Sura, Verse
1 2, 205| gezag heeft, gaat hij in het land rond, om er wanorde te stichten
2 2, 218| voor de zaak van Allah hun land verlaten en er voor ijveren,
3 2, 273| dienst) aan Allah, en in het land niet kunnen rondtrekken.
4 3, 156| broeders, wanneer zij door het land reizen of ten strijde trekken,
5 3, 195| Ik zal van hen, die hun land verlieten en van hun huizen
6 3, 196| bewegingen der ongelovigen in het land u niet bedriegen. ~
7 4, 97 | antwoorden: "Wij waren in het land machteloos." Zij (de engelen)
8 4, 100| zijn huis weggaat, zijn land verlatend terwille van Allah
9 4, 101| En wanneer gij door het land reist, zal het voor u geen
10 5, 21 | mijn volk, gaat het heilige land binnen dat Allah voor u
11 5, 26 | zeide: "Voorzeker, dat (land) is voor hen voor veertig
12 5, 26 | dwalende zullen zij door het land trekken. Bekommer u daarom
13 5, 32 | scheppen van wanorde in het land, het ware alsof hij het
14 5, 33 | naar streven wanorde in het land te scheppen, is slechts
15 5, 33 | afgesneden, of dat zij het land worden uitgezet. Dat zal
16 5, 96 | zijt is het wild van het land u verboden. En vreest Allah,
17 5, 106| zijn indien gij door het land reist en de rampspoed des
18 6, 59 | En Hij weet wat op het land en wat in de zee is. En
19 6, 63 | u van de rampen van het land en van de zee wanneer gij
20 6, 97 | de duisternissen van het land en van de zee moogt volgen.
21 7, 57 | dragen, Wij ze naar een dor land drijven, daarna zenden Wij
22 7, 58 | 58. En het goede land - de plantengroei komt er
23 7, 74 | maakte en u vestigde in het land; gij bouwdet paleizen in
24 7, 110| 110. "Hij wil u uit uw land zetten. Wat raadt gij nu
25 7, 127| Mozes en zijn volk in het land wanorde laten scheppen en
26 7, 129| tot stedehouders in het land maken, dan zal Hij zien
27 7, 137| westelijke gedeelten van het land, welke Wij zegenden, erven.
28 8, 26 | zwak werd geacht in het land en toen gij vreesdet, dat
29 8, 67 | geregeld vechten in het land komt. Gij wenst de goederen
30 8, 73 | en grote wanorde in het land komen. ~
31 9, 2 | 2. Gaat daarom in het land rond voor vier maanden en
32 10, 22 | in staat stelt door het land en op zee te reizen, totdat,
33 10, 23 | onrechte een opstand in het land te ontketenen. O, gij mensen,
34 10, 78 | beiden grootheid in het land zou zijn? Maar wij zullen
35 10, 83 | Pharao was een tiran in het land en behoorde tot de buitensporigen. ~
36 12, 9 | verdrijft hem naar een (ver) land, zodat uw vaders gunst uitsluitend
37 12, 21 | vestigden Wij Jozef in het land, opdat Wij hem in het verklaren
38 12, 55 | over de schatten van het land want ik ben een deskundig
39 12, 56 | vestigden Wij Jozef in het land. Hij vertoefde er in, waar
40 12, 73 | kwamen om slecht in het land te handelen en wij zijn
41 12, 80 | hebt gefaald? Ik zal het land daarom niet verlaten voordat
42 13, 41 | zij niet dat Wij tot hun land komen, het van de buitenste
43 14, 13 | zullen u voorzeker uit het land verdrijven, tenzij gij tot
44 14, 14 | zullen u zeker na hen in het land vestigen. Dit is voor hem
45 16, 7 | dragen uw lasten naar een land, dat gij niet zonder grote
46 17, 67 | wanneer Hij u veilig aan land brengt wendt gij u af. Want
47 17, 68 | Hij u zal verdelgen op het land of dat Hij een hevige storm
48 17, 70 | geëerd en hen gedragen over land en zee, en hun van het goede
49 17, 76 | in te boezemen, uit het land te verdrijven; dan zullen
50 17, 103| besloot hij hem uit het land te verwijderen; doch Wij
51 17, 104| Israël: "Blijft gij in het land en wanneer de laatste belofte
52 18, 90 | 90. Totdat hij het land van de rijzende zon bereikte,
53 20, 57 | door uw toverkunst uit ons land te verdrijven?" ~
54 20, 63 | van hun toverkunst uit uw land wensen te verdrijven en
55 21, 44 | Zien zij met dat Wij het land (der ongelovigen) bezoeken,
56 21, 71 | en voerden hen naar het land dat Wij zegenden voor alle
57 21, 81 | zijnentwille in de richting van het land dat Wij hadden gezegend.
58 22, 46 | Hebben zij dan niet in het land gereisd zodat zij hart moesten
59 25, 49 | mogen schenken aan een dor land, en het ook als drank geven
60 26, 35 | 35. Hij wenst u uit uw land te verdrijven door zijn
61 27, 48 | de stad die onrust in het land stichtten en zich niet wilden
62 27, 63 | leidt in het duister van het land en van de zee, en Die u
63 28, 4 | handelde aanmatigend in het land en deed het volk er van
64 28, 19 | geweldenaar te worden in het land en wilt geen vredestichter
65 28, 39 | onrechte aanmatigend in het land. En zij dachten, dat zij
66 28, 57 | volgen, zouden wij van ons land worden weggevoerd." Hebben
67 30, 3 | 3. In het nabijzijnde land, maar zij zullen na hun
68 30, 9 | dan dezen, zij maakten het land vruchtbaar en bebouwden
69 30, 41 | Verderf is gekomen over land en zee door hetgeen de handen
70 31, 32 | wanneer Hij hen veilig aan land brengt, volgen slechts enigen
71 31, 34 | en geen ziel weet in welk land zij zal sterven. Voorwaar,
72 32, 27 | het water naar het droge land voeren en daardoor oogsten
73 33, 27 | 27. En Hij deed u hun land, huizen en hun rijkdommen
74 33, 27 | rijkdommen erven en ook een land waarop gij nog nooit een
75 35, 9 | wolken) naar een verdord land en geven leven aan de aarde
76 37, 177| Maar wanneer deze op hun land nederdaalt zal de dag slecht
77 39, 74 | heeft vervuld en ons het land als erfenis heeft gegeven
78 40, 4 | hun bedrijvigheid in het land u niet bedriegen. ~
79 40, 26 | zal veranderen of in het land onrust zal stoken." ~
80 40, 29 | zijt de hoogsten in het land. Maar wie zal ons beschermen
81 40, 80 | stellen. En door hen (te land) en op schepen (ter zee)
82 42, 42 | aandoen en ten onrechte in het land opstand veroorzaken. Dezen
83 43, 11 | nederzendt, waardoor Wij een dood land doen herleven. Zo zult ook
84 47, 22 | te wenden verderf in het land brengen en uw familiebanden
85 50, 11 | verkwikken daarmee een dood land. - Zo zal ook de Opstanding
86 50, 36 | dezen! Zij trokken door het land, maar was er een toevluchtsoord
87 62, 10 | verspreidt u dan over het land en zoekt naar Allah's genade,
88 71, 26 | Mijn Heer, laat in het land geen huis der ongelovigen
89 73, 20 | anderen op reis door het land trekken, zoekende naar Allah'
90 91, 14 | hun zonden en maakte het land met de grond gelijk. ~
|