bold = Main text
     Sura, Verse                                         grey = Comment text

 501   4, 60 |                   de opstandigen ofschoon het hun was geboden, dezen te
 502   4, 60 |                   Satan wenst hen ver van het rechte pad te doen afdwalen. ~
 503   4, 62 |                               62. Hoe kan het dan dat, wanneer een rampspoed
 504   4, 62 |                    wij beoogden niets dan het goede (te doen) en verzoening?" ~
 505   4, 63 |                     63. Allah weet wat in het hart van dezen is. Wend
 506   4, 66 |             verlaat uw huizen" zouden zij het met uitzondering van weinigen
 507   4, 66 |                  doen, hadden gedaan, zou het voor hen zeker goed zijn
 508   4, 66 |                zeker goed zijn geweest en het, beste ter versterking (
 509   4, 68 |                   Wij zouden hen zeker op het rechte pad hebben geleid. ~
 510   4, 74 |                   tegenwoordig leven voor het leven in het Hiernamaals
 511   4, 74 |                   leven voor het leven in het Hiernamaals willen offeren,
 512   4, 77 |                Weerhoudt uw handen, houdt het gebed en betaalt de Zakaat? "
 513   4, 77 |                   de Zakaat? " En wanneer het strijden hun is voorgeschreven,
 514   4, 77 |                 Heer, waarom hebt Gij ons het strijden voorgeschreven?
 515   4, 77 |                  uitstel verleend?" Zeg: "Het voordeel van deze wereld
 516   4, 77 |                  deze wereld is gering en het Hiernamaals zal beter zijn
 517   4, 77 |               Allah vreest. En u zal niet het minste onrecht worden aangedaan. ~
 518   4, 78 |              scheelt deze mensen, dat zij het woord niet willen begrijpen? ~
 519   4, 83 |               over vrees, verspreiden zij het en indien zij het naar de
 520   4, 83 |         verspreiden zij het en indien zij het naar de boodschapper hadden
 521   4, 83 |                   dan zouden degenen, die het konden verwerken, het zeker
 522   4, 83 |                 die het konden verwerken, het zeker hebben begrepen. En
 523   4, 84 |                   spoor de gelovigen aan. Het kan zijn, dat Allah de macht
 524   4, 84 |             sterker in macht en streng in het opleggen van straf. ~
 525   4, 85 |                                   85. Wie het goede bijvalt, zal er aandeel
 526   4, 85 |                 aandeel aan hebben en wie het kwade bijvalt zal er een
 527   4, 92 |                                       92. Het betaamt een gelovige niet,
 528   4, 92 |                   erfgenamen, tenzij deze het uit liefdadigheid kwijtschelden.
 529   4, 95 |                  en aan ieder heeft Allah het goede beloofd. Allah zal
 530   4, 97 |                 antwoorden: "Wij waren in het land machteloos." Zij (de
 531   4, 97 |                   te verhuizen?" Zij zijn het, wier tehuis de hel zal
 532   4, 99 |                            99. Dezen zijn het, wie Allah moge vergeven,
 533   4, 101|                  101. En wanneer gij door het land reist, zal het voor
 534   4, 101|                  door het land reist, zal het voor u geen zonde zijn het
 535   4, 101|                het voor u geen zonde zijn het gebed te bekorten, als gij
 536   4, 102|                 gij in hun midden zijt en het gebed voor hen leidt, laat
 537   4, 103|                          103. Wanneer gij het gebed hebt beëindigd, gedenkt
 538   4, 103|            wanneer gij veilig zijt, houdt het gebed, voorwaar, het gebed
 539   4, 103|                houdt het gebed, voorwaar, het gebed is de gelovigen op
 540   4, 105|                105. Wij hebben u waarlijk het Boek (de Koran), dat. de
 541   4, 109|                   gij zijt degenen die in het tegenwoordige leven voor
 542   4, 113|               zichzelf en zij kunnen u in het geheel niet schaden. En
 543   4, 113|                 schaden. En Allah heeft u het Boek en de Wijsheid nedergezonden
 544   4, 114|             liefdadigheid of goedheid, of het stichten van vrede onder
 545   4, 119|                 en zij zullen de oren van het vee afsnijden en ik zal
 546   4, 121|                           121. Dezen zijn het, wier tehuis de hel is en
 547   4, 121|                 hel is en zij zullen voor het Vuur geen wijkplaats vinden. ~
 548   4, 123|                  wensen van de mensen van het Boek. Wie kwaad doet zal
 549   4, 124|                binnengaan en hem zal niet het geringste onrecht worden
 550   4, 125|                   Allah onderwerpt en die het goede doet en de godsdienst
 551   4, 127|                haar; alsmede hetgeen u in het Boek (de Koran) is verkondigd
 552   4, 127|                  weesmeisjes, aan wie gij het haar toegekende niet geeft
 553   4, 127|           verricht, voorzeker, Allah weet het goed. ~
 554   4, 128|                  van haar man vreest, zal het geen blaam voor hen zijn
 555   4, 128|                   brengen - verzoening is het beste. De mensen zijn tot
 556   4, 129|                 handhaven, hoe gaarne gij het ook zoudt wensen. Maar neigt
 557   4, 131|              zeker degenen aan wie vóór u het Boek werd gegeven en ook
 558   4, 135|                  voor Allah, zelfs al was het tegen uzelf, of ouders en
 559   4, 136|                   Zijn boodschapper en in het Boek dat Hij Zijn boodschapper
 560   4, 136|                  heeft geopenbaard, en in het Boek, dat Hij voordien openbaarde.
 561   4, 140|                   En Hij heeft u reeds in het Boek ( Koran) geopenbaard,
 562   4, 145|                  in de diepste diepte van het Vuur zijn en gij zult voor
 563   4, 148|                 148. Allah houdt niet van het uiten van beledigende taal
 564   4, 148|                   van beledigende taal in het openbaar, behalve door iemand,
 565   4, 152|                dan ook, maken, dezen zijn het, wie Hij spoedig hun beloning
 566   4, 153|                        153. De mensen van het Boek vragen u een Boek uit
 567   4, 153|             gekomen waren, namen zij toch het (gouden) kalf (ter aanbidding)
 568   4, 154|               berg hoog boven hen tijdens het verbond met hen en Wij zeiden: "
 569   4, 155|         verwerping van Allah's tekenen en het ten onrechte doden van de
 570   4, 156|                   156. Om hun ongeloof en het uiten van een kwaadaardige
 571   4, 157|                zij hem (ten dode), - doch het werd hun verward, en zij,
 572   4, 159|               niemand onder de mensen van het Boek die er niet in zal
 573   4, 161|                                161. En om het nemen van rente, ofschoon
 574   4, 161|                 nemen van rente, ofschoon het hun was verboden en het
 575   4, 161|                   het hun was verboden en het onrechtvaardig opslokken
 576   4, 162|            nedergezonden; en degenen, die het gebed houden en degenen,
 577   4, 170|                  gekomen, gelooft daarom; het zal beter voor u zijn. Maar
 578   4, 171|                        171. O, mensen van het Boek, overdrijft in uw godsdienst
 579   4, 171|                    Allah is de enige God. Het is verre van Zijn heiligheid,
 580   4, 172|                 Voorzeker, de Messias zal het nooit versmaden, een dienaar
 581   4, 172|                   engelen dit doen en wie het versmaadt Hem te aanbidden,
 582   4, 175|                 genade toelaten en hen op het rechte pad tot Zich voeren. ~
 583   4, 176|                   zal de man evenveel als het aandeel van twee vrouwen
 584   5     |                                        5. Het Tafel (Al-Maidah)  Strofe
 585   5, 1  |            aangegeven, zijn u geoorloofd; het wild is niet geoorloofd
 586   5, 2  |               noch degenen, die zich naar het heilige Huis begeven om
 587   5, 2  |              Waarlijk, Allah is streng in het straffen. ~
 588   5, 3  |                          3. Verboden is u het gestorvene, het bloed en
 589   5, 3  |             Verboden is u het gestorvene, het bloed en het varkensvlees
 590   5, 3  |                  gestorvene, het bloed en het varkensvlees en al waarover
 591   5, 4  |               Voorzeker, Allah is vlug in het verrekenen. ~
 592   5, 5  |               zijn u deze dag geoorloofd. Het voedsel der mensen van het
 593   5, 5  |                Het voedsel der mensen van het Boek is u geoorloofd en
 594   5, 5  |              vrouwen en kuise vrouwen uit het midden dergenen, wie het
 595   5, 5  |                  het midden dergenen, wie het Boek was gegeven vóór u,
 596   5, 5  |               minnaressen nemende. En wie het geloof verwerpt, diens werk
 597   5, 5  |                  tevergeefs en hij zal in het Hiernamaals onder de verliezers
 598   5, 6  |                 wanneer gij u opricht tot het gebed, wast uw gezicht en
 599   5, 7  |            gedenkt Allah's gunst aan u en het verbond dat Hij met u sloot,
 600   5, 12 |                  Ik ben met u. Indien gij het gebed houdt en de Zakaat
 601   5, 12 |                verwerpt, is inderdaad van het rechte pad afgedwaald." ~
 602   5, 13 |                  En wegens hun breken van het verbond hebben Wij hen vervloekt
 603   5, 15 |                         15. O, mensen van het Boek, Onze boodschapper
 604   5, 15 |                voor u verborgen bleef van het Boek heeft ontsluierd en
 605   5, 16 |                 hen uit de duisternis tot het licht door Zijn gebod en
 606   5, 16 |                   gebod en leidt hen naar het rechte pad. ~
 607   5, 17 |                  doen?" Aan Allah behoort het koninkrijk der hemelen en
 608   5, 18 |                 wil. En aan Allah behoort het koninkrijk der hemelen en
 609   5, 19 |                     19. O, gij mensen van het Boek, Onze boodschapper
 610   5, 21 |                   21. "O, mijn volk, gaat het heilige land binnen dat
 611   5, 21 |                  u heeft bestemd en keert het niet de rug toe, anders
 612   5, 22 |                   uit weggaan, zullen wij het binnentrekken." ~
 613   5, 25 |                 onderscheid tussen ons en het opstandige volk." ~
 614   5, 26 |                  dwalende zullen zij door het land trekken. Bekommer u
 615   5, 26 |               Bekommer u daarom niet over het ongehoorzame volk." ~
 616   5, 27 |                   En vertel naar waarheid het verhaal van de twee zonen
 617   5, 27 |                 zij een offer brachten en het van één hunner werd aangenomen
 618   5, 29 |                   gij tot de bewoners van het Vuur zult behoren, dat is
 619   5, 31 |                   om hem te beduiden, hoe het lijk van zijn broeder te
 620   5, 31 |                  de raaf gelijk, zodat ik het lijk van mijn broeder kon
 621   5, 32 |                mens doodt, behalve wegens het doden van anderen of het
 622   5, 32 |                  het doden van anderen of het scheppen van wanorde in
 623   5, 32 |                   scheppen van wanorde in het land, het ware alsof hij
 624   5, 32 |                  van wanorde in het land, het ware alsof hij het gehele
 625   5, 32 |                  land, het ware alsof hij het gehele mensdom had gedood,
 626   5, 32 |                   en voor hem, die iemand het leven schenkt, alsof hij
 627   5, 32 |              leven schenkt, alsof hij aan het gehele mensdom het leven
 628   5, 32 |                hij aan het gehele mensdom het leven heeft geschonken.
 629   5, 33 |                   naar streven wanorde in het land te scheppen, is slechts
 630   5, 33 |             worden afgesneden, of dat zij het land worden uitgezet. Dat
 631   5, 33 |                 in deze wereld zijn en in het Hiernamaals zullen zij een
 632   5, 36 |         Opstanding vrij te kopen, dan zou het van hen toch niet worden
 633   5, 37 |                        37. Zij zullen uit het vuur willen komen, maar
 634   5, 40 |                    40. Weet gij niet, dat het koninkrijk der hemelen en
 635   5, 41 |               degenen, die gemakkelijk in het ongeloof vervallen u niet
 636   5, 41 |                  dit wordt gegeven, neemt het dan aan, maar als het u
 637   5, 41 |               neemt het dan aan, maar als het u niet wordt gegeven, past
 638   5, 41 |                   zijn degenen, wier hart het Allah niet heeft behaagd
 639   5, 41 |              wereld en een grote straf in het Hiernamaals zijn. ~
 640   5, 42 |                   afwendt kunnen zij u in het geheel niet schaden. En
 641   5, 44 |                Mijn tekenen niet in tegen het wereldse. En wie niet rechtspreken
 642   5, 45 |                   wonden. En hij, die van het recht hierop afziet, dit
 643   5, 46 |            geopenbaard), en Wij gaven hem het Evangelie, dat licht en
 644   5, 47 |                 47. En laat de mensen van het Evangelie richten naar hetgeen
 645   5, 48 |                       48. En Wij hebben u het Boek (de Koran) met de waarheid
 646   5, 48 |           vervullende hetgeen daarvóór in het Boek (de Bijbel) was (verkondigd)
 647   5, 50 |                            50. Wensen zij het oordeel van onwetendheid?
 648   5, 51 |             hunner. Voorwaar, Allah leidt het overtredende volk niet. ~
 649   5, 52 |                 rampspoed zal overkomen." Het is echter waarschijnlijk
 650   5, 54 |                  Allah's zaak strijden en het verwijt van een berisper
 651   5, 55 |          boodschapper en de gelovigen die het gebed houden en de Zakaat
 652   5, 57 |                 uit de kring dergenen wie het Boek was gegeven vóór u,
 653   5, 58 |                  zij die, wanneer gij tot het gebed roept het tot spotternij
 654   5, 58 |                   gij tot het gebed roept het tot spotternij en spel maken.
 655   5, 59 |                   59. Zeg: "O, mensen van het Boek, gij haat ons slechts,
 656   5, 60 |              erger is dan dit? Dezen zijn het, die Allah heeft vervloekt
 657   5, 60 |               slechte toestand en ver van het rechte pad afgedwaald." ~
 658   5, 61 |                mee heengaan en Allah weet het beste, wat zij verbergen. ~
 659   5, 62 |             verboden dingen te gebruiken. Het is inderdaad slecht, wat
 660   5, 63 |               niet van zondige woorden en het eten van verboden dingen?
 661   5, 63 |                 eten van verboden dingen? Het is inderdaad slecht wat
 662   5, 64 |           Opstanding. Telkens wanneer zij het oorlogsvuur ontsteken, dooft
 663   5, 64 |        oorlogsvuur ontsteken, dooft Allah het en zij pogen wanorde te
 664   5, 65 |                     65. Als de mensen van het Boek hadden geloofd en rechtvaardig
 665   5, 66 |                    En als zij de Torah en het Evangelie en hetgeen hun
 666   5, 67 |                    Voorzeker, Allah leidt het ongelovige volk niet. ~
 667   5, 68 |                   68. Zeg: "O, mensen van het Boek, gij steunt op niets
 668   5, 68 |                   voordat gij de Torah en het Evangelie en hetgeen u van
 669   5, 68 |                 treurt derhalve niet over het ongelovige volk. ~
 670   5, 72 |                Allah de Hemel verboden en het Vuur zal zijn verblijfplaats
 671   5, 76 |                 goed of kwaad te doen? En het is Allah, Die Alhorend,
 672   5, 77 |                   77. Zeg: "O, mensen van het Boek, overdrijft uw godsdienst
 673   5, 77 |                  velen deed dwalen en van het rechte pad afweek. ~
 674   5, 82 |               Joden en de afgodendienaren het meest vijandig jegens de
 675   5, 82 |             zeggen: "Wij zijn Christenen" het vriendschappelijkst vinden
 676   5, 89 |               tien armen te spijzigen met het gemiddelde voedsel waarmede
 677   5, 89 |               voedt, of hen te kleden, of het vrijmaken van een slaaf.
 678   5, 90 |                  gij die gelooft, wijn en het hazardspel en afgoden en
 679   5, 91 |              zaaien en u af te houden van het gedenken van Allah en van
 680   5, 91 |                 gedenken van Allah en van het gebed. Zult gij dan worden
 681   5, 92 |                 Onze boodschapper slechts het duidelijk verkondigen rust. ~
 682   5, 94 |                Allah zal u beproeven door het wild, hetwelk uw handen
 683   5, 94 |                  onderscheiden die Hem in het verborgene vrezen. Derhalve
 684   5, 95 |            bedevaart zijt. En wie onder u het opzettelijk doodt diens
 685   5, 95 |                   dagen vasten, opdat hij het gevolg van zijn daad zal
 686   5, 96 |                  96. De vangst uit zee en het eten ervan is wettig voor
 687   5, 96 |                 gij ter bedevaart zijt is het wild van het land u verboden.
 688   5, 96 |            bedevaart zijt is het wild van het land u verboden. En vreest
 689   5, 97 |                 97. Allah heeft de Kaaba, het onschendbare Huis tot behoud
 690   5, 97 |                alsook de heilige maand en het offer, en de kamelen met
 691   5, 98 |                    dat Allah streng is in het straffen en dat Allah (ook)
 692   5, 99 |                   slechts (de plicht van) het overbrengen (der boodschap).
 693   5, 106|               midden zijn indien gij door het land reist en de rampspoed
 694   5, 106|                gij twijfelt, houdt hen na het gebed en laat hen zweren
 695   5, 107|            anderen hun plaats innemen uit het midden van degenen, tegen
 696   5, 108|                  luistert. En Allah leidt het ongehoorzame volk niet. ~
 697   5, 109|              alleen zijt de Oerkenner van het verborgene." ~
 698   5, 110|                   middelbare leeftijd tot het volk spraakt en toen Ik
 699   5, 110|                 volk spraakt en toen Ik u het Boek en de wijsheid en de
 700   5, 110|                   wijsheid en de Torah en het Evangelie onderwees en toen
 701   5, 110|                maakte, dan er in blies en het een vogel werd door Mijn
 702   5, 114|                 van de hemel neder, opdat het voor de eersten en de laatsten
 703   5, 116|                 geen recht had. Indien ik het had gezegd zoudt Gij het
 704   5, 116|                  het had gezegd zoudt Gij het zeker hebben geweten. Gij
 705   5, 116|                    Gij zijt de Kenner van het onzienlijke. ~
 706   5, 120|                    120. Aan Allah behoort het koninkrijk der hemelen en
 707   6     |                                        6. Het Vee (Al-An'aam)  Geopenbaard
 708   6, 1  |                schiep en de duisternis en het licht deed ontstaan; toch
 709   6, 2  |                                 2. Hij is het, Die u uit klei schiep en
 710   6, 7  |            nedergezonden en al hadden zij het met hun handen betast, zouden
 711   6, 11 |                   aarde rond en ziet, wat het einde was der loochenaars." ~
 712   6, 12 |                     Aan Allah." Hij heeft het op Zich genomen, barmhartigheid
 713   6, 14 |                 niet wordt gevoed?" Zeg: "Het is mij bevolen, de eerste
 714   6, 19 |                          19. Zeg: "Wie is het gewichtigst als getuige?"
 715   6, 20 |                      20. Degenen, wie Wij het Boek gaven, erkennen hem (
 716   6, 26 |                  zichzelven, zij bemerken het echter niet. ~
 717   6, 27 |                            27. En als gij het slechts zoudt kunnen zien,
 718   6, 27 |             kunnen zien, wanneer zij voor het Vuur zullen worden gebracht!
 719   6, 30 |                        30. En wanneer gij het slechts zoudt kunnen zien,
 720   6, 31 |                    benadelen zich, totdat het uur onverwachts over hen
 721   6, 32 |                                       32. Het wereldse leven is niets
 722   6, 32 |                degenen die God vrezen, is het tehuis van het Hiernamaals
 723   6, 32 |                 vrezen, is het tehuis van het Hiernamaals beter. Wilt
 724   6, 33 |       verloochenen u (profeet) niet, maar het zijn de tekenen van Allah
 725   6, 37 |                   meesten hunner beseffen het niet. ~
 726   6, 38 |                 gij. Wij hebben niets uit het Boek weggelaten. Dan zullen
 727   6, 39 |                  dwalen en Hij plaatst op het rechte pad wie Hij wil. ~
 728   6, 40 |                Als de straf van Allah, of het uur over u komt, zult gij
 729   6, 46 |                  dan God buiten Allah die het u kon teruggeven? Zie, hoe
 730   6, 47 |               komt, zal iemand anders dan het onrechtvaardige volk vernietigd
 731   6, 50 |                  Allah bezit, noch dat ik het onzienlijke ken, noch zeg
 732   6, 53 |                kunnen zeggen: "Zijn dezen het, die Allah onder ons heeft
 733   6, 53 |            degenen die dankbaar zijn niet het beste? ~
 734   6, 56 |                                 56. Zeg: "Het is mij verboden degenen,
 735   6, 56 |               behoren en niet tot hen die het rechte pad volgen." ~
 736   6, 59 |                  Hem zijn de sleutels van het onzienlijke; niemand kent
 737   6, 59 |                   Hij. En Hij weet wat op het land en wat in de zee is.
 738   6, 59 |                  geen blad zonder dat Hij het weet, noch is er een korrel
 739   6, 59 |                   of droog is, zonder dat het in een duidelijk Boek is
 740   6, 60 |                                60. Hij is het, Die uw ziel in de nacht
 741   6, 62 |                  handen; en Hij verrekent het snelst." ~
 742   6, 63 |               verlost u van de rampen van het land en van de zee wanneer
 743   6, 63 |                  Hem in nederigheid en in het geheim aanroept? (zeggende): '
 744   6, 66 |                      66. En uw volk heeft het verworpen, ofschoon het
 745   6, 66 |                   het verworpen, ofschoon het de waarheid is. Zeg: "Ik
 746   6, 67 |             vastgestelde tijd en gij zult het weldra te weten komen. ~
 747   6, 68 |            gesprek beginnen. En als Satan het u doet vergeten zit dan
 748   6, 68 |              vergeten zit dan niet, nadat het in uw herinnering opkomt,
 749   6, 68 |                   herinnering opkomt, met het onrechtvaardige volk bijeen. ~
 750   6, 69 |                   die God vrezen, zijn in het geheel niet verantwoordelijk
 751   6, 70 |        tijdverdrijf hebben gemaakt en wie het wereldse leven heeft bedrogen,
 752   6, 70 |               worden aanvaard. Dezen zijn het, die zijn overgeleverd voor
 753   6, 71 |               Allah ons heeft geleid, van het rechte pad verwijderd, zoals
 754   6, 71 |             voorzeker de enige leiding en het is ons bevolen ons aan de
 755   6, 72 |                       72. En: "Onderhoudt het gebed en vreest Hem, tot
 756   6, 73 |                             73. En Hij is het, Die de hemelen en de aarde
 757   6, 73 |                   Hij zegt: "Wees", wordt het. Zijn woord is werkelijkheid;
 758   6, 73 |         werkelijkheid; en aan Hem behoort het koninkrijk op de Dag waarop
 759   6, 73 |                  geblazen. De Kenner v an het onzichtbare en het zichtbare.
 760   6, 73 |                   v an het onzichtbare en het zichtbare. Hij is de Alwijze,
 761   6, 75 |                    Zo toonden Wij Abraham het koninkrijk der hemelen en
 762   6, 77 |               geleid dan zou ik zeker tot het dwalende volk behoren." ~
 763   6, 82 | onrechtvaardigheid vermengen - dezen zijn het, die vrede zullen hebben
 764   6, 87 |                  enigen en leidden hen op het rechte pad. ~
 765   6, 89 |                            89. Dezen zijn het, wie Wij het Boek en de
 766   6, 89 |                   Dezen zijn het, wie Wij het Boek en de heerschappij
 767   6, 89 |                Boek en de heerschappij en het profetenambt gaven. Maar
 768   6, 90 |                            90. Dezen zijn het, die Allah juist heeft geleid;
 769   6, 91 |        geopenbaard." Zeg: "Wie openbaarde het Boek dat Mozes bracht als
 770   6, 92 |            waarschuwen. En degenen die in het Hiernamaals geloven, geloven
 771   6, 93 |                  Allah uitdenkt of zegt: "Het is mij geopenbaard," terwijl
 772   6, 93 |             nedergezonden?" O, kondet gij het waarnemen, wanneer de onrechtvaardigen
 773   6, 95 |                             95. Voorwaar, het is Allah die de graankorrel
 774   6, 96 |                 en de zon en de maan voor het uitrekenen (der jaargetijden).
 775   6, 97 |                                97. Hij is het, Die de sterren voor u heeft
 776   6, 97 |                   in de duisternissen van het land en van de zee moogt
 777   6, 98 |                             98. En Hij is het, Die u van uit één ziel
 778   6, 99 |                             99. En Hij is het, Die water uit de wolken
 779   6, 99 |               ongelijke soort. Kijkt naar het fruit ervan, wanneer het
 780   6, 99 |                  het fruit ervan, wanneer het vrucht zet en naar het rijpen
 781   6, 99 |            wanneer het vrucht zet en naar het rijpen daarvan. Hierin zijn
 782   6, 104|                   u gekomen, wie dus ziet het is voor hemzelf en wie blind
 783   6, 104|                hemzelf en wie blind wordt het is tegen hemzelf. En ik
 784   6, 105|               zodat zij zeggen: "Gij hebt het geleerd (van iemand)", en
 785   6, 105|                van iemand)", en opdat Wij het aan een volk dat kennis
 786   6, 112|               Heer had gewild, zouden zij het niet hebben gedaan; laat
 787   6, 113|               harten dergenen die niet in het Hiernamaals geloven er zich
 788   6, 114|             zoeken dan Allah, terwijl Hij het is, Die u het Boek heeft
 789   6, 114|                 terwijl Hij het is, Die u het Boek heeft nedergezonden
 790   6, 114|            verklaard? En degenen, wie Wij het Boek gaven weten dat het
 791   6, 114|                  het Boek gaven weten dat het van uw Heer is nedergezonden
 792   6, 115|                                   115. En het woord van uw Heer is in
 793   6, 116|                           116. En als gij het merendeel dergenen die op
 794   6, 117|                   Voorzeker, uw Heer weet het beste wie van Zijn weg afdwaalt
 795   6, 119|                  Heer kent de overtreders het beste. ~
 796   6, 122|                   die dood was en wie Wij het leven gaven en voor wie
 797   6, 123|                   ziel, maar zij bemerken het niet. ~
 798   6, 124|                   is gegeven." Allah weet het beste waar Zijn boodschapte
 799   6, 125|                  alsof hij een hoogte aan het beklimmen was. Zo legt Allah
 800   6, 126|                            126. En dit is het rechtleidende pad van uw
 801   6, 127|                          127. Voor hen is het Huis van Vrede (het Paradijs)
 802   6, 127|                hen is het Huis van Vrede (het Paradijs) bij hun Heer en
 803   6, 128|                bereikt." Hij zal zeggen: "Het Vuur is uw tehuis waarin
 804   6, 130|                getuigen tegen onszelven." Het wereldse leven bedroog hen.
 805   6, 133|                    Barmhartig. En als Hij het wil, kan Hij u wegnemen
 806   6, 133|                  Hij wil, zoals Hij u uit het nageslacht van andere mensen
 807   6, 134|          voorzeker geschieden en gij kunt het niet voorkomen. ~
 808   6, 135|                uiteindelijke beloning van het tehuis zal zijn." Waarlijk
 809   6, 136|                deel van de oogsten en van het vee aangewezen, dat Hij
 810   6, 136|               voor onze goden," zoals zij het zich denken. Maar hetgeen
 811   6, 137|               afgodendienaren hun afgoden het doden hunner kinderen schoonschijnend
 812   6, 137|               doen ontstaan. En als Allah het wilde, zouden zij dit niet
 813   6, 138|                  zal er van eten, dan wie het ons belieft" - alzo beweren
 814   6, 139|                vrouwen verboden, maar als het dood geboren wordt hebben
 815   6, 141|                               141. Hij is het, Die tuinen doet ontstaan,
 816   6, 141|               verschuldigd is en verkwist het niet. Voorzeker, Allah heeft
 817   6, 142|                  142. En Hij schiep onder het vee lastvee en slachtvee.
 818   6, 143|                 van de geiten. Zeg: "Zijn het de twee mannelijke dieren,
 819   6, 144|                  der runderen. Zeg: "Zijn het de twee mannelijke dieren
 820   6, 144|                    Voorzeker, Allah leidt het onrechtvaardige volk niet. ~
 821   6, 145|                eten, met uitzondering van het gestorvene of vloeiend bloed
 822   6, 146|                hebben en Wij verboden hun het vet van runderen, schapen
 823   6, 147|                   doch Zijn straf zal van het schuldige volk niet worden
 824   6, 148|                 zullen zeggen: "Als Allah het had gewild hadden wij noch
 825   6, 148|                   gij enige kennis? Toont het ons dan. Gij volgt niets
 826   6, 149|                   149. Zeg: "Van Allah is het afdoende bewijs. Als Hij
 827   6, 150|                  van degenen, die niet in het Hiernamaals geloven en die
 828   6, 151|                 armoede doodt. - Wij zijn het, Die voor u en voor hen
 829   6, 151|               daden hetzij openlijk of in het geheim begaat en dat gij
 830   6, 152|                              152. Beheert het eigendom van de wees, voordat
 831   6, 152|                 En geeft de volle maat en het volle gewicht met rechtvaardigheid.
 832   6, 152|        rechtvaardigheid na, zelfs wanneer het een bloedverwant betreft
 833   6, 152|           bloedverwant betreft en vervult het verbond van Allah. Dit is,
 834   6, 153|                            153. En dit is het rechte pad dat tot Mij leidt.
 835   6, 153|                  dat tot Mij leidt. Volgt het daarom en volgt geen andere
 836   6, 154|                   154. En Wij gaven Mozes het Boek, als voltooiing van
 837   6, 155|                 vol van zegeningen. Volgt het daarom en hoedt u, opdat
 838   6, 156|                   gij niet zoudt zeggen: "Het Boek was alleen geopenbaard
 839   6, 157|               zeggen: "Voorzeker, als ons het Boek was nedergezonden,
 840   6, 158|                   zullen verschijnen, zal het geloven geen ziel baten
 841   6, 161|                    mijn Heer heeft mij op het rechte pad geleid - een
 842   6, 165|                            165. En Hij is het, die u op aarde tot opvolgers
 843   6, 165|             Voorzeker, uw Heer is vlug in het straffen en voorzeker, Hij
 844   7, 8  |                                     8. En het wegen (der menselijke daden)
 845   7, 13 |                    Verwijder u van hier - het is niet aan u, hier hoogmoedig
 846   7, 26 |                 om sierlijk te zijn, doch het kleed van godsvrucht is
 847   7, 26 |                   kleed van godsvrucht is het beste. Dit is een teken
 848   7, 27 |                   zoals hij uw ouders uit het paradijs verdreef en hen
 849   7, 28 |               vaderen doen en Allah heeft het ons bevolen." Zeg: "Allah
 850   7, 32 |                  ook voor de gelovigen in het tegenwoordige leven en voor
 851   7, 33 |              daden, hetzij openlijk of in het geheim verboden en zonde
 852   7, 36 |              dezen zullen de bewoners van het Vuur zijn, zij zullen daarin
 853   7, 37 |                   verloochent? Dezen zijn het, die hun lot zullen ondergaan
 854   7, 37 |                lot zullen ondergaan zoals het verordend is, als Onze boodschappers
 855   7, 37 |                   Zij zullen antwoorden: "Het is verloren geraakt voor
 856   7, 38 |             mensen die vóór u heengingen, het Vuur binnen." Steeds wanneer
 857   7, 38 |                een volk er binnengaat zal het zijn zustervolk vervloeken,
 858   7, 38 |              daarom een dubbele straf van het Vuur." Hij (Allah) zal zeggen: "
 859   7, 38 |              zeggen: "Er is voor iedereen het dubbele, maar gij weet het
 860   7, 38 |                het dubbele, maar gij weet het niet.'' ~
 861   7, 40 |               geopend, noch zullen zij in het paradijs komen; eer zou
 862   7, 40 |                   eer zou een kameel door het oog van een naald gaan.
 863   7, 42 |              dezen zullen de bewoners van het paradijs zijn, zij zullen
 864   7, 43 |               worden toegeroepen: "Dit is het paradijs, dat u als erfdeel
 865   7, 44 |                       44. De bewoners van het paradijs zullen naar de
 866   7, 45 |                       45. Die anderen van het pad van Allah weerhielden,
 867   7, 45 |                pad van Allah weerhielden, het oneffen wensende, en die
 868   7, 45 |                  oneffen wensende, en die het Hiernamaals verwierpen." ~
 869   7, 46 |                zullen tot de bewoners van het paradijs roepen: "Vrede
 870   7, 46 |                zij over u.'' Dezen zullen het paradijs nog niet zijn binnengegaan,
 871   7, 46 |              binnengegaan, maar zij hopen het. ~
 872   7, 47 |                 ogen naar de bewoners van het Vuur zijn gericht, zullen
 873   7, 47 |               Heer, plaats ons niet onder het onrechtvaardige volk." ~
 874   7, 49 |                            49. Zijn dezen het aangaande welke gij hebt
 875   7, 49 |        barmhartigheid zou schenken? "Gaat het paradijs binnen, er zal
 876   7, 50 |                    50. En de bewoners van het Vuur zullen tot de bewoners
 877   7, 50 |                zullen tot de bewoners van het paradijs roepen: "Giet wat
 878   7, 51 |                  tot vermaak namen en wie het leven van de wereld had
 879   7, 53 |                   zal, zullen degenen die het voorheen vergaten, zeggen: "
 880   7, 54 |                van Hem is de schepping en het gebod. Gezegend is Allah,
 881   7, 55 |                 Heer in nederigheid en in het verborgene aan. Hij heeft
 882   7, 57 |                             57. En Hij is het, Die de winden als blijde
 883   7, 58 |                                    58. En het goede land - de plantengroei
 884   7, 58 |                  overvloed van voort door het gebod van zijn Heer - en
 885   7, 65 |                               65. En tot (het volk van) Aad (zonden Wij)
 886   7, 69 |            waarschuwen? " Hij maakte u na het volk van Noach tot erfgenamen
 887   7, 74 |               herinnert u, toen Hij u na (het volk van) Aad tot opvolgers
 888   7, 74 |                   maakte en u vestigde in het land; gij bouwdet paleizen
 889   7, 77 |                  de kamelin en overtraden het gebod van hun Heer en zeiden: "
 890   7, 82 |                                       82. Het antwoord van zijn volk was
 891   7, 84 |               over hen komen. Ziet nu wat het einde was van de schuldigen. ~
 892   7, 85 |                ruim gewicht en vermindert het aan de mensen verschuldigde
 893   7, 86 |               geloven te bedreigen en van het pad van Allah af te houden
 894   7, 86 |                 van Allah af te houden en het oneffen te maken. En gedenkt,
 895   7, 86 |             vermenigvuldigde. En ziet wat het einde was van de onruststokers." ~
 896   7, 89 |             aangaande Allah verzonnen. En het past ons niet er naar te
 897   7, 94 |                   een stad zonder dat Wij het volk er van met tegenspoed
 898   7, 95 |                   Daarna verwisselden Wij het boze met het goede, totdat
 899   7, 95 |             verwisselden Wij het boze met het goede, totdat zij groeiden
 900   7, 99 |               voor Allah's voornemen, dan het volk dat te gronde gaat. ~
 901   7, 100|                                 100. Doet het degenen, die de aarde beerven
 902   7, 100|                   inzien, dat, indien Wij het willen, Wij hen om hun zonden
 903   7, 101|               loochenden. Zo zegelt Allah het hart der ongelovigen. ~
 904   7, 102|            meesten hunner geen (trouw aan het) verbond en Wij bevonden
 905   7, 103|            geloofden er niet in. Ziet hoe het einde was van de onruststokers. ~
 906   7, 106|                  teken zijt gekomen breng het naar voren als gij tot de
 907   7, 107|                  zijn stok neder en ziet, het was duidelijk een slang. ~
 908   7, 109|                       109. De leiders van het volk van Pharao zeiden: "
 909   7, 115|              Mozes zult gij of zullen wij het eerst werpen?" ~
 910   7, 123|                  zeide: "Hebt gij vóór ik het u toestond in Hem geloofd?
 911   7, 123|                  verdrijven maar gij zult het weldra te weten komen." ~
 912   7, 127|                    127. En de leiders van het volk van Pharao zeiden: "
 913   7, 127|                 gij Mozes en zijn volk in het land wanorde laten scheppen
 914   7, 129|                  en u tot stedehouders in het land maken, dan zal Hij
 915   7, 130|                      130. En Wij straften het volk van Pharao door droogte
 916   7, 131|                   de meesten hunner weten het niet. ~
 917   7, 137|                  westelijke gedeelten van het land, welke Wij zegenden,
 918   7, 137|                   Wij zegenden, erven. En het genadevolle woord van uw
 919   7, 146|               niet in geloven, en als zij het pad der rechtvaardigheid
 920   7, 146|               aanvaarden, maar indien zij het pad der dwaling zien, zullen
 921   7, 148|                                   148. En het volk van Mozes maakte van
 922   7, 148|              sieraden in zijn afwezigheid het lichaam van een kalf - dat
 923   7, 148|          voortbracht. Zagen zij niet, dat het niet tot hen kon spreken,
 924   7, 148|               goede weg leiden? Zij namen het, (als hun god) en zij waren
 925   7, 150|                   Hebt gij u gehaast vóór het gebod van uw Heer?" En hij
 926   7, 150|                     Zoon van mijn moeder, het volk achtte mij inderdaad
 927   7, 150|         verblijden en plaats mij niet bij het onrechtvaardige volk." ~
 928   7, 152|                    Voorzeker, degenen die het kalf aanbaden zal de toorn
 929   7, 152|                 Heer en de vernedering in het tegenwoordig leven treffen
 930   7, 154|              leiding en barmhartigheid in het geschrift voor degenen,
 931   7, 155|                 zeide hj: "Mijn Heer, als het U had behaagd, kondet, Gij
 932   7, 156|                         156. "En verorden het goede voor ons in deze wereld
 933   7, 156|                  ons in deze wereld en in het Hiernamaals; wij zijn tot
 934   7, 156|              omvat alle dingen. Zo zal Ik het verordenen voor degenen
 935   7, 157|                    die zij in de Torah en het Evangelie beschreven vinden,
 936   7, 157|               beschreven vinden, legt hij het goede op en verbiedt het
 937   7, 157|                  het goede op en verbiedt het kwade, veroortooft hun de
 938   7, 157|                   eren en ondersteunen en het licht dat met hem is nedergezonden
 939   7, 158|           boodschapper van Allah, aan Wie het koninkrijk der hemelen en
 940   7, 158|                  God naast Hem. Hij geeft het leven en doet sterven. Gelooft
 941   7, 159|                   159. Er is een deel van het volk van Mozes dat tot waarheid
 942   7, 162|      onrechtvaardigen onder hen vervingen het woord door een ander dat
 943   7, 163|            Sabbath aan de oppervlakte van het water, maar de dag waarop
 944   7, 164|                kastijding gaat straffen?" Het andere deel antwoordde: "
 945   7, 165|           vergaten redden Wij degenen die het kwade verboden en grepen
 946   7, 169|                  er een boos geslacht dat het Boek erfde. Zij namen de
 947   7, 169|                   deze wereld en zeiden: "Het zal ons worden vergeven."
 948   7, 169|               genomen. Werd de belofte in het Boek, dat zij van Allah
 949   7, 169|                   staat, niet gelezen? En het tehuis van het Hiernamaals
 950   7, 169|                gelezen? En het tehuis van het Hiernamaals is beter voor
 951   7, 170|                      170. En die zich aan het Boek vasthouden en in het
 952   7, 170|                 het Boek vasthouden en in het gebed volhardend zijn -
 953   7, 173|                    Of gij zolldt zeggen: "Het waren alleen onze vaderen
 954   7, 175|                        175. En vertel hun het verhaal van de man die Wij
 955   7, 176|                 ook zijn tong uit. Dit is het geval van de mensen, die
 956   7, 177|                 Onze tekenen verloochent, het handelt onjuist tegen zichzelf. ~
 957   7, 178|                178. Wie Allah leidt is op het rechte pad. En wie Hij laat
 958   7, 185|                           185. Hebben zij het koninkrijk der hemelen en
 959   7, 187|                 187. Vragen zij u omtrent het uur, wanneer het zal plaatsvinden?
 960   7, 187|                  omtrent het uur, wanneer het zal plaatsvinden? Zeg: "
 961   7, 187|                 Heer. Niemand dan Hij kan het op zijn tijd openbaren.
 962   7, 187|                   op zijn tijd openbaren. Het rust zwaar op de hemel en
 963   7, 187|                  de hemel en op de aarde. Het zal slechts onverwacht tot
 964   7, 187|               maar de meeste mensen weten het niet." ~
 965   7, 188|                   voor mijzelf. En als ik het onzienlijke kende zou ik
 966   7, 188|                 goed hebben bemachtigd en het kwade zou mij niet hebben
 967   7, 189|                               189. Hij is het, Die u uit een enkele ziel
 968   7, 193|                 zullen zij u niet volgen. Het is gelijk of gij hen roept
 969   7, 196|            Beschermer is alleen Allah Die het Boek (de Koran) heeft geopenbaard.
 970   7, 200|                 ingeving van Satan u (tot het kwade) aanspoort, zoek dan
 971   7, 203|                  zij: "Waarom verzint gij het niet? " Antwoord: "Ik volg
 972   8, 3  |                                    3. Die het gebed houden en van hetgeen,
 973   8, 10 |                             10. Allah gaf het slechts als verblijdend
 974   8, 11 |                daardoor mocht reinigen en het vuil van Satan van u mocht
 975   8, 14 |                  ongelovigen de straf van het Vuur is. ~
 976   8, 16 |                 toekeert, tenzij hij voor het gevecht manoeuvreert of
 977   8, 17 |                  hen niet, doch Allah was het, Die hen doodde. En gij
 978   8, 17 |                gij wierpt, maar Allah was het die wierp, opdat Hij de
 979   8, 18 |            voorzeker is Allah degene, Die het plan van de ongelovigen
 980   8, 19 |                 een oordeel zoekt, dan is het oordeel reeds tot u gekomen.
 981   8, 19 |                   En als gij ophoudt, zal het beter voor u zijn, maar
 982   8, 19 |         terugkeren. En uw partij zal u in het geheel niet baten hoe talrijk
 983   8, 24 |                 zijn hart komt en dat Hij het is tot Wie gij zult worden
 984   8, 25 |                     25. En behoedt u voor het onheil, dat niet alleen
 985   8, 25 |                    dat Allah streng is in het straffen. ~
 986   8, 26 |              waart en zwak werd geacht in het land en toen gij vreesdet,
 987   8, 27 |                 en weest niet ontrouw aan het u toevertrouwde tegen beter
 988   8, 30 |                maakte plannen en Allah is het best in staat plannen te
 989   8, 31 |                   zeggen zij: "Wij hebben het gehoord. Als wij willen
 990   8, 34 |                   meesten hunner beseffen het niet. ~
 991   8, 35 |                       35. En hun gebed in het Huis (de Kaaba) is niet
 992   8, 38 |                voorwaar, dan is er akeeds het voorbeeld van vroegere volkeren. ~
 993   8, 43 |              volle kennis over hetgeen in het innerlijk is.
 994   8, 47 |                  gezien en om anderen van het pad van Allah af te leiden;
 995   8, 48 |                   twee legers elkander in het zicht kwamen, wendde hij
 996   8, 48 |               Allah en Allah is streng in het straffen." ~
 997   8, 50 |                           50. O, hadt gij het slechts kunnen zien, wanneer
 998   8, 50 |                    Ondergaat de straf van het branden. ~
 999   8, 51 |              hebben gewrocht; Allah is in het geheel niet onrechtvaardig
1000   8, 52 |                                 52. Zoals het volk van Pharao en degenen