1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-6932
bold = Main text
Sura, Verse grey = Comment text
5001 40, 35 | Degenen die twisten over de tekenen van Allah zonder
5002 40, 35 | dit is afkeurenswaardig in de ogen van Allah en de gelovigen.
5003 40, 35 | in de ogen van Allah en de gelovigen. Alzo verzegelt
5004 40, 36 | bouw mij een toren opdat ik de toegangswegen moge naderen, ~
5005 40, 37 | 37. De toegangswegen der hemelen,
5006 40, 37 | toegangswegen der hemelen, opdat ik de God van Mozes moge bereiken
5007 40, 38 | 38. En de gelovige zeide: "O, mijn
5008 40, 42 | kennis heb. En ik roep u tot de Almachtige, de Vergevensgezinde." ~
5009 40, 42 | roep u tot de Almachtige, de Vergevensgezinde." ~
5010 40, 43 | terugkeer is tot Allah, en de overtreders zullen de bewoners
5011 40, 43 | en de overtreders zullen de bewoners van het Vuur zijn. ~
5012 40, 46 | worden blootgesteld. En de Dag waarop het Uur zal komen,
5013 40, 46 | gezegd: "Doet Pharao's volk de strengste straf ondergaan." ~
5014 40, 47 | Vuur zullen twisten, zullen de zwakken tot de trotsen zeggen: "
5015 40, 47 | twisten, zullen de zwakken tot de trotsen zeggen: "Voorzeker,
5016 40, 49 | het Vuur zijn zullen tot de bewaarders der hel zeggen: "
5017 40, 50 | zullen zeggen: "Ja zeker." De bewaarders zullen antwoorden: "
5018 40, 51 | helpen Onze boodschappers en de gelovigen in het leven dezer
5019 40, 51 | leven dezer wereld en op de Dag waarop de getuigen zullen
5020 40, 51 | wereld en op de Dag waarop de getuigen zullen opstaan. ~
5021 40, 52 | 52. De Dag, waarop de verontschuldiging
5022 40, 52 | 52. De Dag, waarop de verontschuldiging van de
5023 40, 52 | de verontschuldiging van de onrechtvaardigen niets zal
5024 40, 52 | zal baten en voor hen zal de vloek en het kwade tehuis
5025 40, 53 | 53. En Wij gaven Mozes de leiding, en deden de kinderen
5026 40, 53 | Mozes de leiding, en deden de kinderen van Israël het
5027 40, 55 | morgens en 's avonds met de lof die Hem toekomt. ~
5028 40, 56 | 56. Zij die over de tekenen van Allah twisten
5029 40, 56 | Allah. Waarlijk, Hij is de Alhorende, de Alziende. ~
5030 40, 56 | Waarlijk, Hij is de Alhorende, de Alziende. ~
5031 40, 57 | 57. Voorzeker, de schepping der hemelen en
5032 40, 57 | der aarde is groter dan de schepping der mensen maar
5033 40, 57 | schepping der mensen maar de meeste mensen beseffen het
5034 40, 58 | 58. De blinden en de zienden zijn
5035 40, 58 | 58. De blinden en de zienden zijn niet gelijk;
5036 40, 58 | die kwaad doen. Gering is de lering die gij hieruit trekt. ~
5037 40, 59 | geen twifel; toch geloven de meeste men sen het niet. ~
5038 40, 60 | aanbidden, zullen veracht de hel binnengaan." ~
5039 40, 61 | 61. Allah is Degene Die de nacht voor u aanwees opdat
5040 40, 61 | gij er in moogt rusten en de dag om u licht te geven.
5041 40, 61 | Allah is vol genade voor de mensen, toch zijn de meeste
5042 40, 61 | voor de mensen, toch zijn de meeste mensen ondankbaar. ~
5043 40, 62 | 62. Zo is Allah uw Heer, de Schepper aller dingen. Er
5044 40, 63 | Zo worden degenen, die de tekenen van Allah verloochenen,
5045 40, 64 | 64. Allah is het, Die de aarde voor u als een rustplaats
5046 40, 64 | rustplaats heeft gemaakt en de hemelen als gewelf, Die
5047 40, 64 | Heer. Gezegend is Allah, de Heer der Werelden. ~
5048 40, 65 | 65. Hij is de Levende, er is geen God
5049 40, 65 | Alle lof behoort aan Allah, de Heer der Werelden. ~
5050 40, 66 | geboden mij te onderwerpen aan de Heer der Werelden." ~
5051 40, 67 | een kind, dan bereikt gij de volwassenheid, daarna wordt
5052 40, 69 | degenen niet gezien, die over de tekenen van Allah redetwisten?
5053 40, 70 | verloochenden, zullen weldra (de waarheid) te weten komen, ~
5054 40, 73 | worden gezegd: "Waar zijn (de afgoden), die gij met Allah
5055 40, 74 | aanbidden." Zo laat Allah de ongelovigen dwalen. ~
5056 40, 76 | 76. "Gaat de poorten der hel binnen daarin
5057 40, 76 | Kwaad is nu het tehuis voor de laatdunkenden." ~
5058 40, 77 | is zeker waar. Of Wij u de straf waarmede Wij hen bedreigen
5059 40, 78 | waarheid geoordeeld en dan gaan de leugenaars verloren. ~
5060 40, 81 | Zijn tekenen; welke van de tekenen van Allah wilt gij
5061 40, 82 | machtiger in kracht, en in de sporen die zij op aarde
5062 40, 83 | namen zij genoegen met de kennis die zij bezaten.
5063 40, 83 | kennis die zij bezaten. en de straf waarover zij spotten,
5064 40, 84 | Wij geloven in Allah als de Enige en wij verwerpen alles
5065 40, 85 | Zijn dienaren en zo gingen de ongelovigen verloren. ~~
5066 41 | Fussilat ~Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
5067 41 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5068 41 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5069 41, 2 | 2. Een openbaring van de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5070 41, 2 | openbaring van de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5071 41, 3 | 3. Een Boek waarvan de verzen zijn verklaard als
5072 41, 4 | en als waarschuwer. Maar de meesten hunner wenden zich
5073 41, 6 | vergiffenis van Hem." En wee de afgodendienaren. ~
5074 41, 9 | Verwerpt gij werkelijk Hem Die de aarde in twee dagen schiep?
5075 41, 9 | gelijken aan Hem op, hoewel Hij de Heer der Werelden is? ~
5076 41, 10 | 10. Hij heeft de bergen daarop gesteld en
5077 41, 10 | deze gezegend en er op (de aarde) de voedingsmiddelen
5078 41, 10 | gezegend en er op (de aarde) de voedingsmiddelen bepaald,
5079 41, 10 | dagen, gelijkelijk voor de zoekenden. ~
5080 41, 11 | Dan wendde Hij Zich tot de hemel terwijl deze een soort
5081 41, 11 | en zeide hiertegen en tot de aarde: "Komt beiden, willens
5082 41, 12 | Zo voltooide Hij hen als de zeven hemelen in twee dagen,
5083 41, 12 | werk aan. En Wij versierden de laagste hemel met lichten
5084 41, 12 | ter bescherming. Dat is de verordening van de Almachtige,
5085 41, 12 | Dat is de verordening van de Almachtige, de Alwetende. ~
5086 41, 12 | verordening van de Almachtige, de Alwetende. ~
5087 41, 13 | een bliksemstraal, zoals de bliksem die Aad en Samoed
5088 41, 15 | 15. Maar de Aad handelden ten onrechte
5089 41, 16 | opdat Wij hen in dit leven de straf der vernedering mochten
5090 41, 16 | mochten doen ondergaan. De straf van het Hiernamaals
5091 41, 17 | 17. En wat de Samoed betreft, Wij gaven
5092 41, 17 | rechte pad, daarom trof hen de bliksem van de straf der
5093 41, 17 | trof hen de bliksem van de straf der vernedering, voor
5094 41, 18 | 18. En Wij redden de gelovigen, die godvruchtig
5095 41, 19 | 19. Op de dag waarop Allah's vijanden,
5096 41, 21 | spreken. En Hij is het Die u de eerste keer schiep en gij
5097 41, 23 | daarom behoort gii tot de verliezers.
5098 41, 25 | tegen hen van kracht, met de volkeren van djinn en mensen
5099 41, 26 | 26. En de ongelovigen zeggen: "Luistert
5100 41, 26 | leven daarbij opdat gij de overhand moogt krijgen." ~
5101 41, 27 | 27. Maar Wij zullen zeker de ongelovigen een strenge
5102 41, 29 | 29. En de ongelovigen zullen zeggen: "
5103 41, 29 | mogen plaatsen zodat zij tot de vernederden behoren." ~
5104 41, 30 | standvastig blijven, op hen zullen de engelen nederdalen: "Vreest
5105 41, 32 | 32. Als onthaal van de Vergevensgezinde, de Genadevolle. ~
5106 41, 32 | van de Vergevensgezinde, de Genadevolle. ~
5107 41, 33 | Waarlijk, ik behoor tot de Moslims." ~
5108 41, 35 | niemand gegeven behalve de geduldigen noch is het iemand
5109 41, 36 | Allah. Waarlijk, Hij is de Alhorende, de Alwetende. ~
5110 41, 36 | Waarlijk, Hij is de Alhorende, de Alwetende. ~
5111 41, 37 | onder Zijn tekenen zijn de dag en de nacht, de zon
5112 41, 37 | Zijn tekenen zijn de dag en de nacht, de zon en de maan;
5113 41, 37 | zijn de dag en de nacht, de zon en de maan; derhalve
5114 41, 37 | dag en de nacht, de zon en de maan; derhalve werpt u niet
5115 41, 37 | werpt u niet neder voor de zon of de maan maar werpt
5116 41, 37 | niet neder voor de zon of de maan maar werpt u neder
5117 41, 38 | 38. Maar al tonen zij (de ongelovigen) hoogmoed, degenen
5118 41, 39 | tot Zijn tekenen, dat gij de aarde droog en verschroeid
5119 41, 39 | haar leven geeft, zal ook de doden opwekken. Voorwaar,
5120 41, 40 | degene die veilig blijft op de Dag der Opstanding? Doet
5121 41, 41 | Voorzeker, zij die niet in de Vermaning geloven als deze
5122 41, 41 | deze tot hen komt (zijn de verliezers); waarlijk het
5123 41, 42 | Het is een Openbaring van de Alwijze, de Geprezene. ~
5124 41, 42 | Openbaring van de Alwijze, de Geprezene. ~
5125 41, 43 | gezegd behalve het geen aan de boodschappers vóór u was
5126 41, 43 | u was gezegd. Uw Heer is de Heer der vergevensgezindheid
5127 41, 44 | leiding en een genezing voor de gelovigen." Maar de ongelovigen
5128 41, 44 | voor de gelovigen." Maar de ongelovigen hebben doofheid
5129 41, 47 | 47. Naar Hem alleen wordt de kennis van het Uur verwezen.
5130 41, 47 | dan met Zijn kennis. En de Dag waarop Hij tot hen zal
5131 41, 48 | 48. En de afgoden welke zij voorheen
5132 41, 49 | 49. De mens wordt niet moe het
5133 41, 50 | Doch Wij zullen stellig de ongelovigen alles vertellen
5134 41, 51 | Wanneer Wij gunsten aan de mens verlenen wendt hij
5135 41, 52 | Zeg: "Bedenkt u: Als dit (de Koran) van Allah is en gij
5136 41, 53 | duidelijk wordt dat dit de Waarheid is. Is het niet
5137 41, 54 | Zij zijn in twijfel over de ontmoeting met hun Heer.
5138 42 | 42. De Consultatie (Asj-Sjoera) ~
5139 42 | Asj-Sjoera) ~Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
5140 42 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5141 42 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5142 42, 3 | 3. Zo heeft Allah, de Machtige, de Wijze aan u
5143 42, 3 | heeft Allah, de Machtige, de Wijze aan u en aan degenen
5144 42, 4 | Aan Hem behoort hetgeen in de hemelen en op aarde is en
5145 42, 4 | en op aarde is en Hij is de Hoogste, de Grootste. ~
5146 42, 4 | is en Hij is de Hoogste, de Grootste. ~
5147 42, 5 | 5. Het is nabij dat de hemelen zullen worden uiteengescheurd
5148 42, 5 | uiteengescheurd boven hen, maar de engelen verheerlijken hun
5149 42, 5 | verheerlijken hun Heer met de lof die Hem toekomt en vragen
5150 42, 5 | zijn. Ziet toe! Allah is de Vergevensgezinde, de Genadevolle. ~
5151 42, 5 | is de Vergevensgezinde, de Genadevolle. ~
5152 42, 7 | 7. Zo hebben Wij u de Koran in het Arabisch geopenbaard,
5153 42, 7 | Arabisch geopenbaard, opdat gij de Moeder der steden (Makka)
5154 42, 7 | dus waarschuwt (hen) voor de Dag der Verzameling waaromtrent
5155 42, 8 | barmhartigheid toe wie Hij wil. Doch de onrechtvaardigen zullen
5156 42, 9 | zich genomen terwijl Allah de Besehermer is? Hij maakt
5157 42, 9 | Besehermer is? Hij maakt de doden levend en heeft macht
5158 42, 10 | gij ook moogt verschillen, de beslissing ervan rust bij
5159 42, 11 | 11. Hij is de Schepper der hemelen en
5160 42, 11 | aan Hem gelijk en Hij is de Alhorende, de Alziende. ~
5161 42, 11 | en Hij is de Alhorende, de Alziende. ~
5162 42, 12 | 12. Aan Hem behoren de schatten van de hemelen
5163 42, 12 | behoren de schatten van de hemelen en de aarde. Hij
5164 42, 12 | schatten van de hemelen en de aarde. Hij vergroot en bekrimpt
5165 42, 12 | Hij vergroot en bekrimpt de voorziening voor wie Hij
5166 42, 13 | niet in verdeeld." Voor de afgodendienarenis dat moeilijk
5167 42, 14 | slechts verdeeld, nadat de kennis tot hen was gekomen,
5168 42, 14 | vastgestelde tijd, dan zou de zaak voorzeker tussen hen
5169 42, 15 | tezamen brengen en tot Hem is de terugkeer. ~
5170 42, 16 | hun twist is waardeloos in de ogen van hun Heer; er is
5171 42, 17 | Allah is het Die dit Boek (de Koran) met de Weegschaal
5172 42, 17 | dit Boek (de Koran) met de Weegschaal in waarheid heeft
5173 42, 18 | 18. De ongelovigen vragen het te
5174 42, 18 | vragen het te verhaasten maar de gelovigen vrezen er voor
5175 42, 18 | er voor en weten dat het de Waarheid is. Ziet toe! Zij
5176 42, 19 | voor wie Hij wil. Hij is de Sterke, de Machtige. ~
5177 42, 19 | Hij wil. Hij is de Sterke, de Machtige. ~
5178 42, 20 | 20. Wie de oogst van het Hiernamaals
5179 42, 20 | toenemen, doch wie naar de oogst der wereld verlangt
5180 42, 21 | niet uitgevaardigd,dan zou de zaak onder hen geoordeeld
5181 42, 21 | geoordeeld zijn geweest. Want de onrechtvaardigen zullen
5182 42, 22 | 22. Gij zult de onrechtvaardigen in vrees
5183 42, 22 | hetgeen zij hebben verdiend op de Dag des Oordeels en het
5184 42, 22 | goede werken doen, zullen in de tuinen van het paradijs
5185 42, 22 | vinden wat zij wensen. Dat is de grote genade. ~
5186 42, 23 | geloven en goede werken doen, de blijde tijdingen geeft.
5187 42, 24 | verzegelen. Maar Allah zal de leugen uitvagen en de Waarheid
5188 42, 24 | zal de leugen uitvagen en de Waarheid door Zijn woord
5189 42, 24 | Voorzeker, Hij weet wat in de harten is. ~
5190 42, 26 | 26. En Hij verhoort de gelovigen die goede werken
5191 42, 26 | uit Zijn overvloed maar de ongelovigen zullen een strenge
5192 42, 27 | 27. Indien Allah de voorziening voor Zijn dienaren
5193 42, 28 | gewanhoopt heeft. Hij is de Beschermer, de Geprezene. ~
5194 42, 28 | heeft. Hij is de Beschermer, de Geprezene. ~
5195 42, 29 | En onder Zijn tekenen is de Schepping der hemelen en
5196 42, 32 | onder Zijn tekenen zijn de schepen als bergen op zee. ~
5197 42, 33 | 33. Als Hij wil kan Hij de wind stillen zodat zij bewegingloos
5198 42, 33 | zij bewegingloos staan op de oppervlakte daarvan! Daarin
5199 42, 34 | vernietigen: wegens hetgeen zij (de mensen) verdienen - maar
5200 42, 35 | 35. Opdat zij die over de tekenen van Allah redetwisten,
5201 42, 36 | en van langere duur voor de gelovigen die in hun Heer
5202 42, 37 | 37. Voor degenen die de zwaarste zonden en gruweldaden
5203 42, 40 | 40. Doch de vergelding van het kwade
5204 42, 40 | Voorzeker, Hij houdt niet van de onrechtvaardigen. ~
5205 42, 42 | is slechts tegen hen, die de mensen onrecht aandoen en
5206 42, 44 | beschermer hebben. En gij zult de onrechtvaardigen zien die,
5207 42, 44 | onrechtvaardigen zien die, wanneer zij de straf zullen aanschouwen,
5208 42, 45 | neergeslagen ogen naar kijken. De gelovigen zullen zeggen: "
5209 42, 45 | gelovigen zullen zeggen: "De verliezers zijn inderdaad
5210 42, 45 | zichzelf en hun familie op de Dag der Opstanding hebben
5211 42, 45 | hebben verloren." Ziet toe! de onrechtvaardigen zullen
5212 42, 48 | Het is alleen uw plicht de boodschap over te brengen.
5213 42, 48 | En waarlijk, wanneer Wij de mens Onze barmhartigheid
5214 42, 48 | bedreven, dan voorzeker, is de mens ondankbaar. ~
5215 42, 51 | Hij wil. Voorwaar, Hij is de Verhevene, de Alwijze. ~
5216 42, 51 | Voorwaar, Hij is de Verhevene, de Alwijze. ~
5217 42, 52 | willen. Voorzeker, gij leidt de mens zeker naar het rechte
5218 42, 53 | Allah, aan Wie hetgeen in de hemelen en op aarde is,
5219 42, 53 | Ziet toe, tot Allah is de terugkeer van alle dingen. ~~
5220 43 | Az-Zochrof) ~Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
5221 43 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5222 43 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5223 43, 6 | profeten hebben Wij tot de vroegere geslachten gezonden! ~
5224 43, 8 | Daarom vernietigden Wij de sterksten onder hen ofschoon
5225 43, 8 | ofschoon het voorbeeld van de vroegere volkeren reeds
5226 43, 9 | hun vraagt: "Wie schiep de hemelen en de aarde?" zullen
5227 43, 9 | Wie schiep de hemelen en de aarde?" zullen zij zeker
5228 43, 9 | zullen zij zeker zeggen: "De Machtige, de Alwetende." ~
5229 43, 9 | zeker zeggen: "De Machtige, de Alwetende." ~
5230 43, 10 | 10. Die de aarde voor u als wieg heeft
5231 43, 10 | daarop (aangaf), opdat gij de goede weg moogt volgen. ~
5232 43, 11 | water in juiste maat van de hemel nederzendt, waardoor
5233 43, 13 | wanneer gij er stevig op zit, de gunst van uw Heer moogt
5234 43, 15 | gelijken aan Allah. Waarlijk de mens is klaarblijkelijk
5235 43, 16 | 16. Heeft Hij uit de wezens die Hij schiep dochters
5236 43, 17 | gegeven van hetgeen hij over de Barmhartige vertelt, is
5237 43, 19 | 19. En zij maakten de engelen, die dienaren zijn
5238 43, 19 | engelen, die dienaren zijn van de Barmhartige, tot vrouwelijke
5239 43, 20 | 20. Zij zeggen: "Indien de Barmhartige had gewild zouden
5240 43, 23 | naar een stad vóór u of de rijken hiervan zeiden: "
5241 43, 24 | 24. Zij (de boodschappers) zeiden: "
5242 43, 29 | in welvaart leven totdat de Waarheid en een welsprekende
5243 43, 30 | 30. Maar nu de Waarheid tot hen is gekomen,
5244 43, 31 | niet aan een groot man uit de twee steden geopenbaard?" ~
5245 43, 32 | 32. Delen deze de barmhartigheid van uw Heer
5246 43, 32 | te werk mogen stellen. En de barmhartigheid van uw Heer
5247 43, 33 | zouden voor degenen die de Barmhartige verwerpen, daken
5248 43, 35 | Hiernamaals bij uw Heer is voor de godvruchtigen. ~
5249 43, 36 | 36. En wie zich van de aanbidding van de Barmhartige
5250 43, 36 | zich van de aanbidding van de Barmhartige afkeert, achter
5251 43, 37 | voorwaar, deze leidt hem van de rechte weg af, en toch denkt
5252 43, 40 | 40. Kunt gij dan de doven doen horen en de blinden
5253 43, 40 | dan de doven doen horen en de blinden en degenen die klaarblijkelijk
5254 43, 45 | zonden: "Stelden wij naast de Barmhartige andere goden
5255 43, 46 | waarlijk een boodschapper van de Heer der Werelden." ~
5256 43, 49 | gesloten, wij zullen zeker de leiding volgen. ~
5257 43, 50 | 50. Maar toen Wij de straf van hen wegnamen,
5258 43, 56 | dit tot een voorbeeld voor de komende (geslachten). ~
5259 43, 57 | 57. En wanneer de zoon van Maria als voorbeeld
5260 43, 59 | stelden hem tot voorbeeld voor de kinderen van Israël. ~
5261 43, 65 | midden werden onenig. Wee de onrechtvaardigen wegens
5262 43, 65 | onrechtvaardigen wegens de straf van een smartelijke
5263 43, 67 | elkanders vijanden zijn. Doch de godvruchtigen: ~
5264 43, 71 | zal daarin alles zijn wat de zielen zich wensen en waar
5265 43, 71 | zielen zich wensen en waar de ogen van genieten. En gij
5266 43, 72 | 72. Dit is de Tuin, die u is gegeven (
5267 43, 74 | 74. De schuldigen zullen gewis
5268 43, 74 | schuldigen zullen gewis de kastijding der hel blijven
5269 43, 78 | 78. Wij brachten u zeker de Waarheid maar de meesten
5270 43, 78 | u zeker de Waarheid maar de meesten uwer waren er afkerig
5271 43, 81 | 81. Indien de Barmhartige een zoon had,
5272 43, 81 | een zoon had, dan zou ik de eerste der aanbidders zijn. ~
5273 43, 82 | 82. Verheven is de Heer der hemelen en der
5274 43, 82 | der hemelen en der aarde, de Heer van de Troon, boven
5275 43, 82 | en der aarde, de Heer van de Troon, boven al hetgeen
5276 43, 83 | en zich vermaken totdat de Dag komt die hun is beloofd. ~
5277 43, 84 | 84. En Hij is God in de hemel en op aarde en Hij
5278 43, 84 | hemel en op aarde en Hij is de Alwijze, de Alwetende, ~
5279 43, 84 | aarde en Hij is de Alwijze, de Alwetende, ~
5280 43, 85 | toebehoort, en bij Hem is de kennis van het Uur, en tot
5281 43, 86 | bemiddeling, behalve hij, die de Waarheid getuigt; en dat
5282 44 | 44. De Rook (Ad-Dochaan) Geopenbaard
5283 44 | Ad-Dochaan) Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
5284 44 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5285 44 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5286 44, 3 | gezegende nacht en Wij zijn de Waarschuwer. ~
5287 44, 5 | Voorzeker, Wij zenden (de profeten) ~
5288 44, 6 | uw Heer; waarlijk, Hij is de Alhorende, de Alwetende. ~
5289 44, 6 | waarlijk, Hij is de Alhorende, de Alwetende. ~
5290 44, 7 | 7. Van de Heer der hemelen en der
5291 44, 8 | leven en sterven, uw Heer en de Heer uwer voorvaderen. ~
5292 44, 10 | 10. Maar wacht op de Dag waarop de hemel een
5293 44, 10 | Maar wacht op de Dag waarop de hemel een zichtbare damp
5294 44, 12 | 12. "Onze Heer, neem de marteling van ons weg; waarlijk
5295 44, 15 | 15. Wij zullen de straf voor een wijle wegnemen,
5296 44, 16 | 16. De de dag, waarop Wij hen met
5297 44, 16 | 16. De de dag, waarop Wij hen met
5298 44, 18 | 18. "Geeft mij de dienaren van Allah, voorwaar,
5299 44, 24 | 24. En doorwaad de zee terwijl deze rustig
5300 44, 26 | 26. En de korenvelden en de schone
5301 44, 26 | 26. En de korenvelden en de schone plaatsen! ~
5302 44, 27 | 27. En de aangename dingen, waarvan
5303 44, 29 | 29. De hemel en de aarde weenden
5304 44, 29 | 29. De hemel en de aarde weenden niet om hen
5305 44, 30 | 30. En zo redden Wij de kinderen van Israël van
5306 44, 34 | 34. Deze mensen (de ongelovigen) zeggen: ~
5307 44, 36 | voorvaderen dan terug indien gij de waarheid spreekt." ~
5308 44, 38 | 38. En Wij hebben de hemelen en de aarde en alles
5309 44, 38 | Wij hebben de hemelen en de aarde en alles wat er tussen
5310 44, 39 | slechts in waarheid, maar de meesten hunner begrijpeen
5311 44, 40 | 40. Voorwaar, de Dag der beslissing is voor
5312 44, 40 | beslissing is voor hen allen de vastgestelde tijd. ~
5313 44, 41 | 41. De Dag waarop een vriend de
5314 44, 41 | De Dag waarop een vriend de vriend niets zal baten noch
5315 44, 42 | zal zijn. Voorwaar, Hij is de Almachtige, de Genadevolle. ~
5316 44, 42 | Voorwaar, Hij is de Almachtige, de Genadevolle. ~
5317 44, 43 | 43. De boom van Zaqqoem, ~
5318 44, 44 | 44. Zal het voedsel voor de zondaar zijn, ~
5319 44, 45 | gesmolten koper zal het in de buik koken, ~
5320 44, 49 | Voorzeker gij waart eens de machtige, de eerwaardige. ~
5321 44, 49 | waart eens de machtige, de eerwaardige. ~
5322 44, 51 | 51. Voorwaar, de rechtvaardigen zullen in
5323 44, 56 | geen andere dood smaken na de eerste dood. En Hij heeft
5324 44, 56 | dood. En Hij heeft hen voor de straf van het laaiend Vuur
5325 44, 57 | genade van uw Heer. Dit is de grootste zegepraal. ~
5326 44, 58 | 58. Wij hebben hem (de Koran) gemakkelijk voor
5327 45 | Al-Djaasi'jah) ~Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
5328 45 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5329 45 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5330 45, 2 | 2. De openbaring van dit Boek
5331 45, 2 | van dit Boek is van Allah, de Almachtige, de Alwijze. ~
5332 45, 2 | van Allah, de Almachtige, de Alwijze. ~
5333 45, 3 | 3. Voorwaar, in de hemelen en op aarde zijn
5334 45, 3 | aarde zijn tekenen voor de gelovigen. ~
5335 45, 4 | 4. En in de schepping van uzelf en alle
5336 45, 4 | die Hij verspreidt (over de aarde), zijn tekenen voor
5337 45, 5 | 5. En in de wisseling van nacht en dag
5338 45, 5 | wisseling van nacht en dag en de voorziening die Allah uit
5339 45, 5 | voorziening die Allah uit de hemel nederzendt waardoor
5340 45, 5 | nederzendt waardoor Hij de aarde doet herleven na haar
5341 45, 5 | herleven na haar dood en in de verandering van de winden,
5342 45, 5 | en in de verandering van de winden, zijn eveneens tekenen
5343 45, 6 | 6. Dit zijn de tekenen van Allah, die wij
5344 45, 8 | 8. Die de woorden van Allah, die hem
5345 45, 10 | 10. Zij hebben de hel in het vooruitzicht;
5346 45, 10 | zal hen niet baten noch de afgoden die zij buiten Allah
5347 45, 11 | 11. Dit is de leiding. En voor degenen
5348 45, 11 | leiding. En voor degenen die de tekenen van hun Heer verwerpen,
5349 45, 11 | van hun Heer verwerpen, is de kwelling van een pijnlijke
5350 45, 12 | 12. Allah is Hij, Die de zee in uw dienst heeft gesteld,
5351 45, 13 | alles van Hem afkomstig in de hemelen en op aarde aan
5352 45, 14 | 14. Zeg tegen de gelovigen, dat zij diegenen,
5353 45, 14 | gelovigen, dat zij diegenen, die de dagen van Allah niet vrezen,
5354 45, 16 | 16. Wij gaven het Boek en de heerschappij en het profetenambt
5355 45, 16 | en het profetenambt aan de kinderen van Israël en Wij
5356 45, 16 | Wij begunstigden hen boven de andere volkeren. ~
5357 45, 17 | hun duidelijke uitleg over de godsdienst. En zij werden
5358 45, 17 | Voorwaar, uw Heer zal op de Dag der Opstanding over
5359 45, 18 | volg die daarom, maar volg de begeerten der onwetenden
5360 45, 19 | Allah baten. En voorzeker, de onrechtvaardigen zijn vrienden
5361 45, 19 | elkander, maar Allah is de Vriend der godvruchtigen. ~
5362 45, 20 | 20. Dit zijn de duidelijke bewijzen voor
5363 45, 20 | duidelijke bewijzen voor de mensen en een richtsnoer
5364 45, 22 | 22. Allah heeft de hemelen en de aarde in waarheid
5365 45, 22 | Allah heeft de hemelen en de aarde in waarheid geschapen,
5366 45, 24 | leven en sterven; alleen de tijd vernietigt ons." Maar
5367 45, 25 | onze vaderen terug, als gij de waarheid spreekt." ~
5368 45, 26 | u tezamen verzamelen op de Dag der Opstanding waarover
5369 45, 26 | waarover geen twijfel is. Maar de meeste mensen begrijpen
5370 45, 27 | 27. Aan Allah behoort de heerschappij der hemelen
5371 45, 27 | der hemelen en der aarde; de Dag waarop het Uur aanbreekt,
5372 45, 30 | barmhartigheid toelaten. Dat is de openlijke zegepraal. ~
5373 45, 31 | 31. Maar tot de ongelovigen (zal gezegd
5374 45, 32 | En toen er werd gezegd: "De belofte van Allah is zeker
5375 45, 34 | Wij u vergeten zoals gij de ontmoeting met deze Dag
5376 45, 35 | 35. "Dit is omdat gij de tekenen van Allah bespottet,
5377 45, 36 | Alle lof komt Allah toe, de Heer der hemelen en der
5378 45, 36 | der hemelen en der aarde; de Heer der Werelden. ~
5379 45, 37 | 37. Hem behoort de Grootheid in de hemelen
5380 45, 37 | behoort de Grootheid in de hemelen en op aarde: en
5381 45, 37 | hemelen en op aarde: en Hij is de Machtige, de Alwijze. ~~
5382 45, 37 | en Hij is de Machtige, de Alwijze. ~~
5383 46 | Al-Ahqaaf) ~Geopenbaard vóór de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
5384 46 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5385 46 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5386 46, 2 | 2. De openbaring van dit Boek
5387 46, 2 | van dit Boek is van Allah, de Machtige, de Alwijze. ~
5388 46, 2 | van Allah, de Machtige, de Alwijze. ~
5389 46, 3 | 3. Wij hebben de hemelen en de aarde en alles
5390 46, 3 | Wij hebben de hemelen en de aarde en alles wat er tussen
5391 46, 3 | vastgestelde tijd; maar de ongelovigen wenden zich
5392 46, 4 | Toont mij, welk deel zij van de aarde hebben geschapen.
5393 46, 4 | Of hebben zij aandeel aan de hemelen? Brengt mij een
5394 46, 4 | spoor van kennis, indien gij de waarheid spreekt." ~
5395 46, 5 | afgoden) aanroept, die tot de Dag der Opstanding hem nooit
5396 46, 6 | 6. En wanneer de mensen worden verzameld
5397 46, 6 | verzameld zullen dezen (de afgoden) hun vijanden worden
5398 46, 7 | medegedeeld, zeggen degenen, die de Waarheid, toen zij tot hen
5399 46, 8 | tussen u en mij. Hij is de Vergevensgezinde, de Genadevolle." ~
5400 46, 8 | is de Vergevensgezinde, de Genadevolle." ~
5401 46, 10 | hoewel een getuige vanuit de kinderen Israëls (Mozes)
5402 46, 11 | 11. En de ongelovigen zeggen over
5403 46, 11 | ongelovigen zeggen over de gelovigen: "Indien dit goed
5404 46, 11 | voorgegaan zijn. " En omdat zij de rechte weg niet hebben gevolgd,
5405 46, 12 | barmhartigheid: en dit Boek (de Koran) is bevestigend in
5406 46, 12 | bevestigend in duidelijke taal, om de onrechtvaardigen te waarschuwen
5407 46, 12 | verblijdend nieuws voor de goeden. ~
5408 46, 14 | 14. Dezen zijn de bewoners van het paradijs:
5409 46, 15 | 15. En Wij hebben de mens vriendelijkheid jegens
5410 46, 15 | dankbaar moge zijn voor de gunsten die Gij mij en mijn
5411 46, 15 | waarlijk, ik behoor tot de Moslims. ~
5412 46, 16 | dezulken aanvaarden Wij de goede werken die zij verrichten
5413 46, 16 | het hoofd. Zij behoren tot de bewoners van het paradijs,
5414 46, 16 | van het paradijs, volgens de ware belofte die hun was
5415 46, 17 | hulp: "Wee u! Geloof: want de belofte van Allah is waar."
5416 46, 17 | Allah is waar." Maar hij (de zoon) zegt: "Dit zijn slechts
5417 46, 18 | is geworden, tezamen met de volkeren van de djinn en
5418 46, 18 | tezamen met de volkeren van de djinn en de mensen die vóór
5419 46, 18 | volkeren van de djinn en de mensen die vóór hen zijn
5420 46, 18 | heengegaan, dat zij zeker de verliezers zullen zijn. ~
5421 46, 20 | 20. De Dag, waarop de ongelovigen
5422 46, 20 | 20. De Dag, waarop de ongelovigen aan het Vuur
5423 46, 20 | genoten. Deze Dag zult gij met de straf der vernedering worden
5424 46, 21 | 21. En gedenk de broeder van Aad, toen hij
5425 46, 21 | Aad, toen hij zijn volk in de zandheuvels waarschuwde -
5426 46, 21 | Allah alleen, want ik vrees de straf van een grote Dag
5427 46, 23 | 23. Hij zeide: "De kennis daarvan is slechts
5428 46, 26 | baatten hen iets, daar zij de tekenen van Allah verwierpen
5429 46, 26 | zij plachten te spotten, (de straf) omringde hen. ~
5430 46, 27 | Wij hebben om hen heen de steden vernietigd, en Wij
5431 46, 27 | vernietigd, en Wij hebben de tekenen uitgelegd opdat
5432 46, 29 | toen Wij een aantal van de djinn naar u deden komen,
5433 46, 29 | naar u deden komen, die de Koran wensten te horen en,
5434 46, 29 | Weest stil" en toen het (de prediking) beëindigd was,
5435 46, 30 | voorafgaande vervult, het leidt tot de Waarheid en tot de rechte
5436 46, 30 | leidt tot de Waarheid en tot de rechte weg." ~
5437 46, 33 | ingezien dat Allah, Die de hemelen en de aarde schiep
5438 46, 33 | Allah, Die de hemelen en de aarde schiep en niet moe
5439 46, 33 | te scheppen, macht heeft de doden te doen herleven?
5440 46, 34 | 34. En de Dag, waarop de ongelovigen
5441 46, 34 | 34. En de Dag, waarop de ongelovigen aan het Vuur
5442 46, 34 | worden gezegd: "Is dit niet de waarheid?" Zij zullen antwoorden: "
5443 46, 34 | zal zeggen: "Ondergaat dan de straf omdat gij (ons woord)
5444 46, 35 | geduldig (o profeet) zoals de boodschappers, die mannen
5445 46, 35 | omtrent hen niet haastig. De Dag, waarop zij zullen zien
5446 46, 35 | geleefd (in deze wereld). De verkondiging is aan u en
5447 47 | Mohammed ~Geopenbaard nà de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
5448 47 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5449 47 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5450 47, 1 | 1. Zij, die (de Waarheid) verwerpen en mensen
5451 47, 2 | openbaard, geloven - dit is de Waarheid van hun Heer -
5452 47, 3 | 3. Dat is omdat de ongelovigen de leugen volgen,
5453 47, 3 | is omdat de ongelovigen de leugen volgen, terwijl de
5454 47, 3 | de leugen volgen, terwijl de gelovigen de Waarheid van
5455 47, 3 | volgen, terwijl de gelovigen de Waarheid van hun Heer volgen.
5456 47, 3 | volgen. Zo deelt Allah aan de mensen hun toestand mede. ~
5457 47, 4 | 4. Wanneer gij de ongelovigen (in oorlog)
5458 47, 4 | hen dan vast. En wanneer de oorlog opgehouden is, laat
5459 47, 4 | sommigen uwer door anderen op de proef stellen. En degenen
5460 47, 7 | die gelooft, indien gij de zaak van Allah steunt zal
5461 47, 8 | 8. Maar de ongelovigen wacht vernietiging
5462 47, 10 | geheel en hetzelfde zal voor de ongelovigen gelden. ~
5463 47, 11 | 11. Dat is, omdat Allah de Beschermer is van de gelovigen
5464 47, 11 | Allah de Beschermer is van de gelovigen en voor de ongelovigen
5465 47, 11 | van de gelovigen en voor de ongelovigen is er geen Beschermer. ~
5466 47, 12 | rivieren vloeien: terwijl de ongelovigen zich vermaken
5467 47, 13 | steden die sterker waren dan de stad die u heeft uitgedreven,
5468 47, 15 | van het paradijs dat aan de godvruchtigen is beloofd:
5469 47, 15 | en stromen melk waarvan de smaak niet verandert en
5470 47, 17 | 17. Maar van hen die de leiding volgen vermeerdert
5471 47, 17 | leiding volgen vermeerdert Hij de leiding en schenkt hun rechtvaardigheid. ~
5472 47, 18 | 18. Zij (de ongelovigen) wachten op
5473 47, 18 | onverwachts over hen kan komen. De tekenen er van zijn reeds
5474 47, 18 | gekomen, maar hoe zal voor hen de herinnering zijn wanneer
5475 47, 19 | mannen en vrouwen. Allah kent de plaats uwer handelingen
5476 47, 20 | 20. En de gelovigen zeggen: "Waarom
5477 47, 20 | als iemand die bezwijmt in de dood. Maar voor hen ware
5478 47, 21 | te spreken). En wanneer de zaak is beslecht, is het
5479 47, 24 | Willen zij dan niet over de Koran nadenken, of zijn
5480 47, 25 | die hun rug omkeren nadat de leiding hun duidelijk is
5481 47, 27 | hoe (zal het zjin) wanneer de engelen bij de dood hun
5482 47, 27 | wanneer de engelen bij de dood hun ziel zullen nemen,
5483 47, 30 | wilden, konden Wij hen (de huichelaars) aan u tonen,
5484 47, 32 | Allah's pad afleiden en die de boodschapper tegenwerken,
5485 47, 32 | boodschapper tegenwerken, nadat de leiding hun duidelijk is
5486 47, 33 | gelooft, gehoorzaamt Allah en de boodschapper en maakt uw
5487 47, 34 | 34. Waarlijk, de ongelovigen, die van het
5488 47, 35 | om vrede, want gij zult de overhand hebben. Allah is
5489 47, 38 | nooddruftig. En indien gij u (van de Waarheid) afwendt, zal Hij
5490 48 | Al-Fat'h) Geopenbaard nà de Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft
5491 48 | strofen. ~In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5492 48 | van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle. ~
5493 48, 4 | toevoegen - en aan Allah behoren de scharen der hemelen en der
5494 48, 5 | 5. Zodat Hij de gelovige mannen en vrouwen
5495 48, 5 | moge wegnemen; dat is in de ogen van Allah de grootste
5496 48, 5 | is in de ogen van Allah de grootste zegepraal. ~
5497 48, 6 | 6. En dat Hij de huichelaars en huichelaarsters
5498 48, 6 | huichelaars en huichelaarsters en de afgodendienaren en -dienaressen
5499 48, 6 | dezulken zal tegenspoed en de toorn van Allah komen. Hij
5500 48, 6 | Hij heeft hen vervloekt en de hel voor hen gereed gemaakt.
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-6932 |