bold = Main text
Sura, Verse grey = Comment text
1 Voo | de Arahische tekst in zo goed mogelijk Nederlands weer
2 2, 58 | meer geven aan degenen, die goed doen." ~
3 2, 83 | Allah alleen en dat gij goed zult zijn voor uw ouders,
4 2, 83 | wezen en de armen; spreekt goed tegen de mensen en houdt
5 2, 95 | Allah kent de boosdoeners goed. ~
6 2, 102| wat hen schaadt en geen goed doet, hoewel zij weten,
7 2, 158| loopt. En wie vrijwillig goed doet, voorzeker, Allah is
8 2, 168| van hetgeen geoorloofd en goed is op aarde en treedt niet
9 2, 184| Maar hij, die vrijwillig goed doet, het zal beter voor
10 2, 184| hem zijn. Het vasten is goed voor u, indien gij het beseft. ~
11 2, 195| in het verderf doch doet goed: voorzeker, Allah heeft
12 2, 195| Allah heeft hen lief, die goed doen. ~
13 2, 206| zonde. Daarom is de hel goed genoeg voor hem en voorzeker,
14 2, 215| ook doet - Allah weet het goed. ~
15 2, 216| hebt in iets terwijl het goed voor u is en het kan zijn,
16 2, 223| zoals het u behaagt en doet goed voor uzelf en vreest Allah
17 2, 237| En vergeet niet, elkander goed te doen. Voorzeker, Allah
18 2, 246| Allah kent de overtreders goed. ~
19 2, 271| openlijk aalmoezen geeft is het goed, maar als gij dit in stilte
20 2, 273| voorzeker, Allah weet het goed. ~
21 2, 282| en Allah weet alle dingen goed. ~
22 2, 283| zeker zondig en Allah weet goed, wat gij doet. ~
23 3, 37 | welbehagen aan en deed haar goed opgroeien en vertrouwde
24 3, 63 | de onheilstichters toch goed. ~
25 3, 110| verwekt; gij gebiedt wat goed is, verbiedt wat kwaad is
26 3, 119| razernij." Waarlijk, Allah weet goed wat in de harter is. ~
27 3, 134| vergeven; Allah heeft hen die goed doen, lief. ~
28 3, 136| zullen zij vertoeven; hoe goed is het loon van degenen
29 3, 153| u gebeurde. En Allah is goed op de hoogte van hetgeen
30 3, 167| hart is. Doch Allah weet goed wat zij verbergen. ~
31 3, 178| uitstel, dat Wij hun geven, goed voor hen is; Wij geven hun
32 3, 180| gegeven, niet denken, dat het goed voor hen is, neen, het is
33 3, 180| en der aarde en Allah is goed op de hoogte van hetgeen
34 4, 39 | geschonken? Allah kent hen zeer goed. ~
35 4, 45 | Allah kent uw vijanden goed. Allah is voldoende als
36 4, 66 | zou het voor hen zeker goed zijn geweest en het, beste
37 4, 79 | 79. Welk goed ook tot u komt, dat komt
38 4, 127| voorzeker, Allah weet het goed. ~
39 4, 128| gierigheid geneigd. En als gij goed doet en rechtvaardig zijt,
40 4, 135| u van afwendt, Allah is goed op de hoogte van wat gij
41 5, 7 | Allah. Voorzeker, Allah weet goed, wat in uw innerlijk is. ~
42 5, 76 | datgene wat geen macht heeft u goed of kwaad te doen? En het
43 5, 88 | 88. En eet wat goed en geoorloofd is waarvan
44 6, 33 | 33. Wij weten zeer goed dat hetgeen zij zeggen u
45 6, 151| en dat gij uw ouders niet goed behandelt en dat gij uw
46 6, 154| van de gunst aan hem die goed wilde doen en een uitleg
47 6, 161| rechte pad geleid - een goed geloof, de godsdienst van
48 7, 161| zullen meer geven aan hen die goed doen." ~
49 7, 187| ondervragen u of gij er goed van op de hoogte zijt. Zeg: "
50 7, 188| Allah wil, geen macht over goed of kwaad voor mijzelf. En
51 7, 188| zou ik een overvloed van goed hebben bemachtigd en het
52 7, 189| hun Heer: "Als Gij ons een goed kind geeft, zullen wij zeker
53 8, 23 | 23. Als Allah enig goed in hen had ontdekt, zou
54 8, 69 | gij ontvangt als wettig en goed en vreest Allah. Voorzeker,
55 8, 70 | handen zijn: "Als Allah enig goed in uw hart vindt, zal Hij
56 9, 16 | boezemvriend nemen? -Allah is goed op de hoogte van hetgeen
57 9, 44 | Allah kent de rechtvaardigen goed. ~
58 9, 47 | kent de onrechtvaardigen goed. ~
59 9, 61 | Zeg: "Zijn luisteren is goed voor u, hij gelooft in Allah
60 9, 91 | geen blaam op degenen die goed doen; Allah is Vergevensgezind,
61 9, 120| beloning van degenen, die goed doen niet verloren gaan. ~
62 9, 122| opdat zij in de godsdienst goed onderlegd mogen worden en
63 10, 36 | waarheid. Waarlijk, AIlah weet goed wat zij doen. ~
64 10, 40 | Heer kent de onruststokers goed. ~
65 11, 5 | tonen. Voorzeker, Hij weet goed wat in het innerlijk is. ~
66 11, 46 | gezin omdat zijn daden niet goed zijn; daarom vraag Mij niet
67 12, 19 | zijn emmer nederliet. "O, goed nieuws," zeide hij. "Hier
68 12, 19 | stuk koopwaar en Allah wist goed, wat zij deden. ~
69 12, 50 | Heer kent haar sluwe plan goed." ~
70 12, 59 | maat geef en dat ik een goed gastheer ben?" ~
71 12, 73 | antwoordden: "Bij Allah, gij weet goed, dat wij niet kwamen om
72 12, 78 | tot degenen behoort die goed doen." ~
73 13, 16 | genomen, die voor zich over goed noch kwaad macht hebben?"
74 14, 24 | Allah de gelijkenis van een goed woord geeft? Het is als
75 16, 30 | Er is voor degenen, die goed doen, goeds in deze wereld
76 16, 41 | zullen hun voorzeker een goed tehuis in de wereld geven;
77 16, 67 | bedwelmende drank en een goed voedsel. Voorwaar, daarin
78 16, 90 | Voorwaar, Allah gelast u goed met goed (te vergelden)
79 16, 90 | Allah gelast u goed met goed (te vergelden) en wel te
80 16, 97 | zullen Wij voorzeker een goed leven schenken; en gewis
81 16, 119| daarna berouw hebben en goed maken - Vergevensgezind,
82 16, 125| afgedwaald; en Hij kent degenen goed die juist geleid zijn. ~
83 17, 7 | Zeggende) "Indien gij goed doet, doet gij goed voor
84 17, 7 | gij goed doet, doet gij goed voor uzelf; en indien gij
85 17, 25 | gedachten is; indien gij goed zijt dan voorwaar is Hij
86 17, 30 | kent en ziet Zijn dienaren goed. ~
87 17, 35 | zuivere weegschaal; dat is goed en uiteindelijk het beste. ~
88 17, 84 | wijze maar uw Heer weet het goed, wie op het rechte pad het
89 17, 97 | hij die Allah leidt, is goed geleid, doch voor hem die
90 18, 31 | tronen zullen liggen. Hoe goed is de beloning en hoe schoon
91 18, 104| denken dat zij een bijzonder goed werk verrichten, ~
92 19, 14 | 14. Vriendelijk en goed voor zijn ouders. En hij
93 20, 89 | macht had om hun kwaad of goed te doen? ~
94 21, 35 | beproeven u met kwaad en goed en tot Ons zult gij terugkeren. ~
95 21, 51 | rechtschapenheid en Wij kenden hem goed. ~
96 22, 30 | Allah eert, het zal voor hem goed zijn in de ogen van zijn
97 22, 77 | aanbidt uw Heer, en doet goed, opdat gij moogt slagen. ~
98 23, 51 | werken. Voorwaar Ik weet goed wat gij doet. ~
99 23, 56 | 56. Wij Ons haasten hun goed te doen? Neen, zij begrijpen
100 24, 11 | voor u - integendeel het is goed voor u. Elk hunner zal de
101 24, 12 | toen zij dit hoorden geen goed over hun eigen mensen en
102 24, 33 | daarvan indien gij enig goed in hen ziet; en geeft hun
103 24, 41 | en lofzang. En Allah weet goed wat zij doen. ~
104 24, 53 | nodig)." Voorzeker Allah is goed op de hoogte van hetgeen
105 24, 64 | is. Hij kent uw toestand goed. En de Dag waarop zij tot
106 25, 3 | macht hebben om zichzelf goed of kwaad te doen, noch macht
107 25, 22 | zullen zien, zal er geen goed nieuws zijn voor de schuldigen;
108 25, 58 | die Hem toekomt. Hij is goed op de hoogte met de zonden
109 27, 2 | 2. Een richtsnoer en goed nieuws voor de gelovigen. ~
110 27, 11 | en daarna het kwade door goed vereffent; want waarlijk,
111 27, 88 | geschapen. Voorwaar, Hij is goed op de hoogte van hetgeen
112 28, 14 | zo belonen Wij hen die goed doen. ~
113 28, 67 | berouw heeft, gelooft en goed doet, zal waarschijnlijk
114 28, 77 | aan de wereld niet, en doe goed (aan anderen) zoals Allah
115 28, 77 | aan anderen) zoals Allah u goed gedaan heeft; en schep geen
116 28, 84 | 84. Zij die goed doen worden er beter voor
117 29, 8 | mens geboden zijn ouders goed te doen; en indien zij trachten
118 29, 38 | Satan deed hun daden hun goed voorkomen, en weerhield
119 29, 58 | de beloning dergenen die goed doen. ~
120 29, 69 | Voorwaar, Allah is met hen die goed doen. ~~
121 31, 23 | zij deden; Allah weet heel goed wat in hun innerlijk is. ~
122 31, 29 | vastgestelde tijd; Allah is goed op de hoogte van hetgeen
123 33, 2 | Heer. Voorwaar, Allah is goed op de hoogte van alles wat
124 33, 29 | voor degenen onder u die goed doen, een grote beloning." ~
125 33, 71 | 71. Hij zal uw werken goed voor u maken en u uw zonden
126 34, 42 | gij geen macht om elkander goed of kwaad te doen." En Wij
127 34, 50 | door mijzelf; en indien ik goed geleid ben, is het door
128 35, 8 | gemaakt, zodat hij deze als goed beschouwt (kan de leiding
129 35, 12 | het ene zoet, smakelijk en goed om te drinken, en het andere
130 35, 45 | Allah kent Zijn dienaren goed. ~~
131 36, 21 | geen beloning vragen en die goed geleid zijn. ~
132 37, 80 | belonen Wij inderdaad hen die goed doen. ~
133 37, 100| schenk mij een nakomeling die goed zal zijn." ~
134 37, 105| Wij inderdaad degenen, die goed doen." ~
135 37, 110| Zo belonen Wij hen die goed doen. ~
136 37, 113| onder hun nageslacht die goed doen en anderen die zichzelf
137 37, 121| belonen Wij degenen die goed doen.
138 37, 131| belonen Wij degenen, die goed doen. ~
139 37, 158| djinn, terwijl de djinn zeer goed weten, dat zij voor Hem
140 39, 7 | gij deedt. Zeker, Hij weet goed wat in uw innerlijk is. ~
141 39, 10 | Voor hen, die in dit leven goed doen, is het goede. En Allah'
142 39, 34 | de beloning dergenen die goed doen. ~
143 40, 40 | worden vergolden; maar wie goed doet, man of vrouw, en gelovig
144 41, 46 | 46. Wie goed doet, doet dit voor zijn
145 42, 27 | Zijn dienaren inderdaad goed. ~
146 45, 15 | 15. Wie goed doet, doet dat ten voordele
147 46, 11 | de gelovigen: "Indien dit goed was, zouden zij ons daarin
148 48, 11 | beoogt?" Neen, Allah is goed onderricht van hetgeen gij
149 51, 16 | geven omdat zij voorheen goed plachten te doen. ~
150 53, 31 | en opdat Hji degenen die goed doen, met het beste moge
151 58, 3 | vermaning voor u. En Allah is goed op de hoogte van hetgeen
152 58, 11 | rang verheffen. En Allah is goed op de hoogte van hetgeen
153 58, 13 | boodschapper. En Allah is goed op de hoogte van hetgeen
154 60, 4 | 4. Er is een goed voorbeeld voor u in Abraham
155 60, 6 | Voorzeker, zij zijn een goed voorbeeld voor een ieder
156 60, 8 | huizen hebben verdreven, goed te doen en rechtvaardig
157 62, 7 | kent de onrechtvaardigen goed. ~
158 65, 11 | wie in Allah gelooft en goed doet, hem zal Hij in tuinen
159 70, 21 | 21. Maar als hem goed wedervaart, is hij inhalig, ~
160 72, 21 | uit mijzelf) geen macht u goed of kwaad te doen." ~
161 77, 4 | 4. En bij hen die goed onderscheiden. ~
162 77, 44 | belonen Wij degenen die goed doen. ~
163 84, 15 | Voorzeker, zijn Heer kent hem goed. ~
164 91, 8 | openbaarde haar wat slecht en wat goed (voor haar) is, ~
165 99, 7 | ter grootte van een atoom goed deed, zal dit aanschouwen. ~
|