bold = Main text
Sura, Verse grey = Comment text
1 2, 29| 29. Hij is het, Die alles,
2 3, 29| 29. Zeg: "Of gij dat wat in
3 4, 29| 29. O, gij die gelooft, gebruikt
4 5, 29| 29. Ik wens, dat gij zowel
5 6, 29| 29. En zij zeggen: "Er is niets
6 7, 29| 29. Zeg: "Mijn Heer heeft rechtvaardigheid
7 8, 29| 29. O, gij die gelooft, als
8 9, 29| 29. Bestrijdt diegenen onder
9 10, 29| 29. "Allah is nu toereikend
10 11, 29| 29. "O, mijn volk, ik vraag
11 12, 29| 29. "O, Jozef, wend u hiervan
12 13, 29| 29. Degenen die geloven en
13 14, 29| 29. Dat is de hel. Daarin zullen
14 15, 29| 29. "Wanneer Ik hem daaruit
15 16, 29| 29. Gaat daarom de poorten
16 17, 29| 29. En houd uw hand niet op
17 18, 29| 29. Zeg: "Het is de waarheid
18 19, 29| 29. Dan wees zij naar het kind.
19 20, 29| 29. "Geef mij een helper uit
20 21, 29| 29. En wie hunner zou zeggen: "
21 22, 29| 29. Laat hen dan hun vuilheid
22 23, 29| 29. En zeg: "Mijn Heer, verleen
23 24, 29| 29. Het is voor u geen zonde
24 25, 29| 29. Hij deed mij van de herinnering
25 26, 29| 29. Pharao zeide tot hem: "
26 27, 29| 29. Zij (de Koningin) zeide: "
27 28, 29| 29. Toen Mozes de termijn had
28 29 | 29. De Spin (Al-Ankaboet)
29 29, 29| 29. Nadert gij mannen met wellust
30 30, 29| 29. Neen, de onrechtvaardigen
31 31, 29| 29. Hebt gij niet gezien, dat
32 32, 29| 29. Zeg: "Op de Dag der Beslissing
33 33, 29| 29. Maar indien gij Allah en
34 34, 29| 29. En zij zeggen: "Wanneer
35 35, 29| 29. Waarlijk, zij die het Boek (
36 36, 29| 29. Het was slechts een enkele
37 37, 29| 29. Zij zullen antwoorden: "
38 38, 29| 29. Het Boek dat Wij aan u
39 39, 29| 29. Allah geeft een gelijkenis;
40 40, 29| 29. O mijn volk heden hebt
41 41, 29| 29. En de ongelovigen zullen
42 42, 29| 29. En onder Zijn tekenen is
43 43, 29| 29. Waarlijk, Ik liet dezen
44 44, 29| 29. De hemel en de aarde weenden
45 45, 29| 29. "Dit is Ons Boek: het spreekt
46 46, 29| 29. En toen Wij een aantal
47 47, 29| 29. Denken zij wier hart ziek
48 48 | Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft 29 strofen. ~In naam van Allah,
49 48, 29| 29. Mohammed is de boodschapper
50 50, 29| 29. Het vonnis door Mij geveld
51 51, 29| 29. Toen kwam zijn vrouw, in
52 52, 29| 29. Waarschuw daarom (o, profeet).
53 53, 29| 29. Wend u daarom van hem af
54 54, 29| 29. Maar zij riepen hun metgezel,
55 55, 29| 29. Van Hem smeken allen, die
56 56, 29| 29. En trossen bananen, ~
57 57 | Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft 29 strofen. ~In naam van Allah,
58 57, 29| 29. Opdat de mensen van het
59 67, 29| 29. Zeg: "Hij is de Barmhartige,
60 68, 29| 29. Nu riepen zij uit: "Glorie
61 69, 29| 29. Mijn macht is van mij weg
62 70, 29| 29. En degenen die onthouding
63 74, 29| 29. Het verschroeit het gezicht. ~
64 75, 29| 29. En wrijft (in doodsangst)
65 76, 29| 29. Voorwaar, dit is een vermaning.
66 77, 29| 29. Men zal zeggen: "Gaat naar (
67 78, 29| 29. En Wij hebben alles in
68 79, 29| 29. En Hij maakte de nacht
69 80, 29| 29. En de olijfboom en de dadelpalm. ~
70 81 | Hidjrah. Dit hoofdstuk heeft 29 strofen. ~In naam van Allah,
71 81, 29| 29. En gij zult niets willen
72 83, 29| 29. Waarlijk, de schuldigen
73 89, 29| 29. Ga daarom in onder Mijn
|