bold = Main text
Sura, Verse grey = Comment text
1 Voo | geschiedenis der vroegere Profeten en hun tegenstanders en
2 2, 61 | van Allah verwierpen en de profeten onrechtvaardig doodden,
3 2, 91 | hebt gij dan de vroegere profeten van Allah gedood, als gij
4 2, 136| hetgeen aan alle andere profeten werd gegeven door hun Heer.
5 2, 177| engelen, het Boek en de profeten gelooft en die van zijn
6 2, 213| gemeenschap. Daarna verwekte Allah profeten als brengers van goede tijdingen
7 2, 246| toen zij tot één hunner profeten zeiden: "Stel ons een koning
8 3, 21 | van Allah verwerpen en de profeten ten onrechte doden en ook
9 3, 80 | gebieden de engelen en de profeten als goden te aanvaarden.
10 3, 81 | 81. En toen Allah met de profeten een verbond sloot, zeide
11 3, 84 | aan Mozes en Jezus en de profeten door hun Heer werd gegeven.
12 3, 112| van Allah verwierpen en de profeten onrechtvaardig doodden.
13 3, 146| 146. Er zijn vele profeten geweest aan wier zijden
14 3, 181| gezegd en hun pogingen om de profeten onrechtvaardig te doden,
15 4, 69 | geschonken, namelijk, de profeten, de waarachtigen, de getuigen (
16 4, 155| ten onrechte doden van de profeten en omdat ze zeggen: "Onze
17 4, 163| gezonden, zoals Wij Noach en de profeten na hem openbaring zonden
18 5, 20 | s gunst aan u, toen Hij profeten onder u aanstelde en u koningen
19 5, 44 | en licht was, waarmede de profeten die gehoorzaam waren recht
20 17, 55 | is. En Wij hebben sommige profeten boven de anderen doen uitmunten
21 19, 58 | uitgestort; namelijk de profeten van het nageslacht van Adam
22 21 | 21. De Profeten (Al-Anmbi'jaa) ~Geopenbaard
23 21, 5 | brengen zoals de vroegere (profeten) dit hebben gebracht." ~
24 33, 7 | 7. En toen Wij met de profeten een verbond sloten: met
25 33, 40 | van Allah en het zegel der profeten; Allah heeft kennis van
26 39, 69 | nedergelegd worden en de profeten en de getuigen zullen worden
27 43, 6 | 6. Hoevele profeten hebben Wij tot de vroegere
28 43, 88 | 88. En zijn (des Profeten) gezegde: "O, mijn Heer,
29 44, 5 | Voorzeker, Wij zenden (de profeten) ~
|