Sura, Verse
1 2, 6 | 6. Zeker, zij die (de Waarheid) verwerpen, het is hun om
2 2, 26 | geloven weten, dat dit de Waarheid van hun Heer is, terwijl
3 2, 42 | 42. En verwart de waarheid niet met de onwaarheid,
4 2, 42 | onwaarheid, noch verbergt de waarheid tegen beter weten in. ~
5 2, 91 | geopenbaard, hoewel het de Waarheid is, vervullende wat zij
6 2, 109| ongelovigen te maken, nadat de Waarheid hun is duidelijk geworden.
7 2, 119| waarschuwer gezonden met de Waarheid. En gij zult niet verantwoordelijk
8 2, 144| gegeven, weten, dat dit de Waarheid is van hun Heer; Allah is
9 2, 146| sommigen hunner verbergen de Waarheid tegen beter weten in. ~
10 2, 147| 147. De Waarheid is van uw Heer, schaar u
11 2, 149| want dat is inderdaad de Waarheid van uw Heer. En Allah is
12 2, 160| hebben en zich beteren en (de Waarheid) verkondigen, dezen zijn
13 2, 176| omdat Allah het Boek met de Waarheid heeft nedergezonden en voorzeker,
14 2, 213| hen het Boek neder, dat de waarheid bevatte, om onder de mensen
15 2, 213| gelovigen geleid betreffende de waarheid, waarover zij hot oneens
16 2, 252| Wij dragen ze u voor naar waarheid. Voorzeker, gij zijt één
17 2, 282| Laat een schrijver het naar waarheid in uw bijzijn optekenen
18 3, 3 | heeft u het Boek met de waarheid nedergezonden, vervullende,
19 3, 60 | 60. De waarheid is van uw Heer, behoort
20 3, 71 | Boek, waarom verwart gij de waarheid met de leugen en verbergt
21 3, 71 | de leugen en verbergt de waarheid tegen beter weten in? ~
22 3, 95 | 95. Zeg: "Allah heeft de waarheid gesproken; volgt daarom
23 3, 108| van Allah welke wij u naar waarheid voordragen; Allah wenst
24 3, 168| dood van uzelf af, als gij waarheid spreekt." ~
25 4, 105| Boek (de Koran), dat. de waarheid bevat, nedergezonden, opdat
26 4, 135| zult zijn. En als gij de waarheid omzeilt of er u van afwendt,
27 4, 170| boodschapper is inderdaad met waarheid van uw Heer gekomen, gelooft
28 4, 171| zegt van Allah niets dan de waarheid. Voorwaar, de Messias, Jezus,
29 5, 27 | 27. En vertel naar waarheid het verhaal van de twee
30 5, 48 | het Boek (de Koran) met de waarheid geopenbaard vervullende
31 5, 48 | neigingen niet tegen de waarheid die tot u is gekomen. Voor
32 5, 83 | ogen vol tranen vanwege de waarheid welke zij hebben herkend.
33 5, 84 | wij niet in Allah en in de waarheid die tot ons is gekomen geloven
34 5, 113| wij mogen weten dat gij de waarheid tot ons hebt gesproken en
35 6, 5 | 5. Zij hebben de waarheid verloochend toen deze tot
36 6, 30 | zeggen: "Is dit niet de waarheid?" Zij zullen antwoorden: "
37 6, 57 | slechts bij Allah. Hij zet de waarheid uiteen en Hij is de beste
38 6, 66 | verworpen, ofschoon het de waarheid is. Zeg: "Ik ben geen voogd
39 6, 114| is nedergezonden met de waarheid; behoort daarom niet tot
40 6, 115| woord van uw Heer is in waarheid en rechtvaardigheid vervuld.
41 7, 43 | Heer brachten inderdaad de waarheid." En er zal hen worden toegeroepen: "
42 7, 53 | Heer brachten inderdaad de waarheid, zullen wij dan enige bemiddelaars
43 7, 89 | tussen ons en ons volk in waarheid en Gij zijt de beste Rechter. ~
44 7, 105| 105. "Ik mag slechts de waarheid over Allah spreken. Ik ben
45 7, 118| 118. Zo werd de waarheid bevestigd en bleek wat zij
46 7, 159| het volk van Mozes dat tot waarheid aanspoort en daarmede rechtvaardig
47 7, 169| zij van Allah slechts de waarheid zouden spreken, niet van
48 7, 181| volk, dat de mensen met waarheid leidt en rechtvaardig oordeelt. ~
49 7, 194| laat hen u verhoren als gij waarheid spreekt. ~
50 8, 5 | 5. Toen uw Heer u in waarheid van uw huis deed weggaan,
51 8, 6 | redetwistten met u over de waarheid nadat deze was bekend gemaakt
52 8, 7 | wilde door Zijn Woorden de waarheid bevestigen en de levenswortel
53 8, 8 | 8. Opdat Hij de waarheid mocht bevestigen en de leugen
54 8, 32 | Allah, als dit inderdaad de waarheid van U is, doe dan stenen
55 8, 55 | Allah zijn zij, die (de waarheid) verwerpen erger dan beesten
56 9, 43 | voordat degenen die de waarheid spraken u bekend waren geworden
57 9, 48 | complotten tegen u, totdat de waarheid kwam en het voornemen van
58 10, 4 | ontvangen, daar zij (de waarheid) verwierpen. ~
59 10, 5 | Allah heeft dit niet dan in waarheid geschapen. Hij zet de tekenen
60 10, 32 | Heer. Wat is er buiten de waarheid anders, dan dwaling? Waarheen
61 10, 35 | uwer afgoden, die tot de waarheid leidt?" Zeg: "Allah is het,
62 10, 35 | Allah is het, Die tot de waarheid leidt. Is daarom Hij, Die
63 10, 35 | Is daarom Hij, Die tot de waarheid leidt waardiger om te worden
64 10, 36 | vermoeden baat niet tegen de waarheid. Waarlijk, AIlah weet goed
65 10, 48 | worden vervuld, als gij de waarheid spreekt?" ~
66 10, 53 | zij vragen u: "Is dit de waarheid?" Zeg: "Ja, bij mijn Heer,
67 10, 76 | 76. En toen de waarheid van Ons tot hen kwam, zeiden
68 10, 77 | zeide: "Zegt gij dit van de waarheid nadat zij tot u is gekomen?
69 10, 82 | 82. En Allah bevestigt de waarheid door Zijn woorden, zelfs
70 10, 94 | hebben gelezen. Inderdaad, de waarheid is van uw Heer tot u gekomen;
71 10, 108| O, gij mensen, nu is de waarheid van uw Heer tot u gekomen.
72 11, 17 | daaromtrent. Voorzeker dit is de waarheid van uw Heer, maar de meeste
73 11, 120| versterken. Hierdoor is de waarheid en een vermaning en een
74 12, 7 | zijn voor de zoekers (naar waarheid) tekenen in (de geschiedenis
75 12, 17 | zelfs al spreken wij de waarheid, zult gij ons niet geloven." ~
76 12, 26 | gescheurd, heeft zij de waarheid gesproken en behoort hij
77 12, 46 | O, Jozef! gij man der waarheid, leg ons de betekenis uit
78 12, 51 | de Aziez zeide: "Nu is de waarheid aan het licht gekomen. Ik
79 12, 82 | wij spreken voorzeker de waarheid.'" ~
80 13, 17 | schuim. Zo licht Allah de waarheid en de valsheid toe. Wat
81 13, 19 | uw Heer is geopenbaard de waarheid is, gelijk aan hem die blind
82 14, 19 | de hemelen en de aarde in waarheid schiep? Als Hij het wil
83 15, 55 | Wij hebben u inderdaad in waarheid blijde tijding gegeven,
84 15, 64 | 64. "En wij zijn met de waarheid tot u gekomen en wij spreken
85 15, 64 | en wij spreken zeker de waarheid. ~
86 15, 85 | hetgeen er tussen is in waarheid geschapen en het Uur zal
87 16, 3 | de hemelen en de aarde in waarheid geschapen. Verheven is Hij
88 16, 22 | hun hart is vervreemd (van waarheid) en zij zijn hoogmoedig. ~
89 16, 102| heeft het van uw Heer met waarheid nedergebracht, opdat Hij
90 17, 81 | 81. En zeg: "Waarheid is gekomen en leugen is
91 17, 105| hebben dit geopenbaard en met waarheid is hij (de Koran) nedergedaald.
92 18, 13 | zullen u hun geschiedenis in waarheid verhalen. Zij waren jongelingen
93 18, 21 | dat de belofte van Allah waarheid is en dat er omtrent het
94 18, 29 | 29. Zeg: "Het is de waarheid van uw Heer: laat daarom
95 18, 56 | met leugens om daardoor de Waarheid te niet te doen. En zij
96 21, 18 | 18. Neen, Wij stellen de waarheid tegenover de valsheid zodat
97 21, 24 | meesten hunner kennen de waarheid niet en zij zijn er afkerig
98 21, 55 | zeiden: "Hebt gij ons de waarheid gebracht, of speelt gij
99 21, 112| Mijn Heer, oordeel in waarheid." En "Onze Heer is de Barmhartige
100 22, 6 | Dit is zo omdat Allah de Waarheid is en omdat Hij het is Die
101 22, 54 | het (de verkondiging) de waarheid is van uw Heer, opdat zij
102 22, 62 | 62. Dat is omdat Allah de Waarheid is en hetgeen zij aanroepen
103 23, 62 | Ons is een boek, dat de waarheid spreekt en hun zal geen
104 23, 70 | Neen, hij heeft hun de Waarheid gebracht maar de meesten
105 23, 70 | hunner houden niet van de Waarheid. ~
106 23, 71 | 71. En indien de Waarheid hun wensen had gevolgd,
107 23, 90 | 90. Wij hebben hun de Waarheid gebracht en zij zijn zeker
108 24, 6 | zweren dat hij voorzeker de waarheid spreekt. ~
109 24, 9 | zij als hij (haar man) de waarheid spreekt. ~
110 24, 25 | alleen Allah de duidelijke Waarheid is. ~
111 25, 33 | vraag of Wij geven u de waarheid en een uitmuntende uitleg. ~
112 25, 77 | gij niet bidt. Gij hebt de waarheid verloochend en weldra zal
113 27, 27 | Wij zullen zien of gij de waarheid hebt gesproken of dat gij
114 27, 49 | en wij spreken zeker de waarheid." ~
115 27, 71 | worden vervuld als gij de waarheid spreekt?" ~
116 27, 79 | gij bezit de duidelijke Waarheid. ~
117 28, 3 | Mozes en Pharao voor, in waarheid, ten bate van een volk dat
118 28, 13 | meeste mensen kennen (de Waarheid) niet. ~
119 28, 34 | hij moge getuigen van mijn waarheid, want ik vrees dat zij mij
120 28, 48 | 48. Maar toen de Waarheid van Ons tot hen kwam, zeiden
121 28, 53 | in. Voorwaar, het is de Waarheid van onze Heer. Inderdaad,
122 28, 75 | zullen zij weten dat de Waarheid aan Allah behoort. En hetgeen
123 29, 29 | Allah over ons als gij de waarheid spreekt." ~
124 29, 44 | de hemelen en de aarde in waarheid Daarin is zeker een teken
125 29, 68 | verzint over Allah, of de Waarheid verloochent wanneer zij
126 30, 8 | is niet geschapen, dan in waarheid en voor een vastgestelde
127 31, 30 | 30. Dit is omdat Allah de Waarheid en wat zij naast Hem aanroepen
128 32, 3 | verzonnen?" Neen, het is de Waarheid van uw Heer, opdat gij een
129 32, 28 | plaats vinden als gij de waarheid spreekt?" ~
130 33, 4 | uit, maar Allah spreekt de waarheid, en Hij wijst de weg. ~
131 33, 22 | boodschapper spraken de waarheid." En dit vermeerderde slechts
132 33, 53 | Allah aarzelt niet om de waarheid (te zeggen). En als gij
133 33, 70 | Vreest Allah en spreekt de waarheid. ~
134 34, 6 | Heer is geopenbaard, de Waarheid is en leidt op het pad van
135 34, 20 | Iblies bewees inderdaad de waarheid van zijn mening over hen
136 34, 23 | Zij zullen antwoorden: "De Waarheid." En Hij is de Hoogverhevene,
137 34, 29 | worden vervuld als gij de waarheid spreekt?" ~
138 34, 43 | ongelovigen zeggen van de Waarheid als deze tot hen komt, "
139 34, 48 | mijn Heer verspreidt de Waarheid. Hij is de Kenner van al
140 34, 49 | 49. Zeg: "De Waarheid is gekomen en de leugen
141 35, 14 | Niemand kan u (omtrent de waarheid) inlichten zoals de Alkennende. ~
142 35, 24 | Voorwaar, Wij hebben u met de Waarheid gezonden als drager van
143 35, 31 | geopenbaard van het Boek is de Waarheid, vervullend hetgeen voordien (
144 36, 48 | worden vervuld, als gij de waarheid spreekt?" ~
145 36, 52 | boodschappers spraken de waarheid." ~
146 37, 37 | 37. Neen, hij is met de Waarheid gekomen en heeft die van
147 38, 22 | daarom recht tussen ons in waarheid en handel niet onrechtvaardig
148 38, 26 | recht over de mensen naar waarheid en volg (hun) begeerten
149 38, 64 | mensen in het Vuur is de waarheid. ~
150 38, 84 | 84. God zeide: "Dit is de waarheid en Ik zeg de waarheid, ~
151 38, 84 | de waarheid en Ik zeg de waarheid, ~
152 39, 2 | Wij hebben u het Boek met waarheid geopenbaard; aanbid daarom
153 39, 5 | de hemelen en de aarde in waarheid. Hij doet de nacht over
154 39, 32 | over Allah verzint of de Waarheid verloochent wanneer zij
155 39, 33 | 33. En hij die de Waarheid brengt of deze bevestigt -
156 39, 41 | der mensen het Boek met Waarheid nedergezonden. Hij die deze
157 39, 75 | En er zal tussen hen met Waarheid worden geoordeeld. En er
158 40, 5 | twistte door leugen om de Waarheid er mee te niet te doen.
159 40, 20 | 20. En Allah richt naar waarheid, maar degenen die zij aanroepen
160 40, 25 | En toen hij (Mozes) met Waarheid van Ons tot hen kwam, zeiden
161 40, 70 | verloochenden, zullen weldra (de waarheid) te weten komen, ~
162 40, 78 | gebod komt, wordt er in waarheid geoordeeld en dan gaan de
163 41, 53 | duidelijk wordt dat dit de Waarheid is. Is het niet genoeg dat
164 42, 17 | Koran) met de Weegschaal in waarheid heeft nedergezonden. Wat
165 42, 18 | voor en weten dat het de Waarheid is. Ziet toe! Zij die over
166 42, 24 | de leugen uitvagen en de Waarheid door Zijn woord bevestigen.
167 43, 29 | welvaart leven totdat de Waarheid en een welsprekende boodschapper,
168 43, 30 | 30. Maar nu de Waarheid tot hen is gekomen, zeggen
169 43, 78 | Wij brachten u zeker de Waarheid maar de meesten uwer waren
170 43, 86 | bemiddeling, behalve hij, die de Waarheid getuigt; en dat weten zij. ~
171 44, 36 | dan terug indien gij de waarheid spreekt." ~
172 44, 39 | Wij schiepen ze slechts in waarheid, maar de meesten hunner
173 45, 6 | van Allah, die wij naar waarheid aan u voordragen. In welk
174 45, 22 | de hemelen en de aarde in waarheid geschapen, zo dat elke ziel
175 45, 25 | vaderen terug, als gij de waarheid spreekt." ~
176 45, 29 | het spreekt tot u; met waarheid. Wij hebben opgetekend,
177 46, 3 | tussen is niet anders dan in waarheid geschapen en voor een vastgestelde
178 46, 4 | van kennis, indien gij de waarheid spreekt." ~
179 46, 7 | zeggen degenen, die de Waarheid, toen zij tot hen kwam,
180 46, 30 | vervult, het leidt tot de Waarheid en tot de rechte weg." ~
181 46, 34 | gezegd: "Is dit niet de waarheid?" Zij zullen antwoorden: "
182 47, 1 | 1. Zij, die (de Waarheid) verwerpen en mensen van
183 47, 2 | openbaard, geloven - dit is de Waarheid van hun Heer - hun fouten
184 47, 3 | terwijl de gelovigen de Waarheid van hun Heer volgen. Zo
185 47, 38 | En indien gij u (van de Waarheid) afwendt, zal Hij een ander
186 48, 27 | van Zijn boodschapper naar waarheid. Voorzeker gij zult de Heilige
187 48, 28 | leiding en de godsdienst der Waarheid heeft gezonden, opdat Hij
188 50, 5 | 5. Neen, zij hebben de Waarheid verloochend toen deze tot
189 51, 23 | aarde - dit is inderdaad de waarheid zoals gij spreekt. ~
190 53, 28 | het vermoeden kan tegen de waarheid niets baten. ~
191 56, 92 | tot de dwalenden die (de Waarheid) hadden verloochend, ~
192 57, 16 | gedachtig te zijn en de Waarheid (op te nemen), die nedergedaald
193 59, 16 | mens zegt: "Verwerp (de waarheid)"; maar wanneer deze haar
194 60, 1 | vriendschap aan, hoewel zij de Waarheid die tot u is gekomen hebben
195 60, 6 | vreest. En wie zich (van de Waarheid) afwendt, - waarlijk, Allah
196 61, 9 | leiding en de godsdienst der Waarheid, opdat hij deze moge doen
197 62, 6 | wenst dan de dood als gij de waarheid spreekt." ~
198 63, 4 | zijn zij afgewend (van de Waarheid)! ~
199 64, 3 | de hemelen en de aarde in waarheid, en Hij heeft u gevormd
200 64, 6 | Daarom verwierpen zij (de Waarheid) en wendden zich af, Allah
201 67, 25 | vervuld worden, als gij de waarheid spreekt?" ~
202 68, 41 | voren brengen als zij de waarheid spreken. ~
203 75, 31 | Want hij (mens) nam de Waarheid niet aan, noch bad hij. ~
204 96, 13 | Zeg mij, indien hij (de Waarheid) verloochent en zich afwendt. ~
205 103, 3 | werken doen, en elkander tot waarheid, en geduld aansporen. ~~
|