1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2336
bold = Main text
Sura, Verse grey = Comment text
2001 51, 32 | 32. Zij antwoordden: "Wij zijn naar een schuldig volk gezonden ~
2002 51, 39 | Maar deze wendde zich af om zijn macht en zeide: "Een tovenaar
2003 51, 40 | Daarom grepen Wij hem en zijn scharen en wierpen hen in
2004 51, 53 | toe aangespoord? Neen, zij zijn een opstandig volk. ~
2005 52, 16 | het zal voor u hetzelfde zijn, of gij geduld of ongeduld
2006 52, 17 | tuinen en gelukzaligheid zijn, ~
2007 52, 20 | nedervlijend die in rijen zijn gerangschikt. En Wij zullen
2008 52, 21 | Elk mens is onderpand voor zijn daden. ~
2009 52, 23 | ijdelheid noch zonde zal zijn. ~
2010 52, 24 | zij welbewaakte paarlen zijn. ~
2011 52, 32 | verstand, dat hun dit oplegt of zijn zij een opstandig volk? ~
2012 52, 34 | brengen, als zij waarachtig zijn. ~
2013 52, 35 | 35. Zijn zij door niets geschapen
2014 52, 35 | door niets geschapen of zijn zij (hun eigen) schepper? ~
2015 52, 37 | schatten van uw Heer of zijn zij de bewaarders hiervan? ~
2016 53, 10 | Hij (Allah) openbaarde aan Zijn dienaar hetgeen Hij wilde
2017 53, 17 | 17. Wendde zijn oog zich niet af, noch ging
2018 53, 18 | zag de grote tekenen van zijn Heer. ~
2019 53, 21 | 21. "Zijn voor u de mannelijke wezens
2020 53, 23 | 23. Dit zijn slechts namen die gij uitgedacht
2021 53, 26 | 26. En hoevele engelen zijn er niet in de hemelen wier
2022 53, 26 | voorspraak van geen nut zal zijn, behalve nadat Allah verlof
2023 53, 30 | het beste degene die van Zijn pad afdwaalt en Hij kent
2024 53, 30 | kent het beste degene die Zijn leiding volgt. ~
2025 53, 40 | 40. En dat zijn streven spoedig zal worden
2026 54, 4 | 4. En er zijn reeds tijdingen tot hen
2027 54, 10 | 10. Daarom bad hij tot zijn Heer: "Ik ben gewis verslagen,
2028 54, 24 | verdwaald en krankzinnig zijn. ~
2029 54, 37 | En zij trachtten hem van zijn gasten af te keren. Daarom
2030 54, 43 | 43. Zijn uw ongelovigen beter dan
2031 54, 44 | 44. Zeggen zij: "Wij zijn een overwinnende schare?" ~
2032 54, 46 | uiterst rampzalig en bitter zijn. ~
2033 54, 54 | midden van tuinen en rivieren zijn. ~
2034 55, 10 | Hij heeft de aarde voor Zijn schepselen gemaakt: ~
2035 55, 11 | 11. Daarop zijn vruchten en palmbomen met
2036 55, 24 | 24. En van Hem zijn de bergenhoge schepen op
2037 55, 29 | in de hemelen en op aarde zijn, (gunsten) af. Elk dag toont
2038 55, 46 | die het verschijnen voor zijn Heer vreest, twee tuinen
2039 55, 46 | Heer vreest, twee tuinen zijn, ~
2040 55, 52 | alle vruchten tweesoortig zijn. ~
2041 55, 54 | voeringen van dikke zijde zullen zijn. En het fruit der tuinen
2042 55, 56 | Daarin zullen kuise meisjes zijn met zedige blik, door mens
2043 55, 60 | niet anders dan goedheid zijn. ~
2044 55, 62 | 62. En naast deze twee zijn er nog twee tuinen. ~
2045 55, 66 | zullen ook twee bronnen zijn die water in overvloed spuiten. ~
2046 55, 68 | dadels en granaatappels zijn. ~
2047 55, 70 | goede en schone meisjes zijn. ~
2048 56, 8 | rechter kant - hoe (gelukkig zijn) de mensen aan de rechter
2049 56, 9 | kant - hoe (ongelukkig) zijn de mensen aan de linker
2050 56, 10 | geloof) zullen de eersten zijn, ~
2051 56, 11 | 11. Dezen zijn de gunstelingen die God
2052 56, 13 | 13. Het zijn een groot aantal van de
2053 56, 22 | 22. En er zullen schonen zijn met grote, mooie ogen,
2054 56, 27 | zullen staan - hoe (gelukkig) zijn deze die rechts staan! ~
2055 56, 41 | kant - hoe (ongelukkig) zijn degenen die aan de linker
2056 56, 47 | te zeggen: "Als wij dood zijn en stof en beenderen zijn
2057 56, 47 | zijn en stof en beenderen zijn geworden, zullen wij inderdaad
2058 56, 56 | 56. Dit zal hun onthaal zijn op de Dag des Gerichts.
2059 56, 59 | 59. Schept gij het of zijn Wij de Schepper er van? ~
2060 56, 66 | 66. (Zeggende): "Wij zijn beladen met borgstelling, ~
2061 56, 67 | 67. Meer nog, wij zijn van alles beroofd." ~
2062 56, 69 | de wolken nederzendt, of zijn Wij de Zender? ~
2063 56, 72 | er voor doet groeien of zijn Wij het? ~
2064 56, 83 | ziel van (de stervende) zijn keel bereikt ~
2065 56, 85 | 85. Zijn Wij dichter bij hem dan
2066 56, 88 | degenen, die dicht bij God zijn, ~
2067 57, 4 | Hij is met u waar gij ook zijn moogt, want Allah ziet alles
2068 57, 7 | 7. Gelooft in Allah en Zijn boodschapper en geeft weg
2069 57, 9 | duidelijke tekenen nederzendt aan Zijn dienaar om u van de Duisternissen
2070 57, 10 | streden vóór de overwinning zijn niet gelijk maar hoger in
2071 57, 13 | binnenkant zal barmhartigheid zijn en aan de buitenkant zal
2072 57, 13 | de buitenkant zal straf zijn. ~
2073 57, 15 | Uw tehuis zal het Vuur zijn; dat is uw vriend en het
2074 57, 16 | worde om Allah gedachtig te zijn en de Waarheid (op te nemen),
2075 57, 19 | En zij, die in Allah en Zijn boodschappers geloven, zijn
2076 57, 19 | Zijn boodschappers geloven, zijn de waarachtigen en de martelaren
2077 57, 19 | zullen de bewoners der hel zijn. ~
2078 57, 21 | degenen, die in Allah en Zijn boodschappers geloven. Dat
2079 57, 24 | Noch degenen,) die vrekkig zijn en de mensen aansporen vrekkig
2080 57, 25 | mensdom rechtvaardig moge zijn. Wij hebben ijzer nedergezonden,
2081 57, 25 | in het ongeziene Hem en Zijn boodschappers helpen. Zeker,
2082 57, 28 | vreest Allah en gelooft in Zijn boodschapper. Hij zal u
2083 57, 28 | u een dubbel aandeel van Zijn barmhartigheid geven en
2084 58, 2 | vrouwen moeders noemen - dezen zijn hun moeders niet; hun moeders
2085 58, 2 | moeders niet; hun moeders zijn alleen degenen die hen baarden, -
2086 58, 4 | moogt geloven aan Allah en Zijn boodschapper. Dit zijn de
2087 58, 4 | en Zijn boodschapper. Dit zijn de verordeningen van Allah;
2088 58, 5 | Degenen, die tegen Allah en Zijn boodschapper ingaan, zullen
2089 58, 6 | terwijl zij het vergeten zijn. En Allah is Getuige van
2090 58, 7 | hen is, waar zij ook mogen zijn. Dan zal Hij hun op de Dag
2091 58, 13 | en gehoorzaamt Allah en Zijn boodschapper. En Allah is
2092 58, 14 | Allah vertoornd was? Zij zijn noch de uwen noch de hunnen,
2093 58, 16 | er een vernederende straf zijn. ~
2094 58, 17 | tegen Allah iets baten, dit zijn de bewoners van het Vuur
2095 58, 18 | bereiken. Ziet toe, zij zijn zeker leugenaars. ~
2096 58, 19 | Satan heeft hen volledig in zijn macht, en heeft hen de gedachtenis
2097 58, 20 | Waarlijk, degenen die Allah en Zijn Boodschapper tegenwerken
2098 58, 22 | liefhebben die Allah en Zijn boodschapper tegenwerkt,
2099 58, 22 | of hun verwanten. Dezen zijn degenen, in wier hart Allah
2100 58, 22 | die Hij gesterkt heeft met Zijn Geest. En Hij zal hen toelaten
2101 59, 4 | Dat is omdat zij Allah en Zijn boodschapper tegenwerkten -
2102 59, 6 | Allah van hen als buit aan, Zijn boodschapper heeft gegeven
2103 59, 6 | maar Allah geeft macht aan Zijn boodschappers over wie Hij
2104 59, 7 | 7. Wat Allah aan Zijn boodschapper heeft gegeven
2105 59, 7 | stadsgebieden, is voor Allah en Zijn boodschapper en voor de
2106 59, 7 | niet alleen in omloop moge zijn tussen de rijken onder u.
2107 59, 8 | huizen en hun eigendommen zijn verdreven, terwijl zij de
2108 59, 8 | zij de genade van Allah en Zijn welbehagen zochten en Allah
2109 59, 8 | welbehagen zochten en Allah en Zijn boodschapper hielpen; dit
2110 59, 8 | boodschapper hielpen; dit zijn de waarachtigen. ~
2111 59, 9 | in armoede. En wie voor zijn eigen vrekkigheid wordt
2112 59, 11 | getuige dat zij leugenaars zijn. ~
2113 59, 13 | Dat is omdat zij een volk zijn dat niet begrijpt. ~
2114 59, 14 | denkt dat zij eensgezind zijn maar hun harten zijn verdeeld.
2115 59, 14 | eensgezind zijn maar hun harten zijn verdeeld. Dat is omdat zij
2116 59, 14 | Dat is omdat zij een volk zijn dat niet begrijpt. ~
2117 59, 19 | heeft doen vergeten. Zij zijn de overtreders. ~
2118 59, 20 | bewoners van het paradijs zijn niet gelijk: de bewoners
2119 60, 4 | het woord van Abraham tot zijn vader: "Ik zal zeker om
2120 60, 6 | 6. Voorzeker, zij zijn een goed voorbeeld voor
2121 60, 9 | vriendschap aanbiedt, dezen zijn de boosdoeners. ~
2122 60, 10 | dan vindt dat zij gelovig zijn, zendt haar niet terug naar
2123 60, 10 | ongelovigen. Deze vrouwen zijn voor hen niet wettig, noch
2124 60, 10 | voor hen niet wettig, noch zijn de ongelovigen wettig voor
2125 60, 11 | aan diegenen, wier vrouwen zijn weggegaan hetzelfde als
2126 60, 12 | noch ongehoorzaam zullen zijn aan u in wat recht is, neem
2127 61, 5 | 5. En toen Mozes tegen zijn volk zeide: "O mijn volk,
2128 61, 6 | boodschapper die na mij komen zal, zijn naam zal Ahmad zijn." En
2129 61, 6 | zal, zijn naam zal Ahmad zijn." En als hij tot hen komen
2130 61, 8 | te doven, maar Allah zal Zijn licht vervolmaken, hoewel
2131 61, 8 | ongelovigen er afkerig van zijn. ~
2132 61, 9 | 9. Hij is het Die Zijn boodschapper heeft gezonden
2133 61, 9 | andere godsdiensten, al zijn de afgodendienaren er afkerig
2134 61, 11 | 11. Dat gij in Allah en Zijn boodschapper gelooft en
2135 61, 14 | Jezus, zoon van Maria, tot zijn discipelen zeide: "Wie zijn
2136 61, 14 | zijn discipelen zeide: "Wie zijn mijn helpers terwille van
2137 61, 14 | discipelen antwoordden: "Wij zijn Allah's helpers!" Toen geloofde
2138 62, 2 | boodschapper heeft verwekt die Zijn tekenen onder hen verkondigt
2139 62, 5 | 5. Degenen die belast zijn met de Torah en deze niet
2140 62, 5 | Torah en deze niet naleven, zijn als een ezel die boeken
2141 62, 9 | u dan Allah gedachtig te zijn en verlaat de handel. Dit
2142 63, 1 | zijt." Allah weet dat gij Zijn boodschapper zijt, en Allah
2143 63, 1 | huichelaars inderdaad leugenaars zijn. ~
2144 63, 4 | gerucht tegen hen is. Zij zijn (uw) vijanden, neemt u daarom
2145 63, 4 | vloek zij over hen! Hoe ver zijn zij afgewend (van de Waarheid)! ~
2146 63, 7 | 7. Zij zijn het die zeggen, "Besteedt
2147 63, 7 | de boodschapper van Allah zijn zodat deze weglopen"- terwijl
2148 63, 8 | maar eer behoort aan Allah, Zijn boodschapper en de gelovigen;
2149 63, 11 | niemand uitstel wanneer zijn tijd is gekomen; en Allah
2150 64, 2 | heeft; maar sommigen uwer zijn ongelovig en sommigen uwer
2151 64, 2 | ongelovig en sommigen uwer zijn gelovig; en Allah ziet hoe
2152 64, 6 | wendden zich af, Allah toonde Zijn zelfgenoegzaamheid, want
2153 64, 8 | Gelooft daarom in Allah en Zijn boodschapper, en in het
2154 64, 9 | onthulling der gebreken zijn. En hij die gelooft in Allah
2155 64, 9 | hem zal Hij zuiveren van zijn fouten en Hij zal hun tot
2156 64, 10 | de bewoners van het Vuur zijn, daarin zullen zij vertoeven,
2157 64, 11 | Allah gelooft, - Hij leidt zijn hart. - En Allah heeft kennis
2158 64, 14 | 14. O, gij gelovigen, er zijn onder uw echtgenoten en
2159 64, 14 | kinderen die uw vijanden zijn, neemt u dus voor hen in
2160 64, 15 | rijkdommen en uw kinderen zijn slechts een beproeving;
2161 64, 16 | die voor eigen vrekkigheid zijn behoed zullen slagen. ~
2162 65, 1 | onbetamelijk gedragen. Dit zijn Allah's vastgestelde grenzen;
2163 65, 1 | overschrijdt doet zeker zijn eigen ziel onrecht aan.
2164 65, 2 | dit een ware getuigenis zijn voor Allah. Dit is een vermaning
2165 65, 3 | verwacht. En voor hem, die zijn vertrouwen in Allah stelt,
2166 65, 3 | Voorwaar, Allah volbrengt Zijn voornemen, Hij heeft voor
2167 65, 4 | zwangeren duurt tot zij verlost zijn. En degenen die Allah vrezen,
2168 65, 4 | het nodige voorzien door Zijn gebod. ~
2169 65, 5 | vreest, van hem zal Hij zijn fouten wegnemen en zijn
2170 65, 5 | zijn fouten wegnemen en zijn loon zal vergroot worden. ~
2171 65, 6 | maken. En als zij zwanger zijn, onderhoudt haar tot zij
2172 65, 6 | onderhoudt haar tot zij verlost zijn. En als zij haar kind voor
2173 65, 7 | overvloed heeft geven uit zijn overvloed. En laat hij wiens
2174 65, 7 | hij wiens middelen beperkt zijn, geven overeenkomstig hetgeen
2175 65, 8 | gebod van hun Heer en van Zijn boodschappers! Wij riepen
2176 65, 12 | dat Allah alle dingen in zijn kennis omvat. ~~
2177 66, 4 | profeet), dan is Allah zeker zijn Beschermer, bovendien zijn
2178 66, 4 | zijn Beschermer, bovendien zijn Gabriël, de rechtvaardigen
2179 66, 4 | gelovigen en de engelen zijn helpers. ~
2180 66, 5 | scheidt, is het mogelijk dat zijn Heer hem betere vrouwen
2181 66, 5 | u zal geven, die Moslim zijn en onderdanig, gelovig,
2182 66, 6 | brandstof mensen en stenen zijn, waarover engelen zijn,
2183 66, 6 | stenen zijn, waarover engelen zijn, hard en streng, die Allah
2184 66, 6 | Allah niet ongehoorzaam zijn in hetgeen Hij hun beveelt,
2185 66, 8 | oprecht berouw. Het kan zijn dat uw Heer uw fouten van
2186 66, 11 | verlos mij van Pharao en zijn daden en verlos mij van
2187 66, 12 | het Woord van haar Heer en Zijn Boeken en behoorde tot de
2188 67, 11 | de bewoners van het Vuur zijn verre (van genade). ~
2189 67, 15 | tot Hem zal de Opstanding zijn. ~
2190 67, 20 | kunnen helpen? De ongelovigen zijn omhuld door bedrog. ~
2191 67, 21 | u wil zorgen indien Hij Zijn voorziening terughoudt?
2192 67, 28 | mij en degenen die met mij zijn, zou vernietigen - veeleer
2193 67, 28 | veeleer zal Hij ons genadig zijn - wie zal de ongelovigen
2194 68, 7 | Heer weet het beste wie van Zijn weg afdwaalt en Hij kent
2195 68, 9 | zij ook meegaande kunnen zijn. ~
2196 68, 26 | zeiden zij: "Voorwaar, wij zijn verdwaald! ~
2197 68, 27 | 27. Neen, wij zijn beroofd." ~
2198 68, 32 | 32. Het kan zijn dat onze Heer ons een betere
2199 68, 33 | Hiernamaals zal nog groter zijn, konden zij dit maar begrijpen! ~
2200 68, 34 | voor de rechtvaardigen zijn er verrukkelijke tuinen
2201 68, 43 | ogen zullen terneergeslagen zijn en vernedering zal hen overvallen,
2202 68, 49 | 49. Als een gunst van zijn Heer hem niet had bereikt
2203 68, 49 | een dorre kust geworpen zijn, terwijl hij vernederd werd. ~
2204 68, 50 | 50. Maar zijn Heer verkoos hem en maakte
2205 69, 16 | deze op die Dag zwak zullen zijn. ~
2206 69, 19 | 19. En hij, aan wie zijn boek in de rechter hand
2207 69, 23 | gemakkeljik bereikbaar zal zijn. ~
2208 69, 46 | 46. En daarna zijn levensader hebben afgesneden, ~
2209 69, 49 | dat er onder u loochenaars zijn. ~
2210 70, 11 | straf willen vrijkopen door zijn kinderen, ~
2211 70, 12 | 12. En zijn vrouw en zijn broeder, ~
2212 70, 12 | 12. En zijn vrouw en zijn broeder, ~
2213 70, 13 | 13. En zijn familieleden die hem een
2214 70, 14 | 14. En allen die op aarde zijn, om zich te redden. ~
2215 70, 16 | 16. Het zal zijn huid afschroeien. ~
2216 70, 31 | voorschriften) handelen zijn overtreders - ~
2217 70, 33 | En degenen die oprecht zijn in hun getuigenissen, ~
2218 70, 35 | 35. Zij zijn het die in de tuinen zullen
2219 70, 39 | 39. Stellig niet! Wij zijn het Die hen hebben geschapen
2220 71, 1 | 1. Wij zonden Noach tot zijn volk, "Waarschuw uw volk
2221 71, 21 | en kinderen slechts tot zijn ondergang hebben bijgedragen. ~
2222 72, 10 | voor degenen die op aarde zijn, een ramp wordt bedoeld
2223 72, 11 | 11. Er zijn onder ons die rechtvaardig
2224 72, 11 | onder ons die rechtvaardig zijn en er zijn onder ons die
2225 72, 11 | rechtvaardig zijn en er zijn onder ons die anders zijn
2226 72, 11 | zijn onder ons die anders zijn en wij volgen verschillende
2227 72, 13 | En hij, die gelooft in zijn Heer, heeft geen vrees voor
2228 72, 14 | 14. En er zijn onder ons Moslims en er
2229 72, 14 | onder ons Moslims en er zijn onder ons die van de rechte
2230 72, 14 | ons die van de rechte weg zijn afgeweken. En zij die zich
2231 72, 15 | zullen brandstof der hel zijn.'" ~
2232 72, 17 | zich van de gedachte aan zijn Heer afwendt, Hij zal hem
2233 72, 23 | voor degenen die Allah en Zijn boodschapper niet gehoorzamen
2234 72, 26 | niemand overvloedig kennis van Zijn geheimen. ~
2235 72, 28 | Hij moge weten dat zij (Zijn boodschappers) de boodschappen
2236 73, 12 | 12. Voorzeker, bij Ons zijn zware boeien en een laaiend
2237 73, 18 | hemel uiteen zi splijten, en Zijn belofte zal worden vervuld. ~
2238 73, 19 | hij die wil, de weg tot zijn Heer inslaan. ~
2239 73, 20 | deel van degenen die met u zijn. En Allah bepaalt de maat
2240 73, 20 | enigen onder u ziek kunnen zijn, en anderen op reis door
2241 74, 9 | Dag zal een moeilijke dag zijn. ~
2242 74, 13 | 13. En zonen die bij hem zijn. ~
2243 74, 22 | 22. Daarna fronste hij zijn voorhoofd en keek nors. ~
2244 74, 31 | en degenen die ongelovig zijn, mogen zeggen: "Wat bedoelt
2245 75, 3 | 3. Denkt de mens dat Wij zijn beenderen niet kunnen verzamelen? ~
2246 75, 4 | hem te herstellen tot in zijn vingertoppen. ~
2247 75, 8 | de maan verduisterd zal zijn, ~
2248 75, 12 | Heer zal dan uw toevlucht zijn. ~
2249 75, 15 | 15. Zelfs al biedt hij (zijn) verontschuldigingen aan. ~
2250 75, 22 | sommige gezichten verlicht zijn, ~
2251 75, 24 | zullen op die Dag somber zijn. ~
2252 75, 33 | Dan ging hij trots naar zijn familie terug. ~
2253 76, 3 | dankbaar of wel ondankbaar zijn. ~
2254 76, 14 | bomen zal dicht over hen zijn en de trossen fruit zullen
2255 76, 19 | zij verstrooide paarlen zijn. ~
2256 76, 26 | deel) van de nacht en prijs Zijn eer gedurende een groot
2257 76, 28 | 28. Wij zijn het Die hen geschapen hebben
2258 76, 29 | wenst, kieze een weg die tot zijn Heer leidt. ~
2259 76, 31 | 31. Hij laat tot Zijn barmhartigheid ingaan wie
2260 77, 8 | sterren verduisterd zullen zijn. ~
2261 77, 10 | bergen verstrooid zullen zijn. ~
2262 77, 23 | bepaald. Hoe voortreffelijk zijn Wij in het bepalen! ~
2263 78, 39 | het wil een toevlucht bij zijn Heer zoeken. ~
2264 79, 4 | hen die de eersten willen zijn ~
2265 79, 9 | ogen zullen nedergeslagen zijn. ~
2266 79, 11 | 11. Zelfs al zijn wij vergane beenderen geworden?"
2267 79, 12 | opstanding een ondergang zijn." ~
2268 79, 14 | 14. En ziet, zij zijn opgewekt. ~
2269 79, 16 | 16. Toen zijn Heer hem in het heilige
2270 79, 39 | 39. Brandend Vuur zijn tehuis zijn. ~
2271 79, 39 | Brandend Vuur zijn tehuis zijn. ~
2272 79, 40 | voor hem die vreesde voor zijn Heer te staan, en die zijn
2273 79, 40 | zijn Heer te staan, en die zijn ziel van begeerten onthield, ~
2274 79, 41 | Zal het paradijs zeker zijn verblijf zijn. ~
2275 79, 41 | paradijs zeker zijn verblijf zijn. ~
2276 79, 46 | dit zullen zien, (zal het zijn) alsof zij slechts een avond
2277 80, 1 | Hij (de profeet) fronste (zijn voorhoofd) en wendde zich
2278 80, 4 | raad zou hem van nut kunnen zijn. ~
2279 80, 19 | schept Hij hem en stelt zijn verhoudingen vast. ~
2280 80, 24 | 24. Laat nu de mens naar zijn voedsel zien; ~
2281 80, 34 | De Dag waarop een man van zijn broeder vlucht, ~
2282 80, 35 | 35. En van zijn moeder en zijn vader, ~
2283 80, 35 | 35. En van zijn moeder en zijn vader, ~
2284 80, 36 | 36. En van zijn vrouw en zijn kinderen, ~
2285 80, 36 | 36. En van zijn vrouw en zijn kinderen, ~
2286 80, 38 | sommige gezichten stralend zijn, ~
2287 80, 42 | 42. Dat zijn de ongelovigen, de slechten. ~~
2288 81, 16 | 16. Zijn loop volgt en ondergaat, ~
2289 82, 10 | 10. Maar voorzeker er zijn bewakers over u. ~
2290 82, 13 | Voorwaar, de deugdzamen zijn omringd door zegeningen ~
2291 82, 14 | 14. En de slechten zijn omringd door de hel, ~
2292 83, 32 | zagen, zeiden zij: "Dit zijn inderdaad de dwalenden." ~
2293 84, 2 | 2. En zijn Heer gehoorzaamt zoals het
2294 84, 7 | betreft, wie het boek in zijn rechter hand wordt gegeven, ~
2295 84, 10 | hij, wie het boek achter zijn rug wordt gegeven, ~
2296 84, 15 | 15. Ja! Voorzeker, zijn Heer kent hem goed. ~
2297 85, 1 | 1. Bij de hemel met zijn constellaties. ~
2298 85, 4 | 4. Vervloekt zijn degenen die groeven maakten - ~
2299 87, 15 | 15. En die de naam van zijn Heer gedenkt en bidt. ~
2300 88, 2 | aangezichten terneergeslagen zijn, ~
2301 88, 7 | 7. Dat noch voedzaam zal zijn noch tegen de honger zal
2302 88, 8 | andere aangezichten verblijd zijn. ~
2303 88, 13 | hoge rustbanken opgericht zijn, ~
2304 89, 8 | nog in geen enkele stad zijn voortgebracht, ~
2305 89, 15 | de mens betreft, wanneer zijn Heer hem beproeft door hem
2306 89, 16 | hem beproeft door hem in zijn levensonderhoud te beperken,
2307 89, 19 | verslindt het erfdeel in zijn geheel ~
2308 89, 22 | engelen in rijen gerangschikt zijn, ~
2309 90, 18 | zullen aan de rechter hand zijn. ~
2310 90, 19 | zullen aan de linker hand zijn. ~
2311 92, 7 | 7. Wij zullen zijn weg effenen tot welslagen. ~
2312 92, 11 | hij te gronde gaat zullen zijn rijkdommen hem niet baten. ~
2313 92, 18 | 18. Die zijn rijkdommen weggeeft om zich
2314 92, 20 | het welbehagen zoekt van zijn Heer, de Verhevene, ~
2315 92, 21 | Weldra zal hij tevreden zijn. ~~
2316 93, 4 | het komende uur zal beter zijn voor u dan het vorige. ~
2317 93, 5 | geven, en gij zult tevreden zijn. ~
2318 96 | De strofen een tot vijf zijn de eerste gereveleerde verzen
2319 96, 15 | hem zeker bij de haren van zijn voorhoofd grijpen ~
2320 96, 17 | 17. Laat hij dan zijn raadgevers bij elkaar roepen. ~
2321 96, 19 | maar werp u neder en zoek Zijn nabijheid. ~~
2322 98, 3 | alle geschriften verzameld zijn. ~
2323 98, 6 | zullen zij verblijven. Zij zijn de slechtste der schepselen. ~
2324 98, 7 | en goede werken doen, zij zijn de beste der schepselen. ~
2325 98, 8 | hebben. Dit is voor hem, die zijn Heer vreest. ~~
2326 100, 6 | mens is ondankbaar jegens zijn Heer;
2327 101, 4 | motten verstrooid zullen zijn. ~
2328 101, 6 | hij, wiens schalen zwaar zijn, ~
2329 101, 8 | hij, wiens schalen licht zijn, ~
2330 101, 9 | 9. Zijn toevlucht zal Hawi'jah zijn. ~
2331 101, 9 | Zijn toevlucht zal Hawi'jah zijn. ~
2332 104, 3 | 3. Denkende dat zijn schatten hem voor eeuwig
2333 110 | alihi wa sallam, gereveleerd zijn voor zijn dood. Geopenbaard
2334 110 | sallam, gereveleerd zijn voor zijn dood. Geopenbaard nà de
2335 111, 2 | 2. Zijn rijkdommen en daden zullen
2336 111, 4 | 4. Ook zijn vrouw, de draagster van
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2336 |