bold = Main text
Sura, Verse grey = Comment text
1 2 | 1 - 50~
2 2, 50| 50. En toen Wij de zee voor
3 3 | 1 - 50~
4 3, 50| 50. Ik kom tot u met een teken
5 4 | 1 - 50~
6 4, 50| 50. Zie, hoe zij een leugen
7 5 | 1 - 50~
8 5, 50| 50. Wensen zij het oordeel
9 6 | 1 - 50~
10 6, 50| 50. Zeg: "Ik zeg niet tot u,
11 7 | 1 - 50~
12 7, 50| 50. En de bewoners van het
13 8 | 1 - 50~
14 8, 50| 50. O, hadt gij het slechts
15 9 | 1 - 50~
16 9, 50| 50. Indien u iets goeds overkomt,
17 10 | 1 - 50~
18 10, 50| 50. Zeg: "Vertelt mij, als
19 11 | 1 - 50~
20 11, 50| 50. En tot de Aad zeide hun
21 12 | 1 - 50~
22 12, 50| 50. En de koning zeide: "Brengt
23 14, 50| 50. Hun kleren zullen van pek
24 15 | 1 - 50~
25 15, 50| 50. En dat Mijn straf de pijnlijke
26 16 | 1 - 50~
27 16, 50| 50. Zij vrezen hun Heer boven
28 17 | 1 - 50~
29 17, 50| 50. Zeg: "Weest steen of ijzer," ~
30 18 | 1 - 50~
31 18, 50| 50. (Gedenk de tijd) toen Wij
32 19 | 1 - 50~
33 19, 50| 50. En Wij schonken hun Onze
34 20 | 1 - 50~
35 20, 50| 50. Hij antwoordde: "Onze Heer
36 21 | 1 - 50~
37 21, 50| 50. En dit (de Koran) is een
38 22 | 1 - 50~
39 22, 50| 50. Degenen, die geloven en
40 23 | 1 - 50~
41 23, 50| 50. En Wij bestemden de zoon
42 24 | 1 - 50~
43 24, 50| 50. Is er een ziekte in hun
44 25 | 1 - 50~
45 25, 50| 50. En Wij herhalen dit voor
46 26 | 1 - 50~
47 26, 50| 50. Zij antwoordden: "Dat geeft
48 27 | 1 - 50~
49 27, 50| 50. En zij smeedden een plan,
50 28 | 1 - 50~
51 28, 50| 50. Maar als zij u niet antwoorden,
52 29 | 1 - 50~
53 29, 50| 50. Toch zeggen zij: "Waarom
54 30 | 1 - 50~
55 30, 50| 50. Beschouw daarom de kentekenen
56 33 | 1 - 50~
57 33, 50| 50. O profeet, Wij hebben voor
58 34, 50| 50. Zeg: "Als ik dwaal, dwaal
59 36 | 1 - 50~
60 36, 50| 50. En zij zullen geen testament
61 37 | 1 - 50~
62 37, 50| 50. En enigen hunner zullen
63 38 | 1 - 50~
64 38, 50| 50. Tuinen der eeuwigheid met
65 39 | 1 - 50~
66 39, 50| 50. Ook hun voorgangers zeiden
67 40 | 1 - 50~
68 40, 50| 50. Zij zullen antwoorden: "
69 41, 50| 50. En als Wij hem barmhartigheid
70 42, 50| 50. Of Hij mengt ze, mannelijk
71 43 | 1 - 50~
72 43, 50| 50. Maar toen Wij de straf
73 44, 50| 50. Dit is inderdaad datgene
74 50 | 50. Qaaf ~Geopenbaard vóór
75 51, 50| 50. Haast u daarom tot Allah.
76 53, 50| 50. En dat Hij de oude (stam
77 54, 50| 50. En Ons gebod komt in één
78 55 | 1 - 50~
79 55, 50| 50. In beide zullen twee fonteinen
80 56 | 1 - 50~
81 56, 50| 50. Zullen tezamen worden verzameld
82 68, 50| 50. Maar zijn Heer verkoos
83 69, 50| 50. Waarlijk, de ongelovigen
84 74, 50| 50. Als bange ezels, ~
85 77 | Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft 50 strofen. ~In naam van Allah,
86 77, 50| 50. In welk woord buiten dit
|