1-500 | 501-1000 | 1001-1334
bold = Main text
Sura, Verse grey = Comment text
1001 36, 22 | ik Hem, Die mij schiep en tot Wie gij zult worden teruggebracht,
1002 36, 23 | 23. Zal ik anderen tot goden nemen naast Hem? Indien
1003 36, 27 | heeft geschonken en mij tot een der geëerden heeft gemaakt!" ~
1004 36, 28 | engelen) uit de hemel neder (tot zijn volk) noch zenden Wij
1005 36, 30 | er komt geen boodschapper tot hen of zij bespotten hem. ~
1006 36, 31 | hebben vernietigd, die niet tot hen terugkeren? ~
1007 36, 39 | hebben Wij fasen bepaald tot zij als een oude tak van
1008 36, 45 | 45. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Behoedt
1009 36, 46 | Maar er komt geen teken tot hen van de tekenen van hun
1010 36, 47 | 47. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Besteedt
1011 36, 47 | zeggen de ongelovigen tot de gelovigen, "Moeten wij
1012 36, 50 | kunnen maken noch zullen zij tot hun families terugkeren. ~
1013 36, 65 | maar hun handen zullen tot ons spreken en hun voeten
1014 36, 72 | rijdieren zijn, en sommige tot voedsel strekken. ~
1015 36, 83 | over alle dingen is! En tot Hem zult gij worden teruggebracht. ~~
1016 37, 27 | Sommigen hunner zullen zich tot anderen wenden, elkander
1017 37, 35 | 35. Voorzeker toen er tot hen werd gezegd: "Er is
1018 37, 50 | enigen hunner zullen zich tot anderen wenden, elkander
1019 37, 53 | wanneer wij dood zijn en tot stof en beenderen geworden,
1020 37, 57 | van mijn Heer, ik zou ook tot hen behoren die daar aanwezig
1021 37, 63 | Voorzeker, wij hebben deze tot een beproeving voor de onrechtvaardigen
1022 37, 72 | Wij hadden waarschuwers tot hen gezonden. ~
1023 37, 77 | maakten zijn nakomelingen tot de overlevenden. ~
1024 37, 83 | 83. En voorwaar, tot zijn partij behoorde Abraham; ~
1025 37, 84 | 84. Toen hij tot zijn Heer kwam met een deemoedig
1026 37, 85 | 85. En hij tot zijn vader en tot zijn volk
1027 37, 85 | En hij tot zijn vader en tot zijn volk zeide: "Wat aanbidt
1028 37, 91 | 91. En hij ging heimelijk tot hun goden en zeide: "Waarom
1029 37, 122| Voorwaar zij behoorden tot Onze gelovige dienaren. ~
1030 37, 124| 124. Toen hij tot zijn volk zeide, "Wilt gij
1031 37, 135| uitzoudering van zijn vrouw die tot de achterblijvenden beboorde. ~
1032 37, 143| Indien hij niet behoorde tot hen die Ons verheerlijken, ~
1033 37, 144| diens buik zijn gebleven tot de Dag der Opstanding. ~
1034 37, 147| zonden hem als boodschapper tot honderdduizend of meer mensen. ~
1035 38, 4 | waarschuwer uit hun midden tot hen is gekomen; en de ongelovigen
1036 38, 17 | voorzeker hij was altijd tot God geneigd. ~
1037 38, 24 | vergiffenis van zijn Heer en zich tot Hem wendend, viel hij in
1038 38, 25 | voortreffelijk toevlucht tot Ons. ~
1039 38, 30 | voortreffelijke dienaar, die altijd (tot Ons) geneigd was. ~
1040 38, 34 | hij (Salomo) wendde zich tot (God). ~
1041 38, 40 | inderdaad een dichte toenadering tot Ons en een voortreffelijke
1042 38, 41 | Onze dienaar Job, toen hij tot zijn Heer riep: "Satan heeft
1043 38, 44 | voortreffelijke dienaar en altijd tot Ons geneigd. ~
1044 38, 48 | Zolkifl; zij behoren allen tot de besten. ~
1045 38, 71 | 71. Toen uw Heer tot de engelen zeide: "Ik ga
1046 38, 74 | toonde hoogmoed en behoorde tot de ongelovigen. ~
1047 38, 75 | te trots of behoort gij tot de (hoog) verhevenen?" ~
1048 38, 78 | Mijn vloek zal op u rusten tot de Dag des Oordeels." ~
1049 38, 79 | vergun mij dan uitstel tot de Dag waarop zij zullen
1050 38, 81 | 81. Tot de Dag van de bepaalde tijd." ~
1051 39, 7 | dragen - Dan is uw terugkeer tot uw Heer: en Hij zal u mededelen
1052 39, 8 | hij zijn Heer aan, zich tot Hem wendend. Dan, wanneer
1053 39, 8 | wijle, gij behoort zeker tot de bewoners van het Vuur." ~
1054 39, 14 | zijnde in gehoorzaamheid tot Hem." ~
1055 39, 17 | goden te aanbidden, en zich tot Allah wenden - voor hen
1056 39, 21 | aarde doet binnendringen tot (het vormen van) bronnen?
1057 39, 24 | vreselijke straf? - terwijl tot de onrechtvaardigen zal
1058 39, 32 | verloochent wanneer zij tot hem komt? Is er voor de
1059 39, 40 | 40. Tot wie de vernederende kastijding
1060 39, 42 | opgeschreven en zendt de overigen tot een bepaalde tijd (in het
1061 39, 54 | 54. "Wendt u tot uw Heer en onderwerpt u
1062 39, 56 | En inderdaad behoorde ik tot de spotters." ~
1063 39, 57 | geleid dan zou ik zeker tot de godvruchtigen hebben
1064 39, 58 | terugkeer was, dan zou ik tot de goeden behoren." ~
1065 39, 59 | Neen, Mijn tekenen kwamen tot u, doch gij verloochendet
1066 39, 59 | hoogmoedig en behoordet tot de ongelovigen.'' ~
1067 39, 65 | blijken en gij zult zeker tot de verliezers behoren." ~
1068 39, 66 | Allah alleen en behoort tot de dankbaren. ~
1069 39, 71 | en haar wachters zullen tot hen zeggen: "Kwamen er geen
1070 39, 71 | boodschappers van uit uw midden tot u, de tekenen van uw Heer
1071 39, 73 | en zijn bewakers zullen tot hen zeggen: "Vrede zij u!
1072 40, 3 | is geen God buiten Hem. Tot Hem is de terugkeer. ~
1073 40, 10 | eigen misnoegen toen gij tot het geloof werd geroepen
1074 40, 13 | uit behalve hij die zich (tot God) wendt. ~
1075 40, 14 | zijnde in gehoorzaamheid tot Hem, hoewel de ongelovigen
1076 40, 22 | omdat hun boodschappers tot hen kwamen met duidelijke
1077 40, 24 | 24. Tot Pharao en Hamaan en Korach,
1078 40, 25 | Mozes) met Waarheid van Ons tot hen kwam, zeiden zij: "Doodt
1079 40, 28 | Heer is Allah'; terwijl hij tot u gekomen is met duidelijke
1080 40, 34 | En voordien kwam Jozef tot u met duidelijke tekenen,
1081 40, 35 | dat enig gezag (daarover) tot hen kwam; dit is afkeurenswaardig
1082 40, 41 | hoe komt het toch dat ik u tot redding roep en gij mij
1083 40, 41 | redding roep en gij mij tot het Vuur wilt leiden? ~
1084 40, 42 | kennis heb. En ik roep u tot de Almachtige, de Vergevensgezinde." ~
1085 40, 43 | voorwaar, onze terugkeer is tot Allah, en de overtreders
1086 40, 47 | twisten, zullen de zwakken tot de trotsen zeggen: "Voorzeker,
1087 40, 49 | in het Vuur zijn zullen tot de bewaarders der hel zeggen: "
1088 40, 50 | Kwamen uw boodschappers niet tot u met duidelijke bewijzen?"
1089 40, 65 | zijnde in gehoorzaamheid tot Hem. Alle lof behoort aan
1090 40, 66 | duidelijke bewjizen van mijn Heer tot mij zijn gekomen; en het
1091 40, 67 | tijd bereiken; opdat gij tot inzicht komt. ~
1092 40, 73 | 73. Dan zal er tot hen worden gezegd: "Waar
1093 40, 75 | 75. Er zal tot hen worden gezegd: "Dit
1094 40, 77 | sterven, zij zullen toch tot Ons worden teruggebracht. ~
1095 40, 83 | boodschappers met duidelijke tekenen tot hen kwamen, namen zij genoegen
1096 41, 11 | 11. Dan wendde Hij Zich tot de hemel terwijl deze een
1097 41, 11 | was en zeide hiertegen en tot de aarde: "Komt beiden,
1098 41, 14 | van vóór hen en achter hen tot hen kwamen, zeggende: "Aanbidt
1099 41, 20 | 20. Tot zij het bereiken, zullen
1100 41, 21 | 21. En zij zullen tot hun huiden zeggen: "Waarom
1101 41, 21 | keer schiep en gij zijt tot Hem teruggebracht. ~
1102 41, 23 | Heer koesterdet, heeft u tot verderf gebracht, daarom
1103 41, 23 | gebracht, daarom behoort gii tot de verliezers.
1104 41, 24 | vragen, behoren zij niet tot hen aan wie deze wordt verleend. ~
1105 41, 29 | mogen plaatsen zodat zij tot de vernederden behoren." ~
1106 41, 33 | woord dan hij die mensen tot Allah uitnodigt en goede
1107 41, 33 | zegt: "Waarlijk, ik behoor tot de Moslims." ~
1108 41, 36 | treft, zoek dan toevlucht tot Allah. Waarlijk, Hij is
1109 41, 39 | 39. Dit behoort tot Zijn tekenen, dat gij de
1110 41, 41 | Vermaning geloven als deze tot hen komt (zijn de verliezers);
1111 41, 43 | 43. Er is niets tot u gezegd behalve het geen
1112 41, 47 | kennis. En de Dag waarop Hij tot hen zal roepen: "Waar zijn
1113 41, 50 | plaatsvinden. Maar indien ik tot mijn Heer word teruggebracht
1114 41, 53 | afgelegen streken tonen, tot het hun duidelijk wordt
1115 42, 6 | die naast Hem beschermers tot zich nemen, over hen waakt
1116 42, 8 | Allah wilde kon Hij hen tot een enkel volk hebben gemaakt,
1117 42, 9 | zij naast Hem besehermers tot zich genomen terwijl Allah
1118 42, 10 | stel ik mijn vertrouwen, en tot Hem wend ik mij." ~
1119 42, 11 | en der aarde. Hij heeft u tot paren gemaakt, evenals het
1120 42, 13 | hem die zich (in berouw) tot Hem wendt. ~
1121 42, 14 | verdeeld, nadat de kennis tot hen was gekomen, door zelfzuchtige
1122 42, 15 | zal ons tezamen brengen en tot Hem is de terugkeer. ~
1123 42, 44 | zeggen: "Is er geen weg tot terugkeer?" ~
1124 42, 51 | niet mogelijk dat Allah tot hem zou spreken anders dan
1125 42, 52 | was. Maar Wij maakten het tot een licht waarbij Wij leiding
1126 42, 53 | is, toebehoort. Ziet toe, tot Allah is de terugkeer van
1127 43, 3 | Voorzeker, Wij hebben het tot een duidelijke verkondiging
1128 43, 6 | Hoevele profeten hebben Wij tot de vroegere geslachten gezonden! ~
1129 43, 7 | 7. En er kwam tot hen nooit een profeet of
1130 43, 14 | En voorzeker wij moeten tot onze Heer wederkeren." ~
1131 43, 19 | zijn van de Barmhartige, tot vrouwelijke wezens. Waren
1132 43, 19 | opgetekend en zij zullen tot rekenschap worden geroepen. ~
1133 43, 26 | En (gedenkt) hoe Abraham tot zijn vader en zijn volk
1134 43, 29 | die alles verduidelijkte, tot hen kwam. ~
1135 43, 30 | 30. Maar nu de Waarheid tot hen is gekomen, zeggen zij: "
1136 43, 47 | toen hij met Onze tekenen tot hen kwam, ziet, bespotten
1137 43, 49 | 49. En zij zeiden (tot Mozes): "O, gij tovenaar,
1138 43, 49 | gij tovenaar, bid voor ons tot uw Heer overeenkomstig het
1139 43, 51 | 51. En Pharao riep tot zijn volk: "O, mijn volk!
1140 43, 54 | Zo maakte hij zijn volk tot dwazen en zij gehoorzaamden
1141 43, 56 | hen vergaan en maakten dit tot een voorbeeld voor de komende (
1142 43, 58 | hij beter?" Zij zeggen dit tot u alleen om te twisten.
1143 43, 59 | schonken en Wij stelden hem tot voorbeeld voor de kinderen
1144 43, 60 | Wij engelen uit uw midden tot opvolgers op aarde maken. ~
1145 43, 63 | Waarlijk ik ben met wijsheid tot u gekomen opdat ik u iets
1146 43, 66 | 66. Zij wachten slechts tot het Uur plotseling over
1147 43, 85 | de kennis van het Uur, en tot Hem zult gij worden teruggebracht. ~
1148 43, 86 | aanroepen bezitten geen macht tot bemiddeling, behalve hij,
1149 44, 4 | 4. Waarin al het wijze tot in bijzonderheden is uitgelegd. ~
1150 44, 13 | voor hen zijn, terwijl er tot hen een boodschapper is
1151 44, 17 | eerwaardige boodschapper tot hen zeggende: ~
1152 44, 19 | tegen Allah. Zeker, ik kom tot u met duidelijk gezag. ~
1153 44, 20 | 20. En ik zoek toevlucht tot mijn en uw Heer, vrezende
1154 44, 22 | 22. Toen bad hij tot zijn Heer: "Dit is inderdaad
1155 45, 10 | afgoden die zij buiten Allah tot beschermers namen, terwijl
1156 45, 15 | ziel. Ten slotte zult gij tot uw Heer worden teruggebracht. ~
1157 45, 17 | onenig slechts nadat kennis tot hen was gekomen door onderlinge
1158 45, 23 | die zijn eigen begeerte tot zijn God maakt, en die Allah
1159 45, 28 | zien knielen. Elk volk zal tot zijn boek worden geroepen
1160 45, 28 | worden geroepen en er zal tot hen worden gezegd: "Heden
1161 45, 29 | is Ons Boek: het spreekt tot u; met waarheid. Wij hebben
1162 45, 31 | 31. Maar tot de ongelovigen (zal gezegd
1163 46, 5 | afgoden) aanroept, die tot de Dag der Opstanding hem
1164 46, 7 | die de Waarheid, toen zij tot hen kwam, verwierpen: "Dit
1165 46, 15 | rechtvaardig zijn. Ik wend mij tot U: en waarlijk, ik behoor
1166 46, 15 | en waarlijk, ik behoor tot de Moslims. ~
1167 46, 16 | over het hoofd. Zij behoren tot de bewoners van het paradijs,
1168 46, 17 | 17. - Maar degene, die tot zijn ouders zegt: "Foei
1169 46, 17 | vergaan" En beiden roepen tot Allah om hulp: "Wee u! Geloof:
1170 46, 20 | worden blootgesteld, zal er tot hen worden gezegd: "Gij
1171 46, 22 | Toen zeiden zij: "Zijt gij tot ons gekomen om ons van onze
1172 46, 28 | degenen, die zij buiten Allah tot goden hadden aaagenomen,
1173 46, 30 | voorafgaande vervult, het leidt tot de Waarheid en tot de rechte
1174 46, 30 | leidt tot de Waarheid en tot de rechte weg." ~
1175 47, 16 | van u weggaan, zeggen zij tot hen aan wie kennis is gegeven: "
1176 47, 18 | wanneer het (Uur) werkelijk tot hen komt? ~
1177 47, 26 | 26. Dat is doordat zij tot degenen die haten wat Allah
1178 48, 10 | zijn eed schendt, doet dit tot zijn eigen nadeel en wie
1179 48, 11 | die achterbleven, zullen tot u zeggen: "Onze bezittingen
1180 48, 12 | boodschapper en de gelovigen nooit tot hun gezinnen zouden terugkeren
1181 48, 16 | 16. Zeg tot de Arabieren der woestijn
1182 48, 29 | eigen stengel komt te staan, tot vreugde der zaaiers en woede
1183 49, 2 | profeet en spreekt niet hardop tot hem, zoals gij hardop tot
1184 49, 2 | tot hem, zoals gij hardop tot elkander spreekt, opdat
1185 49, 3 | degenen wier hart Allah tot rechtvaardigheid heeft gezuiverd.
1186 49, 5 | geduld tonen totdat gij tot hen komt, zou het beter
1187 49, 9 | overtredende partij totdat zij tot de verordening van Allah
1188 49, 13 | geschapen en Wij hebben u tot volkeren en stammen gemaakt,
1189 49, 17 | gunst bewezen doordat Hij u tot het geloof heeft geleid
1190 50, 2 | hun midden een waarschuwer tot hen kwam. En de ongelovigen
1191 50, 5 | Waarheid verloochend toen deze tot hen kwam, derhalve zijn
1192 50, 16 | toefluistert. En Wij zijn nader tot hem dan zijn halsader. ~
1193 50, 30 | 30. Op die Dag zullen Wij tot de hel zeggen: "Zijt gij
1194 50, 33 | en met een berouwvol hart tot Hem kwam. ~
1195 50, 43 | de dood veroorzaken, en tot Ons is de terugkeer. ~
1196 51, 38 | een teken), toen Wij hem tot Pharao zonden met openlijk
1197 51, 43 | teken in de Samoed toen er tot hen werd gezegd: "Vermaakt
1198 51, 50 | 50. Haast u daarom tot Allah. Waarlijk ik ben voor
1199 51, 52 | 52. En er kwam tot degenen, die vóór hen waren,
1200 51, 56 | djinn en de mensen slechts tot Mijn aanbidding geschapen. ~
1201 52, 23 | elkander een beker van hand tot hand reiken waarin ijdelheid
1202 52, 25 | zij zullen zich vragend tot elkander wenden. ~
1203 53, 23 | leiding van hun Heer is nu tot hen gekomen. ~
1204 53, 42 | En dat alles uiteindelijk tot uw Heer komt, ~
1205 53, 47 | dat de volgende opwekking (tot leven) op Hem rust: ~
1206 54, 4 | er zijn reeds tijdingen tot hen gekomen waarin een waarschuwing
1207 54, 6 | aankondiger hen zal roepen tot iets onaangenaams, ~
1208 54, 10 | 10. Daarom bad hij tot zijn Heer: "Ik ben gewis
1209 54, 15 | 15. En Wij maakten dit tot een teken. Is er iemand
1210 54, 41 | kwamen ook waarschuwers tot het volk van Pharao. ~
1211 54, 48 | worden gesleurd, zal er tot hen worden gezegd: "Voelt
1212 56, 35 | Voorwaar, Wij hebben dezen tot een wonderligke schepping
1213 56, 38 | 38. Tot degenen aan de rechter kant. ~
1214 56, 65 | willen, kunnen Wij dat alles tot stof maken, dan blijft gij
1215 56, 73 | 73. Wij hebben het tot een aanmaning en een weldaad
1216 56, 75 | verschieten der sterren tot getuige ~
1217 56, 88 | 88. Als hij nu behoort tot degenen, die dicht bij God
1218 56, 90 | 90. En indien hij behoort tot degenen aan de rechter kant, ~
1219 56, 92 | 92. Maar als hij behoort tot de dwalenden die (de Waarheid)
1220 57, 13 | huichelaars en huichelaarsters tot de gelovigen zullen zeggen: "
1221 57, 14 | De huichelaars zullen tot de gelovigen) roepen: "Waren
1222 58, 1 | aangaande haar man twistte en tot Allah klaagde. En Allah
1223 58, 8 | boodschapper? En als zij tot u komen, groeten zij u met
1224 58, 9 | rechtvaardigheid, en vreest Allah tot Wie gij zult worden verzameld. ~
1225 58, 13 | zich met barmhartigheid tot u gewend, houdt dan het
1226 58, 18 | zal opwekken, zullen zij tot Hem zweren zoals zij dit
1227 58, 18 | Hem zweren zoals zij dit tot u deden en zij zullen denken
1228 58, 19 | doen vergeten. Zij behoren tot Satans partij. Ziet toe,
1229 58, 22 | welbehagen in Hem. Zij behoren tot Allah's partij. Voorwaar,
1230 59, 2 | tegen Allah. Maar Allah kwam tot hen, vanwaar zij Hem niet
1231 59, 9 | hebben diegenen lief, die tot hen de toevlucht nemen,
1232 60, 1 | vijanden en uw vijanden niet tot vrienden! Biedt gij hun
1233 60, 1 | hoewel zij de Waarheid die tot u is gekomen hebben verworpen
1234 60, 4 | uitgezonderd het woord van Abraham tot zijn vader: "Ik zal zeker
1235 60, 4 | stellen wij ons vertrouwen en tot U wenden wij ons, en naar
1236 60, 5 | Onze Heer, maak ons niet tot een voorwerp van beproeving
1237 60, 10 | wanneer gelovige vrouwen tot u komen als vluchtelingen,
1238 60, 12 | Wanneer gelovige vrouwen tot u komen, haar eed van trouw
1239 61, 6 | Ahmad zijn." En als hij tot hen komen zal met duidelijke
1240 61, 7 | terwijl hij opgeroepen wordt tot de Islam? Allah leidt het
1241 61, 12 | doorheen rivieren stromen en tot reine woningen toelaten
1242 61, 14 | toen Jezus, zoon van Maria, tot zijn discipelen zeide: "
1243 62, 8 | zeker treffen. Dan zult gij tot de Kenner van het onzichtbare
1244 62, 9 | Wanneer op Vrijdag de oproep tot het gebed is uitgezonden,
1245 63, 1 | Wanneer de huichelaars tot u komen, zeggen zij: "Wij
1246 63, 2 | 2. Zij hebben hun eden tot een schild gemaakt; zo leiden
1247 63, 5 | 5. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Komt,
1248 63, 9 | En wie dat doet behoort tot de verliezers. ~
1249 63, 10 | aalmoezen zou kunnen geven en tot de rechtvaardigen behoren?" ~
1250 64, 3 | schone gedaante gegeven, en tot Hem is aller terugkeer. ~
1251 64, 6 | met duidelijke bewijzen tot hen kwamen, maar zij zeiden: "
1252 64, 9 | zijn fouten en Hij zal hun tot tuinen toegang geven waardoor
1253 65, 2 | rechtvaardigen vanuit uw midden tot getuigen en laat dit een
1254 65, 4 | voor de zwangeren duurt tot zij verlost zijn. En degenen
1255 65, 6 | zwanger zijn, onderhoudt haar tot zij verlost zijn. En als
1256 65, 8 | boodschappers! Wij riepen ze dan tot een strenge verantwoording
1257 65, 10 | inderdaad een vermaning tot u nedergezonden. ~
1258 66, 4 | Als gij beide (vrouwen) u tot Allah wendt en uw hart is
1259 66, 8 | O gij gelovigen, wendt u tot Allah in oprecht berouw.
1260 66, 10 | tegen Allah, en er werd tot hen gezegd: "Gaat het Vuur
1261 66, 12 | Zijn Boeken en behoorde tot de gehoorzamen. ~~
1262 67, 4 | zal vermoeid en verzwakt tot u terugkeren. ~
1263 67, 5 | versierd, Wij hebben hem tot een middel gemaakt om de
1264 67, 8 | Kwam er geen waarschuwer tot u?" ~
1265 67, 9 | Zeker, de waarschuwer kwam tot ons, maar wij verwierpen
1266 67, 15 | geniet van haar gaven. En tot Hem zal de Opstanding zijn. ~
1267 67, 24 | vermenigvuldigt op aarde en tot Hem zult gij bijeen verzameld
1268 68, 21 | 21. Toen riepen zij tot elkander in de morgen, ~
1269 68, 28 | hen sprak: "Zeide ik niet tot u: 'Waarom looft gij (God)
1270 68, 32 | zal geven, wij wenden ons tot onze Heer." ~
1271 68, 39 | verdragen met Ons gesloten tot de Dag der Opstanding zodat
1272 68, 43 | overvallen, want zij werden tot het prostraat Sadjdah geroepen
1273 68, 50 | verkoos hem en maakte hem tot één der goeden. ~
1274 69, 12 | 12. Opdat Wij dit tot een les voor u mochten maken
1275 70, 4 | engelen en de geest gaan tot Hem op, in een Dag waarvan
1276 70, 42 | overgeven en zich vermaken tot zij de Dag tegemoet gaan
1277 71, 1 | 1. Wij zonden Noach tot zijn volk, "Waarschuw uw
1278 71, 4 | vergeven en u uitstel verlenen tot een bepaalde termijn; voorwaar,
1279 71, 9 | het openbaar; ook sprak ik tot hen in het verborgene. ~
1280 71, 21 | bezit en kinderen slechts tot zijn ondergang hebben bijgedragen. ~
1281 72, 2 | 2. Die tot rechtschapenheid leidt;
1282 72, 20 | 20. Zeg: "Ik bid alleen tot mijn Heer en ik vereenzelvig
1283 72, 24 | 24. Tot zij de straf zien waarmee
1284 73, 9 | naast Hem; neem Hem daarom tot uw Beschermer. ~
1285 73, 15 | 15. Waarlijk, Wij hebben tot u een boodschapper gezonden,
1286 73, 15 | geljik Wij een boodschapper tot Pharao zonden. ~
1287 73, 19 | moge hij die wil, de weg tot zijn Heer inslaan. ~
1288 73, 20 | Hij Zich in barmhartigheid tot u gewend. Zegt dan zoveel
1289 74, 31 | hebben niets dan engelen tot wachters van het Vuur gemaakt.
1290 74, 31 | getal niet vastgesteld, dan tot beproeving der ongelovigen,
1291 74, 43 | antwoorden: "Wij behoorden niet tot hen die plachten te bidden. ~
1292 75, 1 | roep de Dag der Opstanding tot getuige. ~
1293 75, 2 | zichzelf beschuldigende ziel tot getuige. ~
1294 75, 4 | macht hem te herstellen tot in zijn vingertoppen. ~
1295 75, 26 | de ziel van de stervende tot de keel zal opstijgen, ~
1296 75, 30 | 30. Dan wordt (hij) tot uw Heer gedreven, ~
1297 76, 29 | wenst, kieze een weg die tot zijn Heer leidt. ~
1298 76, 31 | 31. Hij laat tot Zijn barmhartigheid ingaan
1299 77, 6 | 6. Om tot verontschuldiging te brengen
1300 77, 12 | 12. Tot welke Dag is dit einde uitgesteld? ~
1301 77, 13 | 13. Tot de Dag der beslissing. ~
1302 77, 30 | 30. Begeeft u tot een schaduw van drie takken, ~
1303 77, 48 | 48. En als er tot hen wordt gezegd: "Buigt
1304 78, 9 | hebben Wij uw slaap niet tot rusten bestemd? ~
1305 78, 20 | bergen verdwijnen en worden tot een luchtspiegeling. ~
1306 79, 10 | zeggen: "Zullen wij werkelijk tot onze vroegere toestand worden
1307 79, 18 | 18. En zeg tot hem: Zoudt gij u willen
1308 79, 19 | 19. En ik zal u tot uw Heer leiden opdat gij
1309 80, 2 | Omdat er een blinde man tot hem kwam. ~
1310 80, 8 | 8. Maar hij die zich tot u haast, ~
1311 81, 15 | 15. En Ik roep tot getuige datgene wat terugkeert, ~
1312 83, 17 | 17. En er zal tot hen worden gezegd: "Dit
1313 83, 31 | 31. En wanneer zij tot de hunnen terugkeerden,
1314 84, 9 | 9. En zal tot de zijnen in vreugde terugkeren. ~
1315 84, 16 | roep de avondschemering tot getuige. ~
1316 86, 8 | Voorzeker, Hij kan hem (tot het leven) terugroepen. ~
1317 87, 8 | Wij zullen uw weg effenen tot gemak. ~
1318 88, 25 | Voorwaar, hun terugkeer is tot Ons. ~
1319 89, 28 | 28. Keer tot uw Heer terug, verblijd
1320 90, 17 | behoort hij (die dit doet) tot hen, die geloven en elkander
1321 90, 17 | geloven en elkander aansporen tot geduld en die elkander aansporen
1322 90, 17 | en die elkander aansporen tot barmhartigheid. ~
1323 92, 7 | zullen zijn weg effenen tot welslagen. ~
1324 94, 8 | 8. En wend u tot uw Heer. ~~
1325 95, 5 | laten Wij hem vervallen tot het allerlaagste, ~
1326 96 | Al-Alaq) ~De strofen een tot vijf zijn de eerste gereveleerde
1327 96, 8 | Voorwaar uw terugkeer is tot uw Heer. ~
1328 96, 12 | 12. Of tot rechtvaardigheid maant. ~
1329 97, 5 | 5. "In alles Vrede," tot het rijzen van de dageraad. ~~
1330 98, 1 | vóórdat een duidelijk bewijs tot hen gekomen was, ~
1331 98, 4 | nadat het duidelijke teken tot hen gekomen was. ~
1332 103, 3 | werken doen, en elkander tot waarheid, en geduld aansporen. ~~
1333 108, 2 | 2. Bid daarom tot uw Heer en offer. ~
1334 110, 2 | groepsgewijze ziet binnentreden tot Allah's godsdienst, ~
1-500 | 501-1000 | 1001-1334 |