bold = Main text
Sura, Verse grey = Comment text
1 Voo | klinken: ~"Alle lof komt Allah toe de Heer der Werelden."~'
2 2, 13 | dwazen hebben geloofd?" Ziet toe! Zij zijn het die dwaas
3 2, 116| op aarde is, behoort Hem toe en alles gehoorzaamt Hem. ~
4 3, 37 | vertrouwde haar aan Zacharia toe. Telkens, wanneer Zacharia
5 3, 50 | van wat u was verboden toe te staan; vreest daarom
6 3, 108| wenst de werelden geen kwaad toe. ~
7 4, 46 | wij gehoorzamen" en "hoort toe" en ,,Kijk ons aan" het
8 5, 21 | en keert het niet de rug toe, anders zult gij verliezers
9 5, 30 | kwade neiging dreef hem er toe zijn broeder te doden, dus
10 6, 1 | 1. Alle lof komt Allah toe, Die de hemelen en de aarde
11 6, 31 | hun ruggen dragen. Ziet toe, wat zij dragen is zeker
12 6, 45 | afgesneden. Alle lof komt Allah toe, de Heer der Werelden. ~
13 6, 64 | deelgenoten (medegoden) aan Hem toe." ~
14 6, 65 | boven of van onder u straf toe te zenden, u in groepen
15 6, 100| kennis, zonen en dochters toe. Heilig is Hij en verheven
16 6, 113| Hiernamaals geloven er zich toe neigen en zij er tevreden
17 7, 43 | zeggen: "Alle lof komt Allah toe, Die ons hiertoe heeft geleid.
18 7, 131| zeiden zij: "Dit komt ons toe." En als hen kwaad overkwam,
19 7, 131| schreven zij de tegenspoed toe aan Mozes en zijn metgezellen.
20 7, 150| en sleepte hem naar zich toe. Hij (Aäron) zeide: "Zoon
21 7, 151| ons tot Uw barmhartigheid toe want Gij zijt de Allergenadigste. ~
22 7, 190| zij deelgenoten aan Hem toe, betreffende hetgeen Hij
23 8, 15 | wendt hun dan niet uw rug toe. ~
24 8, 61 | neigen, neigt u er dan ook toe en legt uw vertrouwen in
25 9, 37 | Het ene jaar staan zij het toe en het andere jaar verbieden
26 9, 42 | Allah zweren: "Als wij er toe in staat waren geweest,
27 9, 43 | Waarom stondt gij het hun toe, voordat degenen die de
28 9, 99 | zegeningen van de profeet. Ziet toe! Het is stellig voor hen
29 10, 10 | zijn: "Alle lof komt Allah toe, de Heer der Werelden." ~
30 10, 20 | onzienlijke behoort alleen Allah toe. Wacht, ik ben met u onder
31 10, 55 | 55. Ziet toe! aan Allah behoort al hetgeen
32 10, 107| beletten. Hij kent haar toe aan diegene van Zijn dienaren,
33 11, 8 | Wie weerhoudt haar?" Ziet toe! de dag waarop zij over
34 11, 18 | tegen hun Heer logen." Ziet toe! de vloek van Allah rust
35 11, 78 | volk kwam haastig naar hem toe. Ook voordien plachten zij
36 11, 89 | vijandigheid jegens mij u niet er toe leiden, dat hetzelfde u
37 11, 101| voegden hun slechts verderf toe. ~
38 12, 31 | tot Jozef): "Ga naar hen toe." En toen zij hem zagen
39 12, 106| zonder medegoden aan Hem toe te schrijven. ~
40 13, 16 | zij aan Allah medegoden toe die iets, op Zijn schepping
41 13, 17 | waarheid en de valsheid toe. Wat nu het schuim betreft,
42 13, 28 | gedachtenis aan Allah. Ziet toe! in het gedenken van Allah
43 13, 33 | zij medegoden aan Allah toe. Zeg: "Noemt hen." Zoudt
44 15, 4 | verwoest of het besluit er toe was bekend gemaakt. ~
45 16, 57 | schrijven dochters aan Allah toe - Heilig is Hij - en zichzelf
46 16, 62 | zij schrijven aan Allah toe waar zij niet van houden (
47 16, 62 | Ongetwijfeld komt het vuur hun toe waaraan zij zullen worden
48 16, 74 | geen gelijken aan Allah toe. Voorzeker Allah weet (alles),
49 16, 75 | gelijk? Alle lof komt Allah toe! Maar de meesten hunner
50 17, 18 | daarna kennen Wij hem de hel toe waarin hij zal branden,
51 17, 46 | wenden zij u in afkeer de rug toe. ~
52 17, 111| Zeg: "Alle lof komt Allah toe Die Zich geen zoon heeft
53 18, 25 | en voegden er negen aan toe. ~
54 19, 24 | boodschapper) haar van beneden toe, zeggende: "Treur niet.
55 19, 25 | stam van de palmboom naar u toe, deze zal verse, rijpe dadels
56 19, 71 | niemand onder u of hij zal er toe komen - dit is een door
57 20, 47 | 47. "Gaat dus naar hem toe en zegt: 'Wij zijn de boodschappers
58 20, 66 | hem wegens hun toverkunst toe, dat hun koorden en staven
59 22, 73 | al zouden zij daar allen toe samenwerken. En indien een
60 23, 84 | Zeg: "Wie behoort de aarde toe en al hetgeen daarop is,
61 24, 49 | zouden zij ijlings naar hem toe komen. ~
62 25, 24 | op die Dag er beter aan toe zijn betreffende het tehuis,
63 26, 3 | Wellicht zult gij ten dode toe treuren omdat zij niet geloven. ~
64 27, 8 | kwam, riep een stem hem toe: "Gezegend is hij, die in
65 29, 8 | indien zij trachten u er toe te brengen dat gij iets
66 29, 65 | schrijven deelgenoten aan Hem toe. ~
67 30, 33 | hunner aan hun Heer medegoden toe. ~
68 30, 39 | bezitten; het neemt niet toe bij Allah; maar wat gij
69 31, 13 | geen medegoden aan Allah toe; afgoderij is inderdaad
70 33, 18 | broeders zeggen: "Komt naar ons toe," en die zich weinig met
71 33, 56 | hem vrede met alle eerbied toe. ~
72 33, 72 | de bergen aan, hun (iets) toe te vertrouwen, maar zij
73 34, 1 | 1. Alle roem komt Allah toe aan Wie alles behoort wat
74 34, 1 | is en Hem komt alle Lof toe in het Hiernamaals; Hij
75 35, 1 | 1. Alle lof komt Allah toe, de Schepper der hemelen
76 35, 1 | Hij voegt aan de schepping toe wat Hij wil; want Allah
77 37, 94 | haastten zich naar hem toe. ~
78 37, 104| 104. Riepen Wij hem toe: "O Abraham, ~
79 38, 61 | dubbele straf in het Vuur toe." ~
80 39, 3 | oprechte gehoorzaamheid toe. En degenen, die naast Hem
81 39, 15 | hebben benadeeld." Ziet toe, dit is het duidelijke verlies. ~
82 40, 44 | vertrouw mijn zaak aan Allah toe. Voorwaar, Allah ziet Zijn
83 41, 50 | zeker zeggen: "Dit komt mij toe en ik denk niet dat het
84 41, 54 | 54. Ziet toe! Zij zijn in twijfel over
85 42, 5 | die op aarde zijn. Ziet toe! Allah is de Vergevensgezinde,
86 42, 8 | laat in Zijn barmhartigheid toe wie Hij wil. Doch de onrechtvaardigen
87 42, 18 | het de Waarheid is. Ziet toe! Zij die over het Uur redetwisten
88 42, 45 | Opstanding hebben verloren." Ziet toe! de onrechtvaardigen zullen
89 42, 53 | aarde is, toebehoort. Ziet toe, tot Allah is de terugkeer
90 43, 18 | Schrijft gij iemand aan God toe) die omhangen met sieraden
91 43, 51 | van Egypte niet aan mij toe? En stromen deze rivieren
92 45, 36 | 36. Alle lof komt Allah toe, de Heer der hemelen en
93 48, 15 | buit kunt maken: "Sta ons toe u te volgen." Zij wensen
94 50, 8 | iedere dienaar die zich er toe wendt. ~
95 51, 53 | Hebben zij elkander er toe aangespoord? Neen, zij zijn
96 56, 84 | 84. En gij ziet toe - op dat ogenblik ~
97 57, 4 | nederkomt en wat er naar toe opstijgt. Hij is met u waar
98 58, 18 | zij iets bereiken. Ziet toe, zij zijn zeker leugenaars. ~
99 58, 19 | tot Satans partij. Ziet toe, Satans partij is de verliezer. ~
100 70, 36 | ongelovigen die zich naar u toe spoeden ~
|