Sura, Verse
1 2, 11 | 11. Wanneer hun wordt gezegd: "Richt geen onheil
2 2, 13 | 13. En wanneer hun wordt gezegd: "Gelooft, zoals
3 2, 20 | wandelen zij daarin, maar wordt het weder donker, dan staan
4 2, 25 | van de vruchten hieruit wordt geschonken, zullen zij zeggen: "
5 2, 91 | 91. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Gelooft in hetgeen
6 2, 105| goeds tot u nedergezonden wordt van uw Heer; maar Allah
7 2, 114| verbiedt, dat de naam van Allah wordt verheerlijkt in Allah's
8 2, 117| Hij slechts: "Wees" en het wordt". ~
9 2, 170| 170. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Volgt hetgeen Allah
10 2, 193| godsdienst alleen voor Allah wordt. Maar indien zij (met strijden)
11 2, 206| En wanneer er tegen hem wordt gezegd: "Vrees Allah", dan
12 2, 210| komen en dat de zaak beslist wordt. En tot Allah worden alle
13 2, 233| volgens gebruik. Geen ziel wordt belast boven haar vermogen.
14 2, 246| willen vechten, wanneer het u wordt voorgeschreven?" Zij zeiden: "
15 2, 282| wanneer zij worden gedaagd. En wordt het schrijven niet moe,
16 3, 47 | daartoe slechts: "Wees" en het wordt. ~
17 3, 144| als hij sterft of gedood wordt? Hij, die zich omkeert zal
18 3, 157| gij voor de zaak van Allah wordt gedood of sterft, zal Allah'
19 3, 158| indien gij sterft of gedood wordt, voorzeker, tot Allah zult
20 3, 183| brengt dat door het vuur wordt verteerd", zeg hun: "Er
21 3, 185| Wie daarom van het Vuur wordt verwijderd en de Hemel binnengelaten,
22 4, 12 | of een vrouw is, van wie wordt geërfd en deze is ouderloos
23 4, 61 | 61. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Komt tot hetgeen
24 4, 74 | strijdt, hetzij hij gedood wordt of overwint, weldra zullen
25 4, 84 | van Allah - slechts gij wordt verantwoordelijk gesteld -
26 4, 86 | wanneer gij met een groet wordt begroet, groet dan terug
27 4, 102| wensen, dat gij onachtzaam wordt op uw wapenen en uw bagage,
28 4, 116| iets met Hem vereenzelvigd wordt en Hij zal, buiten dat,
29 4, 148| door iemand, die onrecht wordt aangedaan; en Allah is Alhorend,
30 5, 3 | gekozen. Maar wie door honger wordt gedwongen zonder dat hij
31 5, 41 | gezet en zeggen: "Als u dit wordt gegeven, neemt het dan aan,
32 5, 41 | aan, maar als het u niet wordt gegeven, past dan op." En
33 5, 101| vraagt terwijl de Koran wordt nedergezonden, zullen zij
34 5, 104| 104. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Komt tot hetgeen
35 5, 107| 107. Maar indien ontdekt wordt, dat de twee schuldig zijn
36 5, 115| wie uwer nadien ondankbaar wordt, zal Ik zó straffen als
37 6, 8 | Wij een engel zenden dan wordt de zaak afgedaan en er wordt
38 6, 8 | wordt de zaak afgedaan en er wordt hun geen uitstel gegeven. ~
39 6, 14 | aarde, Die voedt en niet wordt gevoed?" Zeg: "Het is mij
40 6, 50 | volg slechts hetgeen mij wordt geopenbaard." Zeg: "Kunnen
41 6, 73 | waarop Hij zegt: "Wees", wordt het. Zijn woord is werkelijkheid;
42 6, 95 | Dat is Allah, waarheen wordt gij dan afgewend? ~
43 6, 104| voor hemzelf en wie blind wordt het is tegen hemzelf. En
44 6, 139| maar als het dood geboren wordt hebben zij allen er deel
45 6, 145| Maar wie door noodzaak wordt gedreven en niet begerig
46 7, 189| rond. En wanneer deze zwaar wordt, bidden zij beiden tot Allah
47 7, 203| hetgeen mij van mijn Heer wordt geopenbaard." Dit zijn de
48 7, 204| 204. En wanneer de Koran wordt voorgedragen, luistert er
49 8, 2 | wanneer de naam van Allah wordt genoemd en wanneer Zijn
50 8, 39 | godsdienst geheel voor Allah wordt. Maar als zij ophouden dan
51 9, 35 | zullen worden gebrandmerkt, (wordt hun gezegd:) "Dit is hetgeen
52 9, 38 | ter aarde wanneer er tot u wordt gezegd: "Gaat op de weg
53 9, 58 | belasteren. Als hun ervan wordt gegeven zijn zij tevreden,
54 9, 58 | maar als hun er niet van wordt gegeven, ziet, worden zij
55 9, 86 | 86. En wanneer een Soerah wordt geopenbaard: "Gelooft in
56 9, 110| tenzij hun hart in stukken wordt gescheurd. Allah is Alwetend,
57 9, 120| vijand enige schade, of er wordt daarmede voor hen een goede
58 9, 124| En wanneer er een Soerah wordt nedergezonden, zijn er sommigen
59 9, 127| En wanneer er een Soerah wordt nedergezonden kijken zij
60 10, 32 | anders, dan dwaling? Waarheen wordt gij dan afgewend? ~
61 10, 35 | weg niet vindt, tenzij hij wordt geleid? Wat is er met u?
62 10, 47 | daarom hun boodschapper komt, wordt er met rechtvaardigheid
63 10, 47 | onder hen geoordeeld en hun wordt geen onrecht aangedaan. ~
64 10, 52 | Ondergaat de blijvende straf. Er wordt u niets vergolden dan hetgeen
65 11, 9 | daarna van hem wegnemen, wordt hij voorwaar wanhopig en
66 11, 10 | mij geweken." Ziet! hij wordt jubelend en aanmatigend. ~
67 11, 12 | geopenbaard, zult opgeven; uw hart wordt er door benauwd, omdat zij
68 11, 98 | slecht is de plaats die wordt bereikt. ~
69 12, 37 | antwoordde: "Het voedsel, dat u wordt gegeven, zal niet tot u
70 12, 75 | hij, in wiens zadeltas ze wordt gevonden zal zelf de boete
71 12, 110| behaagde. En Onze kastijding wordt van een zondig volk niet
72 15, 8 | de werkelijkheid en dan wordt hun (de ongelovigen) geen
73 15, 37 | 37. God zeide: "U wordt uitstel verleend."
74 15, 97 | inderdaad dat uw boezem benauwd wordt vanwege hetgeen zij zeggen. ~
75 16, 24 | 24. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Wat heeft uw Heer
76 16, 30 | 30. En wordt er tot degenen, die rechtvaardig
77 16, 32 | sterven terwijl zij rein zijn, wordt gezegd: "Vrede zij u. Gaat
78 16, 40 | slechts: "Wees", en het wordt. ~
79 16, 50 | en doen wat hun bevolen wordt. ~
80 16, 58 | geboorte) van een meisje wordt gemeld, verduistert zijn
81 16, 106| geloofd - behalve hij die wordt gedwongen terwijl zijn hart
82 16, 115| voor hem, die door noodzaak wordt gedreven (om te eten) terwijl
83 17, 16 | overtreden dit, derhalve wordt de verordening tegen haar
84 17, 33 | buitensporig zijn, want hij wordt (door de wet) gesteund. ~
85 17, 78 | reciteren bij de dageraad wordt getuigd. ~
86 17, 83 | wanneer kwaad hem achterhaalt wordt hij wanhopig. ~
87 17, 107| ter aarde wanneer deze hun wordt voorgelezen; ~
88 18, 17 | Allah. Hij die door Allah wordt geleid, wordt juist geleid
89 18, 17 | door Allah wordt geleid, wordt juist geleid doch degene,
90 18, 40 | waardoor deze grond kaal wordt." ~
91 18, 57 | onrechtvaardiger dan hij die herinnerd wordt aan de tekenen van zijn
92 18, 110| mens gelijk gij, doch mij wordt geopenbaard dat uw God slechts
93 19, 35 | slechts: "Wees", en het wordt. ~
94 20, 13 | luister dus naar hetgeen wordt geopenbaard." ~
95 21, 4 | in de hemel en op aarde wordt gezegd; Hij is de Alhorende,
96 21, 109| hetgeen waar gij mee bedreigd wordt, nabij of ver is." ~
97 21, 110| weet wat openlijk besproken wordt en Hij weet hetgeen gij
98 22, 5 | opgroeien) zodat gij volwassen wordt. En daar zijn er onder u
99 22, 35 | vrees wanneer Allah's naam wordt genoemd, en die geduldig
100 22, 39 | degenen tegen wie gevochten wordt, omdat hun onrecht is aangedaan,
101 22, 40 | dikwijls de naam van Allah wordt herdacht, afgebroken zijn.
102 22, 63 | de aarde daardoor groen wordt? Allah is inderdaad Aldoordringend,
103 22, 73 | O mensen, een gelijkenis wordt gegeven, luistert er naar.
104 23, 22 | Daarop zowel als op schepen wordt gij gedragen. ~
105 23, 36 | Verre, verre is hetgeen u wordt beloofd! ~
106 23, 89 | aan Allah." Zeg: "Waarom wordt gij dan misleid?" ~
107 23, 100| heb achtergelaten." (Dan wordt er gezegd): "In geen geval;
108 23, 101| 101. En wanneer de bazuin wordt geblazen zal er die Dag
109 24, 28 | krijgt. En als er tot u wordt gezegd: "Gaat terug," gaat
110 24, 35 | een schitterende ster. Het wordt, aangestoken met olie van
111 25, 60 | wanneer er tot de ongelovigen wordt gezegd: "Werpt u neder voor
112 26, 203| En zij zullen zeggen: "Wordt ons geen uitstel gegeven?" ~
113 27, 6 | 6. Voorwaar, aan u wordt de Koran overgedragen door
114 27, 47 | zijt een volk dat beproefd wordt." ~
115 27, 82 | Woord voor hun bewaarheid wordt, zullen Wij een dier uit
116 27, 90 | worden nedergeworpen. "Gij wordt slechts beloond voor hetgeen
117 29, 51 | geopenbaard dat aan hen wordt voorgelezen? Voorwaar, hierin
118 30, 28 | gij dienaangaande gelijken wordt en vreest gij hen, zoals
119 31, 21 | 21. En als er tot hen wordt gezegd: "Volgt hetgeen Allah
120 32, 22 | het teken van zijn Heer wordt vermaand en zich er toch
121 33, 34 | wijsheid die in uw huizen wordt verkondigd; want Allah is
122 33, 53 | binnen tenzij gij uitgenodigd wordt tot een maaltijd, doch niet
123 34, 23 | wanneer de vrees van hun hart wordt weggenomen, zeggen: "Wat
124 35, 3 | God naast Hem. Waarheen wordt gij dan afgewend?
125 35, 11 | tot paren. En geen vrouw wordt zwanger of brengt voort,
126 35, 11 | weet. En niemands leven wordt verkort of verlengd zonder
127 36, 39 | oude tak van een palmboom wordt. ~
128 36, 45 | 45. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Behoedt u tegen
129 36, 47 | 47. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Besteedt van hetgeen
130 36, 82 | slechts: "Wees", en het wordt. ~
131 37, 53 | geworden, ons inderdaad wordt vergolden?" ~
132 38, 80 | 80. God zeide: "U wordt uitstel verleend, ~
133 39, 6 | God naast Hem. Waardoor wordt gij dan afgeleid? ~
134 39, 8 | 8. Wanneer een mens wordt benadeeld, roept hij zijn
135 39, 23 | zich hun huid en hun hart wordt zacht bij de gedachte aan
136 39, 45 | 45. En wanneer Allah wordt genoemd als de Enige, dan
137 40, 62 | God naast Hem. Waarheen wordt gij dan afgewend? ~
138 40, 67 | de volwassenheid, daarna wordt gij oud. Sommigen sterven
139 40, 68 | slechts: "Wees", en het wordt. ~
140 40, 78 | wanneer Allah's gebod komt, wordt er in waarheid geoordeeld
141 40, 80 | en op schepen (ter zee) wordt gij gedragen. ~
142 41, 24 | niet tot hen aan wie deze wordt verleend. ~
143 41, 30 | over het paradijs dat u wordt beloofd. ~
144 41, 40 | die in het Vuur geworpen wordt beter dan degene die veilig
145 41, 47 | 47. Naar Hem alleen wordt de kennis van het Uur verwezen.
146 41, 47 | uit hun bloemscheden noch wordt een enkele vrouw zwanger
147 41, 47 | enkele vrouw zwanger noch wordt zij verlost, dan met Zijn
148 41, 49 | 49. De mens wordt niet moe het goede te vragen;
149 41, 49 | treft vertwijfelt hij en wordt wanhopig. ~
150 41, 53 | tonen, tot het hun duidelijk wordt dat dit de Waarheid is.
151 43, 17 | wanneer aan een hunner nieuws wordt gegeven van hetgeen hij
152 43, 17 | vertelt, is hij toornig en wordt zijn gelaat donker. ~
153 43, 18 | die omhangen met sieraden wordt grootgebracht en die zich
154 43, 36 | satan, die zijn metgezel wordt. ~
155 43, 37 | hij dat hij juist geleid wordt. ~
156 43, 57 | van Maria als voorbeeld wordt genoemd, ziet, uw volk rijst
157 46, 15 | bereikt heeft en veertig jaren wordt, hij zegt: "Mijn Heer, stel
158 46, 35 | verkondiging is aan u en niemand wordt vernietigd dan het overtredende
159 47, 20 | wanneer een beslissende Soerah wordt geopenbaard en daarin over
160 47, 20 | geopenbaard en daarin over vechten wordt gesproken, zult gij hen
161 47, 38 | gij zijt het, die geroepen wordt ter wille van Allah (een
162 48, 29 | versterkt, waardoor zij dik wordt en op eigen stengel komt
163 51, 9 | 9. Daarvan wordt afgewend wie zich (van het
164 53, 4 | slechts de Openbaring die wordt nedergezonden. ~
165 53, 46 | wanneer deze uitgegoten wordt: ~
166 55, 37 | uiteengespleten en rosssig wordt als een roodgeverfde huid. ~
167 58, 11 | gelooft, als er u gezegd wordt: "Maakt plaats in vergaderingen,
168 58, 11 | maken. En als er gezegd wordt "Staat op" staat dan op;
169 59, 9 | aan hetgeen hun gegeven wordt, zij geven anderen de voorkeur
170 59, 9 | voor zijn eigen vrekkigheid wordt behoed, hij is voorzeker
171 59, 11 | Boek: "Indien gij verdreven wordt, zullen wij zeker met u
172 59, 11 | zaak gehoorzamen en als gij wordt aangevallen zullen wij u
173 61, 7 | terwijl hij opgeroepen wordt tot de Islam? Allah leidt
174 63, 5 | 5. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Komt, de boodschapper
175 66, 6 | beveelt, en volvoeren wat hun wordt geboden. ~
176 67, 8 | een groep er in geworpen wordt, zullen de bewakers er van (
177 68, 42 | Dag, waarop men beangstigd wordt, zullen zij geroepen worden
178 69, 19 | boek in de rechter hand wordt gegeven, zal zeggen: "Komt,
179 69, 25 | wiens boek in de linker hand wordt gegeven, zal zeggen: "O
180 72, 10 | op aarde zijn, een ramp wordt bedoeld of dat hun Heer
181 72, 25 | hetgeen waarmede gij bedreigd wordt nabij is of wel dat mijn
182 74, 8 | 8. Want als de bazuin wordt geblazen, ~
183 75, 7 | Maar als het oog verblind wordt, ~
184 75, 30 | 30. Dan wordt (hij) tot uw Heer gedreven, ~
185 77, 48 | 48. En als er tot hen wordt gezegd: "Buigt u neder!"
186 78, 18 | De Dag waarop de bazuin wordt geblazen; dan zult gij in
187 78, 19 | 19. En de hemel wordt geopend en zal vele poorten
188 81, 1 | 1. Wanneer de zon wordt omhuld, ~
189 81, 11 | 11. En wanneer de Hemel wordt opengelegd, ~
190 81, 12 | 12. En wanneer de hel wordt ontstoken, ~
191 81, 13 | wanneer het paradijs nabij wordt gebracht, ~
192 82, 1 | 1. Wanneer de hemel wordt gespleten, ~
193 83, 25 | 25. Hun wordt zuivere verzegelde wijn
194 83, 36 | 36. Voorzeker wordt de ongelovigen vergolden
195 84, 3 | 3. En wanneer de aarde wordt uitgespreid. ~
196 84, 4 | wat in haar is, en leeg wordt. ~
197 84, 7 | boek in zijn rechter hand wordt gegeven, ~
198 84, 10 | het boek achter zijn rug wordt gegeven, ~
199 84, 18 | En de maan als zij vol wordt, ~
200 84, 21 | wanneer de Koran aan hun wordt voorgedragen, werpen zij
201 89, 21 | wanneer de aarde aan stukken wordt geschud, ~
202 96, 6 | niet. Voorwaar, de mens wordt opstandig, ~
|