Sura, Verse
1 2, 59 | vervingen het woord door een ander, dat niet tegen hen gesproken
2 2, 85 | Boek en verwerpt gij een ander gedeelte? Er is geen beloning
3 2, 87 | boodschappers de een na de ander zijn voetsporen volgen.
4 2, 283| gegeven. En indien één uwer de ander iets toevertrouwt, laat
5 3, 34 | Afstammelingen, de een van de ander. En Allah is Alhorend, Alwetend. ~
6 3, 118| neemt buiten uw volk geen ander tot intieme vrienden; zij
7 4, 140| dan dat zij zieh met een ander onderwerp bezig houden,
8 5, 27 | werd aangenomen en van de ander niet. De laatstgenoemde
9 5, 41 | luisteren terwille van een ander volk dat niet tot u is gekomen.
10 5, 54 | weten, dat Allah weldra een ander volk zal voortbrengen dat
11 5, 115| zó straffen als Ik geen ander onder de volkeren gestraft
12 6, 6 | hun zonden en deden een ander geslacht na hen ontstaan. ~
13 6, 68 | van hen af, totdat zij een ander gesprek beginnen. En als
14 7, 162| vervingen het woord door een ander dat niet tot hen was gesproken.
15 9, 39 | straffen en zal Hij een ander volk in uw plaats stellen
16 9, 66 | vergeven, zullen Wij een ander deel uwer straffen, omdat
17 11, 57 | medegedeeld, en mijn Heer zal een ander volk uw plaats doen innemen.
18 12, 41 | Heer schenken en wat de ander betreft, hij zal worden
19 16, 115| waarover de naam van een ander dan Allah is aangeroepen
20 17, 15 | zal de last dragen van een ander. En Wij straffen nimmer
21 18, 81 | Heer hun in zijn plaats een ander kind zou schenken dat reiner
22 21, 11 | en na haar hebben Wij een ander volk verwekt! ~
23 23, 31 | Toen verwekten Wij een ander geslacht na hen. ~
24 23, 37 | 37. Er is geen ander leven buiten ons tegenwoordige
25 23, 44 | boodschappers de een na de ander. Telkens wanneer een Boodschapper
26 23, 101| noch zal de een naar de ander vragen. ~
27 35, 18 | lastdragende kan de last van een ander dragen en indien een zwaarbelaste (
28 35, 18 | indien een zwaarbelaste (een ander) roept tot (verlichting
29 38, 22 | procesvoerders, waarvan de ene de ander onrecht heeft aangedaan;
30 39, 7 | lastdragende kan de last van een ander dragen - Dan is uw terugkeer
31 42, 7 | het paradijs zijn, en een ander deel in het laaiend Vuur. ~
32 44, 28 | het, maar Wij deden ze een ander volk erven.
33 47, 38 | Waarheid) afwendt, zal Hij een ander volk in uw plaats brengen
34 53, 20 | 20. En een ander, de derde, Manaat? ~
35 53, 38 | van last de last van een ander zal dragen; ~
36 61, 14 | kinderen Israëls, terwijl een ander deel niet geloofde maar
|