Sura, Verse
1 6, 94 | gij hebt, hetgeen Wij u schonken achter u gelaten en Wij
2 12, 22 | Toen hij volwassen was, schonken Wij hem oordeel en kennis;
3 16, 122| 122. En Wij schonken hem het goede in deze wereld
4 17, 101| 101. En voorwaar, wij schonken Mozes negen duidelijke tekenen.
5 18, 84 | vestigden zijn macht op aarde en schonken hem de middelen (en het
6 19, 12 | krachtig aan het Boek." Wij schonken hem wijsheid, terwijl hij
7 19, 49 | aanbaden, had losgemaakt, schonken Wij hem Isaäc en Jacob en
8 19, 50 | 50. En Wij schonken hun Onze barmhartigheid
9 19, 53 | 53. En Wij schonken hem, door Onze barmhartigheid
10 20, 40 | hem zal verzorgen?' Aldus schonken Wij u terug aan uw moeder
11 21, 48 | 48. En Wij schonken Mozes en Aäron het Onderscheid,
12 21, 51 | 51. En voorheen schonken Wij aan Abraham zijn rechtschapenheid
13 21, 72 | 72. En Wij schonken hem Izaäk en Jacob als kleinzoon
14 21, 74 | 74. En aan Lot schonken Wij wijsheid en kennis.
15 21, 79 | 79. Wij schonken Salomo begrip van de zaak
16 21, 79 | de zaak en aan elk hunner schonken Wij wijsheid en kennis.
17 23, 49 | 49. En wij schonken Mozes het Boek opdat zij (
18 23, 50 | moeder tot een teken en schonken hun toevlucht op een hoog
19 31, 12 | 12. En Wij schonken wijsheid aan Loqmaan, zeggende: "
20 34, 10 | 10. En voorwaar, Wij schonken David overvloed van Ons
21 38, 30 | 30. En aan David schonken Wij Salomo; een voortreffelijke
22 38, 43 | 43. Wij schonken hem zijn familie en evenveel
23 43, 59 | dienaar wie Wij Onze gunst schonken en Wij stelden hem tot voorbeeld
|