Sura, Verse
1 2, 68 | volwassen, tussen beide in - doet nu, wat u geboden is." ~
2 2, 74 | ten opzichte van wat gij doet. ~
3 2, 81 | 81. Voorzeker, die kwaad doet en door zijn zonden is omringd -
4 2, 85 | betreffende hetgeen gij doet. ~
5 2, 90 | zijnde, dat Allah Zijn genade doet dalen over diegenen Zijner
6 2, 102| hen schaadt en geen goed doet, hoewel zij weten, dat hij,
7 2, 110| Allah ziet al hetgeen gij doet. ~
8 2, 140| onbekend met hetgeen gij doet. ~
9 2, 149| aanzien van hetgeen gij doet. ~
10 2, 158| de Hadj (pelgrimstocht) doet, of (of soms) de Omrah verricht,
11 2, 158| En wie vrijwillig goed doet, voorzeker, Allah is Waarderend,
12 2, 164| nederzendt, waarmede Hij de aarde doet herleven na haar dood en
13 2, 184| hij, die vrijwillig goed doet, het zal beter voor hem
14 2, 195| handen in het verderf doch doet goed: voorzeker, Allah heeft
15 2, 197| En wat gij ook aan goeds doet, Allah weet het. En rust
16 2, 215| En welke weldaad gij ook doet - Allah weet het goed. ~
17 2, 223| zoals het u behaagt en doet goed voor uzelf en vreest
18 2, 231| te buiten gaat. Wie zulks doet, doet gewis zijn eigen ziel
19 2, 231| buiten gaat. Wie zulks doet, doet gewis zijn eigen ziel onrecht.
20 2, 233| dat Allah ziet, wat gij doet. ~
21 2, 234| doen; Allah weet, wat gij doet. ~
22 2, 237| Voorzeker, Allah ziet, wat gij doet. ~
23 2, 253| hebben bestreden, maar Allah doet, wat Hij wil. ~
24 2, 258| die het leven geeft en doet sterven", zeide hij: "Ik
25 2, 258| Abraham zeide: "Nu, Allah doet de zon van het Oosten opgaan,
26 2, 258| zon van het Oosten opgaan, doet gij haar van het Westen
27 2, 265| voldoende. Allah ziet, wat gij doet. ~
28 2, 271| maar als gij dit in stilte doet en aan de armen geeft is
29 2, 271| En Allah weet, wat gij doet. ~
30 2, 276| Allah schaft de rente af en doet de weldadigheid toenemen.
31 2, 278| gelooft, vreest Allah en doet afstand van de rest van
32 2, 279| Maar indien gij dit niet doet, bereidt u dan ten oorlog
33 2, 282| aangedaan. En indien gij zulks doet, zal het zeker overtreding
34 2, 283| getuigenis; en wie dat wel doet diens hart is zeker zondig
35 2, 283| Allah weet goed, wat gij doet. ~
36 3, 27 | 27. Gij doet de nacht in de dag overgaan
37 3, 28 | de gelovigen - en wie dat doet heeft geen deel aan Allah,
38 3, 40 | is?" Hij antwoordde: "Zo doet Allah, wat Hij wil." ~
39 3, 98 | terwijl Allah ziet hetgeen gij doet?" ~
40 3, 99 | onachtzaam over hetgeen gij doet. ~
41 3, 153| de hoogte van hetgeen gij doet. ~
42 3, 156| dood; Allah ziet, wat gij doet. ~
43 3, 171| gelovigen niet verloren doet gaan. ~
44 3, 180| de hoogte van hetgeen gij doet. ~
45 3, 192| Onze Heer, wie Gij het Vuur doet ingaan, hem hebt Gij voorzeker
46 4, 1 | gij een beroep op elkander doet en (weest plichtsgetrouw)
47 4, 18 | berouw voor degene, die kwaad doet, totdat de dood hem in het
48 4, 30 | 30. En wie dit ook doet bij wijze van overtreding
49 4, 40 | 40. Waarlijk, Allah doet in het geheel geen onrecht
50 4, 88 | En voor hen, die Allah doet dwalen, zult gij geen uitweg
51 4, 94 | Voorzeker, Allah weet, wat gij doet. ~
52 4, 110| 110. Wie kwaad doet of zijn ziel onrecht aandoet
53 4, 114| mensen aansporen. En wie dit doet wijl hij Allah's welbehagen
54 4, 120| 120. Hij doet hun beloften en wekt begeerten
55 4, 123| van het Boek. Wie kwaad doet zal er voor worden gestraft
56 4, 125| onderwerpt en die het goede doet en de godsdienst volgt van
57 4, 128| geneigd. En als gij goed doet en rechtvaardig zijt, waarlijk
58 4, 128| op de hoogts van wat gij doet. ~
59 4, 135| op de hoogte van wat gij doet. ~
60 4, 143| En voor hem, die Allah doet dwalen, zult gij geen uitweg
61 5, 8 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
62 5, 67 | geopenbaard en indien gij dat niet doet, dan hebt gij Zijn boodschap
63 6, 33 | hetgeen zij zeggen u verdriet doet, doch zij verloochenen u (
64 6, 54 | uwer in onwetendheid kwaad doet en daarna berouw heeft en
65 6, 60 | weet hetgeen gij overdag doet; daarna wekt Hij u weder
66 6, 68 | beginnen. En als Satan het u doet vergeten zit dan niet, nadat
67 6, 95 | graankorrel en de dadelpit doet uitspruiten. Hij brengt
68 6, 96 | 96. Hij doet de dag aanbreken en Hij
69 6, 141| Hij is het, Die tuinen doet ontstaan, wel of niet gestut
70 6, 148| niets dan vermoedens en gij doet niets dan liegen." ~
71 7, 54 | Zich op deTroon neder. Hij doet de nacht de dag bedekken,
72 7, 73 | Allah's aarde moge voeden en doet haar geen leed, anders zal
73 7, 100| 100. Doet het degenen, die de aarde
74 7, 158| Hij geeft het leven en doet sterven. Gelooft daarom
75 8, 2 | hun worden voorgelezen, doet dit hen in geloof toenemen
76 8, 16 | nemen bij een andere groep, doet inderdaad de toorn van Allah
77 8, 72 | hebt. Allah ziet, wat gij doet. ~
78 9, 16 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
79 9, 36 | Dit is het juiste geloof. Doet u zelf dus hierin geen onrecht
80 9, 120| opgetekend. Voorzeker, Allah doet de beloning van degenen,
81 9, 124| toenemen?" Maar de gelovigen doet dit in geloof toenemen en
82 9, 128| hard voor hem wat u pijn doet; hij is bezorgd voor uw
83 10, 41 | uitstaande met hetgeen gij doet." ~
84 10, 44 | 44. Voorzeker, Allah doet de mensen in het geheel
85 10, 56 | 56. Hij geeft leven en doet sterven en tot Hem zult
86 10, 61 | voordraagt, of iets anders doet; Wij zijn uw getuigen, terwijl
87 10, 104| maar ik aanbid Allah Die u doet sterven en het is mij geboden
88 10, 106| En indien gij dat toch doet, dan zult gij zeker tot
89 11, 38 | bespotten zoals gij (ons) nu doet, ~
90 11, 92 | Heer omvat al hetgeen gij doet." ~
91 11, 112| ziet voorzeker, wat gij doet. ~
92 11, 115| standvastig, voorzeker, Allah doet het loon der rechtvaardigen
93 11, 123| onachtzaam over hetgeen gij doet. ~~
94 12, 32 | zich. En als hij nu niet doet wat ik hem verzoek, zal
95 12, 90 | godvrezend en geduldig is - Allah doet het loon der goeden nooit
96 13, 3 | twee geslachten op. Hij doet de nacht de dag bedekken.
97 13, 12 | hoop veroorzakende en Hij doet zware wolken ontstaan. ~
98 13, 39 | 39. Allah doet te niet wat Hij wil en bevestigt
99 14, 12 | al het kwaad dat gij ons doet met geduld dragen. Laat
100 14, 27 | onrechtvaardigen dwalen. En Allah doet, wat Hij wil. ~
101 14, 32 | en water uit die wolken doet nederkomen en er vruchten
102 16, 10 | hebt er drank van en het doet bomen groeien, waarmede
103 16, 11 | 11. En Hij doet daarmede koren voor u groeien,
104 16, 70 | En Allah schept u, dan doet Hij u sterven, en er zijn
105 16, 91 | Voorzeker, Allah weet wat gij doet. ~
106 16, 93 | betreffende hetgeen gij doet. ~
107 17, 7 | Zeggende) "Indien gij goed doet, doet gij goed voor uzelf;
108 17, 7 | Indien gij goed doet, doet gij goed voor uzelf; en
109 17, 7 | uzelf; en indien gij kwaad doet, is het tegen uzelf. En
110 17, 41 | zouden trekken, doch dit doet hen slechts in afkeer toenemen. ~
111 17, 60 | waarschuwen hen, doch het doet hen slechts in grotere overtreding
112 17, 90 | voordat gij voor ons een bron doet ontspringen aan de aarde."
113 17, 91 | het midden daarvan stromen doet vloeien." ~
114 17, 92 | hemel in stukken op ons doet nedervallen zoals gij hebt
115 18, 87 | betreft degene die kwaad doet, hem zullen wij straffen;
116 20, 53 | doen ontstaan en Die regen doet nederdalen uit de hemel,
117 20, 72 | Die ons geschapen heeft. Doet derhalve wat gij wilt; gij
118 20, 82 | en gelooft en het goede doet en het richtsnoer volgt." ~
119 21, 23 | betreffende hetgeen Hij doet, doch zij zullen worden
120 22, 14 | rivieren stromen; Allah doet wat Hem behaagt. ~
121 22, 18 | verheffen. Voorwaar, Allah doet wat Hij wil. ~
122 22, 52 | duivel er tussen. Doch Allah doet hetgeen Satan inblaast te
123 22, 60 | onrecht is aangedaan en men doet hem dan opnieuw onrecht,
124 22, 61 | is omdat Allah de nacht doet overgaan in de dag en de
125 22, 61 | overgaan in de dag en de dag doet overgaan in de nacht, en
126 22, 68 | Allah weet het beste wat gij doet." ~
127 22, 77 | en aanbidt uw Heer, en doet goed, opdat gij moogt slagen. ~
128 23, 51 | Voorwaar Ik weet goed wat gij doet. ~
129 24, 28 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
130 24, 29 | Allah weet wat gij openlijk doet en wat gij verbergt. ~
131 24, 53 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
132 24, 61 | 61. Het doet de blinden, de lammen, de
133 24, 61 | van een uwer vrienden. Het doet u geen kwaad of gij tezamen
134 25, 68 | overspel plegen; en hij die dat doet zal een straf ondergaan. ~
135 25, 71 | berouw heeft, en het goede doet, wendt zich voorzeker berouwvol
136 26, 183| 183. En doet de mensen in hetgeen hun
137 26, 188| Heer weet het beste wat gij doet." ~
138 26, 216| uitstaande met hetgeen gij doet." ~
139 27, 11 | 11. Noch degene die kwaad doet en daarna het kwade door
140 27, 60 | waarmee Hij prachtige tuinen doet groeien? Gij zoudt hun bomen
141 27, 88 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
142 27, 89 | 89. Wie een goede daad doet, zal een betere beloning
143 27, 93 | onachtzaam omtrent hetgeen gij doet. ~~
144 28, 67 | berouw heeft, gelooft en goed doet, zal waarschijnlijk tot
145 28, 71 | als Allah de nacht over u doet voortduren tot de Dag der
146 28, 72 | als Allah de dag voor u doet voortduren tot de Dag der
147 29, 45 | hoogste. Allah weet wat gij doet. ~
148 30, 24 | nederzendt waarmede hij de aarde doet herleven na haar dood. Hierin
149 30, 40 | dan voor u zorgt en daarna doet Hij u sterven en dan zal
150 30, 48 | stromen. En wanneer Hij deze doet vallen op wie van Zijn dienaren
151 30, 50 | barmhartigheid: hoe Hij de aarde doet herleven na haar dood. Voorwaar,
152 31, 22 | onderwerpt en het goede doet, heeft inderdaad een sterk
153 31, 29 | Allah de nacht in de dag doet overgaan en de dag in de
154 31, 29 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
155 33, 2 | hoogte van alles wat gij doet. ~
156 33, 9 | zaagt. En Allah ziet wat gij doet. ~
157 33, 31 | gehoorzaamt en goede werken doet, haar zullen Wij dubbel
158 34, 11 | want Ik zie alles wat gij doet." ~
159 34, 25 | ondervraagd omtrent hetgeen gij doet." ~
160 35, 22 | doden. Voorzeker, Allah doet hen horen die Hij wil, maar
161 35, 39 | ongeloof der ongelovigen doet hen slechts in weerzinwekkendheid
162 35, 39 | ongeloof der ongelovigen doet hen slechts toenemen in
163 39, 5 | de aarde in waarheid. Hij doet de nacht over de dag komen,
164 39, 21 | nederzendt en het in de aarde doet binnendringen tot (het vormen
165 39, 21 | ziet ze geel worden; dan doet Hij ze in stukken breken.
166 40, 40 | 40. Wie kwaad doet zal naar evenredigheid hiervan
167 40, 40 | vergolden; maar wie goed doet, man of vrouw, en gelovig
168 40, 46 | zal er worden gezegd: "Doet Pharao's volk de strengste
169 40, 68 | is het Die leven geeft en doet sterven. En wanneer Hij
170 41, 33 | uitnodigt en goede werken doet en zegt: "Waarlijk, ik behoor
171 41, 40 | op de Dag der Opstanding? Doet wat gij wilt. Voorwaar,
172 41, 40 | Hij ziet alles wat gij doet. ~
173 41, 46 | 46. Wie goed doet, doet dit voor zijn eigen
174 41, 46 | 46. Wie goed doet, doet dit voor zijn eigen ziel;
175 42, 25 | vergeeft. Hij weet wat gij doet. ~
176 44, 8 | geen God naast Hem. Hij doet leven en sterven, uw Heer
177 45, 5 | nederzendt waardoor Hij de aarde doet herleven na haar dood en
178 45, 15 | 15. Wie goed doet, doet dat ten voordele van
179 45, 15 | 15. Wie goed doet, doet dat ten voordele van zijn
180 45, 15 | eigen ziel: en wie kwaad doet, doet dat tegen zijn eigen
181 45, 15 | ziel: en wie kwaad doet, doet dat tegen zijn eigen ziel.
182 45, 26 | leven geeft en u daarna doet sterven, daarna zal Hij
183 47, 30 | heeft kennis van hetgeen gij doet. ~
184 48, 10 | Doch wie zijn eed schendt, doet dit tot zijn eigen nadeel
185 48, 11 | onderricht van hetgeen gij doet. ~
186 48, 24 | En Allah ziet hetgeen gij doet. ~
187 49, 18 | Allah ziet al hetgeen gij doet. ~~
188 50, 26 | God naast Allah oprichtte, doet hem de strenge marteling
189 53, 43 | En dat Hij het is, Die doet lachen en wenen ~
190 55, 9 | weegschaal naar recht en doet aan de maat niet tekort. ~
191 56, 64 | Doen Wij het groeien of doet gij dat? ~
192 56, 72 | het die de boom er voor doet groeien of zijn Wij het? ~
193 57, 2 | hemelen en der aarde. Hij doet sterven en leven en Hij
194 57, 4 | Allah ziet alles wat gij doet. ~
195 57, 10 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
196 57, 17 | Weet, dat Allah de aarde doet herleven na haar dood. Wij
197 58, 3 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
198 58, 11 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
199 58, 13 | raadpleging? Indien gij dat niet doet en Allah heeft zich met
200 58, 13 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
201 59, 18 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
202 60, 3 | Allah ziet alles wat gij doet. ~
203 61, 2 | zegt gij hetgeen gij niet doet? ~
204 61, 3 | gij zegt hetgeen gij niet doet. ~
205 63, 9 | gedachtenis aan Allah. En wie dat doet behoort tot de verliezers. ~
206 63, 11 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~~
207 64, 8 | de hoogte van hetgeen gij doet. ~
208 64, 9 | gelooft in Allah en recht doet, - hem zal Hij zuiveren
209 65, 1 | bepaalde grenzen overschrijdt doet zeker zijn eigen ziel onrecht
210 65, 6 | overeenkomstig uw middelen; en doet haar geen kwaad om het haar
211 65, 11 | in Allah gelooft en goed doet, hem zal Hij in tuinen toelaten
212 71, 24 | velen doen dwalen, en Gij doet de onrechtvaardigen slechts
213 72, 27 | boodschapper kiest. Dan doet Hij een wacht vóór hem en
214 73, 20 | derde er van, en eveneens doet dit een deel van degenen
215 74, 38 | een pand voor hetgeen zij doet.
216 80, 21 | 21. Dan doet Hij hem sterven en geeft
217 82, 12 | 12. Die weten wat gij doet. ~
218 87, 5 | 5. En het dan doet verdorren. ~
219 90, 17 | Bovendien behoort hij (die dit doet) tot hen, die geloven en
220 95, 7 | oorzaak die u het Gericht doet loochenen? ~
|