Sura, Verse
1 2, 25 | degenen, die geloven en goede werken doen de blijde tijding,
2 2, 44 | Beveelt gij de mensen het goede te doen en vergeet daarbij
3 2, 57 | zeggende): "Eet van de goede dingen, waarmede Wij u hebben
4 2, 62 | de laatste Dag geloven en goede daden verrichten, zullen
5 2, 82 | Maar zij, die geloven en goede werken doen, - zij zijn
6 2, 110| betaalt de Za'kaat; het goede dat gij vooruit zendt voor
7 2, 112| aan Allah onderwerpt en goede daden verricht, zal zijn
8 2, 148| wedijvert daarom met elkander in goede werken. Waar gij ook zijt,
9 2, 172| die gelooft, eet van de goede dingen, waarmede Wij u hebben
10 2, 201| Onze Heer, schenk ons het goede in deze wereld, alsook in
11 2, 213| profeten als brengers van goede tijdingen en als waarschuwers
12 2, 220| bevordering van hun welzijn is een goede daad. En als gij met hen
13 2, 223| Hem zult ontmoeten en geef goede tijdingen aan de gelovigen. ~
14 2, 235| geheim tenzij gij op de goede wijze spreekt. En besluit
15 2, 245| 245. Wie aan Allah het goede deel afstaat, Hij zal het
16 2, 267| die gelooft, geeft van de goede dingen weg, die gij hebt
17 2, 272| weggeeft, het komt u ten goede en gij geeft alleen om Allah'
18 2, 277| Voorzeker, zij die geloven en goede daden doen en het gebed
19 3, 26 | Slechts in Uw hand is het goede. En Gij hebt macht over
20 3, 30 | zal vinden tegenover het goede dat zij heeft verricht en
21 3, 57 | 57. De gelovigen die goede werken verrichten zal Ik
22 3, 114| laatste Dag en gebieden het goede en verbieden het kwade en
23 3, 114| wedijveren met elkander in goede werken. Dezen behoren tot
24 3, 115| 115. En het goede dat zij doen, zal niet worden
25 3, 148| deze wereld, alsmede een goede beloning in de volgende
26 3, 149| zij u doen omkeren (op het goede pad); dan zult gij als verliezers
27 4, 2 | slechte (van u) niet voor het goede (van hen) noch verbruikt
28 4, 40 | onrecht aan. Als het een goede daad is vermenigvuldigt
29 4, 57 | degenen, die geloven en goede daden verrichten, zullen
30 4, 62 | wij beoogden niets dan het goede (te doen) en verzoening?" ~
31 4, 85 | 85. Wie het goede bijvalt, zal er aandeel
32 4, 94 | dit leven? Bij Allah zijn goede dingen in overvloed. Zo
33 4, 95 | aan ieder heeft Allah het goede beloofd. Allah zal de strijders
34 4, 122| Degenen, die geloven en goede werken verrichten, zullen
35 4, 124| 124. Maar, wie goede werken verricht, hetzij
36 4, 125| Allah onderwerpt en die het goede doet en de godsdienst volgt
37 4, 149| 149. Of gij een goede daad openlijk verricht of
38 4, 173| Maar degenen die geloven en goede werken verrichten, zal Hij
39 5, 4 | geoorloofd is. Zeg: Alle goede dingen zijn u geoorloofd
40 5, 5 | 5. Alle goede dingen zijn u deze dag geoorloofd.
41 5, 9 | degenen, die geloven en goede daden verrichten beloofd,
42 5, 12 | aan Allah's (dienst) een goede lening verstrekt, zal Ik
43 5, 48 | Wedijvert dus met elkander in goede werken. Tot Allah zult gij
44 5, 69 | de laatste Dag geloven en goede daden verrichten - over
45 5, 87 | gij die gelooft, maakt de goede dingen die Allah voor u
46 5, 93 | 93. Op de gelovigen die goede werken verrichten zal geen
47 5, 93 | Allah vrezen en geloven en goede werken doen en nogmaals
48 6, 160| 160. Wie een goede daad verricht zal tienmaal
49 7, 35 | wie Allah zal vrezen en goede daden verrichten, over hen
50 7, 42 | 42. Maar, die geloven en goede werken verrichten - Wij
51 7, 58 | 58. En het goede land - de plantengroei komt
52 7, 95 | verwisselden Wij het boze met het goede, totdat zij groeiden en
53 7, 148| spreken, noch hen naar een goede weg leiden? Zij namen het, (
54 7, 156| 156. "En verorden het goede voor ons in deze wereld
55 7, 157| beschreven vinden, legt hij het goede op en verbiedt het kwade,
56 7, 157| kwade, veroortooft hun de goede dingen en verbiedt de slechte
57 7, 160| voor hen neder. "Eet van de goede dingen, waarmede Wij u hebben
58 7, 180| Aan Allah behoren alle goede eigenschappen. Roept Hem
59 7, 188| waarschuwer en een drager van goede tijding voor een volk dat
60 8, 26 | Zijn hulp en u voorzag van goede dingen, opdat gij dankbaar
61 9, 52 | niets dan een der beide goede dingen (overwinning, martelaarschap),
62 9, 67 | het kwade en verbieden het goede en houden hun handen gesloten (
63 9, 71 | Zij sporen aan tot het goede en verbieden het kwade en
64 9, 88 | en zij zijn het, die het goede zullen ontvangen en zij
65 9, 102| bekennen. Zij vermengden een goede met een slechte daad. Het
66 9, 107| Wij bedoelden slechts het goede," maar Allah getuigt, dat
67 9, 112| aarde werpen, die tot het goede aansporen en het kwade verbieden,
68 9, 120| wordt daarmede voor hen een goede daad opgetekend. Voorzeker,
69 10, 4 | Hij degenen die geloven en goede werken doen met rechtvaardigheid
70 10, 9 | Maar degenen die geloven en goede werken doen, hun Heer zal
71 10, 11 | zoals Hij voor hen het goede verhaast, zou hun tijd reeds
72 10, 26 | Er zal voor degenen die goede daden verrichten het goede
73 10, 26 | goede daden verrichten het goede zijn en nog meer. Zwartheid
74 10, 93 | en Wij voorzagen hen van goede dingen en zij verschilden
75 10, 107| dan Hij; en als Hij het goede voor u wenst, is er niemand
76 11, 3 | vastgestelde periode van het goede voorzien. En Hij schenkt
77 11, 11 | degenen die geduldig zijn en goede werken verrichten, zullen
78 11, 23 | Voorwaar, die geloven en goede werken verrichten en die
79 11, 88 | Heer heb en Hij mij een goede voorziening heeft geschonken?
80 11, 114| van de nacht. Voorzeker, goede werken verdrijven kwade
81 13, 6 | het kwade van u dan het goede; hoewel er voor hen voorbeeldige
82 13, 18 | hun Heer gehoor geven het goede zijn, en degenen, die Hem
83 13, 22 | en die het kwade met het goede afwenden, dezen zijn het
84 13, 22 | het die de beloning en het goede tehuis zullen ontvangen. ~
85 13, 29 | Degenen die geloven en goede werken doen - voor hen is
86 14, 23 | 23. En de gelovigen die goede werken doen, zullen in tuinen
87 14, 24 | woord geeft? Het is als een goede boom, waarvan de wortel
88 16, 72 | kleinkinderen geschonken en u van goede dingen voorzien. Willen
89 16, 114| Eet daarom van de wettige goede dingen waarvan Allah u heeft
90 16, 122| En Wij schonken hem het goede in deze wereld en in het
91 16, 125| uw Heer met wijsheid en goede raad en redetwist met hen
92 17, 9 | geeft aan gelovigen die goede werken verrichten de blijde
93 17, 11 | kwade gelijk hij om het goede vraagt; en de mens is haastig. ~
94 17, 70 | land en zee, en hun van het goede gegeven en hen verheven
95 17, 80 | Heer, laat mijn intrede een goede intrede en mijn uitgang
96 17, 80 | intrede en mijn uitgang een goede uitgang zijn. En schenk,
97 18, 2 | kastijding en de gelovigen die goede werken verrichten de blijde
98 18, 7 | beproeven, wie van hen van goede werken is. ~
99 18, 30 | betreft degenen die geloven en goede werken doen, voorwaar, wij
100 18, 46 | dezer wereld, maar blijvende goede werken, zijn beter bij uw
101 18, 79 | was een koning die alle (goede) schepen met geweld in beslag
102 18, 88 | oprecht handelt, hij zal een goede beloning ontvangen, en Wij
103 18, 107| Voorwaar, de gelovigen die goede werken doen, zullen de tuinen
104 18, 110| ontmoeting met zijn Heer hoopt, goede daden verrichten en bij
105 19, 50 | barmhartigheid en een verheven en goede naam. ~
106 19, 60 | berouw hebben en geloven en goede werken verrichten, zullen
107 19, 76 | leiding volgen. De blijvende goede werken geven een betere
108 19, 96 | Degenen die geloven en goede daden doen - aan hen zal
109 19, 97 | gemaakt, opdat gij er mede goede tijdingen aan de godvruchtigen
110 20, 75 | gelovigen tot Hem komen en goede werken hebben verricht,
111 20, 81 | 81. "Eet van de goede dingen die Wij u hebben
112 20, 82 | heeft en gelooft en het goede doet en het richtsnoer volgt." ~
113 20, 112| 112. Maar hij die goede werken verricht en gelovig
114 21, 73 | tot hen, die aanspoorde, goede werken te doen, het gebed
115 21, 90 | elkander te wedijveren in goede werken en zij riepen Ons
116 21, 94 | 94. Wie ook goede werken verricht en een gelovige
117 21, 101| tevoren de belofte van een goede beloning is gedaan, dezen
118 22, 14 | Allah zal hen die geloven en goede werken verrichten, tuinen
119 22, 23 | zal degenen die geloven en goede werken verrichten tuinen
120 22, 41 | de Zakaat betalen en het goede bevelen en het kwade verbieden.
121 22, 50 | Degenen, die geloven en goede werken verrichten, voor
122 22, 56 | richten. Zij die geloven en goede werken verrichten, zullen
123 22, 58 | voorwaar voor hen zal Allah een goede voorziening verschaffen.
124 23, 33 | leven overvloed (van het goede der aarde) hadden gegeven,
125 23, 51 | hetgeen rein is en verricht goede werken. Voorwaar Ik weet
126 23, 61 | wedijveren in het doen van goede werken. ~
127 24, 26 | voor de slechte vrouwen. En goede vrouwen zijn voor de goede
128 24, 26 | goede vrouwen zijn voor de goede mannen en de goede mannen
129 24, 26 | voor de goede mannen en de goede mannen zijn voor de goede
130 24, 26 | goede mannen zijn voor de goede vrouwen, dezen hebben niets
131 24, 55 | degenen onder u die geloven en goede werken verrichten beloofd,
132 25, 70 | berouw hebben en geloven en goede daden doen, voor dezulken
133 25, 70 | Allah de slechte daden in goede daden veranderen, want Allah
134 25, 71 | die berouw heeft, en het goede doet, wendt zich voorzeker
135 26, 84 | 84. En geef mij een goede naam onder de komende geslachten. ~
136 26, 227| Behalve zij die geloven en goede werken doen, en Allah vaak
137 27, 19 | bewezen en laat mij het goede doen dat U behaagt en laat
138 27, 46 | te verhaasten boven het goede? Waarom vraagt gij geen
139 27, 89 | 89. Wie een goede daad doet, zal een betere
140 28, 54 | omdat zij het kwade met het goede weren, en mededelen van
141 28, 61 | Staat hij aan wie Wij een goede belofte hebben gedaan, die
142 28, 80 | voor degenen die geloven en goede werken doen; en het zal
143 29, 7 | dergenen die geloven en goede daden verrichten bedekken
144 29, 9 | 9. En zij die geloven en goede werken doen, hen zullen
145 29, 46 | van het Boek slechts op de goede wijze; doch zeg tegen de
146 29, 58 | 58. Zij, die geloven en goede werken doen, hen zullen
147 29, 61 | worden zij dan (van het goede pad) afgewend? ~
148 30, 15 | zullen zij die geloven en goede werken verrichtten in een
149 30, 44 | tegen hem zijn, en zij die goede daden verrichten, bereiden
150 30, 45 | Hij hen, die geloven en goede werken doen, moge belonen
151 31, 8 | Voorzeker, die geloven en goede werken doen, zullen gezegende
152 31, 17 | het gebed en beveel het goede aan en verbied het kwade
153 31, 22 | Allah onderwerpt en het goede doet, heeft inderdaad een
154 32, 12 | zend ons nu terug opdat wij goede werken mogen verrichten;
155 32, 19 | 19. Zij, dje geloven en goede werken doen, zullen Tuinen
156 33, 31 | boodschapper gehoorzaamt en goede werken doet, haar zullen
157 34, 4 | degenen. die geloven en goede werken doen, moge belonen.
158 34, 11 | schalmen af en verricht goede werken: want Ik zie alles
159 34, 37 | maar zij die geloven en goede werken doen, zullen een
160 35, 7 | beloning voor de gelovigen die goede werken doen. ~
161 35, 10 | stijgt het reine woord en de goede daad verheft het (tot Hem).
162 35, 37 | haal ons er uit, wij zullen goede werken doen, anders dan
163 37, 28 | Voorwaar, gij placht ons op de goede weg tegen te houden." ~
164 38, 24 | van hen, die geloven en goede werken doen: en zij zijn
165 38, 28 | degenen, die geloven en goede werken doen op dezelfde
166 38, 32 | hij zeide: "Ik houd van goede dingen vanwege de gedachtenis
167 39, 10 | leven goed doen, is het goede. En Allah's aarde is ruim.
168 40, 58 | zijn zij, die geloven en goede werken doen gelijk aan hen
169 40, 64 | vorm heeft gegeven en u van goede dingen heeft voorzien. Dit
170 41, 4 | 4. Als drager van goede tijding en als waarschuwer.
171 41, 8 | betreft, die geloven en goede werken doen, zij zullen
172 41, 33 | mensen tot Allah uitnodigt en goede werken doet en zegt: "Waarlijk,
173 41, 34 | 34. Het goede en kwade zijn niet gelijk.
174 41, 49 | mens wordt niet moe het goede te vragen; maar als het
175 42, 22 | degenen, die geloven en goede werken doen, zullen in de
176 42, 23 | dienaren die geloven en goede werken doen, de blijde tijdingen
177 42, 23 | verwanten." En hij die het goede verricht zullen Wij in goedheid
178 42, 26 | verhoort de gelovigen die goede werken doen en geeft nog
179 43, 10 | daarop (aangaf), opdat gij de goede weg moogt volgen. ~
180 45, 16 | Israël en Wij hadden hen van goede dingen voorzien: Wij begunstigden
181 45, 21 | zoals hen, die geloven en goede werken verrichten, zodat
182 45, 30 | betreft, die geloofden en goede daden verrichtten, hun Heer
183 46, 15 | hebt bewezen en dat ik het goede moge doen, dat U behaagt.
184 46, 16 | dezulken aanvaarden Wij de goede werken die zij verrichten
185 46, 20 | gezegd: "Gij buittet uw goede dingen in het leven der
186 47, 2 | Maar zij, die geloven en goede werken doen en in hetgeen
187 47, 12 | Allah zal hen die geloven en goede werken doen in het paradijs
188 47, 21 | Gehoorzaamheid (te betonen) en goede woorden (te spreken). En
189 48, 16 | gehoorzaamt, zal Allah u een goede beloning geven, maar indien
190 48, 29 | heeft aan de gelovigen die goede werken doen, vergiffenis
191 49, 14 | gehoorzaamt, zal Hij u van uw goede daden niets afnemen. " Voorzeker,
192 50, 25 | 25. "Die het goede belette, de overtreder,
193 52, 28 | aanbidden. Voorzeker, Hij is de Goede, de Genadevolle. ~
194 55, 70 | 70. Daarin zullen goede en schone meisjes zijn. ~
195 57, 10 | Allah heeft aan allen het goede beloofd. En Allah is op
196 57, 11 | Ieder die met Allah een goede lening sluit - Hij zal deze
197 57, 18 | degenen die met Allah een goede lening sluiten - deze zal
198 64, 17 | 17. Indien gij een goede lening met Allah sluit,
199 65, 11 | hij degenen die geloven en goede daden verrichten uit de
200 68, 12 | 12. Tegenhouder van het goede, overtreder, zondaar, ~
201 72, 10 | dat hun Heer hen op het goede pad wil leiden. ~
202 73, 20 | en sluit met Allah een goede lening. En wat goeds gij
203 84, 25 | Maar voor de gelovigen die goede werken doen, is een oneindige
204 85, 11 | Voorzeker, de gelovigen die goede werken doen, zullen tuinen
205 92, 6 | 6. En het goede aanvaardt, ~
206 95, 6 | Behalve degenen die geloven en goede werken doen; hunner is een
207 98, 7 | Doch zij die geloven en goede werken doen, zij zijn de
208 103, 3 | Behalve degenen die geloven en goede werken doen, en elkander
209 108, 1 | hebben u in overvloed het goede gegeven. ~
|