1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-6932
bold = Main text
Sura, Verse grey = Comment text
4501 34, 27 | is Allah, de Almachtige, de Alwijze." ~
4502 34, 28 | het gehele mensdom; maar de meeste mensen begrijpen
4503 34, 29 | belofte worden vervuld als gij de waarheid spreekt?" ~
4504 34, 31 | 31. En de ongelovigen zeggen: "Wij
4505 34, 31 | gij slechts zien wanneer de onrechtvaardigen voor hun
4506 34, 31 | worden gebracht, terwijl zij de schuld op elkander zullen
4507 34, 31 | elkander zullen werpen. De zwakken zullen tot de hoogmoedigen
4508 34, 31 | werpen. De zwakken zullen tot de hoogmoedigen zeggen: "Waart
4509 34, 31 | dan zouden wij zeker tot de gelovigen behoren." ~
4510 34, 32 | 32. De hoogmoedigen zullen tot
4511 34, 32 | hoogmoedigen zullen tot de zwakkelingen zeggen: "Waren
4512 34, 32 | Waren wij het die u van de leiding afwendden, nadat
4513 34, 32 | gekomen? Neen, gij draagt zelf de schuld hiervan." ~
4514 34, 33 | 33. En de zwakkelingen zullen tot
4515 34, 33 | zwakkelingen zullen tot de hoogmoedigen zeggen: "Maar
4516 34, 33 | berouw tonen wanneer zij de straf zullen zien. En Wij
4517 34, 33 | zware kettingen leggen om de halzen der ongelovigen.
4518 34, 34 | waarschuwer tot een stad of de rijken er van zeiden: "Waarlijk,
4519 34, 36 | levensonderhoud voor wie Hij wil, maar de meeste mensen begrijpen
4520 34, 38 | krachteloos te maken zullen de straf ondergaan. ~
4521 34, 39 | het teruggeven en Hij is de beste Voorziener. ~
4522 34, 40 | 40. En de Dag waarop Hij hen allen
4523 34, 40 | verzamelen, zal Hij tot de engelen zeggen: "Plachten
4524 34, 41 | zij. Neen, zij aanbaden de djinn; in hen geloofden
4525 34, 41 | djinn; in hen geloofden de meesten hunner." ~
4526 34, 42 | doen." En Wij zullen tot de onrechtvaardigen zeggen: "
4527 34, 42 | onrechtvaardigen zeggen: "Ondergaat de straf van het Vuur die gij
4528 34, 43 | een verzonnen leugen." En de ongelovigen zeggen van de
4529 34, 43 | de ongelovigen zeggen van de Waarheid als deze tot hen
4530 34, 48 | Waarlijk, mijn Heer verspreidt de Waarheid. Hij is de Kenner
4531 34, 48 | verspreidt de Waarheid. Hij is de Kenner van al het onzichtbare. ~
4532 34, 49 | 49. Zeg: "De Waarheid is gekomen en de
4533 34, 49 | De Waarheid is gekomen en de leugen zal niet meer beginnen,
4534 34, 50 | geopenbaard. Voorwaar, Hij is de Alhorende, de Nabijzijnde. ~
4535 34, 50 | Voorwaar, Hij is de Alhorende, de Nabijzijnde. ~
4536 35 | 35. De Schepper (Faatir) Geopenbaard
4537 35 | Faatir) Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
4538 35 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4539 35 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4540 35, 1 | Alle lof komt Allah toe, de Schepper der hemelen en
4541 35, 1 | hemelen en der aarde, Die de engelen tot boodschappers
4542 35, 1 | vleugelen. En Hij voegt aan de schepping toe wat Hij wil;
4543 35, 2 | 2. Wat Allah de mens aan barmhartigheid
4544 35, 2 | niemand schenken; Hij is de Almachtige, de Alwijze. ~
4545 35, 2 | schenken; Hij is de Almachtige, de Alwijze. ~
4546 35, 3 | 3. O mensen, herinnert u de gunst van Allah jegens u.
4547 35, 3 | levensonderhoud geeft van de hemelen en de aarde? Er
4548 35, 3 | geeft van de hemelen en de aarde? Er is geen God naast
4549 35, 4 | verloochenen (bedenk dan) dat de boodschappers vóór u ook
4550 35, 5 | 5. O mensen, de belofte van Allah is voorzeker
4551 35, 5 | niet misleiden, noch laat de aarts-bedrieger u van Allah
4552 35, 7 | een grote beloning voor de gelovigen die goede werken
4553 35, 8 | als goed beschouwt (kan de leiding vinden). Zeker,
4554 35, 9 | 9. En het is Allah Die de winden zendt zodat zij wolken
4555 35, 9 | opstijgen, dan drijven Wij deze (de wolken) naar een verdord
4556 35, 9 | land en geven leven aan de aarde na haar dood. Zo is
4557 35, 9 | aarde na haar dood. Zo is de Opstanding. ~
4558 35, 10 | stijgt het reine woord en de goede daad verheft het (
4559 35, 12 | 12. De twee wateren zijn niet gelijk;
4560 35, 12 | gij ziet er schepen die de golven door klieven opdat
4561 35, 13 | 13. Hij dompelt de nacht in de dag en de dag
4562 35, 13 | Hij dompelt de nacht in de dag en de dag in de nacht.
4563 35, 13 | dompelt de nacht in de dag en de dag in de nacht. En Hij
4564 35, 13 | nacht in de dag en de dag in de nacht. En Hij heeft de zon
4565 35, 13 | in de nacht. En Hij heeft de zon en de maan in dienst
4566 35, 13 | En Hij heeft de zon en de maan in dienst gesteld;
4567 35, 14 | kunnen antwoorden. En op de Dag der Opstanding zullen
4568 35, 14 | Niemand kan u (omtrent de waarheid) inlichten zoals
4569 35, 14 | waarheid) inlichten zoals de Alkennende. ~
4570 35, 15 | van Allah, maar Allah is de Onafhankelijke, de Geprezene. ~
4571 35, 15 | Allah is de Onafhankelijke, de Geprezene. ~
4572 35, 18 | 18. Geen lastdragende kan de last van een ander dragen
4573 35, 18 | eigen belang en tot Allah is de terugkeer. ~
4574 35, 19 | 19. De blinde is niet gelijk aan
4575 35, 19 | blinde is niet gelijk aan de ziende; ~
4576 35, 20 | 20. Noch is de duisternis gelijk aan het
4577 35, 21 | 21. Noch zijn de schaduw en de hitte gelijk; ~
4578 35, 21 | Noch zijn de schaduw en de hitte gelijk; ~
4579 35, 22 | 22. Noch zijn de levenden gelijk aan de doden.
4580 35, 22 | zijn de levenden gelijk aan de doden. Voorzeker, Allah
4581 35, 24 | Voorwaar, Wij hebben u met de Waarheid gezonden als drager
4582 35, 25 | duidelijke bewijzen en met de Geschriften en met een verlichtend
4583 35, 26 | 26. Dan greep Ik de ongelovigen aan en hoe (
4584 35, 27 | gezien, dat Wij water van de hemel nederzenden en dat
4585 35, 27 | kleuren (en soorten); en in de bergen zijn streken van
4586 35, 29 | Waarlijk, zij die het Boek (de Koran) van Allah voordragen
4587 35, 30 | 30. Opdat Hij hun de volle beloning moge geven,
4588 35, 31 | geopenbaard van het Boek is de Waarheid, vervullend hetgeen
4589 35, 32 | te kort doen, anderen die de middenweg bewandelen en
4590 35, 32 | naar Allah's gebod. Dat is de grote genade. ~
4591 35, 36 | 36. Maar voor de ongelovigen is het Vuur
4592 35, 36 | Vuur der hel. Voor hen zal de dood niet worden verordend
4593 35, 36 | mochten sterven, noch zal de straf er van voor hen worden
4594 35, 37 | tot u. Ondergaat daarom de straf, want voor de boosdoeners
4595 35, 37 | daarom de straf, want voor de boosdoeners is er geen helper. ~
4596 35, 38 | 38. Voorwaar, Allah kent de geheimen der hemelen en
4597 35, 38 | Waarlijk, Hij weet wat in de harten leeft. ~
4598 35, 39 | weerzinwekkendheid toenemen in de ogen van hun Heer, en het
4599 35, 40 | Zeg: "Licht (mij) in over de goden, die gij naast Allah
4600 35, 40 | mij aan hetgeen zij van de aarde hebben geschapen.
4601 35, 40 | hebben zij een aandeel aan de hemelen?" Hebben Wij hun
4602 35, 40 | een bewijs hebben? Neen, de boosdoeners beloven elkander
4603 35, 41 | Voorzeker, Allah houdt de hemelen en de aarde in stand
4604 35, 41 | Allah houdt de hemelen en de aarde in stand opdat zij
4605 35, 42 | waarschuwer tot hen zou komen, zij de leiding beter zouden volgen
4606 35, 43 | Verwachten zij slechts de handelwijze waarmee de vroegere (
4607 35, 43 | slechts de handelwijze waarmee de vroegere (volkeren) werden
4608 35, 43 | werden behandeld? Gij zult in de handelwijze van Allah nooit
4609 35, 43 | aantreffen, noch zult gij de handelwijze van Allah ooit
4610 35, 44 | dan zij. Er is niets in de hemelen en op aarde dat
4611 35, 44 | kan overweldigen, Hij is de Alwetende, de Almachtige. ~
4612 35, 44 | overweldigen, Hij is de Alwetende, de Almachtige. ~
4613 35, 45 | 45. En indien Allah de mensen zou straffen voor
4614 35, 45 | zou Hij geen schepsel op de oppervlakte ervan achterlaten;
4615 36 | Jaa Sien ~Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
4616 36 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4617 36 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4618 36, 2 | 2. Bij de Koran, die vol van Wijsheid
4619 36, 5 | Dit is een openbaring van de Almachtige, de Genadevolle. ~
4620 36, 5 | openbaring van de Almachtige, de Genadevolle. ~
4621 36, 7 | bewaarheid ten opzichte van de meesten hunner, want zij
4622 36, 11 | slechts hem waarschuwen die de vermaning zou willen volgen
4623 36, 11 | vermaning zou willen volgen en de Barmhartige in het verborgene
4624 36, 12 | Voorzeker, Wij zijn het Die de doden doen herleven, en
4625 36, 12 | doen, optekenen evenals de sporen die zij nalaten en
4626 36, 13 | 13. Geef hun de gelijkenis van de bewoners
4627 36, 13 | Geef hun de gelijkenis van de bewoners ener stad , to
4628 36, 13 | bewoners ener stad , to en de boodschappers tot haar kwamen. ~
4629 36, 15 | 15. Zij (de bewoners) antwoordden: "
4630 36, 15 | slechts mensen zoals wij en de Barmhartige heeft u niets
4631 36, 17 | 17. Op ons rust slechts de duidelijke verkondiging (
4632 36, 20 | zeide: "O mijn volk, volg de boodschappers; ~
4633 36, 23 | nemen naast Hem? Indien de Barmhartige kwaad met mij
4634 36, 28 | schare (van engelen) uit de hemel neder (tot zijn volk)
4635 36, 30 | 30. Wee, over de mensen: er komt geen boodschapper
4636 36, 33 | 33. En de dorre aarde is voor hen
4637 36, 35 | 35. Opdat zij van de vruchten daarvan mogen eten,
4638 36, 37 | 37. En voor hen is de nacht een teken. Wij nemen
4639 36, 37 | nacht een teken. Wij nemen de dag weg en ziet! zij zijn
4640 36, 38 | 38. En de zon beweegt zich naar haar
4641 36, 38 | bestemming. Dat is het gebod van de Almachtige, de Alwetende. ~
4642 36, 38 | gebod van de Almachtige, de Alwetende. ~
4643 36, 39 | 39. En voor de maan hebben Wij fasen bepaald
4644 36, 40 | 40. De zon mag de maan niet achterhalen
4645 36, 40 | 40. De zon mag de maan niet achterhalen noch
4646 36, 40 | niet achterhalen noch kan de nacht de dag voorbijstreven.
4647 36, 40 | achterhalen noch kan de nacht de dag voorbijstreven. Zij
4648 36, 46 | komt geen teken tot hen van de tekenen van hun Heer, of
4649 36, 47 | heeft geschonken," zeggen de ongelovigen tot de gelovigen, "
4650 36, 47 | zeggen de ongelovigen tot de gelovigen, "Moeten wij hem
4651 36, 48 | worden vervuld, als gij de waarheid spreekt?" ~
4652 36, 51 | 51. En de bazuin zal worden geblazen,
4653 36, 52 | slaapplaatgen gewekt? Dit is hetgeen de Barmhartige heeft beloofd,
4654 36, 52 | Barmhartige heeft beloofd, en de boodschappers spraken de
4655 36, 52 | de boodschappers spraken de waarheid." ~
4656 36, 55 | Voorwaar, op die Dag zullen de bewoners van de Hemel in (
4657 36, 55 | Dag zullen de bewoners van de Hemel in (een groot) werk
4658 36, 56 | echtgenoten zullen zich in de schaduw op tronen nedervlijen. ~
4659 36, 58 | 58. Het woord van de Genadevolle Heer zal (klinken) "
4660 36, 63 | 63. "Dit is de hel waarmede gij werdt bedreigd." ~
4661 36, 69 | 69. En Wij hebben hem (de profeet) het dichten niet
4662 36, 70 | 70. Opdat de levenden mogen worden gewaarschuwd
4663 36, 70 | opdat het oordeel tegen de ongelovigen gerechtvaardigd
4664 36, 71 | zij niet gezien, dat onder de dingen die Onze handen gemaakt
4665 36, 77 | 77. Heeft de mens niet begrepen dat Wij
4666 36, 78 | ontstaan. Hij zegt: "Wie kan de beenderen doen herleven
4667 36, 79 | Zeg: "Hij, Die hen voor de eerste keer schiep zal hen
4668 36, 79 | herleven; Hij heeft kennis van de gehele schepping. ~
4669 36, 81 | 81. "Is Hij, Die de hemelen en de aarde schiep,
4670 36, 81 | Is Hij, Die de hemelen en de aarde schiep, niet in staat
4671 36, 81 | scheppen?" Ja, inderdaad Hij is de Schepper, de Alwetende. ~
4672 36, 81 | inderdaad Hij is de Schepper, de Alwetende. ~
4673 36, 83 | daarom Hem, in wiens hand de oppermacht over alle dingen
4674 37 | 37. Zij die in de Rangen behoren (As-Saaffaat) ~
4675 37 | As-Saaffaat) ~Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
4676 37 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4677 37 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4678 37, 3 | 3. En bij de verkondigers der Vermaning. ~
4679 37, 5 | alles wat er tussen is, de Heer van het Oosten. ~
4680 37, 6 | 6. Wij hebben de laagste hemel met sterren
4681 37, 8 | 8. Zij kunnen van de verheven bijeenkomst niets
4682 37, 11 | 11. Vraag hun (de ongelovigen) of zij moeilijker
4683 37, 20 | zeggen: "Wee ons! Dit is de Dag der vergelding." ~
4684 37, 21 | Allah zal zeggen:) "Dit is de Dag der Beslissing die gij
4685 37, 22 | 22. Verzamelt de onrechtvaardigen, hun metgezellen
4686 37, 28 | Voorwaar, gij placht ons op de goede weg tegen te houden." ~
4687 37, 31 | geworden. Wij zullen gewis (de straf) smaken." ~
4688 37, 33 | allen deelgenoten zijn in de straf. ~
4689 37, 34 | 34. Zo behandelen Wij de schuldigen; ~
4690 37, 37 | 37. Neen, hij is met de Waarheid gekomen en heeft
4691 37, 37 | gekomen en heeft die van de (vroegere) boodschappers
4692 37, 38 | 38. Gij zult de pijnlijke straf gewis ondergaan. ~
4693 37, 40 | 40. Maar de uitverkoren dienaren van
4694 37, 46 | Helder, smakelijk voor de drinkenden, ~
4695 37, 57 | En ware het niet door de gunst van mijn Heer, ik
4696 37, 60 | 60. Voorwaar, dit is de opperste zegepraal." ~
4697 37, 61 | 61. Laat daarom de werkers voor zo iets werken. ~
4698 37, 62 | dit een beter onthaal of de boom van Zaqqoem?
4699 37, 63 | tot een beproeving voor de onrechtvaardigen gemaakt. ~
4700 37, 64 | Het is een boom die uit de bodem der hel ontspringt. ~
4701 37, 65 | 65. De trossen er van zijn als
4702 37, 65 | trossen er van zijn als de koppen van duivels. ~
4703 37, 76 | hem en zijn familie uit de grote nood; ~
4704 37, 77 | maakten zijn nakomelingen tot de overlevenden. ~
4705 37, 78 | Wij lieten voor hem onder de komende geslachten (de groet): ~
4706 37, 78 | onder de komende geslachten (de groet): ~
4707 37, 79 | Vrede zij Noach onder de volkeren." ~
4708 37, 82 | 82. Dan deden Wij de anderen verdrinken. ~
4709 37, 87 | 87. Hoe denkt gij over de Heer der Werelden?" ~
4710 37, 88 | Abraham) redetwistte over de sterren, ~
4711 37, 93 | 93. Dan begon hij hen met de rechter hand te slaan. ~
4712 37, 94 | 94. En zij (de afgodendienaren) haastten
4713 37, 101| 101. Dan gaven Wij hem de blijde tijding van een verdraagzame
4714 37, 102| 102. En toen deze de knapenleeftijd bereikte,
4715 37, 105| 105. Gij hebt de droom reeds vervuld. Zo
4716 37, 108| Wij lieten voor hem onder de komende geslachten (de groet): ~
4717 37, 108| onder de komende geslachten (de groet): ~
4718 37, 112| Izaäk, een profeet onder de rechtvaardigen. ~
4719 37, 116| En Wij hielpen hen (tegen de Egyptenaren) en zij waren
4720 37, 116| Egyptenaren) en zij waren het die de overwinning verkregen. ~
4721 37, 119| Wij lieten voor hen, onder de komende geslachten (de groet): ~
4722 37, 119| onder de komende geslachten (de groet): ~
4723 37, 125| Wilt gij Baäl aanroepen en de beste Schepper verzaken, ~
4724 37, 126| 126. Allah, uw Heer en de Heer uwer voorvaderen?" ~
4725 37, 129| Wij lieten voor hem onder de komende geslachten (de groet): ~
4726 37, 129| onder de komende geslachten (de groet): ~
4727 37, 135| uitzoudering van zijn vrouw die tot de achterblijvenden beboorde. ~
4728 37, 136| 136. En Wij vernietigden de anderen. ~
4729 37, 137| 137. En gij gaat hen (de plaats waar dezen woonden)
4730 37, 144| diens buik zijn gebleven tot de Dag der Opstanding. ~
4731 37, 148| hun voor een korte tijd de voorziening (van dit leven). ~
4732 37, 150| 150. Hebben Wij de engelen als vrouwelijke
4733 37, 158| bloedverwantschap tussen Hem en de djinn, terwijl de djinn
4734 37, 158| Hem en de djinn, terwijl de djinn zeer goed weten, dat
4735 37, 160| 160. Met uitzondering van de uitverkoren dienaren van
4736 37, 168| vermaning hadden gehad van de ouden. ~
4737 37, 171| aangaande Onze dienaren, de boodschappers, is reeds
4738 37, 177| hun land nederdaalt zal de dag slecht zijn voor degenen,
4739 37, 180| 180. Verheven is uw Heer, de Heer van Roem en Macht,
4740 37, 181| 181. En vrede zij de boodschappers! ~
4741 37, 182| roem behoort aan Allah, de Heer der Werelden. ~~
4742 38 | Saad ~Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
4743 38 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4744 38 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4745 38, 1 | 1. Saad. Bij de Koran vol van aanzien. ~
4746 38, 2 | 2. Maar de ongelovigen zijn in valse
4747 38, 4 | midden tot hen is gekomen; en de ongelovigen zeggen. "Dit
4748 38, 6 | 6. En de leiders onder hen zeggen: "
4749 38, 7 | Wij hebben hieromtrent in de laatste godsdienst niets
4750 38, 8 | 8. Aan hem is onder ons de vermaning gezonden?" Neen,
4751 38, 9 | 9. Bezitten zij de schatten der barmhartigheid
4752 38, 9 | barmhartigheid van uw Heer, de Machtige, de Milddadige? ~
4753 38, 9 | van uw Heer, de Machtige, de Milddadige? ~
4754 38, 12 | Noach, en Aad en Pharao - de heer der scharen - ~
4755 38, 13 | 13. En de Samoed, en het volk van
4756 38, 13 | het volk van Lot, e: en de woudbewoners; dezen waren
4757 38, 14 | 14. Allen verloochenden de boodschappers, daarom werd
4758 38, 16 | ons spoedig ons deel vóór de Dag der Afrekening." ~
4759 38, 18 | 18. Wij onderwierpen de bergen om met hem (God)
4760 38, 19 | 19. En de vogelen die tezamen verzameld
4761 38, 21 | En heeft het verhaal van de tegenstanders u bereikt?
4762 38, 21 | u bereikt? Hoe zij over de muur van zijn kamer klommen; ~
4763 38, 22 | procesvoerders, waarvan de ene de ander onrecht heeft
4764 38, 22 | procesvoerders, waarvan de ene de ander onrecht heeft aangedaan;
4765 38, 23 | hij was mij in het dispuut de baas." ~
4766 38, 26 | spreek daarom recht over de mensen naar waarheid en
4767 38, 26 | anders zullen zij u van de weg van Allah afleiden."
4768 38, 26 | afleiden." Degenen, die van de weg van Allah afdwalen zullen
4769 38, 26 | straf ontvangen, omdat zij de Dag des Oordeels vergeten. ~
4770 38, 27 | 27. En Wij hebben de hemelen en de aarde en alles
4771 38, 27 | Wij hebben de hemelen en de aarde en alles wat er tussen
4772 38, 27 | der ongelovigen. En wee de ongelovigen vanwege het
4773 38, 28 | dezelfde wijze behandelen als de onheilstichters op aarde
4774 38, 28 | onheilstichters op aarde of moeten Wij de godvruchtigen en de bozen
4775 38, 28 | Wij de godvruchtigen en de bozen gelijk stellen? ~
4776 38, 29 | verzen nadenken en laat de verstandigen er lering uit
4777 38, 32 | van goede dingen vanwege de gedachtenis aan mijn Heer."
4778 38, 32 | aan mijn Heer." Toen zij (de zon) door een sluier verborgen
4779 38, 35 | anders is; zeker, Gij zijt de Milddadige." ~
4780 38, 36 | 36. Wij onderwierpen de wind aan hem, die op zijn
4781 38, 45 | Abraham, Izaak en Jacob, de bezitters van macht en inzicht. ~
4782 38, 47 | waarlijk, zij zijn in Onze ogen de uitverkorenen en de goeden. ~
4783 38, 47 | ogen de uitverkorenen en de goeden. ~
4784 38, 48 | Zolkifl; zij behoren allen tot de besten. ~
4785 38, 49 | is een aanmaning. En voor de godvruchtigen zal zeker
4786 38, 50 | Tuinen der eeuwigheid met de poorten wijd voor hen open; ~
4787 38, 53 | hetgeen u beloofd is voor de Dag des Oordeels. ~
4788 38, 55 | 55. Dit is (voor de gelovigen). Maar voor de
4789 38, 55 | de gelovigen). Maar voor de opstandigen zal er een slechte
4790 38, 56 | 56. De hel! daarin zullen zij branden,
4791 38, 62 | zeggen: "Hoe komt het dat wij de mensen die wij onder de
4792 38, 62 | de mensen die wij onder de bozen rekenden, niet meer
4793 38, 64 | onderlinge redetwisten van de mensen in het Vuur is de
4794 38, 64 | de mensen in het Vuur is de waarheid. ~
4795 38, 65 | is geen God naast Allah, de Ene, de Onweerstaanbare; ~
4796 38, 65 | God naast Allah, de Ene, de Onweerstaanbare; ~
4797 38, 66 | 66. De Heer van de hemelen en de
4798 38, 66 | 66. De Heer van de hemelen en de aarde, en
4799 38, 66 | De Heer van de hemelen en de aarde, en alles wat er tussen
4800 38, 66 | alles wat er tussen is, de Machtige, de Vergevensgezinde. ~
4801 38, 66 | tussen is, de Machtige, de Vergevensgezinde. ~
4802 38, 69 | Ik heb geen kennis van de verheven vergadering toen
4803 38, 71 | 71. Toen uw Heer tot de engelen zeide: "Ik ga de
4804 38, 71 | de engelen zeide: "Ik ga de mens uit klei scheppen, ~
4805 38, 74 | hoogmoed en behoorde tot de ongelovigen. ~
4806 38, 75 | trots of behoort gij tot de (hoog) verhevenen?" ~
4807 38, 77 | vandaan, voorzeker gij zijt de verworpene. ~
4808 38, 78 | vloek zal op u rusten tot de Dag des Oordeels." ~
4809 38, 79 | vergun mij dan uitstel tot de Dag waarop zij zullen worden
4810 38, 81 | 81. Tot de Dag van de bepaalde tijd." ~
4811 38, 81 | 81. Tot de Dag van de bepaalde tijd." ~
4812 38, 84 | 84. God zeide: "Dit is de waarheid en Ik zeg de waarheid, ~
4813 38, 84 | is de waarheid en Ik zeg de waarheid, ~
4814 38, 85 | 85. Dat Ik de hel zeker met u en allen
4815 38, 87 | slechts een vermaning voor de werelden. ~
4816 38, 88 | En na een wijle zult gij de tijding er van te weten
4817 39 | 39. De Groupen (Az-Zomar) Geopenbaard
4818 39 | Az-Zomar) Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
4819 39 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4820 39 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4821 39, 1 | 1. De openbaring van dit Boek
4822 39, 1 | van dit Boek is van Allah, de Almachtige, de Alwijze. ~
4823 39, 1 | van Allah, de Almachtige, de Alwijze. ~
4824 39, 4 | Heilig is Hij. Hij is Allah, de Ene, de Opperste. ~
4825 39, 4 | Hij. Hij is Allah, de Ene, de Opperste. ~
4826 39, 5 | 5. Hij schiep de hemelen en de aarde in waarheid.
4827 39, 5 | Hij schiep de hemelen en de aarde in waarheid. Hij doet
4828 39, 5 | aarde in waarheid. Hij doet de nacht over de dag komen,
4829 39, 5 | Hij doet de nacht over de dag komen, en de dag over
4830 39, 5 | nacht over de dag komen, en de dag over de nacht; en Hij
4831 39, 5 | dag komen, en de dag over de nacht; en Hij heeft de zon
4832 39, 5 | over de nacht; en Hij heeft de zon en de maan in dienst
4833 39, 5 | en Hij heeft de zon en de maan in dienst gesteld;
4834 39, 5 | baan. Voorzeker, Hij is de Almachtige, de Vergevensgezinde. ~
4835 39, 5 | Voorzeker, Hij is de Almachtige, de Vergevensgezinde. ~
4836 39, 6 | paren neder. Hij vormde u in de baarmoeder van uw moeder,
4837 39, 7 | En geen lastdragende kan de last van een ander dragen -
4838 39, 8 | bewijst van Zichzelf, vergeet de mens waarvoor hij eerst (
4839 39, 8 | medegoden naast Allah, om de mensen van Zijn weg af te
4840 39, 8 | wijle, gij behoort zeker tot de bewoners van het Vuur." ~
4841 39, 9 | hij, die God vereert in de uren der nacht, nederknielende
4842 39, 9 | Hiernamaals vreest en hoopt op de barmhartigheid van zijn
4843 39, 9 | niet weten?" Maar alleen de verstandigen trekken er
4844 39, 10 | aarde is ruim. Voorwaar, aan de standvastigen zal hun beloning
4845 39, 12 | 12. En mij is bevolen de eerste der Moslims te zijn." ~
4846 39, 13 | niet gehoorzaam, vrees ik de straf van de grote Dag." ~
4847 39, 13 | gehoorzaam, vrees ik de straf van de grote Dag." ~
4848 39, 15 | gij wilt buiten Hem. Op de Dag der Opstanding zullen
4849 39, 15 | der Opstanding zullen zij de verliezers zijn, die zichzelf
4850 39, 18 | geleid heeft, en zij zijn de verstandigen. ~
4851 39, 19 | Kunt gij hem, tegen wie de uitspraak van straf is bevestigd,
4852 39, 21 | gezien, dat Allah water van de hemel nederzendt en het
4853 39, 21 | hemel nederzendt en het in de aarde doet binnendringen
4854 39, 21 | Voorwaar daarin is een les voor de mensen van begrip. ~
4855 39, 22 | Hij wiens hart Allah voor de Islam heeft verruimd, is
4856 39, 22 | wier hart verhard is bij de gedachtenis aan Allah! Waarlijk,
4857 39, 23 | 23. Allah heeft de beste verkondiging geopenbaard,
4858 39, 23 | verkondiging geopenbaard, een Boek (de Koran), overeenkomstig met
4859 39, 23 | herhalend (vermaningen) waarbij de huid van hen die hun Heer
4860 39, 23 | hun hart wordt zacht bij de gedachte aan Allah. Dit
4861 39, 23 | gedachte aan Allah. Dit is de leiding van Allah, Hij leidt
4862 39, 24 | persoon bescherming zoekt op de Dag der Opstanding voor
4863 39, 24 | Dag der Opstanding voor de vreselijke straf? - terwijl
4864 39, 24 | vreselijke straf? - terwijl tot de onrechtvaardigen zal worden
4865 39, 25 | verloochenden, daarom kwam de straf over hen zonder dat
4866 39, 26 | leven dezer wereld; doch de straf van het Hiernamaals
4867 39, 27 | allerlei gelijkenissen voor de mensen in deze Koran vermeld,
4868 39, 29 | behoort aan Allah. Maar de meesten onder hen begrijpen
4869 39, 31 | 31. Dan zult gij op de Dag der Opstanding met elkander
4870 39, 32 | leugen over Allah verzint of de Waarheid verloochent wanneer
4871 39, 32 | tot hem komt? Is er voor de ongelovigen geen plaats
4872 39, 32 | ongelovigen geen plaats in de hel? ~
4873 39, 33 | 33. En hij die de Waarheid brengt of deze
4874 39, 33 | deze bevestigt - dezen zijn de godvruchtigen. ~
4875 39, 34 | wat zij begeren; dat is de beloning dergenen die goed
4876 39, 36 | te doen vrezen voor hen (de afgoden) die buiten Allah
4877 39, 37 | Is Allah niet Machtig, de Heer der Vergelding? ~
4878 39, 38 | gij hun vraagt: "Wie heeft de hemelen en de aarde geschapen?",
4879 39, 38 | Wie heeft de hemelen en de aarde geschapen?", zullen
4880 39, 38 | voldoende. In Hem zullen de vertrouwenden hun vertrouwen
4881 39, 40 | 40. Tot wie de vernederende kastijding
4882 39, 40 | kastijding komt en op wie de blijvende straf nederdaalt." ~
4883 39, 42 | 42. Allah neemt de zielen van de mensen op
4884 39, 42 | Allah neemt de zielen van de mensen op wanneer zij sterven
4885 39, 42 | heeft opgeschreven en zendt de overigen tot een bepaalde
4886 39, 43 | Vraag: "Zelfs indien zij (de afgoden) nergens macht over
4887 39, 45 | Allah wordt genoemd als de Enige, dan krimpt het hart
4888 39, 47 | 47. En indien de onrechtvaardigen bezaten
4889 39, 47 | onrechtvaardigen bezaten al hetgeen op de aarde is en nog eens zoveel
4890 39, 47 | daarbij, zullen zij dit op de Dag der Opstanding als losprijs
4891 39, 47 | Opstanding als losprijs voor de vreselijke straf willen
4892 39, 48 | 48. De straf voor het kwaad dat
4893 39, 49 | 49. Wanneer nu de mens tegenspoed treft, roept
4894 39, 49 | slechts een beproeving; maar de meesten onder hen beseffen
4895 39, 51 | zij deden trof hen en wat de onrechtvaardigen onder dezen
4896 39, 52 | Weten zij niet dat Allah de voorziening vermeerdert
4897 39, 53 | geweest, wanhoopt niet aan de barmhartigheid van Allah,
4898 39, 53 | zonden, waarlijk, Hij is de Vergevensgezinde, de Genadevolle. ~
4899 39, 53 | is de Vergevensgezinde, de Genadevolle. ~
4900 39, 54 | onderwerpt u aan Hem voordat de straf over u komt, want
4901 39, 55 | is door uw Heer voordat de straf onverwachts over u
4902 39, 56 | inderdaad behoorde ik tot de spotters." ~
4903 39, 57 | geleid dan zou ik zeker tot de godvruchtigen hebben behoord." ~
4904 39, 58 | 58. Of opdat zij de straf ziende, niet moge
4905 39, 58 | terugkeer was, dan zou ik tot de goeden behoren." ~
4906 39, 59 | hoogmoedig en behoordet tot de ongelovigen.'' ~
4907 39, 60 | 60. En op de Dag der Opstanding zult
4908 39, 60 | der Opstanding zult gij de gezichten van hen die over
4909 39, 60 | uitten zwart zien. Is er in de hel geen tehuis voor de
4910 39, 60 | de hel geen tehuis voor de hoogmoedigen? ~
4911 39, 61 | 61. Allah zal de godvruchtigen vanwege hun
4912 39, 62 | 62. Allah is de Schepper van alles en de
4913 39, 62 | de Schepper van alles en de Voogd over alle dingen. ~
4914 39, 63 | 63. Aan Hem behoren de schatten der hemelen en
4915 39, 63 | en der aarde; en zij die de tekenen van Allah verwerpen
4916 39, 63 | van Allah verwerpen zijn de verliezers. ~
4917 39, 65 | blijken en gij zult zeker tot de verliezers behoren." ~
4918 39, 66 | Allah alleen en behoort tot de dankbaren. ~
4919 39, 67 | volgens Zijn Waardigheid. De gehele aarde zal in Zijn
4920 39, 67 | zal in Zijn greep zijn op de Dag der Opstanding, en de
4921 39, 67 | de Dag der Opstanding, en de hemelen zullen worden opgerold
4922 39, 68 | 68. En de bazuin zal worden geblazen
4923 39, 68 | geblazen en allen die in de hemelen en op aarde zijn,
4924 39, 69 | 69. En de aarde zal door het licht
4925 39, 69 | zal nedergelegd worden en de profeten en de getuigen
4926 39, 69 | worden en de profeten en de getuigen zullen worden gebracht
4927 39, 71 | 71. En de ongelovigen zullen naar
4928 39, 71 | ongelovigen zullen naar de hel worden gedreven, wanneer
4929 39, 71 | zij deze bereiken, zullen de poorten worden geopend en
4930 39, 71 | van uit uw midden tot u, de tekenen van uw Heer verkondigende
4931 39, 71 | en u waarschuwende voor de komst van deze Dag?" Zij
4932 39, 71 | Ja zeker!" Maar nu is de uitspraak van de straf tegen
4933 39, 71 | Maar nu is de uitspraak van de straf tegen de ongelovigen
4934 39, 71 | uitspraak van de straf tegen de ongelovigen van kracht geworden. ~
4935 39, 72 | zal worden gezegd: "Gaat de poorten der hel binnen om
4936 39, 72 | te vertoeven, slecht is de verblijfplaats voor de hoogmoedigen." ~
4937 39, 72 | is de verblijfplaats voor de hoogmoedigen." ~
4938 39, 73 | vreesden zullen in groepen naar de Hemel worden geleid; wanneer
4939 39, 73 | zij die bereiken zullen de poorten worden geopend en
4940 39, 75 | 75. En gij zult de engelen om de Troon zien
4941 39, 75 | En gij zult de engelen om de Troon zien dringen, hun
4942 39, 75 | dringen, hun Heer lovende met de roem, die Hem toekomt. En
4943 39, 75 | Alle lof behoort aan Allah, de Heer der Werelden." ~~
4944 40 | 40. De Gelovige (Al-Momin) Geopenbaard
4945 40 | Al-Momin) Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
4946 40 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4947 40 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
4948 40, 2 | 2. De openbaring van dit Boek
4949 40, 2 | van dit Boek is van Allah, de Almachtige, de Alwetende. ~
4950 40, 2 | van Allah, de Almachtige, de Alwetende. ~
4951 40, 3 | 3. De Vergever der zonden, de
4952 40, 3 | De Vergever der zonden, de Aanvaarder van berouw, de
4953 40, 3 | de Aanvaarder van berouw, de Gestrenge in het straffen,
4954 40, 3 | Gestrenge in het straffen, de Heer van genade. Er is geen
4955 40, 3 | God buiten Hem. Tot Hem is de terugkeer. ~
4956 40, 4 | 4. Niemand betwist de woorden van Allah behalve
4957 40, 4 | woorden van Allah behalve de ongelovigen. Laat hun bedrijvigheid
4958 40, 5 | en twistte door leugen om de Waarheid er mee te niet
4959 40, 6 | bewaarheid ten opzichte van de ongelovigen: dat zij de
4960 40, 6 | de ongelovigen: dat zij de bewoners van het Vuur zouden
4961 40, 7 | 7. Zij, die de Troon dragen en zij die
4962 40, 7 | verheerlijken hun Heer met de lof die Hem toekomt en zij
4963 40, 7 | vragen vergiffenis voor de gelovigen, zeggende: "Onze
4964 40, 7 | volgen; en behoed hen voor de straf der hel, ~
4965 40, 8 | 8. Onze Heer, en doe hen de tuinen der Eeuwigheid ingaan,
4966 40, 8 | hun hebt beloofd, alsook de deugdzamen onder hun ouders,
4967 40, 8 | kinderen. Zeker, Gij zijt de Almachtige, de Alwijze. ~
4968 40, 8 | Gij zijt de Almachtige, de Alwijze. ~
4969 40, 9 | barmhartigheid. En dat is de grootste zegepraal." ~
4970 40, 10 | 10. De ongelovigen zullen worden
4971 40, 12 | niet geloofdet toen Allah de Ene werd genoemd, maar toen
4972 40, 12 | behoort het oordeel aan Allah, de Allerhoogste, de Allergrootste. ~
4973 40, 12 | Allah, de Allerhoogste, de Allergrootste. ~
4974 40, 13 | en voorziening voor u van de hemel nederzendt; maar niemand
4975 40, 14 | gehoorzaamheid tot Hem, hoewel de ongelovigen er tegen zijn. ~
4976 40, 15 | Verheven boven alle graden is de Heer van de Troon. Hij zendt
4977 40, 15 | alle graden is de Heer van de Troon. Hij zendt het woord
4978 40, 15 | hij moge waarschuwen voor de Dag der Ontmoeting. ~
4979 40, 16 | 16. De Dag waarop zij naar voren
4980 40, 16 | op deze Dag?" "Van Allah, de Ene, de Onweerstaanbare." ~
4981 40, 16 | Dag?" "Van Allah, de Ene, de Onweerstaanbare." ~
4982 40, 18 | 18. Waarschuw hen voor de naderende Dag, wanneer het
4983 40, 18 | Dag, wanneer het hart in de keel klopt terwijl zij vol
4984 40, 18 | vol verdriet zullen zijn. De onrechtvaardigen zullen
4985 40, 19 | 19. Hij kent de oneerlijkheid der ogen en
4986 40, 19 | der ogen en datgene wat de harten verbergen. ~
4987 40, 20 | richten. Voorzeker, Allah is de Alhorende, de Alziende. ~
4988 40, 20 | Allah is de Alhorende, de Alziende. ~
4989 40, 21 | 21. Hebben zij niet over de aarde gereisd en gezien
4990 40, 24 | Hij is een tovenaar en de grootste leugenaar." ~
4991 40, 25 | kwam, zeiden zij: "Doodt de zonen der gelovigen met
4992 40, 27 | elke laatdunkende die aan de Dag des Oordeels niet gelooft." ~
4993 40, 29 | mijn volk heden hebt gij de oppermacht en gij zijt de
4994 40, 29 | de oppermacht en gij zijt de hoogsten in het land. Maar
4995 40, 29 | zal ons beschermen tegen de straf van Allah als zij
4996 40, 30 | 30. En de gelovige zeide: "O mijn
4997 40, 30 | een gebeurtenis zoals op de Dag der bondgenoten, ~
4998 40, 32 | mijn volk, ik vrees voor u de Dag van het geweeklaag. ~
4999 40, 34 | zenden." Alzo laat Allah de buitensporigen en de twijfelaars
5000 40, 34 | Allah de buitensporigen en de twijfelaars dwalen. ~
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-6932 |