1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2188
Sura, Verse
501 7, 116| 116. Hij antwoordde: "Werpt gij."
502 7, 127| uw goden laten verzaken?" Hij antwoordde: "Wij zullen
503 7, 128| aarde behoort aan Allah. Hij geeft haar als erfdeel aan
504 7, 128| aan wie Zijner dienaren Hij wil en de uiteindelijke
505 7, 129| gij tot ons zijt gekomen." Hij (Mozes) zeide: "Waarschijnlijk
506 7, 129| het land maken, dan zal Hij zien hoe gij handelt." ~
507 7, 134| voor ons tot uw Heer, zoals Hij u heeft beloofd. Als gij
508 7, 138| dit (volk) goden heeft." Hij antwoordde: "Gij zijt zeker
509 7, 140| 140. Hij zeide (verder): "Zal ik
510 7, 140| dan Allah zoeken, terwijl Hij u boven de volkeren heeft
511 7, 143| Heer tot hem sprak, zeide hij: "Mijn Heer, toon U aan
512 7, 143| ik U moge aanschouwen." Hij (Allah) antwoordde: "Gij
513 7, 143| bewusteloos neder. En toen hij tot zichzelf kwam, zeide
514 7, 143| tot zichzelf kwam, zeide hij: "Heilig zijt Gij, ik wend
515 7, 150| volk terugkeerde, zeide hij: "Hetgeen gij in mijn afwezigheid
516 7, 150| het gebod van uw Heer?" En hij legde de tafelen neder en
517 7, 150| sleepte hem naar zich toe. Hij (Aäron) zeide: "Zoon van
518 7, 151| 151. Hij (Mozes) zeide: "Mijn Heer,
519 7, 154| toorn was gekalmeerd, nam hij de tafelen en er was leiding
520 7, 157| beschreven vinden, legt hij het goede op en verbiedt
521 7, 158| Er is geen God naast Hem. Hij geeft het leven en doet
522 7, 167| verkondigde uw Heer dat Hij dezulken zou zenden, die
523 7, 167| is vlug in vergelding en Hij is Vergevensgezind, Genadevol. ~
524 7, 171| hen deden schudden alsof hij een losse bedekking was,
525 7, 175| Onze tekenen gaven, maar hij wendde zich af, daarom volgde
526 7, 175| daarom volgde Satan hem en hij werd verleid. ~
527 7, 176| hem er door verheffen doch hij verkoos de aarde en volgde
528 7, 176| en volgde zijn begeerten, hij is als een hond: als gij
529 7, 176| hem met rust laat steekt hij ook zijn tong uit. Dit is
530 7, 178| op het rechte pad. En wie Hij laat dwalen, zal tot de
531 7, 184| geen krankzinnigheid is? Hij is slechts een duidelijk
532 7, 186| hem kan er geen gids zijn. Hij laat dezulken in hun koppigheid
533 7, 187| bij mijn Heer. Niemand dan Hij kan het op zijn tijd openbaren.
534 7, 189| 189. Hij is het, Die u uit een enkele
535 7, 189| haar mocht vinden. En nadat hij haar bekend heeft, draagt
536 7, 190| 190. Maar als Hij hun een welgeschapen kind
537 7, 190| toe, betreffende hetgeen Hij hun beiden heeft gegeven.
538 7, 196| Koran) heeft geopenbaard. En Hij is de Beschermer der goeden. ~
539 7, 200| toevlucht bij Allah; voorzeker, Hij is Alhorend, Alwetend. ~
540 8, 8 | 8. Opdat Hij de waarheid mocht bevestigen
541 8, 9 | van uw Heer afsmeektet en Hij u antwoordde: "Ik zal u
542 8, 11 | 11. Toen Hij slaap over u deed komen
543 8, 11 | over u nederzond, opdat Hij u daardoor mocht reinigen
544 8, 11 | mocht verwijderen en opdat Hij uw hart mocht sterken en
545 8, 16 | zijn rug toekeert, tenzij hij voor het gevecht manoeuvreert
546 8, 17 | was het die wierp, opdat Hij de gelovigen een grote gunst
547 8, 23 | in hen had ontdekt, zou Hij hen voorzeker hebben doen
548 8, 23 | hebben doen horen. En als Hij hen zou hebben laten horen
549 8, 24 | de boodschapper wanneer Hij u roept, opdat Hij u leven
550 8, 24 | wanneer Hij u roept, opdat Hij u leven moge geven en weet,
551 8, 24 | en zijn hart komt en dat Hij het is tot Wie gij zult
552 8, 26 | u weg zouden voeren, hoe Hij u beschermde en sterkte
553 8, 29 | als gij Allah vreest zal Hij u een onderscheiding verlenen
554 8, 42 | stand zou brengen, zodat hij die zou omkomen door een
555 8, 42 | teken zou sterven en dat hij die zou leven door een even
556 8, 43 | als weinigen toonde; had Hij hen u als velen getoond,
557 8, 43 | Allah bewaarde u; voorzeker, Hij heeft volle kennis over
558 8, 44 | 44. En toen Hij hen in de tijd van uw ontmoeting
559 8, 48 | het zicht kwamen, wendde hij zich af en zeide: "Voorzeker,
560 8, 53 | Allah nooit een gunst die Hij een volk heeft bewezen zal
561 8, 61 | vertrouwen in Allah. Voorzeker Hij is Alhorend, Alwetend. ~
562 8, 62 | Helper) toereikend voor u. Hij is het, Die u heeft versterkt
563 8, 63 | 63. en Hij heeft hun harten verenigd.
564 8, 63 | hen verenigd. Voorzeker, Hij is Almachtig, Alwijs. ~
565 8, 66 | Allah uw last verlicht, want Hij weet dat er zwakheid in
566 8, 67 | gevangenen maken voordat hij tot geregeld vechten in
567 8, 70 | goed in uw hart vindt, zal Hij u beter geven dan hetgeen
568 8, 70 | van u is weggenomen en zal Hij u vergeven". Allah is Vergevensgezind,
569 8, 71 | ontrouw geweest, daarom gaf Hij u macht over hen. Allah
570 9, 6 | hem dan bescherming dat hij het woord van Allah moge
571 9, 6 | dan naar de plaats, waar hij veilig is. Dit is omdat
572 9, 15 | 15. En Hij zal de nijd van hun hart
573 9, 15 | met barmhartigheid tot wie Hij wil. Allah is Alwetend,
574 9, 18 | 18. Alleen hij kan de Moskeeën onderhouden
575 9, 26 | over de gelovigen neder en Hij zond scharen, die gij niet
576 9, 26 | scharen, die gij niet zaagt en Hij strafte de ongelovigen.
577 9, 27 | Barmhartigheid wenden tot wie Hij wil en Allah is Vergevensgezind,
578 9, 28 | vreest, zal Allah u als Hij wil, uit Zijn overvloed
579 9, 31 | Er is geen God naast Hem. Hij is verheven boven hetgeen
580 9, 32 | doven, maar Allah belet dit. Hij zal Zijn licht vervolmaken,
581 9, 33 | 33. Hij is het, Die Zijn boodschapper
582 9, 36 | twaalf sinds de tijd waarop Hij de hemelen en de aarde schiep.
583 9, 39 | voortgaat te vechten zal Hij u met een pijnlijke straf
584 9, 39 | pijnlijke straf straffen en zal Hij een ander volk in uw plaats
585 9, 40 | ongelovigen hem verdreven - toen hij één van de twee was - en
586 9, 40 | beiden in de grot waren en hij tot zijn metgezel zeide: "
587 9, 46 | afkerig van hun vertrek. Hij hield hen daarom terug en
588 9, 49 | 49. En onder hen is hij die zegt: "Geef mij verlof
589 9, 51 | voor ons heeft verordend. Hij is onze Beschermer. En in
590 9, 61 | lastig vallen en zeggen: "Hij luistert naar iedereen."
591 9, 61 | luisteren is goed voor u, hij gelooft in Allah en hij
592 9, 61 | hij gelooft in Allah en hij gelooft de gelovigen en
593 9, 61 | gelooft de gelovigen en hij is een barmhartigheid voor
594 9, 63 | Vuur der hel wacht, waarin hij zal vertoeven? Dat is de
595 9, 67 | vergaten Allah, daarom heeft Hij hen vergeten. Voorzeker,
596 9, 75 | sloten. Zij zeiden: "Als Hij ons van Zijn overvloed geeft
597 9, 76 | 76. Maar toen Hij hun van Zijn overvloed gaf
598 9, 77 | 77. Hij vergold het hun door huichelachtigheid
599 9, 94 | worden teruggebracht en Hij zal u over al hetgeen gij
600 9, 100| hebben welbehagen in Hem; en Hij heeft voor hen tuinen bereid,
601 9, 105| teruggebracht en dan zal Hij u inlichten over hetgeen
602 9, 106| wachten Allah's gebod af. Zal Hij hen bestraffen of Zich met
603 9, 109| 109. Is daarom hij, die zijn gebouw op godsvrucht
604 9, 109| behagen stichtte, beter of hij, die zijn gebouw op een
605 9, 114| alleen wegens een belofte die hij hem had afgelegd, maar toen
606 9, 114| vijand van Allah was, trok hij zich van hem terug. Voorzeker,
607 9, 115| een volk niet dwalen nadat Hij het heeft geleid, voordat
608 9, 115| het heeft geleid, voordat Hij hun heeft duidelijk gemaakt,
609 9, 116| hemelen en der aarde behoort. Hij schenkt het leven en veroorzaakt
610 9, 117| was bezweken. Toen vergaf Hij hen. Voorzeker, Hij is Liefderijk,
611 9, 117| vergaf Hij hen. Voorzeker, Hij is Liefderijk, Genadevol
612 9, 118| 118. En (Hij heeft Zich met barmhartigheid)
613 9, 118| behalve bij Hem. Toen wendde Hij Zich met barmhartigheid
614 9, 128| voor hem wat u pijn doet; hij is bezorgd voor uw welzijn,
615 9, 129| ik mijn vertrouwen want Hij is de Heer van de grote
616 10, 3 | in zes dagen schiep, en Hij zette Zich op de troon,
617 10, 4 | van uw Heer. Voorzeker, Hij begint de schepping, daarna
618 10, 4 | de schepping, daarna zet Hij haar voort, opdat Hij degenen
619 10, 4 | zet Hij haar voort, opdat Hij degenen die geloven en goede
620 10, 5 | 5. Hij is het, Die de zon tot een
621 10, 5 | dan in waarheid geschapen. Hij zet de tekenen uiteen voor
622 10, 11 | mensen zou verhaasten, zoals Hij voor hen het goede verhaast,
623 10, 12 | moeilijkheid overkomt, bidt hij tot Ons, op zijn zijde liggende,
624 10, 12 | hebben verwijderd, gaat hij zijn gang, alsof hij Ons
625 10, 12 | gaat hij zijn gang, alsof hij Ons nooit vóór de verwijdering
626 10, 16 | voorgedragen (de Koran), noch zou Hij u deze bekend hebben gemaakt.
627 10, 17 | is dan onrechtvaardiger, hij, die een leugen over Allah
628 10, 18 | gij Allah over iets, dat Hij in de hemelen of op aarde
629 10, 18 | kennen, inlichten?" Heilig is Hij en hoog verheven boven al
630 10, 22 | 22. Hij is het, Die u in staat stelt
631 10, 23 | 23. Maar wanneer Hij hen heeft gered, ziet, beginnen
632 10, 25 | tehuis van Vrede en leidt wie Hij wil naar het rechte pad. ~
633 10, 35 | waarheid leidt. Is daarom Hij, Die tot de waarheid leidt
634 10, 35 | te worden gevolgd, ofwel hij, die zelf de weg niet vindt,
635 10, 35 | de weg niet vindt, tenzij hij wordt geleid? Wat is er
636 10, 37 | voortgebracht. Integendeel, hij is de vervulling van datgene
637 10, 38 | 38. Of zeggen zij: "Hij (de profeet) heeft het verzonnen"?
638 10, 45 | 45. En de Dag, waarop Hij hen zal verzamelen, zal
639 10, 56 | 56. Hij geeft leven en doet sterven
640 10, 65 | alle macht behoort Allah. Hij is Alhorend, Alwetend. ~
641 10, 67 | 67. Hij is het, Die de nacht voor
642 10, 68 | Zich genomen. Heilig is Hij, Hij is Zichzelf genoeg.
643 10, 68 | genomen. Heilig is Hij, Hij is Zichzelf genoeg. Aan
644 10, 71 | verhaal van Noach, toen hij tot zijn volk zeide: "O,
645 10, 83 | en zijn leiders, in geval hij hen zou vervolgen. En waarlijk.
646 10, 90 | aanvallende wijze, totdat hij toen hij bijna verdronk,
647 10, 90 | aanvallende wijze, totdat hij toen hij bijna verdronk, zeide: "
648 10, 90 | geloof dat er geen God is dan Hij, in Wie de kinderen Israëls
649 10, 100| zonder verlof van Allah. En Hij werpt onreinheid over degenen
650 10, 107| dit kan verwijderen dan Hij; en als Hij het goede voor
651 10, 107| verwijderen dan Hij; en als Hij het goede voor u wenst,
652 10, 107| Zijn genade kan beletten. Hij kent haar toe aan diegene
653 10, 107| dienaren, die Hem behaagt. En Hij is de Vergevensgezinde,
654 10, 109| totdat Allah oordeelt. En Hij is de beste Rechter. ~~
655 11, 3 | Heer en wendt u tot Hem, Hij zal u voor een vastgestelde
656 11, 3 | van het goede voorzien. En Hij schenkt Zijn genade aan
657 11, 4 | terugkeer is tot Allah en Hij heeft macht over alle dingen. ~
658 11, 5 | hun kleding bedekken, weet Hij wat zij verbergen en wat
659 11, 5 | wat zij tonen. Voorzeker, Hij weet goed wat in het innerlijk
660 11, 6 | voorziening berust bij Allah, Hij kent zijn tehuis en zijn
661 11, 7 | 7. En Hij is het, Die de hemelen en
662 11, 7 | troon rustte op water, opdat Hij u moge beproeven wiens gedrag
663 11, 9 | van hem wegnemen, wordt hij voorwaar wanhopig en ondankbaar. ~
664 11, 10 | voorspoed doen smaken, zal hij voorzeker zeggen: "De rampspoed
665 11, 10 | van mij geweken." Ziet! hij wordt jubelend en aanmatigend. ~
666 11, 13 | 13. Zeggen zij: "Hij heeft dit (de Koran) verzonnen?"
667 11, 14 | dat er geen God is behalve Hij. Zult gij u dan onderwerpen? ~
668 11, 17 | 17. Is hij dan (aan hen gelijk), die
669 11, 18 | is onrechtvaardiger dan hij, die een leugen tegen Allah
670 11, 28 | 28. Hij (Noach) zeide: "O, mijn
671 11, 28 | van mijn Heer beroep en Hij mij grote barmhartigheid
672 11, 33 | 33. Hij zeide: "Alleen Allah zal
673 11, 33 | deze over u brengen als Hij wil, en gij kunt niets verijdelen." ~
674 11, 34 | u wenst te vernietigen. Hij is uw Heer en tot Hem zult
675 11, 35 | 35. Zeggen zij: "Hij heeft het verzonnen?" Zeg: "
676 11, 38 | 38. En hij was de ark aan het bouwen
677 11, 38 | voorbijgingen, bespotten zij hem. Hij zeide: "Als gij ons bespot,
678 11, 41 | 41. En hij (Noach) zeide: "Scheept
679 11, 43 | 43. Hij antwoordde: "Ik zal mijn
680 11, 43 | het water zal beschermen." Hij antwoordde: "Er is deze
681 11, 43 | uitzondering van degenen wie Hij barmhartigheid toont." En
682 11, 43 | golf kwam tussen beiden, hij behoorde tot de drenkelingen. ~
683 11, 46 | 46. Hij (God) zeide: "O, Noach,
684 11, 46 | God) zeide: "O, Noach, hij behoort niet tot uw gezin
685 11, 47 | 47. Hij zeide: "Mijn Heer, ik zoek
686 11, 52 | wend u daarna tot Hem, Hij zal wolken die regelmatig
687 11, 54 | met kwaad hebben bezocht." Hij antwoordde: "Voorzeker,
688 11, 56 | zich op aarde beweegt, of Hij houdt het in Zijn macht.
689 11, 61 | hebt geen God naast Hem. Hij wekte u op vanuit de aarde
690 11, 63 | 63. Hij zeide: "O, mijn volk, zeg
691 11, 63 | mijn Heer heb ontvangen en Hij mij barmhartigheid heeft
692 11, 65 | verlamden haar; toen zeide hij (Salih): "Vermaakt u voor
693 11, 69 | zeiden: "Vrede zij met u." Hij antwoordde: "Vrede zij met
694 11, 69 | met u" en terstond bracht hij een gebraden kalf. ~
695 11, 70 | 70. Maar toen hij zag dat hun handen er zich
696 11, 73 | van dit huis. Voorzeker, Hij is Geprezen, Glorierijk." ~
697 11, 74 | tijding tot hem kwam, begon hij met ons over het volk van
698 11, 77 | boodschappers tot Lot kwamen was hij verdrietig en voelde zich
699 11, 78 | plachten zij kwaad te doen. Hij (Lot) zeide: "O, mijn volk,
700 11, 80 | 80. Hij zeide: "Ach, had ik slechts
701 11, 88 | 88. Hij zeide: "O mijn volk, wat
702 11, 88 | bewijs van mijn Heer heb en Hij mij een goede voorziening
703 11, 92 | 92. Hij zeide: "O, mijn volk, is
704 11, 98 | 98. Hij zal op de Dag der Opstanding
705 11, 102| greep van uw Heer, wanneer Hij de steden grijpt, terwijl
706 11, 107| uw Heer brengt teweeg wat Hij wil. ~
707 11, 111| werken ten volle vergelden. Hij is wel op de hoogte van
708 11, 112| overtreedt de grenzen niet, want Hij ziet voorzeker, wat gij
709 11, 118| uw Heer had gewild, zou Hij het mensdom voorzeker tot
710 11, 119| betoond - hiervoor heeft Hij hen geschapen - maar het
711 12, 5 | 5. Hij zeide: "O, mijn zoon, verhaal
712 12, 6 | Jacob vervohnaken, zoals Hij die voordien aan twee uwer
713 12, 12 | morgen met ons mede, opdat hij zich moge vermaken en spelen
714 12, 13 | 13. Hij zeide: "Het verdriet mij,
715 12, 18 | bloed, dat niet van hem was. Hij (Jacob) zeide: "Neen, gij
716 12, 19 | O, goed nieuws," zeide hij. "Hier is een jongeling."
717 12, 21 | Het is waarschijnlijk dat hij ons van nut kan zijn, of
718 12, 22 | 22. Toen hij volwassen was, schonken
719 12, 23 | 23. En zij, in wier huis hij was, zocht hem (tegen zijn
720 12, 23 | deuren en zeide: "Kom nu." Hij antwoordde: "Dat verhoede
721 12, 23 | antwoordde: "Dat verhoede Allah, hij is mijn heer. Hij heeft
722 12, 23 | Allah, hij is mijn heer. Hij heeft mijn verblijf waardig
723 12, 24 | besluit betreffende hem en hij nam een besluit betreffende
724 12, 24 | besluit betreffende haar. Als hij geen duidelijk teken van
725 12, 24 | zijn Heer had gezien, (kon hij zo'n vastberadenheid niet
726 12, 24 | mochten afwenden. Voorzeker hij was een Onzer uitverkoren
727 12, 26 | 26. Hij (Jozef) zeide: "Zij is het
728 12, 26 | waarheid gesproken en behoort hij tot de leugenaars, ~
729 12, 27 | heeft zij gelogen en behoort hij tot de waarachtigen." ~
730 12, 28 | 28. Toen hij (haar man) zag dat zijn
731 12, 28 | achteren was gescheurd, zeide hij: "Dit is zeker een list
732 12, 30 | tegen zijn wil te verleiden. Hij heeft haar met verliefdheid
733 12, 32 | 32. Zij zeide: "Dit is hij nu over wie gij mij beschuldigdet,
734 12, 32 | zijn wil te verleiden, maar hij redde zich. En als hij nu
735 12, 32 | maar hij redde zich. En als hij nu niet doet wat ik hem
736 12, 32 | wat ik hem verzoek, zal hij zeker gevangen genomen en
737 12, 33 | 33. Hij (Jozef) zeide: "O mijn Heer,
738 12, 34 | list van hem af. Voorwaar, Hij is de Alhorende, de Alwetende. ~
739 12, 37 | 37. Hij antwoordde: "Het voedsel,
740 12, 40 | berust bij Allah alleen. Hij heeft bevolen dat gij naast
741 12, 41 | medegevangenen, wat één uwer betreft, hij zal wijn voor zijn Heer
742 12, 41 | en wat de ander betreft, hij zal worden gekruisigd, zodat
743 12, 42 | 42. En hij zeide tot degene van hen,
744 12, 42 | degene van hen, van wie hij wist dat hij bevrijd zou
745 12, 42 | hen, van wie hij wist dat hij bevrijd zou worden: "Vermeld
746 12, 42 | heer te zeggen daarom bleef hij voor enige jaren in de gevangenis. ~
747 12, 47 | 47. Hij antwoordde: "Gij zult zeven
748 12, 50 | hem (Jozef) kwam, zeide hij: "Ga terug naar uw heer
749 12, 51 | 51. Hij, (de koning) zeide tot de
750 12, 51 | wil zocht te verleiden en hij behoort zeker tot de waarachtigen." ~
751 12, 52 | 52. "Dit is, opdat hij moge weten dat ik hem in
752 12, 54 | mijzelf houden." En toen hij tot hem (Jozef) had gesproken,
753 12, 54 | Jozef) had gesproken, zeide hij: "Gij zijt van deze dag
754 12, 55 | 55. Hij antwoordde: "Stel mij aan
755 12, 56 | vestigden Wij Jozef in het land. Hij vertoefde er in, waar hij
756 12, 56 | Hij vertoefde er in, waar hij ook wilde. Wij schenken
757 12, 58 | gingen bij hem binnen en hij herkende hen, maar zij herkenden
758 12, 59 | 59. En toen hij hen van levensmiddelen had
759 12, 59 | levensmiddelen had voorzien, zeide hij: "Brengt mij uw broeder
760 12, 62 | 62. En hij (Jozef) zeide tot zijn dienaren: "
761 12, 64 | 64. Hij (Jacob) antwoordde: "Zal
762 12, 64 | is de beste Beschermer en Hij is de Genadigste der genadigen. ~
763 12, 66 | 66. Hij (Jacob) zeide: "Ik zal hem
764 12, 66 | belofte hadden afgelegd, zeide hij: "Allah waakt over hetgeen
765 12, 67 | 67. En hij zeide: "O mijn zonen, gaat
766 12, 68 | zijn zin gedaan kreeg, want hij had voorzeker grote kennis,
767 12, 69 | zijn broeder bij zich. En hij zeide: "Ik ben uw broeder,
768 12, 70 | 70. En toen hij hen van hun provisie had
769 12, 70 | provisie had voorzien, legde hij een drinkbeker in zijn broeders
770 12, 75 | straf er voor zal zijn: hij, in wiens zadeltas ze wordt
771 12, 76 | 76. Daarna begon hij met (het onderzoek van)
772 12, 76 | Wij plannen voor Jozef. Hij kon zijn broeder volgens
773 12, 77 | en onthulde het hun niet. Hij zeide: "Gij verkeert in
774 12, 78 | 78. Zij zeiden: "O Aziez, hij heeft een zeer oude vader,
775 12, 79 | 79. Hij (Jozef) zeide: "Allah verhoede,
776 12, 80 | Allah voor mij beslist en Hij is de beste Beoordelaar." ~
777 12, 83 | 83. Hij (hun vader) zeide: "Neen,
778 12, 83 | mij zal brengen; waarlijk Hij is de Alwetende, de Alwijze." ~
779 12, 84 | 84. En hij wendde zich van hen af en
780 12, 84 | met tranen van smart doch hij bedwong zich. ~
781 12, 86 | 86. Hij antwoordde: "Ik klaag alleen
782 12, 89 | 89. Hij zeide: "Weet gij wat gij
783 12, 90 | vroegen. "Zijt gij dan Jozef?" Hij zeide: "Ik ben Jozef en
784 12, 92 | 92. Hij (Jozef) zeide: "Heden zij
785 12, 92 | Moge Allah u vergeven, Hij is de Genadigste der genadigen." ~
786 12, 93 | aangezicht van mijn vader neder; hij zal het begrijpen. En brengt
787 12, 96 | blijde tijding kwam, legde hij het (hemd) voor hem (Jacob)
788 12, 96 | hem (Jacob) neder zodat hij zekerheid verkreeg. Dan
789 12, 96 | zekerheid verkreeg. Dan riep hij uit: "Zei ik u niet: 'Ik
790 12, 98 | 98. Hij (Jacob) zeide: "Ik zal mijn
791 12, 98 | voor u vragen. Voorzeker, Hij ls de Vergevensgezinde,
792 12, 99 | Jozef kwamen, huisvestte hij zijn ouders bij zich en
793 12, 100| 100. Hij hief zijn ouders op de troon
794 12, 100| zich voor hem neder. En hij zeide: "O mijn vader, dit
795 12, 100| heeft deze verwezenlijkt. En Hij schonk mij een gunst toen
796 12, 100| schonk mij een gunst toen Hij mij uit de gevangenis verloste
797 12, 100| is goedertieren voor wie Hij wil. Waarlijk, Hij is de
798 12, 100| voor wie Hij wil. Waarlijk, Hij is de Alwetende, de Alwijze." ~
799 13, 2 | 2. Allah is Hij, Die de hemelen heeft doen
800 13, 2 | kunt zien. Daarna zette Hij Zich op de troon. En Hij
801 13, 2 | Hij Zich op de troon. En Hij heeft de zon en de maan
802 13, 2 | een vastgestelde termijn. Hij regelt het al. Hij legt
803 13, 2 | termijn. Hij regelt het al. Hij legt de tekenen duidelijk
804 13, 3 | 3. En Hij is het, Die de aarde uitspreidde,
805 13, 3 | en rivieren op vormde. En Hij maakte er elke vruchtensoort
806 13, 3 | vruchtensoort in twee geslachten op. Hij doet de nacht de dag bedekken.
807 13, 9 | 9. Hij is de Kenner van het onzienlijke
808 13, 10 | 10. Voor Hem is hij gelijk die onder u het woord
809 13, 10 | u het woord verbergt en hij die het openlijk uit; alsook
810 13, 10 | het openlijk uit; alsook hij, die zich 's nachts verbergt
811 13, 10 | zich 's nachts verbergt en hij, die overdag (openlijk)
812 13, 12 | 12. Hij is het, Die u de bliksem
813 13, 12 | en hoop veroorzakende en Hij doet zware wolken ontstaan. ~
814 13, 13 | het uit ontzag voor Hem en Hij zendt de bliksem en treft
815 13, 13 | bliksem en treft er mede, wie Hij wil; nog steeds redetwisten
816 13, 13 | zij over Allah. terwijl Hij streng is in het straffen. ~
817 13, 16 | Schepper aller dingen en Hij is de Ene, de Opperste." ~
818 13, 17 | 17. Hij zendt water van de hemel
819 13, 19 | 19. Is dan hij die weet, dat hetgeen u
820 13, 27 | laat diegene dwalen die Hij wil en leidt tot Zichzelf
821 13, 30 | verwerpen de Barmhartige. Zeg: "Hij is mijn Heer; er is geen
822 13, 31 | indien Allah het wilde, Hij het gehele mensdom zou hebben
823 13, 33 | 33. Zal Hij, Die over elke ziel waakt
824 13, 33 | juiste weg teruggehouden. En hij, die Allah laat dwalen zal
825 13, 39 | Allah doet te niet wat Hij wil en bevestigt wat Hij
826 13, 39 | Hij wil en bevestigt wat Hij wil en bij Hem is de oorsprong
827 13, 41 | besluit omverwerpen. En Hij is vlug in het vergelden. ~
828 13, 42 | plannen berust bij Allah. Hij weet wat elke ziel verdient
829 13, 43 | gezant." Zeg: "Allah, alsmede hij die kennis van het Boek
830 14, 4 | taal van zijn volk, zodat hij (het) hun duidelijk moge
831 14, 4 | Dan laat Allah dwalen wie Hij wil en leidt wie Hij wil.
832 14, 4 | wie Hij wil en leidt wie Hij wil. Hij is de Almachtige,
833 14, 4 | wil en leidt wie Hij wil. Hij is de Almachtige, de Alwijze. ~
834 14, 6 | Allah's gunst aan u toen Hij u van Pharao's volk redde,
835 14, 10 | der hemelen en der aarde? Hij roept u, opdat Hij uw zonden
836 14, 10 | aarde? Hij roept u, opdat Hij uw zonden moge vergeven
837 14, 11 | aan wie van Zijn dienaren Hij wil. Het is niet aan ons
838 14, 12 | Allah vertrouwen wanneer Hij ons onze wegen heeft getoond?
839 14, 16 | 16. Voor hem is de hel en hij zal worden gedwongen kokend
840 14, 17 | 17. Hij zal het met kleine teugen
841 14, 17 | tot hem komen en toch zal hij niet sterven. En daarnaast
842 14, 19 | in waarheid schiep? Als Hij het wil kan Hij u verdelgen
843 14, 19 | schiep? Als Hij het wil kan Hij u verdelgen en een nieuwe
844 14, 27 | dwalen. En Allah doet, wat Hij wil. ~
845 14, 32 | 32. Allah is Hij, Die de hemelen en de aarde
846 14, 32 | onderhoud mee voortbrengt en Hij heeft de schepen in uw dienst
847 14, 32 | over de zee mogen varen en Hij heeft de rivieren eveneens
848 14, 33 | 33. En Hij heeft ook de zon en de maan,
849 14, 34 | 34. En Hij gaf u al hetgeen gij van
850 14, 36 | Wie mij daarom ook volgt hij is stellig van mij en wat
851 14, 42 | de onrechtvaardigen doen. Hij geeft hun slechts uitstel
852 14, 52 | opdat zij mogen weten dat Hij de Enige God is en opdat
853 15, 25 | allen verzamelen. Voorwaar, Hij is Alwijs, Alwetend. ~
854 15, 32 | 32. Hij zeide: "O Iblies, wat hapert
855 15, 33 | 33. Hij antwoordde: "Ik ga mij niet
856 15, 36 | 36. Hij zeide: "Mijn Heer, schenk
857 15, 39 | 39. Hij antwoordde: "Mijn Heer,
858 15, 52 | binnentraden zeiden zij "Vrede", hij antwoordde: "Voorwaar, wij
859 15, 54 | 54. Hij zeide: "Geeft gij mij blijde
860 15, 56 | 56. Hij zeide: "Wie kunnen aan de
861 15, 57 | 57. Hij zeide: "Wat is uw taak,
862 15, 62 | 62. Zeide hij: "Voorwaar, gij zijt een
863 15, 68 | 68. Hij zeide: "Dit zijn mijn gasten
864 15, 71 | 71. Hij zeide: "Dit zijn mijn dochters
865 16, 1 | het daarom niet. Heilig is Hij en verheven boven al hetgeen
866 16, 2 | 2. Hij zendt door Zijn gebod engelen
867 16, 2 | tot wie van Zijn dienaren Hij wil (zeggende): "Waarschuwt,
868 16, 3 | 3. Hij heeft de hemelen en de aarde
869 16, 3 | waarheid geschapen. Verheven is Hij boven al hetgeen zij met
870 16, 4 | 4. En Hij heeft de mens uit een levenskiem
871 16, 5 | 5. En het vee heeft Hij geschapen, waarvan gij warmte
872 16, 8 | muildieren en ezels (heeft Hij) geschapen opdat gij er
873 16, 8 | tot sieraad (voor u). En Hij zal ook wat gij nog niet
874 16, 9 | wegen die afwijken. En als Hij wilde, zou Hij u allen hebben
875 16, 9 | afwijken. En als Hij wilde, zou Hij u allen hebben geleid.
876 16, 10 | 10. Hij is het, Die water voor u
877 16, 11 | 11. En Hij doet daarmede koren voor
878 16, 12 | 12. Hij heeft door Zijn gebod de
879 16, 13 | 13. En in de dingen, die Hij in verscheidene kleuren
880 16, 14 | 14. En Hij is het, Die de zee tot uw
881 16, 15 | 15. En Hij heeft hechte bergen op de
882 16, 17 | 17. Is dan Hij, Die schept gelijk aan iemand
883 16, 23 | verbergen en wat zij openbaren. Hij heeft de hovaardigen voorzeker
884 16, 27 | 27. Dan zal Hij hen op de Dag der Opstanding
885 16, 27 | Opstanding vernederen en Hij zal zeggen: "Waar zijn Mijn
886 16, 39 | 39. Opdat Hij het hun duidelijk moge maken
887 16, 46 | 46. Of dat Hij hen in hun handel en wandel
888 16, 47 | 47. Of dat Hij hen geleidelijk ten onder
889 16, 54 | 54. Wanneer Hij dan uw kwelling van u verwijdert,
890 16, 57 | aan Allah toe - Heilig is Hij - en zichzelf wat zij wensen (
891 16, 58 | verduistert zijn gezicht en hij is vol toorn. ~
892 16, 59 | 59. Hij verbergt zich voor het volk
893 16, 59 | hem is aangekondigd; zal hij haar in weerwil van schande
894 16, 60 | s kenteken het beste is, Hij is de Almachtige, de Alwijze. ~
895 16, 61 | onrechtvaardigheid zou straffen, zou Hij geen levend schepsel op
896 16, 61 | aarde achterlaten, maar Hij geeft hun uitstel tot een
897 16, 63 | schoon schijnen. Daarom is hij nu (in deze wereld) hun
898 16, 70 | Allah schept u, dan doet Hij u sterven, en er zijn sommigen
899 16, 71 | bevoorrecht. Maar degenen die Hij bevoordeelde geven hun bezit
900 16, 76 | voor zijn meester; waar hij hem ook heenzendt, hij brengt (
901 16, 76 | waar hij hem ook heenzendt, hij brengt (hem) niets goeds
902 16, 80 | voor u gemaakt, ook heeft Hij van de huiden van het vee
903 16, 81 | Allah heeft van hetgeen Hij heeft geschapen dingen voor
904 16, 81 | gemaakt die schaduw geven, en Hij heeft in de bergen schuilplaatsen
905 16, 81 | schuilplaatsen voor u gemaakt; Hij heeft klederen voor u gemaakt
906 16, 81 | beschermen. Zo volmaakt Hij Zijn gunsten aan u, opdat
907 16, 90 | onbetamelijkheid, kwaad en opstand. Hij raadt u aan dat gij er lering
908 16, 92 | de Dag der Opstanding zal Hij het u duidelijk maken waarover
909 16, 93 | als Allah had gewild, zou Hij u voorzeker tot één volk
910 16, 93 | volk hebben gemaakt; maar Hij laat hem die wil, dwalen
911 16, 94 | uw voet uitglijden nadat hij stevig heeft gestaan en
912 16, 99 | 99. Voorzeker hij heeft geen macht over degenen
913 16, 101| Allah weet het beste wat Hij openbaart - zeggen zij: "
914 16, 102| waarheid nedergebracht, opdat Hij degenen die geloven, moge
915 16, 106| hebben geloofd - behalve hij die wordt gedwongen terwijl
916 16, 115| 115. Hij heeft alleen het gestorvene,
917 16, 115| gedreven (om te eten) terwijl hij niet wil, noch de grens
918 16, 120| gehoorzaam aan Allah en hij behoorde niet tot de afgodendienaren. ~
919 16, 121| Dankbaar voor Zijn gunsten; Hij verkoos hem en leidde hem
920 16, 122| en in het Hiernamaals zal hij zeker tot de rechtvaardigen
921 16, 125| Zijn weg is afgedwaald; en Hij kent degenen goed die juist
922 17, 1 | 1. Heilig is Hij Die Zijn dienaar bij nacht
923 17, 1 | zouden tonen. Voorwaar, Hij is de Alhorende, de Alziende. ~
924 17, 3 | Noach (in de Ark) droegen! Hij was inderdaad een dankbare
925 17, 11 | vraagt om het kwade gelijk hij om het goede vraagt; en
926 17, 13 | hem een boek brengen en hij zal het opengeslagen zien. ~
927 17, 15 | voor zijn eigen heil en hij die dwaalt, dwaalt alleen
928 17, 18 | Wij hem de hel toe waarin hij zal branden, vernederd en
929 17, 19 | behoort te worden terwijl hij een gelovige is, deze is
930 17, 25 | goed zijt dan voorwaar is Hij Vergevensgezind jegens degenen
931 17, 30 | het Hem behaagt. Voorzeker Hij kent en ziet Zijn dienaren
932 17, 33 | buitensporig zijn, want hij wordt (door de wet) gesteund. ~
933 17, 34 | dan op de beste wijze tot hij zijn meerderjarigheid heeft
934 17, 43 | 43. Heilig is Hij, hoog verheven, boven hetgeen
935 17, 44 | verheerlijking niet. Voorwaar, Hij is Verdraagzaam, Vergevensgezind. ~
936 17, 51 | dan doen herleven?" Zeg: "Hij Die u de eerste maal heeft
937 17, 52 | 52. De Dag waarop Hij u zal roepen zult gij Hem
938 17, 54 | Indien het Hem behaagt zal Hij u barmhartigheid tonen of
939 17, 61 | zij eer, behalve Iblies. Hij zeide: "Moet ik mij ter
940 17, 62 | 62. En hij zeide: "Hebt Gij hem boven
941 17, 63 | 63. Hij zeide: "Ga heen! en wie
942 17, 66 | 66. Uw Heer is Hij Die de schepen voor u over
943 17, 66 | moogt zoeken. Voorwaar, Hij is Genadig jegens u. ~
944 17, 67 | die gij aanroept, behalve Hij. Doch wanneer Hij u veilig
945 17, 67 | behalve Hij. Doch wanneer Hij u veilig aan land brengt
946 17, 68 | er dan veilig voor, dat Hij u zal verdelgen op het land
947 17, 68 | verdelgen op het land of dat Hij een hevige storm tegen u
948 17, 69 | weet gij dan zo zeker dat Hij u daarin niet voor de tweede
949 17, 72 | zijn in het Hiernamaals; hij is ver afgedwaald van de
950 17, 83 | mens gunsten bewijzen wendt hij zich af en gaat terzijde
951 17, 83 | kwaad hem achterhaalt wordt hij wanhopig. ~
952 17, 96 | tussen u en mij; voorwaar Hij weet en ziet alles betreffende
953 17, 97 | 97. En hij die Allah leidt, is goed
954 17, 97 | geleid, doch voor hem die Hij laat dwalen zult gij buiten
955 17, 99 | hun evenbeeld te scheppen? Hij heeft voor hen een termijn
956 17, 101| kinderen van Israël. Toen hij tot hen kwam, zeide Pharao
957 17, 102| 102. Hij zeide: "Voorzeker gij weet
958 17, 103| 103. Derhalve besloot hij hem uit het land te verwijderen;
959 17, 105| geopenbaard en met waarheid is hij (de Koran) nedergedaald.
960 17, 110| naam gij Hem ook noemt, Hij heeft de schoonste namen."
961 17, 111| Zijn Koninkrijk noch heeft Hij enige helper wegens zwakheid."
962 18, 15 | is onrechtvaardiger, dan hij die een leugen over Allah
963 18, 17 | zijn de tekenen van Allah. Hij die door Allah wordt geleid,
964 18, 17 | geleid doch degene, die Hij laat dwalen, voor hem zult
965 18, 19 | de stad te zenden en laat hij zien, wat het beste voedsel
966 18, 19 | levensmiddelen meebrengen en laat hij zich vriendelijk gedragen
967 18, 26 | der aarde, hoe Ziende is Hij en hoe Horende! Zij hebben
968 18, 26 | aan Zijn koninkrijk laat Hij niemand deelnemen. ~
969 18, 34 | 34. En hij had overvloed,en zeide tijdens
970 18, 35 | 35. En hij ging zijn tuin binnen, terwijl
971 18, 35 | zijn tuin binnen, terwijl hij onrechtvaardig was tegenover
972 18, 35 | was tegenover zichzelf. Hij zeide: "Ik denk niet, dat
973 18, 42 | fruit werd vernietigd en hij begon zijn handen te wringen
974 18, 42 | te wringen wegens hetgeen hij aan de tuin had besteed,
975 18, 42 | eveneens was neergestort en hij zeide: "Had ik maar niemand
976 18, 43 | 43. En hij had geen leger om hem tegen
977 18, 43 | Allah te helpen, noch kon hij zich verdedigen. ~
978 18, 44 | alleen van Allah, de Ware. Hij is de Beste in het belonen
979 18, 48 | uw Heer worden gebracht. (Hij zal zeggen) Nu zijt gij
980 18, 50 | bogen, doch Iblies niet. Hij was één der djinn, derhalve
981 18, 50 | der djinn, derhalve was hij ongehoorzaam aan het gebod
982 18, 52 | Gedenk) de dag waarop Hij zal zeggen: "Roept degenen
983 18, 57 | is onrechtvaardiger dan hij die herinnerd wordt aan
984 18, 58 | Vergevensgezind, Barmhartig. Indien Hij hen ter verantwoording zou
985 18, 58 | hebben verdiend, dan zou Hij ongetwijfeld hun straf hebben
986 18, 62 | zij verder gingen, zeide hij tot zijn dienaar: "Breng
987 18, 63 | 63. Hij antwoordde: "Zie, toen wij
988 18, 64 | 64. Hij zeide: "Dat is waarnaar
989 18, 67 | 67. Hij antwoordde: "Gij kunt geen
990 18, 69 | 69. Hij zeide: "Indien het Gode
991 18, 70 | 70. Hij zeide: "Welaan dan, indien
992 18, 71 | zij in een boot stapten en hij maakte er een gat in. Waarop
993 18, 72 | 72. Hij antwoordde: "Had ik u niet
994 18, 74 | een knaap ontmoetten en hij deze doodsloeg. Mozes zeide: "
995 18, 75 | 75. Hij antwoordde: "Zei ik u niet
996 18, 77 | punt stond in te storten en hij herstelde deze. Mozes zeide: "
997 18, 78 | 78. Hij zeide: "Dit is de scheiding
998 18, 80 | gelovigen en wij vreesden dat hij schande over hen zou brengen
999 18, 81 | zachtmoediger zou zijn (dan hij)." ~
1000 18, 85 | 85. En hij volgde een weg, ~
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2188 |