Wanneer gij het gebed hebt beëindigd, gedenkt dan Allah, 61 5, 3 | aangevreten, behalve wat gij hebt geslacht. Verder hetgeen 62 5, 4 | gij dieren en roofvogels hebt geleerd terwille van de 63 5, 6 | van de afzondering, of gij hebt vrouwen aangeraakt en gij 64 5, 34 | voordat gij hen in uw macht hebt. Weet derhalve, dat Allah 65 5, 67 | indien gij dat niet doet, dan hebt gij Zijn boodschap niet 66 5, 105| Hij u tonen wat gij gedaan hebt. ~ 67 5, 110| melaatsen door Mijn gebod hebt genezen en de doden opgewekt; 68 5, 113| gij de waarheid tot ons hebt gesproken en wij daarvan 69 5, 116| O Jezus, zoon van Maria, hebt gij tot de mensen gezegd: ' 70 5, 117| hen, dan hetgeen Gij mij hebt geboden: "Aanbidt Allah, 71 6, 94 | u eerst schiepen en gij hebt, hetgeen Wij u schonken 72 6, 105| zodat zij zeggen: "Gij hebt het geleerd (van iemand)", 73 6, 119| 119. En welke reden hebt gij, dat gij niet van datgene 74 6, 128| gezelschap van djinn, gij hebt een grote hoeveelheid mensen 75 6, 128| termijn welke Gij voor ons hebt vastgesteld bereikt." Hij 76 6, 148| straf ondergingen. Zeg: "Hebt gij enige kennis? Toont 77 6, 159| in secten verdelen - gij hebt met hen niets uitstaande. 78 7, 12 | Ik ben beter dan hij. Gij hebt mij uit vuur en hem uit 79 7, 44 | onze Heer ons beloofde. Hebt gij ook bevonden, waar te 80 7, 49 | het aangaande welke gij hebt gezworen dat Allah hun geen 81 7, 59 | volk, aanbidt Allah, gij hebt geen god naast Hem. Ik vrees 82 7, 65 | volk, aanbidt Allah, gij hebt geen andere god naast Hem. 83 7, 71 | mij over namen, die gij hebt genoemd - gij en uw vaderen - 84 7, 73 | volk, aanbidt Allah; gij hebt geen andere god naast Hem. 85 7, 77 | hetgeen, waarmede gij ons hebt bedreigd, als gij tot de 86 7, 85 | volk, aanbidt Allah, gij hebt geen god naast Hem. Er is 87 7, 123| 123. Pharao zeide: "Hebt gij vóór ik het u toestond 88 7, 123| complot dat gij in de stad hebt gesmeed, opdat gij haar 89 7, 150| afwezigheid deedt, was slecht. Hebt gij u gehaast vóór het gebod 90 8, 72 | hetwelk gij een verbond hebt. Allah ziet, wat gij doet. ~ 91 9, 1 | met wie gij een verdrag hebt gesloten. ~ 92 9, 4 | met wie gij een verbond hebt gesloten en die in niets 93 9, 7 | heilige Moskee een verbond hebt gesloten? Zolang zij daarom 94 9, 24 | rijkdommen die gij verkregen hebt en de handel waarvan gij 95 9, 25 | uitgestrektheid voor u te eng; toen hebt gij u vluchtende afgewend. ~ 96 9, 35 | is hetgeen gij voor uzelf hebt vergaard, ondergaat daarom 97 9, 35 | gij voor uzelf verzameld hebt." ~ 98 9, 66 | verontschuldiging aan. Gij hebt, na te hebben geloofd, verworpen. 99 9, 105| inlichten over hetgeen gij hebt bedreven. ~ 100 9, 111| verbintenis, die gij met Hem hebt gesloten en dat is de grote 101 9, 116| veroorzaakt de dood. En gij hebt geen vriend of helper naast 102 10, 41 | werk en aan u uw werk. Gij hebt niets uitstaande met hetgeen 103 10, 59 | 59. Zeg: "Hebt gij overwogen, dat Allah 104 10, 68 | hemelen en op aarde is. Gij hebt hier geen gezag over. Zegt 105 10, 81 | wierpen zeide Mozes: "Wat gij hebt gebracht is slechts bedrog. 106 10, 84 | volk, indien gij in Allah hebt geloofd stelt dan uw vertrouwen 107 10, 88 | Mozes zeide: "Onze Heer, Gij hebt Pharao en zijn leiders versieringen 108 11, 32 | antwoordden: "O Noach, gij hebt inderdaad met ons getwist 109 11, 32 | de straf waarmede gij ons hebt gedreigd, als gij waarachtig 110 11, 50 | volk, aanbid Allah. Gij hebt geen God naast Hem. Gij 111 11, 53 | Zij zeiden: "O Hoed, gij hebt ons geen enkel duidelijk 112 11, 61 | volk, aanbid Allah; gij hebt geen God naast Hem. Hij 113 11, 84 | volk, aanbid Allah. Gij hebt geen andere God, dan Hem. 114 11, 92 | bij u dan Allah? En gij hebt Hem als waardeloos verworpen. 115 12, 18 | Jacob) zeide: "Neen, gij hebt de zaak veel te licht opgevat. 116 12, 40 | dan ijdele namen die gij hebt uitgedacht, gij en uw vaderen; 117 12, 41 | eten. De zaak waarover gij hebt gevraagd, is besloten." ~ 118 12, 48 | hetgeen gij van te voren hebt opgeslagen zullen verteren, 119 12, 80 | uw plicht tegenover Jozef hebt gefaald? Ik zal het land 120 12, 101| 101. "O, mijn Heer, Gij hebt mij macht gegeven en de 121 13, 16 | aarde?" Zeg: "Allah." Zeg: "Hebt gij naast Hem dan helpers 122 14, 22 | gij mij voordien met Allah hebt vereenzelvigd. Er zal voor 123 14, 44 | boodschappers volgen." "Hebt gij voorheen niet gezworen, 124 15, 33 | uit droge, klinkende klei hebt geschapen, uit leem gemaakt." ~ 125 15, 39 | Heer, daar Gij mij verloren hebt geacht, zal ik voor hen ( 126 16, 5 | waarvan gij warmte en nut hebt terwijl gij er ook van als 127 16, 10 | uit de wolken zendt, gij hebt er drank van en het doet 128 16, 56 | worden over al hetgeen gij hebt verzonnen. ~ 129 16, 91 | terwijl gij Allah tot uw Borg hebt gemaakt. Voorzeker, Allah 130 16, 94 | anderen van het pad van Allah hebt afgehouden; en er zal voor 131 16, 96 | 96. Hetgeen gij hebt, zal voorbijgaan maar hetgeen 132 17, 52 | slechts een korte wijle hebt vertoefd. ~ 133 17, 61 | iemand die Gij geschapen hebt uit klei?" ~ 134 17, 62 | 62. En hij zeide: "Hebt Gij hem boven mij geëerd? 135 17, 91 | Of tenzij gij een tuin hebt met dadelpalmen en wijnranken 136 17, 92 | doet nedervallen zoals gij hebt beweerd of tenzij gij Allah 137 17, 93 | Of tenzij gij een huis hebt van goud, of tenzij gij 138 18, 19 | van hen zeide: "Hoelang hebt gij hier vertoefd?" Anderen 139 18, 71 | Waarop Mozes uitriep: "Hebt gij er een gat in gemaakt 140 18, 71 | verdrinken? Voorwaar, gij hebt iets gruwelijks bedreven." ~ 141 18, 74 | doodsloeg. Mozes zeide: "Hebt gij een onschuldige gedood 142 18, 74 | vermoord? Voorwaar, gij hebt een afkeurenswaardige daad 143 18, 76 | niet in uw gezelschap, dan hebt gij zeker een verontschuldiging 144 19, 27 | Dit zeide: "O Maria, gij hebt iets vreemds gedaan." ~ 145 19, 77 | 77. Hebt gij hem dan gezien die Onze 146 19, 89 | 89. Gij hebt voorzeker een lastering 147 20, 9 | 9. Hebt gij de geschiedenis van 148 20, 17 | 17. "En wat hebt gij in uw rechter hand, 149 20, 73 | de tovenarij die gij ons hebt gedwongen te bedrijven, 150 20, 86 | dat gij uw belofte aan mij hebt gebroken?" ~ 151 20, 93 | 93. Mij te volgen? Hebt gij dan mijn gebod veronachtzaamd?" 152 20, 94 | dat gij zoudt zeggen: 'Gij hebt een scheuring teweeg gebracht 153 20, 94 | de kinderen van Israël en hebt niet op mijn woord gewacht.'" ~ 154 20, 95 | Hij (Mozes) zeide: "En wat hebt gij te zeggen, o Saamiri?" ~ 155 20, 125| zeggen: "Mijn Heer waarom hebt Gij mij blind doen opstaan, 156 20, 126| Onze tekenen tot u en gij hebt er geen acht op geslagen 157 20, 134| gezegd: "Onze Heer, waarom hebt Gij ons geen boodschapper 158 21, 55 | 55. Zij zeiden: "Hebt gij ons de waarheid gebracht, 159 21, 57 | beramen nadat gij hun uw rug hebt toegewend." ~ 160 21, 62 | 62. Zij vroegen: "Hebt gij dit onze Goden aangedaan, 161 21, 67 | gij buiten Allah aanbidt. Hebt gij dan geen verstand?" ~ 162 22, 18 | 18. Hebt gij dan niet gezien dat 163 22, 63 | 63. Hebt gij niet gezien, dat Allah 164 22, 65 | 65. Hebt gij niet gezien, dat Allah 165 23, 19 | waarvan gij overvloedig fruit hebt; en gij eet daarvan. ~ 166 23, 23 | mijn volk, dien Allah. Gij hebt geen andere God buiten Hem. 167 23, 32 | zeide: "Dient Allah, gij hebt geen andere God dan Hem. 168 24, 14 | zou u wegens hetgeen gij hebt begaan, een grote straf 169 24, 16 | 16. Waarom hebt gij niet gezegd toen gij 170 24, 43 | 43. Hebt gij niet gezien dat Allah 171 24, 61 | gij de sleutel in uw bezit hebt, of in het huis van een 172 25, 18 | dan U te nemen, maar Gij hebt hen en hun vaderen doen 173 25, 43 | 43. Hebt gij hem gezien, die zijn 174 25, 45 | 45. Hebt gij niet gezien hoe uw Heer 175 25, 77 | geven als gij niet bidt. Gij hebt de waarheid verloochend 176 26, 22 | kinderen van Israël tot slaven hebt gemaakt?" ~ 177 26, 43 | neder hetgeen gij te werpen hebt." ~ 178 26, 155| beurt om te drinken en gij hebt uw beurt om te drenken op 179 26, 225| 225. Hebt gij niet gezien hoe zij 180 27, 19 | die Gij mij en mijn ouders hebt bewezen en laat mij het 181 27, 27 | zien of gij de waarheid hebt gesproken of dat gij tot 182 27, 84 | komen, zal Hij zeggen: "Hebt gij Onze tekenen geloochend 183 27, 90 | beloond voor hetgeen gij hebt gedaan." ~ 184 28, 17 | door de gunsten die Gij mij hebt bewezen zal ik nooit de 185 28, 19 | gisteren een man gedood hebt? Gij wenst slechts een geweldenaar 186 28, 25 | omdat gij voor ons gedrenkt hebt." Dan, toen hij tot hem 187 29, 8 | waarvan gij geen kennis hebt, gehoorzaam hen dan niet. 188 29, 22 | op aarde verijdelen; noch hebt gij een enkele vriend of 189 29, 25 | Hij (Abraham) zeide: "Gij hebt naast Allah slechts afgoden 190 29, 55 | zeggen: "Ondergaat wat gij hebt bedreven." ~ 191 30, 28 | een gelijkenis uit uzelf. Hebt gij onder uw ondergeschikten 192 31, 15 | waarvan gij geen kennis hebt, gehoorzaam hen niet. Doch 193 31, 20 | 20. Hebt gij niet gezien, dat Allah 194 31, 29 | 29. Hebt gij niet gezien, dat Allah 195 31, 31 | 31. Hebt gij niet gezien, dat de 196 32, 4 | Hij Zich op de Troon. Gij hebt geen helper of bemiddelaar 197 33, 21 | 21. Voorwaar, gij hebt in de Profeet van Allah 198 33, 49 | scheidt voordat gij haar hebt aangeraakt dan behoeft zij 199 33, 50 | gij haar huwelijksgiften hebt gegeven, en degenen die 200 33, 51 | terugneemt van wie gij u afzijdig hebt gehouden. Dit is het meest 201 33, 53 | en wanneer gij gegeten hebt vertrekt dan en blijft niet 202 34, 42 | God zal zeggen) "Heden hebt gij geen macht om elkander 203 35, 27 | 27. Hebt gij niet gezien, dat Wij 204 37, 95 | Aanbidt gij hetgeen gij zelf hebt uitgebeeld, ~ 205 37, 105| 105. Gij hebt de droom reeds vervuld. 206 37, 156| 156. Of hebt gij een duidelijk bewijs? ~ 207 38, 60 | wie geen welkom is. Gij hebt dit voor ons bereid. En 208 38, 76 | Ik ben beter dan hij, Gij hebt mij uit vuur en hem uit 209 39, 21 | 21. Hebt gij niet gezien, dat Allah 210 40, 8 | Eeuwigheid ingaan, die Gij hun hebt beloofd, alsook de deugdzamen 211 40, 11 | tweemaal sterven en Gij hebt ons tweemaal in het leven 212 40, 29 | 29. O mijn volk heden hebt gij de oppermacht en gij 213 40, 69 | 69. Hebt gij degenen niet gezien, 214 40, 80 | 80. En gij hebt andere voordelen van hen - 215 41, 34 | met wie gij vijandschap hebt, hij zal als uw boezemvriend 216 42, 31 | aarde niet ontkomen noch hebt gij een enkele vriend of 217 43, 24 | dan hetgeen gij uw vaderen hebt zien volgen?" Zij zeiden: " 218 45, 23 | 23. Hebt gij hem gezien, die zijn 219 45, 34 | ontmoeting met deze Dag vergeten hebt. Uw toevlucht is (slechts) 220 45, 34 | slechts) het Vuur en gij hebt daar geen helpers." ~ 221 46, 15 | die Gij mij en mijn ouders hebt bewezen en dat ik het goede 222 46, 20 | leven der wereld uit en gij hebt het genoten. Deze Dag zult 223 48, 21 | overwinning, die gij nog niet hebt kunnen behalen, maar Allah 224 49, 6 | spijt krijgt van hetgeen gij hebt gedaan. ~ 225 51, 8 | 8. Waarlijk gij hebt uiteenlopende meningen, ~ 226 52, 39 | dochters terwijl gij zonen hebt? ~ 227 53, 23 | namen die gij uitgedacht hebt - gij en uw vaderen - waarvoor 228 56, 51 | die waart verdwaald en hebt verloochend, ~ 229 56, 63 | 63. Hebt gij gezien wat gij zaait? ~ 230 57, 14 | antwoorden: "Ja, maar gij hebt uzelf in verzoeking laten 231 57, 23 | over hetgeen gij verloren hebt noch juichen over hetgeen 232 58, 8 | 8. Hebt gij degenen niet waargenomen, 233 58, 14 | 14. Hebt gij degenen niet gezien, 234 59, 2 | lering uit, o gij die ogen hebt. ~ 235 59, 5 | Welke palmbomen gij ook hebt nedergehouwen of op hun 236 59, 5 | nedergehouwen of op hun wortels hebt laten staan, het was met 237 59, 11 | 11. Hebt gij de huichelaars gezien? 238 60, 10 | haar haar huwelijksgift hebt gegeven. En houdt niet vast 239 60, 10 | vraagt om hetgeen gij besteed hebt; en laten zij vragen om 240 63, 10 | zegt: "Mijn Heer! Waarom hebt Gij mij niet voor een wijle 241 66, 8 | en vergeef ons; want Gij hebt macht over alle dingen." ~ 242 68, 37 | 37. Hebt gij een Boek waarin gij 243 68, 39 | 39. Of hebt gij enige verdragen met 244 69, 24 | hetgeen gij in vroeger dagen hebt gedaan." ~ 245 71, 15 | 15. "Hebt gij niet gezien, hoe Allah 246 73, 7 | 7. Gij hebt inderdaad gedurende de dag 247 75, 20 | Neen, maar gij (mensen) hebt dit leven lief. ~ 248 77, 39 | Indien gij nu enig plan hebt gebruikt het dan tegen Mij. ~ 249 96, 9 | 9. Hebt gij degelle gezien die verbiedt ~ 250 105, 1 | 1. Hebt gij niet vernomen, hoe uw 251 107, 1 | 1. Hebt gij hem gezien die deze


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License