Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
waarom 76
waaromtrent 8
waaronder 2
waarop 135
waarover 35
waarschijnlijk 13
waarschuw 13
Frequency    [«  »]
140 barmhartigheid
139 al
137 grote
135 waarop
134 andere
134 zien
132 boodschappers

Koran

IntraText - Concordances

waarop

    Sura, Verse
1 2, 48 | niet zal kunnen helpen, waarop voor haar noch voorspraak 2 2, 123| 123. En vreest de Dag, waarop geen ziel een andere ziel 3 2, 123| andere ziel van nut kan zijn, waarop geen losprijs van haar zal 4 2, 254| geschonken, voordat de dag komt, waarop noch handel, noch vriendschap, 5 2, 264| die met aarde is bedekt, waarop een stortregen valt, welke 6 2, 281| 281. En vreest de dag, waarop gij tot Allah zult worden 7 3, 25 | geen twijfel bestaat en waarop elke ziel voor hetgeen zij 8 3, 30 | 30. (Gedenkt) de Dag, waarop iedere ziel zich geplaatst 9 3, 106| 106. Op den dag, waarop sommige gezichten verlicht 10 3, 155| diegenen onder u die op de dag waarop de twee scharen elkander 11 3, 166| En hetgeen u op de dag waarop de twee partijen elkander 12 5, 109| 109. Gedenkt de dag, waarop Allah de boodschappers zal 13 5, 116| zou nooit kunnen zeggen, waarop ik geen recht had. Indien 14 5, 119| zeggen: "Dit is een dag waarop waarachtigheid de waarachtigen 15 6, 22 | 22. (Gedenk) de Dag, waarop Wij hen allen zullen verzamelen, 16 6, 73 | werkelijkheid schiep. En de dag, waarop Hij zegt: "Wees", wordt 17 6, 73 | het koninkrijk op de Dag waarop de bazuin zal worden geblazen. 18 6, 128| 128. De Dag, waarop Hij hen allen tezamen zal 19 7, 14 | mij uitstel tot aan de Dag waarop zij zullen worden opgewekt." ~ 20 7, 53 | verklaring daarvan? De Dag, waarop deze komen zal, zullen degenen 21 7, 163| van het water, maar de dag waarop zij geen Sabbath hielden 22 8, 41 | onderscheiding nederzonden, de dag waarop de twee legers elkander 23 9, 35 | 35. Op de Dag, waarop het (geld) in het Vuur der 24 9, 36 | verordening twaalf sinds de tijd waarop Hij de hemelen en de aarde 25 9, 77 | te wekken tot aan de Dag, waarop zij Hem zullen ontmoeten, 26 9, 92 | antwoorddet: "Ik kan niets vinden waarop ik u kan doen rijden." Zij 27 10, 28 | 28. En de Dag waarop Wij hen allen zullen verzamelen, 28 10, 45 | 45. En de Dag, waarop Hij hen zal verzamelen, 29 11, 8 | haar?" Ziet toe! de dag waarop zij over hen komt zal niemand 30 11, 71 | bij en verwonderde zich, waarop Wij haar de blijde tijding 31 11, 103| Hiernamaals vreest. Dat is een dag waarop de mensheid zal worden verzameld 32 11, 105| 105. De dag, waarop het komt, zal geen ziel 33 14, 18 | dat hun werken als as zijn waarop de wind hevig waait op een 34 14, 31 | voordat er een dag komt, waarop er handel noch vriendschap 35 14, 41 | en de gelovigen op de Dag waarop de afrekening zal plaatsvinden." ~ 36 14, 42 | slechts uitstel tot de Dag waarop zij zullen staren, ~ 37 14, 44 | waarschuw de mensen voor de Dag waarop kastijding over hen zal 38 14, 48 | 48. De dag (zal komen) waarop de aarde en de hemel door 39 15, 36 | mij dan uitstel tot de Dag waarop zij zullen worden opgewekt." ~ 40 16, 80 | licht vindt, op de tijd waarop gij reist en op de tijd 41 16, 80 | gij reist en op de tijd waarop gij halt maakt; en van hun 42 16, 84 | 84. En de dag, waarop Wij uit elk volk een getuige 43 16, 89 | 89. En (gedenk) de dag waarop Wij onder elk volk een getuige 44 16, 111| 111. De dag waarop elke ziel voor zichzelf 45 17, 28 | barmhartigheid van uw Heer waarop gij hoopt, spreek tot hen 46 17, 52 | 52. De Dag waarop Hij u zal roepen zult gij 47 17, 71 | 71. (Gedenk) de Dag waarop Wij elk volk met zijn leider 48 18, 47 | 47. En (gedenk) de dag waarop Wij de bergen zullen verzetten 49 18, 52 | 52. (Gedenk) de dag waarop Hij zal zeggen: "Roept degenen 50 18, 71 | hij maakte er een gat in. Waarop Mozes uitriep: "Hebt gij 51 19, 15 | eveneens met hem zijn op de dag waarop hij weer tot leven zal worden 52 19, 85 | 85. Ten dage waarop Wij de godvrezenden in groepen 53 20, 18 | antwoordde: "Dit is mijn staf waarop ik leun, en waarmee ik bladeren 54 20, 102| 102. De Dag waarop de bazuin zal worden geblazen 55 20, 107| 107. "Waarop gij generlei inzinking of 56 21, 104| 104. De Dag, waarop Wij de hemelen zullen oprollen 57 22, 2 | 2. De Dag waarop elke zogende vrouw haar 58 23, 100| een hindernis tot de Dag waarop zij gewekt zullen worden. ~ 59 24, 24 | 24. Op de Dag waarop hun tong, hun handen en 60 24, 37 | betalen, zij vrezen de Dag waarop harten en ogen zich zullen 61 24, 64 | toestand goed. En de Dag waarop zij tot Hem zullen worden 62 25, 17 | 17. En de Dag waarop Hij de ongelovigen en degenen 63 25, 22 | 22. De Dag waarop zij de engelen zullen zien, 64 25, 25 | 25. En de Dag waarop de hemel met de wolken zal 65 25, 27 | 27. De Dag waarop de onrechtvaardige op zijn 66 25, 40 | voorzeker de stad voorbij, waarop een boze regen was gevallen. 67 26, 63 | Tref de zee met uw staf." Waarop zij vaneen week en elk gedeelte 68 26, 87 | verneder mij niet op de Dag waarop de mensen zullen worden 69 26, 88 | 88. De Dag waarop rijkdom noch kinderen zullen 70 27, 83 | 83. En op de Dag waarop Wij van elk volk degenen 71 27, 87 | 87. En de Dag, waarop de bazuin zal worden geblazen, 72 28, 15 | stad binnen op een tijdstip waarop de bewoners achteloos waren, 73 28, 74 | 74. Gedenkt de dag waarop Hij hen zal oproepen en 74 29, 55 | 55. Op de Dag waarop de straf hen zal overweldigen 75 30, 12 | 12. En de Dag, waarop het Uur zal komen, zullen 76 30, 14 | 14. Op de Dag, waarop het Uur zal komen, zullen 77 30, 55 | 55. De Dag waarop het Uur zal komen zullen 78 31, 33 | uw Heer, en ducht de Dag waarop geen vader zijn zoon iets 79 33, 27 | rijkdommen erven en ook een land waarop gij nog nooit een voet had 80 33, 44 | 44. De Dag waarop zij Hem zullen ontmoeten 81 33, 66 | 66. De Dag waarop hun gezicht zich in het 82 34, 40 | 40. En de Dag waarop Hij hen allen tezamen zal 83 36, 14 | zij verloochenden dezen waarop wij hen met een derde versterkten 84 36, 42 | iets dergelijks scheppen, waarop zij zullen varen. ~ 85 38, 79 | mij dan uitstel tot de Dag waarop zij zullen worden opgewekt." ~ 86 40, 16 | 16. De Dag waarop zij naar voren zullen komen - 87 40, 33 | 33. Een Dag waarop gij u zult afwenden om te 88 40, 46 | blootgesteld. En de Dag waarop het Uur zal komen, zal er 89 40, 51 | dezer wereld en op de Dag waarop de getuigen zullen opstaan. ~ 90 40, 52 | 52. De Dag, waarop de verontschuldiging van 91 41, 19 | 19. Op de dag waarop Allah's vijanden, in groepen 92 41, 47 | met Zijn kennis. En de Dag waarop Hij tot hen zal roepen: " 93 43, 12 | heeft gegeven en dieren waarop gij rijdt, ~ 94 43, 33 | voor hun huizen en trappen waarop zij naar boven konden lopen 95 43, 34 | hun huizen; en rustbanken, waarop zij konden rusten, ~ 96 44, 10 | 10. Maar wacht op de Dag waarop de hemel een zichtbare damp 97 44, 16 | 16. De de dag, waarop Wij hen met een machtige 98 44, 41 | 41. De Dag waarop een vriend de vriend niets 99 45, 27 | hemelen en der aarde; de Dag waarop het Uur aanbreekt, zullen 100 46, 20 | 20. De Dag, waarop de ongelovigen aan het Vuur 101 46, 34 | 34. En de Dag, waarop de ongelovigen aan het Vuur 102 46, 35 | hen niet haastig. De Dag, waarop zij zullen zien waarmede 103 50, 41 | 41. En luister! De Dag, waarop de omroeper vanuit een dichtbijzijnde 104 50, 42 | 42. De Dag, waarop zij de kreet in werkelijkheid 105 50, 44 | 44. De Dag, waarop de aarde onder hen vaneen 106 52, 9 | 9. De Dag waarop de hemel in beweging zal 107 52, 13 | 13. De Dag waarop zij in het Vuur der hel 108 52, 45 | totdat zij hun Dag ontmoeten waarop zij in onmacht zullen neervallen. ~ 109 52, 46 | 46. De Dag, waarop hun samenzwering hen niets 110 54, 6 | daarom van hen af. De Dag waarop de aankondiger hen zal roepen 111 54, 48 | 48. De Dag, waarop zij met hun aangezicht in 112 57, 12 | 12. En de Dag waarop gij de gelovige mannen en 113 57, 13 | 13. Op de Dag, waarop huichelaars en huichelaarsters 114 58, 6 | 6. De Dag, waarop Allah hen allen tezamen 115 58, 14 | bevrienden met een volk, waarop Allah vertoornd was? Zij 116 58, 18 | 18. De Dag waarop Allah hen allen zal opwekken, 117 66, 8 | rivieren stromen, op de Dag waarop Allah de profeet alsmede 118 68, 42 | 42. Op de Dag, waarop men beangstigd wordt, zullen 119 70, 8 | 8. De Dag waarop de hemelen als gesmolten 120 70, 43 | 43. De Dag waarop zij zich uit hun graven 121 73, 14 | 14. Er zal een Dag komen waarop de aarde en de bergen zullen 122 73, 17 | beveiligen voor de Dag, waarop de kinderen grijze haren 123 77, 35 | 35. Dit is een Dag waarop zij (de schuldigen) niet 124 78, 18 | 18. De Dag waarop de bazuin wordt geblazen; 125 78, 38 | 38. De Dag waarop de Geest en de (andere) 126 78, 40 | is gewaarschuwd; de Dag waarop de mens zal zien wat hij 127 78, 40 | hij heeft uitgevoerd en (waarop) de ongelovige zal zeggen: " 128 79, 6 | 6. De Dag waarop de bevende (aarde) zal beven, ~ 129 79, 35 | 35. De Dag waarop de mens zich zal herinneren 130 79, 46 | 46. Op de dag waarop zij dit zullen zien, (zal 131 80, 34 | 34. De Dag waarop een man van zijn broeder 132 82, 19 | 19. De Dag waarop een ziel iets vermag voor 133 83, 6 | 6. De Dag, waarop de mensheid voor de Heer 134 86, 9 | 9. Op de Dag waarop de geheimen zullen worden 135 101, 4 | 4. Een Dag waarop de mensen als motten verstrooid


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License