Sura, Verse
1 2, 9 | bedriegen, zij misleiden echter niemand dan zichzelf en zij beseffen
2 2, 26 | Hij daardoor terecht - en niemand laat Hij daarmede dwalen,
3 2, 83 | Israëls, zeiden Wij, dat gij niemand zult aanbidden, dan Allah
4 2, 99 | duidelijke tekenen gegeven en niemand, dan de overtreders, verwerpt
5 2, 102| Maar deze beiden leerden niemand, voordat zij hadden gezegd: "
6 2, 102| vrouw, maar zij schaden er niemand mede, tenzij door Allah'
7 2, 111| 111. En zij zeggen: "Niemand, behalve de Joden en de
8 2, 213| waarin zij verschilden. En niemand verschilde er over, dan
9 2, 269| overvloedig begiftigd en niemand trekt er lering uit, behalve
10 3, 7 | de verkeerde uitleg. En niemand kent de juiste uitleg dan
11 3, 7 | geheel is van onze Heer"; en niemand trekt er lering uit, dan
12 3, 64 | overeenstemmen: dat wij niemand dan Allah aanbidden en dat
13 3, 69 | doen dwalen, maar zij doen niemand dwalen dan zichzelf; en
14 3, 153| gij wegvluchttet en naar niemand omzaagt, terwijl de boodschapper
15 3, 160| Als Allah u helpt, zal niemand u overweldigen, maar als
16 4, 113| vernietigen, maar zij vernietigen niemand dan zichzelf en zij kunnen
17 4, 117| godinnen dingen en zij roepen niemand aan dan Satan, de opstandige. ~
18 4, 159| 159. Er is niemand onder de mensen van het
19 5, 20 | en Hij u gaf, wat Hij aan niemand onder de volkeren heeft
20 5, 25 | Heer, ik heb macht over niemand dan over mijzelf en mijn
21 6, 17 | door schade treft, is er niemand die dit kan afwenden dan
22 6, 26 | verre van. En zij deren niemand dan zichzelven, zij bemerken
23 6, 34 | hulp tot hen kwam. Er is niemand die de woorden van Allah
24 6, 59 | sleutels van het onzienlijke; niemand kent dit, behalve Hij. En
25 6, 91 | zeggen: "Allah heeft aan niemand iets geopenbaard." Zeg: "
26 6, 115| rechtvaardigheid vervuld. Niemand kan Zijn woorden veranderen;
27 6, 138| die oogsten zijn verboden, niemand zal er van eten, dan wie
28 7, 80 | gij een gruweldaad zoals niemand ter wereld ooit vóór u pleegde?" ~
29 7, 99 | voor Allah's voornemen? En niemand waant zich veilig voor Allah'
30 7, 187| is slechts bij mijn Heer. Niemand dan Hij kan het op zijn
31 8, 48 | schoon schijnen en zeide: "Niemand onder de mensen zal deze
32 9, 16 | die (voor Hem) strijden en niemand buiten Allah en Zijn boodschapper
33 9, 18 | en de Zakaat betaalt en niemand vreest behalve Allah. Dezen
34 10, 27 | hen bedekken. Zij zullen niemand hebben om hen tegen Allah
35 10, 37 | En deze Koran kon door niemand buiten Allah worden voortgebracht.
36 10, 83 | 83. En niemand geloofde Mozes, dan enige
37 10, 107| door het kwade treft, is er niemand die dit kan verwijderen
38 10, 107| goede voor u wenst, is er niemand die Zijn genade kan beletten.
39 11, 8 | waarop zij over hen komt zal niemand haar kunnen afwenden, en
40 11, 26 | 26. Dat gij niemand dan Allah zult aanbidden.
41 11, 27 | zoals wij en wij zien dat niemand u heeft gevolgd, behalve
42 11, 36 | aan Noach geopenbaard: "Niemand onder uw volk zal geloven,
43 11, 81 | gedurende de nacht, laat niemand uwer omkijken dan uw vrouw.
44 12, 87 | de genade van Allah, want niemand wanhoopt aan Allah's barmhartigheid
45 13, 41 | verminderend Allah besluit en niemand kan Zijn besluit omverwerpen.
46 14, 9 | degenen (die) na hen (kwamen)? Niemand behalve Allah kent ze. Hun
47 15, 65 | volg achter hen. En laat niemand uwer omkijken en gaat waarheen
48 16, 79 | onderdanigheid worden gehouden? Niemand houdt ze tegen dan Allah.
49 17, 2 | Israël, zeggende: "Neemt niemand buiten Mij als Voogd." ~
50 17, 23 | bevolen, zeggende: "Aanbidt niemand anders dan Mij en betoont
51 17, 33 | 33. En doodt niemand die Allah heilig heeft verklaard,
52 17, 102| Voorzeker gij weet dat niemand anders dan de Heer der Hemelen
53 18, 19 | vriendelijk gedragen en niemand omtrent ons inlichten." ~
54 18, 22 | kent hun getal het beste. Niemand kent hen, enkelen uitgezonderd."
55 18, 26 | Zijn koninkrijk laat Hij niemand deelnemen. ~
56 18, 27 | geopenbaard in het Boek. Er is niemand, die Zijn woorden kan veranderen
57 18, 38 | Die mijn Heer is, ik zal niemand met mijn Heer vereenzelvigen." ~
58 18, 42 | hij zeide: "Had ik maar niemand met mijn Heer vereenzelvigd." ~
59 18, 47 | mensen) zullen verzamelen en niemand hunner zullen Wij achterlaten. ~
60 18, 49 | zich zien en uw Heer zal niemand onrecht aandoen. ~
61 18, 74 | een onschuldige gedood die niemand had vermoord? Voorwaar,
62 18, 110| aanbidding van zijn Heer niemand anders met Hem vereenzelvigen." ~~
63 19, 7 | zijn. Wij hebben voordien niemand aan hem gelijk gemaakt." ~
64 19, 10 | opeenvolgende dagen en nachten tot niemand zult spreken." ~
65 19, 26 | derhalve zal ik heden met niemand spreken.'" ~
66 19, 71 | 71. Er is niemand onder u of hij zal er toe
67 19, 93 | 93. Er is niemand in de hemelen en op de aarde
68 21, 28 | achter hen is, zij zijn voor niemand voorspraak behalve voor
69 21, 34 | 34. Wij hebben aan niemand vóór u een eeuwig leven
70 22, 18 | die Allah vernedert, kan niemand verheffen. Voorwaar, Allah
71 22, 38 | Voorzeker, Allah heeft niemand lief die oneerlijk, ondankbaar
72 24, 21 | voor u geweest, dan zou niemand uwer ooit rein zijn geworden,
73 24, 28 | 28. En indien gij niemand daarin vindt, gaat ze niet
74 27, 65 | 65. Zeg: "Niemand in de hemelen en op aarde
75 28, 80 | werken doen; en het zal niemand worden geschonken behalve
76 29, 28 | verricht een gruweldaad die niemand onder het mensdom ooit vóór
77 30, 43 | voordat de Dag komt, die door niemand afgewend kan worden buiten
78 31, 32 | hunner de rechte weg. En niemand verloochent Onze tekenen
79 32, 17 | 17. Maar niemand weet welke verkwikking der
80 33, 39 | vrezen Hem en buiten Allah niemand. Allah is Toereikend om
81 34, 17 | ondankbaarheid, en Wij straften niemand behalve de ondankbaren. ~
82 35, 2 | barmhartigheid schenkt, is door niemand tegen te houden; en wat
83 35, 2 | terug houdt, kan buiten Hem, niemand schenken; Hij is de Almachtige,
84 35, 14 | uw afgoderij verwerpen. Niemand kan u (omtrent de waarheid)
85 35, 41 | elkaar zouden vallen, zou niemand buiten Hem ze bij elkander
86 37, 162| 162. Gij kunt niemand verleiden tegen Hem. ~
87 38, 35 | koninkrijk hetwelk na mij voor niemand anders is; zeker, Gij zijt
88 39, 37 | En wie Allah leidt zal niemand kunnen doen afdwalen. Is
89 40, 4 | 4. Niemand betwist de woorden van Allah
90 40, 13 | de hemel nederzendt; maar niemand trekt er lering uit behalve
91 40, 21 | hun zonden en zij hadden niemand om hen tegen Allah te beschermen. ~
92 41, 35 | 35. Maar het is niemand gegeven behalve de geduldigen
93 41, 47 | antwoorden: "Wij verklaren U, dat niemand van ons getuige is." ~
94 42, 47 | voordat Allah's Dag komt die niemand zal kunnen tegenhouden.
95 46, 35 | verkondiging is aan u en niemand wordt vernietigd dan het
96 52, 8 | 8. Er is niemand die haar kan afwenden. ~
97 53, 14 | 14. Bij de Lotusboom waar niemand voorbij mag gaan, ~
98 53, 58 | 58. Niemand behalve Allah kan het ontsluieren. ~
99 56, 79 | 79. Dat niemand zal aanraken behalve zij
100 63, 11 | 11. En Allah geeft niemand uitstel wanneer zijn tijd
101 67, 19 | uitspreiden en in- eenvouwen? Niemand behalve de Barmhartige houdt
102 69, 37 | 37. Dat niemand dan de zondaren zal gebruiken. ~
103 70, 2 | Over de ongelovigen, die niemand kan weerhouden, ~
104 72, 2 | geloofd, en wij zullen stellig niemand met onze Heer vereenzelvigen. ~
105 72, 18 | aan Allah; roept daarom niemand naast Allah aan." ~
106 72, 20 | Heer en ik vereenzelvig niemand met Hem." ~
107 72, 22 | 22. Zeg: "Voorzeker, niemand kan mij tegen Allah beschermen,
108 72, 26 | onzienlijke en Hij geeft niemand overvloedig kennis van Zijn
109 74, 31 | wil en leidt wie Hij wil. Niemand kent de legerscharen van
110 76, 24 | van uw Heer en gehoorzaam niemand die onder hen zondig of
111 78, 37 | tussen is, de Barmhartige. Niemand zal Hem kunnen aanspreken. ~
112 83, 12 | 12. En niemand behalve de zondige overtreder
113 89, 25 | 25. Niemand straft zoals Hij op die
114 90, 5 | 5. Denkt hij dat niemand macht over hem heeft? ~
115 90, 7 | 7. Denkt hij dat niemand hem ziet? ~
116 92, 15 | 15. Niemand zal er binnengaan dan de
117 92, 19 | 19. En niemand heeft Hem een gunst bewezen
118 112, 4 | 4. En niemand is Hem in enig opzicht gelijk." ~~
|