Sura, Verse
1 2, 93 | luistert," zeiden zij: "Wij horen, maar wij gehoorzamen niet";
2 3, 186| gewis vele pijnlijke dingen horen van degenen, aan wie het
3 4, 46 | rukken. En zij zeggen: " Wij horen en gehoorzamen niet" en "
4 4, 46 | luistert gij, zonder te horen" en "Raainaa", terwijl zij
5 4, 46 | zij gezegd hadden: "Wij horen en wij gehoorzamen" en "
6 5, 7 | sloot, toen gij zeidet: "Wij horen en wij gehoorzamen." En
7 5, 83 | boodschapper is geopenbaard, horen, ziet gij hun ogen vol tranen
8 7, 100| verzegelen, zodat zij niet meer horen? ~
9 7, 179| zij hebben oren maar zij horen er niet mede. Zij zijn als
10 7, 195| hebben zij oren waarmede zij horen? Zeg: "Roept de deelgenoten
11 7, 198| hen tot leiding uitnodigt horen zij u niet. En gij ziet
12 8, 21 | degenen, die zeggen: "Wij horen," maar zij horen niet. ~
13 8, 21 | zeggen: "Wij horen," maar zij horen niet. ~
14 8, 23 | hen voorzeker hebben doen horen. En als Hij hen zou hebben
15 8, 23 | Hij hen zou hebben laten horen hadden zij zich in afkerigheid
16 9, 6 | het woord van Allah moge horen; voer hem dan naar de plaats,
17 10, 42 | Maar kunt gij de doven doen horen, zelfs al willen zij niet
18 11, 20 | deden geen moeite om te horen, of te zien. ~
19 18, 101| en die zelfs niet konden horen. ~
20 19, 38 | 38. Hoe helder zal hun horen en hun zien zijn op die
21 19, 62 | daarin geen ijdel gesprek horen: slechts "vrede", en 's
22 19, 98 | of een voetstap van hen horen? ~~
23 20, 108| gedempt geluid gefluistere horen. ~
24 21, 45 | Openbaring." Doch de doven horen de roep niet wanneer zij
25 21, 100| zullen zij weeklagen en niets horen. ~
26 21, 102| van de hel) zullen zij horen, en zij zullen voor eeuwig
27 22, 46 | begrijpen en oren om er mee te horen? Voorzeker, het zijn niet
28 24, 51 | zeggen zij slechts: "Wij horen en wij gehoorzamen." Dezen
29 25, 12 | zij het woeden en razen horen. ~
30 25, 44 | gij dat de meesten hunner horen of begrijpen? Zij zijn slechts
31 26, 15 | Wij zijn met u en zullen horen. ~
32 26, 72 | 72. Hij zeide: "Horen zij u als gij hen aanroept? ~
33 26, 212| 212. Voorzeker het horen (hiervan) is hun ontnomen. ~
34 27, 80 | de doven de oproep doen horen als Zij zich verwijderen. ~
35 27, 81 | Gij kunt alleen hen doen horen die in Onze tekenen willen
36 28, 55 | Wanneer zij ijdele gesprekken horen, wenden zij zich er van
37 28, 64 | maar deze zullen hen niet horen. Terwijl zij de straf zullen
38 30, 52 | kunt de doden niet doen horen, noch kunt gij de doven
39 30, 52 | gij de doven de roep doen horen wanneer zij u hun rug toekeren, ~
40 30, 53 | kunt slechts diegene doen horen die in Onze tekenen zouden
41 35, 14 | zullen zij uw roep niet horen en indien zij uw roep horen,
42 35, 14 | horen en indien zij uw roep horen, zullen zij u niet kunnen
43 35, 22 | Voorzeker, Allah doet hen horen die Hij wil, maar gij kunt
44 35, 22 | hun graven zijn, niet doen horen. ~
45 37, 8 | verheven bijeenkomst niets horen en zij worden van elke kant
46 43, 40 | Kunt gij dan de doven doen horen en de blinden en degenen
47 43, 80 | en hun beraadslaging niet horen? Ja zeker! Onze boodschappers
48 46, 29 | die de Koran wensten te horen en, toen zij bij u kwamen,
49 46, 30 | volk, wij hebben een Boek horen voorlezen, dat na Mozes
50 50, 42 | in werkelijkheid zullen horen, dat zal de Tijd zijn van
51 56, 25 | gesprekken of zondige taal horen, ~
52 67, 7 | zullen zij haar van woede horen zieden. ~
53 68, 51 | wanneer zij het vermaan horen willen u met hun blikken
54 78, 35 | 35. Zij horen daar geen ijdele gesprekken
55 88, 11 | geen ijdele (taal) zullen horen, ~
|