Sura, Verse
1 2, 144| aangezicht zich naar de hemel wenden, daarom zullen Wij u tot
2 2, 222| bemint hen, die zich tot Hem wenden en zich rein houden. ~
3 3, 128| in barmhartigheid tot hen wenden of hen straffen, voorzeker
4 4, 27 | barmhartigheid tot u te wenden, maar zij, die hun lagere
5 5, 39 | in barmhartigheid tot hem wenden; voorwaar, Allah is Vergevensgezind,
6 5, 43 | Allah's oordeel is? Toch wenden zij zich af. En zij zijn
7 5, 74 | zich dan niet tot Allah wenden en om Zijn vergiffenis vragen
8 6, 4 | geen teken tot hen of zij wenden zich er van af. ~
9 6, 46 | tekenen verklaren, toch wenden Zij zich af. ~
10 7, 206| die dicht bij uw Heer zijn wenden zich niet met trots van
11 9, 27 | Zich met Barmhartigheid wenden tot wie Hij wil en Allah
12 9, 50 | voorzorgen genomen." En zij wenden zich juichend af. ~
13 9, 102| barmhartigheid tot hen zal wenden. Voorzeker, Allah is Vergevensgezind,
14 9, 106| met barmhartigheid tot hen wenden? Allah is Alwetend, Alwijs. ~
15 9, 127| Ziet iemand ons?" Dan wenden zij zich af. Allah heeft
16 17, 46 | Heer - de Enige - noemt, wenden zij u in afkeer de rug toe. ~
17 18, 18 | naar links en rechts doen wenden, terwijl hun hond met zijn
18 21, 1 | dichterbij gekomen en toch wenden zij zich in achteloosheid
19 21, 32 | welbeschermd dak; niettemin wenden zij zich af van deze tekenen. ~
20 21, 42 | Barmhartige?" Neen, zij wenden zich af van de gedachtenis
21 21, 58 | zij zich tot hem zouden wenden. ~
22 23, 71 | vermaning gezonden doch zij wenden zich ervan af. ~
23 24, 47 | gehoorzamen." Maar daarna wenden sommigen hunner zich af.
24 25, 23 | zullen ons tot hun werken wenden en zullen deze als stof
25 26, 5 | vermaning tot hen of zij wenden zich er van af. ~
26 28, 55 | ijdele gesprekken horen, wenden zij zich er van af en zeggen: "
27 33, 24 | tot hen in barmhartigheid wenden. Voorwaar, Allah is Vergevensgezind,
28 36, 46 | tekenen van hun Heer, of zij wenden er zich van af. ~
29 37, 27 | zullen zich tot anderen wenden, elkander wederkerig ondervragend. ~
30 37, 50 | zullen zich tot anderen wenden, elkander ondervragend. ~
31 39, 17 | aanbidden, en zich tot Allah wenden - voor hen zijn er blijde
32 41, 4 | Maar de meesten hunner wenden zich af, zodat zij niet
33 46, 3 | tijd; maar de ongelovigen wenden zich af van hetgeen, waardoor
34 47, 22 | gij dan niet door u af te wenden verderf in het land brengen
35 52, 25 | zich vragend tot elkander wenden. ~
36 54, 2 | ongelovigen) een teken zien wenden zij zich er van af en zeggen: "
37 60, 4 | ons vertrouwen en tot U wenden wij ons, en naar U is de
38 63, 5 | vergiffenis vragen," dan wenden zij hun hoofd af en gij
39 68, 32 | dan deze zal geven, wij wenden ons tot onze Heer." ~
|