Sura, Verse
1 6, 77| 77. En toen hij de maan zag glanzen, zeide hij: "
2 6, 96| ingesteld en de zon en de maan voor het uitrekenen (der
3 7, 54| snel opvolgt. De zon en de maan en de sterren zijn door
4 10, 5 | stralend licht maakte en de maan tot een helder licht en
5 12, 4 | sterren en de zon en de maan en ik zag ze zich voor mij
6 13, 2 | En Hij heeft de zon en de maan in dienst gesteld; elk volgt
7 14, 33| Hij heeft ook de zon en de maan, die beiden hun werk voortdurend
8 16, 12| nacht, de dag, de zon, de maan en de sterren in uw dienst
9 21, 33| schiep. Ook de zon en de maan, elk hunner beweegt zich
10 22, 18| op aarde is, de zon, de maan, de sterren, de bergen,
11 25, 61| stralende zon en de glanzende maan aan de hemel heeft geplaatst. ~
12 29, 61| geschapen, en de zon en de maan in dienst gesteld?" zullen
13 31, 29| en dat hij de zon en de maan in dienst heeft gesteld?
14 35, 13| En Hij heeft de zon en de maan in dienst gesteld; elk volgt
15 36, 39| 39. En voor de maan hebben Wij fasen bepaald
16 36, 40| 40. De zon mag de maan niet achterhalen noch kan
17 39, 5 | en Hij heeft de zon en de maan in dienst gesteld; elk loopt
18 41, 37| en de nacht, de zon en de maan; derhalve werpt u niet neder
19 41, 37| neder voor de zon of de maan maar werpt u neder voor
20 54 | 54. De Maan (Al-Qamar) Geopenbaard
21 54, 1 | Het Uur is nabij, en de Maan is opengespleten. ~
22 55, 5 | 5. De zon en de maan doorlopen hun banen volgens
23 71, 16| 16. En hoe Hij de maan daarin als licht heeft geplaatst
24 74, 32| 32. Neen, bij de maan, ~
25 75, 8 | 8. En de maan verduisterd zal zijn, ~
26 75, 9 | 9. En de zon en de maan zullen samen gebracht worden, ~
27 84, 18| 18. En de maan als zij vol wordt, ~
28 91, 2 | 2. En bij de maan als zij deze volgt, ~
|