Sura, Verse
1 2, 221| mensen duidelijk, opdat zij lering zullen trekken. ~
2 2, 269| begiftigd en niemand trekt er lering uit, behalve zij, die begrip
3 3, 7 | Heer"; en niemand trekt er lering uit, dan zij, die begrip
4 3, 110| dat voor de mensheid (ter lering) is verwekt; gij gebiedt
5 6, 80 | kennis. Wilt gij er dan geen lering uit trekken?" ~
6 6, 126| verduidelijkt voor een volk dat er lering uit wil trekken. ~
7 6, 152| u vermaant, opdat gij er lering uit moogt trekken. ~
8 7, 3 | dan Hem. Hoe gering is de lering, die gij trekt. ~
9 7, 26 | van Allah, opdat zij er lering uit mogen trekken. ~
10 7, 57 | de doden op, opdat gij er lering uit moogt trekken. ~
11 7, 130| van vruchten, opdat zij er lering uit mochten trekken.
12 8, 57 | wegens hen, opdat zij er lering uit mogen trekken. ~
13 9, 126| berouw noch trekken zij er lering uit. ~
14 10, 3 | daarom. Wilt gij dan geen lering trekken? ~
15 11, 24 | gelijk? Wilt gij dan geen lering (hieruit) trekken? ~
16 11, 30 | verdrijven? Wilt gij dan geen lering hieruit trekken?" ~
17 11, 114| aanmaning voor degenen die er lering uit trekken. ~
18 13, 19 | zijn begiftigd trekken er lering uit, ~
19 14, 25 | voor de mensen, opdat zij lering mogen trekken. ~
20 14, 52 | degenen die begrip hebben er lering uit mogen trekken. ~~
21 16, 13 | teken voor een volk dat er lering uit wil trekken. ~
22 16, 17 | schept? Wilt gij dan er geen lering uit trekken? ~
23 16, 90 | Hij raadt u aan dat gij er lering uit trekt. ~
24 17, 41 | uiteengezet, opdat zij er lering uit zouden trekken, doch
25 20, 44 | welwillende wijze, opdat hij er lering uit moge trekken, of vrezen." ~
26 23, 85 | Zeg: "Wilt gij er dan geen lering uit trekken?" ~
27 24, 1 | nedergezonden opdat gij er lering uit moogt trekken. ~
28 24, 27 | beter voor u, opdat gij er lering uit zult trekken. ~
29 25, 50 | dit voor hen opdat zij er lering uit mogen trekken, maar
30 25, 62 | dit is voor hen die er lering uit willen trekken, of hun
31 27, 62 | naast Allah? Hoe weinig lering trekt gij er uit! ~
32 28, 43 | een genade, opdat zij er lering uit mochten trekken. ~
33 28, 46 | waarschuwen opdat zij er lering uit mogen trekken. ~
34 28, 51 | nedergezonden opdat zij er lering uit mogen trekken. ~
35 32, 4 | buiten Hem. Wilt gij dan geen lering (hieruit) trekken? ~
36 37, 13 | worden, trekken zij er geen lering uit. ~
37 38, 29 | laat de verstandigen er lering uit trekken. ~
38 39, 9 | verstandigen trekken er lering uit. ~
39 39, 27 | Koran vermeld, opdat zij er lering uit trekken. ~
40 40, 13 | nederzendt; maar niemand trekt er lering uit behalve hij die zich (
41 40, 58 | kwaad doen. Gering is de lering die gij hieruit trekt. ~
42 44, 13 | 13. Hoe kan er lering voor hen zijn, terwijl er
43 44, 58 | tong gemaakt, opdat men er lering uit moge trekken. ~
44 45, 23 | leiden? Wilt gij dan geen lering hieruit trekken? ~
45 51, 49 | paren geschapen opdat gij er lering uit moogt trekken. ~
46 54, 15 | teken. Is er iemand die er lering uit trekt? ~
47 54, 17 | vermaning. Is er iemand die er lering uit trekt? ~
48 54, 22 | vermaning. Is er iemand die er lering uit trekt? ~
49 54, 32 | vermaning. Is er iemand die er lering uit trekt? ~
50 54, 40 | vermaning. Is er iemand die er lering uit trekt? ~
51 54, 51 | vernietigd. Is er iemand die er lering uit trekt? ~
52 56, 62 | Waarom trekt gij er dan geen lering uit? ~
53 59, 2 | vernielden. Trekt er daarom een lering uit, o gij die ogen hebt. ~
54 69, 42 | waarzegger; gering is de lering, die gij er uit trekt. ~
55 74, 55 | 55. Die wil, trekke er lering uit. ~
56 74, 56 | Doch zij zullen er geen lering uit trekken tenzij Allah
57 80, 12 | wie het wil, laat hem er lering uit trekken. ~
58 87, 10 | 10. Hij die vreest zal er lering uit trekken; ~
|