Sura, Verse
1 2, 64 | had Allah u Zijn genade en barmhartigheid niet betoond, dan zoudt
2 2, 105| maar Allah kiest voor Zijn barmhartigheid, wie Hij wil en Allah is
3 2, 128| aanbidding en wend U met barmhartigheid tot ons, zeker, Gij zijt
4 2, 157| wie de zegeningen en de barmhartigheid van hun Heer rusten en dezen
5 2, 178| goedheid. Dit is verzachting en barmhartigheid van uw Heer. Wie daarna
6 2, 187| uzelf en heeft Zich met barmhartigheid tot u gewend en u verlichting
7 2, 218| ijveren, zijn het, die Allah's barmhartigheid verwachten en Allah is Vergevensgezind,
8 3, 8 | geleid en schenk ons Uw barmhartigheid; waarlijk, Gij zijt de Milddadige. ~
9 3, 107| zijn, dezen zullen Allah's barmhartigheid smaken; daarin zullen zij
10 3, 128| Hij (Allah) moge Zich in barmhartigheid tot hen wenden of hen straffen,
11 3, 132| de boodschapper, zodat u barmhartigheid moge worden betoond. ~
12 3, 157| zal Allah's vergiffenis en barmhartigheid zeker beter zijn, dan hetgeen
13 3, 159| 159. Door de barmhartigheid van Allah zijt gij (de Profeet)
14 4, 17 | tot wie Allah Zich met barmhartigheid wendt; en Allah is Alwetend,
15 4, 26 | die vóór u waren en u Zijn barmhartigheid te betonen. Allah is Alwetend,
16 4, 27 | En Allah wenst Zich in barmhartigheid tot u te wenden, maar zij,
17 4, 83 | ware Allah's genade en Zijn barmhartigheid niet over u, dan zoudt gij
18 4, 96 | ook van vergiffenis en barmhartigheid. En Allah is Vergevensgezind,
19 4, 113| Ware Allah's genade en barmhartigheid niet over u, dan zou een
20 4, 171| woord tot Maria gegeven als barmhartigheid van Hem. Gelooft dus in
21 4, 175| vasthouden zal Hij zeker tot Zijn barmhartigheid en genade toelaten en hen
22 5, 39 | Allah zal Zich gewis in barmhartigheid tot hem wenden; voorwaar,
23 5, 71 | Doch Allah wendde Zich in barmhartigheid tot hen; toch werden velen
24 6, 12 | heeft het op Zich genomen, barmhartigheid te tonen. Voorzeker Hij
25 6, 16 | Allah heeft hem inderdaad barmhartigheid betoond. En dat is een klaarblijkelijke
26 6, 54 | Vrede zij u." Uw Heer heeft barmhartigheid op zich genomen; dus wie
27 6, 147| de Heer der alomvattende Barmhartigheid doch Zijn straf zal van
28 6, 154| dingen en een leidraad en een barmhartigheid, opdat zij in de ontmoeting
29 6, 155| daarom en hoedt u, opdat u barmhartigheid mag worden betoond. ~
30 6, 157| duidelijk bewijs, leiding en barmhartigheid van uw Heer tot u gekomen.
31 7, 49 | gezworen dat Allah hun geen barmhartigheid zou schenken? "Gaat het
32 7, 52 | uiteengezet, als leiding en barmhartigheid voor een volk dat gelooft. ~
33 7, 56 | hoop aan. Voorzeker, de Barmhartigheid van Allah is de goeden nabij. ~
34 7, 57 | blijde tijdingen voor Zijn barmhartigheid uitzendt; totdat, wanneer
35 7, 63 | moogt worden en opdat u barmhartigheid moge worden betoond?" ~
36 7, 72 | met hem waren door Onze barmhartigheid en Wij sneden de levenswortel
37 7, 149| Als onze Heer ons geen barmhartigheid betoont en ons vergeeft,
38 7, 151| broeder en laat ons tot Uw barmhartigheid toe want Gij zijt de Allergenadigste. ~
39 7, 154| tafelen en er was leiding en barmhartigheid in het geschrift voor degenen,
40 7, 155| vergeef one daarom en toon ons barmhartigheid en Gij zijt de Beste Vergevensgezinde." ~
41 7, 156| aan wie Ik wil, maar Mijn barmhartigheid omvat alle dingen. Zo zal
42 7, 203| Heer en een leiding en een barmhartigheid voor een volk, dat gelooft. ~
43 7, 204| naar en weest stil, opdat u barmhartigheid moge geschieden. ~
44 9, 15 | wegnemen. Allah wendt Zich met barmhartigheid tot wie Hij wil. Allah is
45 9, 21 | blijde tijdingen van Zijn barmhartigheid en van welbehagen en van
46 9, 27 | Daarna zal Allah Zich met Barmhartigheid wenden tot wie Hij wil en
47 9, 61 | gelovigen en hij is een barmhartigheid voor de gelovigen onder
48 9, 71 | Dezen zijn het, wie Allah barmhartigheid zal betonen. Voorzeker,
49 9, 99 | zal hen weldra tot Zijn barmhartigheid toelaten. Allah is Vergevensgezind,
50 9, 102| zijn, dat Allah Zich met barmhartigheid tot hen zal wenden. Voorzeker,
51 9, 106| hen bestraffen of Zich met barmhartigheid tot hen wenden? Allah is
52 9, 117| heeft zich voorzeker met barmhartigheid tot de profeet gewend en
53 9, 118| En (Hij heeft Zich met barmhartigheid) tot de drie die waren achtergelaten
54 9, 118| Toen wendde Hij Zich met barmhartigheid tot hen, opdat zij zich
55 10, 21 | 21. En wanneer Wij mensen barmhartigheid doen smaken nadat tegenspoed
56 10, 57 | harten is en een leiding en barmhartigheid jegens de gelovigen. ~
57 10, 58 | genade van Allah en door Zijn barmhartigheid; laat hen er zich daarom
58 10, 86 | 86. En red ons door Uw barmhartigheid van de ongelovigen."
59 11, 9 | Wanneer Wij de mens Onze barmhartigheid doen smaken en deze daarna
60 11, 17 | Mozes, als richtsnoer en tot barmhartigheid? Dezen geloven in hem. En
61 11, 28 | beroep en Hij mij grote barmhartigheid heeft geschonken, die voor
62 11, 43 | uitzondering van degenen wie Hij barmhartigheid toont." En een golf kwam
63 11, 47 | mij niet vergeeft noch mij barmhartigheid betoont, zal ik onder de
64 11, 58 | gelovigen met hem, door Onze barmhartigheid. En Wij bevrijdden hen van
65 11, 63 | heb ontvangen en Hij mij barmhartigheid heeft geschonken, wie zal
66 11, 66 | hem de gelovigen door Onze barmhartigheid en Wij redden hen van de
67 11, 73 | u over Allah's gebod? De barmhartigheid van Allah en Zijn zegeningen
68 11, 94 | hem de gelovigen door Onze barmhartigheid en kastijding greep de onrechtvaardigen
69 11, 119| van degenen, die uw Heer barmhartigheid heeft betoond - hiervoor
70 12, 53 | uitgezonderd dat waarover mijn Heer barmhartigheid betoont. Voorzeker, mijn
71 12, 56 | wilde. Wij schenken Onze barmhartigheid aan wie Ons behaagt en Wij
72 12, 87 | niemand wanhoopt aan Allah's barmhartigheid dan het ongelovige volk." ~
73 12, 111| dingen en een leiding en een barmhartigheid voor een volk, dat gelooft.
74 16, 64 | en tevens als leiding en barmhartigheid voor de mensen die geloven. ~
75 16, 89 | verklarend, als leiding, barmhartigheid en blijde tijding voor hen
76 17, 8 | Het kan zijn dat uw Heer u barmhartigheid zal tonen; doch indien gij
77 17, 28 | hen afwendt zoekende de barmhartigheid van uw Heer waarop gij hoopt,
78 17, 54 | het Hem behaagt zal Hij u barmhartigheid tonen of straffen, maar
79 17, 57 | meest nabijzijnden, op Zijn barmhartigheid hopend en Zijn straf vrezend.
80 17, 87 | 87. Doch (dit is) een barmhartigheid van uw Heer, voorwaar, Zijn
81 17, 100| Indien gij de schatten der barmhartigheid van mijn Heer bezat zoudt
82 18, 16 | Spelonk en uw Heer zal Zijn barmhartigheid jegens u vermeerderen en
83 18, 65 | dienaren, aan wie Wij Onze barmhartigheid hadden bewezen en wie Wij
84 19, 2 | is een vermelding van de barmhartigheid van uw Heer, betoond aan
85 19, 50 | En Wij schonken hun Onze barmhartigheid en een verheven en goede
86 19, 53 | schonken hem, door Onze barmhartigheid zijn broeder Aäron als profeet
87 21, 75 | En Wij namen hem in Onze barmhartigheid op, want hij was een der
88 21, 84 | daarnevens, als een bewijs Onzer barmhartigheid en als een herinnering voor
89 24, 10 | door Allah's genade en Zijn barmhartigheid voor u (dan waart gij verloren
90 24, 14 | door Allah's genade en Zijn barmhartigheid jegens u in deze wereld
91 24, 20 | door Allah's genade en Zijn barmhartigheid voor u en dat Allah Liefderijk
92 24, 21 | door Allah's genade en Zijn barmhartigheid voor u geweest, dan zou
93 24, 56 | boodschapper, opdat gij barmhartigheid moogt ontvangen. ~
94 25, 48 | blijde aankondiging voor Zijn barmhartigheid uitzendt en Wij zenden zuiver
95 27, 19 | behaagt en laat mij door Uw barmhartigheid tot Uw rechtvaardige dienaren
96 27, 46 | vergiffenis aan Allah, opdat u barmhartigheid betoond moge worden?" ~
97 27, 63 | tijdingen (regen) door Zijn barmhartigheid? Is er een God naast Allah?
98 27, 77 | voorwaar, het is richtsnoer en barmhartigheid voor de gelovigen. ~
99 28, 46 | Mozes) riepen. Maar uit barmhartigheid van uw Heer zijt gij gezonden,
100 28, 73 | 73. Het is door Zijn barmhartigheid dat Hij nacht en dag voor
101 28, 86 | geopenbaard; maar het is een barmhartigheid van uw Heer; wees daarom
102 29, 21 | wie Hij wil en Hij toont barmhartigheid aan wie Hem behaagt en tot
103 29, 23 | geloven, wanhopen aan Zijn barmhartigheid; dezen zullen een smartelijke
104 29, 51 | voorgelezen? Voorwaar, hierin is barmhartigheid en aanzien voor een volk
105 30, 33 | en als Hij hen van Zijn barmhartigheid heeft doen smaken, ziet!
106 30, 36 | En wanneer Wij de mensen barmhartigheid doen smaken, verheugen zij
107 30, 50 | de kentekenen van Allah's barmhartigheid: hoe Hij de aarde doet herleven
108 33, 17 | met kwaad wil treffen of barmhartigheid betonen? En zij zullen voor
109 33, 24 | wil, of Zich tot hen in barmhartigheid wenden. Voorwaar, Allah
110 33, 73 | En Allah wendt zich in barmhartigheid tot gelovige mannen en vrouwen,
111 35, 2 | 2. Wat Allah de mens aan barmhartigheid schenkt, is door niemand
112 36, 44 | 44. Dan door Onze barmhartigheid en als tijdelijk genot (
113 36, 45 | hetgeen achter u is, opdat u barmhartigheid moge worden betoond." ~
114 38, 9 | Bezitten zij de schatten der barmhartigheid van uw Heer, de Machtige,
115 38, 43 | evenveel bovendien, als een barmhartigheid van Ons en als les voor
116 39, 9 | Hiernamaals vreest en hoopt op de barmhartigheid van zijn Heer. Zeg: "Zijn
117 39, 38 | verwijderen? Of als Hij mij barmhartigheid wil tonen, kunnen zij Zijn
118 39, 38 | wil tonen, kunnen zij Zijn barmhartigheid dan tegenhouden?" Zeg: "
119 39, 53 | geweest, wanhoopt niet aan de barmhartigheid van Allah, voorzeker Allah
120 40, 7 | omvat alle dingen in Uw barmhartigheid en kennis. Vergeef daarom
121 40, 9 | behoedt, hem betoont Gij zeker barmhartigheid. En dat is de grootste zegepraal." ~
122 41, 50 | 50. En als Wij hem barmhartigheid tonen nadat enige kommer
123 42, 8 | gemaakt, maar Hij laat in Zijn barmhartigheid toe wie Hij wil. Doch de
124 42, 28 | regen nederzendt en Zijn barmhartigheid uitspreidt nadat men daaraan
125 42, 48 | wanneer Wij de mens Onze barmhartigheid betuigen, verheugt hij zich
126 43, 32 | 32. Delen deze de barmhartigheid van uw Heer uit? Wij zijn
127 43, 32 | werk mogen stellen. En de barmhartigheid van uw Heer is beter dan
128 44, 6 | 6. Als een barmhartigheid van uw Heer; waarlijk, Hij
129 45, 20 | mensen en een richtsnoer en barmhartigheid aan een volk dat zekerheid
130 45, 30 | hun Heer zal hen in Zijn barmhartigheid toelaten. Dat is de openlijke
131 46, 12 | Mozes een leiding en een barmhartigheid: en dit Boek (de Koran)
132 48, 25 | niet) opdat Hij in Zijn barmhartigheid zou opnemen wie Hij wil.
133 49, 10 | weest godvruchtig opdat u barmhartigheid moge worden betoond. ~
134 57, 13 | in. Aan de binnenkant zal barmhartigheid zijn en aan de buitenkant
135 57, 27 | legden zachtmoedigheid en barmhartigheid in het hart zijner volgelingen.
136 57, 28 | dubbel aandeel van Zijn barmhartigheid geven en u een licht verschaffen
137 58, 13 | en Allah heeft zich met barmhartigheid tot u gewend, houdt dan
138 73, 20 | daarom heeft Hij Zich in barmhartigheid tot u gewend. Zegt dan zoveel
139 76, 31 | 31. Hij laat tot Zijn barmhartigheid ingaan wie Hij wil, en voor
140 90, 17 | die elkander aansporen tot barmhartigheid. ~
|