Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
torah 18
toren 2
torens 1
tot 1334
totdat 66
touwen 1
tovenaar 12
Frequency    [«  »]
1579 hen
1522 voor
1422 hun
1334 tot
1201 zal
1151 hem
1133 zullen

Koran

IntraText - Concordances

tot

1-500 | 501-1000 | 1001-1334

                                                     bold = Main text
     Sura, Verse                                     grey = Comment text
1001 36, 22 | ik Hem, Die mij schiep en tot Wie gij zult worden teruggebracht, 1002 36, 23 | 23. Zal ik anderen tot goden nemen naast Hem? Indien 1003 36, 27 | heeft geschonken en mij tot een der geëerden heeft gemaakt!" ~ 1004 36, 28 | engelen) uit de hemel neder (tot zijn volk) noch zenden Wij 1005 36, 30 | er komt geen boodschapper tot hen of zij bespotten hem. ~ 1006 36, 31 | hebben vernietigd, die niet tot hen terugkeren? ~ 1007 36, 39 | hebben Wij fasen bepaald tot zij als een oude tak van 1008 36, 45 | 45. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Behoedt 1009 36, 46 | Maar er komt geen teken tot hen van de tekenen van hun 1010 36, 47 | 47. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Besteedt 1011 36, 47 | zeggen de ongelovigen tot de gelovigen, "Moeten wij 1012 36, 50 | kunnen maken noch zullen zij tot hun families terugkeren. ~ 1013 36, 65 | maar hun handen zullen tot ons spreken en hun voeten 1014 36, 72 | rijdieren zijn, en sommige tot voedsel strekken. ~ 1015 36, 83 | over alle dingen is! En tot Hem zult gij worden teruggebracht. ~~ 1016 37, 27 | Sommigen hunner zullen zich tot anderen wenden, elkander 1017 37, 35 | 35. Voorzeker toen er tot hen werd gezegd: "Er is 1018 37, 50 | enigen hunner zullen zich tot anderen wenden, elkander 1019 37, 53 | wanneer wij dood zijn en tot stof en beenderen geworden, 1020 37, 57 | van mijn Heer, ik zou ook tot hen behoren die daar aanwezig 1021 37, 63 | Voorzeker, wij hebben deze tot een beproeving voor de onrechtvaardigen 1022 37, 72 | Wij hadden waarschuwers tot hen gezonden. ~ 1023 37, 77 | maakten zijn nakomelingen tot de overlevenden. ~ 1024 37, 83 | 83. En voorwaar, tot zijn partij behoorde Abraham; ~ 1025 37, 84 | 84. Toen hij tot zijn Heer kwam met een deemoedig 1026 37, 85 | 85. En hij tot zijn vader en tot zijn volk 1027 37, 85 | En hij tot zijn vader en tot zijn volk zeide: "Wat aanbidt 1028 37, 91 | 91. En hij ging heimelijk tot hun goden en zeide: "Waarom 1029 37, 122| Voorwaar zij behoorden tot Onze gelovige dienaren. ~ 1030 37, 124| 124. Toen hij tot zijn volk zeide, "Wilt gij 1031 37, 135| uitzoudering van zijn vrouw die tot de achterblijvenden beboorde. ~ 1032 37, 143| Indien hij niet behoorde tot hen die Ons verheerlijken, ~ 1033 37, 144| diens buik zijn gebleven tot de Dag der Opstanding. ~ 1034 37, 147| zonden hem als boodschapper tot honderdduizend of meer mensen. ~ 1035 38, 4 | waarschuwer uit hun midden tot hen is gekomen; en de ongelovigen 1036 38, 17 | voorzeker hij was altijd tot God geneigd. ~ 1037 38, 24 | vergiffenis van zijn Heer en zich tot Hem wendend, viel hij in 1038 38, 25 | voortreffelijk toevlucht tot Ons. ~ 1039 38, 30 | voortreffelijke dienaar, die altijd (tot Ons) geneigd was. ~ 1040 38, 34 | hij (Salomo) wendde zich tot (God). ~ 1041 38, 40 | inderdaad een dichte toenadering tot Ons en een voortreffelijke 1042 38, 41 | Onze dienaar Job, toen hij tot zijn Heer riep: "Satan heeft 1043 38, 44 | voortreffelijke dienaar en altijd tot Ons geneigd. ~ 1044 38, 48 | Zolkifl; zij behoren allen tot de besten. ~ 1045 38, 71 | 71. Toen uw Heer tot de engelen zeide: "Ik ga 1046 38, 74 | toonde hoogmoed en behoorde tot de ongelovigen. ~ 1047 38, 75 | te trots of behoort gij tot de (hoog) verhevenen?" ~ 1048 38, 78 | Mijn vloek zal op u rusten tot de Dag des Oordeels." ~ 1049 38, 79 | vergun mij dan uitstel tot de Dag waarop zij zullen 1050 38, 81 | 81. Tot de Dag van de bepaalde tijd." ~ 1051 39, 7 | dragen - Dan is uw terugkeer tot uw Heer: en Hij zal u mededelen 1052 39, 8 | hij zijn Heer aan, zich tot Hem wendend. Dan, wanneer 1053 39, 8 | wijle, gij behoort zeker tot de bewoners van het Vuur." ~ 1054 39, 14 | zijnde in gehoorzaamheid tot Hem." ~ 1055 39, 17 | goden te aanbidden, en zich tot Allah wenden - voor hen 1056 39, 21 | aarde doet binnendringen tot (het vormen van) bronnen? 1057 39, 24 | vreselijke straf? - terwijl tot de onrechtvaardigen zal 1058 39, 32 | verloochent wanneer zij tot hem komt? Is er voor de 1059 39, 40 | 40. Tot wie de vernederende kastijding 1060 39, 42 | opgeschreven en zendt de overigen tot een bepaalde tijd (in het 1061 39, 54 | 54. "Wendt u tot uw Heer en onderwerpt u 1062 39, 56 | En inderdaad behoorde ik tot de spotters." ~ 1063 39, 57 | geleid dan zou ik zeker tot de godvruchtigen hebben 1064 39, 58 | terugkeer was, dan zou ik tot de goeden behoren." ~ 1065 39, 59 | Neen, Mijn tekenen kwamen tot u, doch gij verloochendet 1066 39, 59 | hoogmoedig en behoordet tot de ongelovigen.'' ~ 1067 39, 65 | blijken en gij zult zeker tot de verliezers behoren." ~ 1068 39, 66 | Allah alleen en behoort tot de dankbaren. ~ 1069 39, 71 | en haar wachters zullen tot hen zeggen: "Kwamen er geen 1070 39, 71 | boodschappers van uit uw midden tot u, de tekenen van uw Heer 1071 39, 73 | en zijn bewakers zullen tot hen zeggen: "Vrede zij u! 1072 40, 3 | is geen God buiten Hem. Tot Hem is de terugkeer. ~ 1073 40, 10 | eigen misnoegen toen gij tot het geloof werd geroepen 1074 40, 13 | uit behalve hij die zich (tot God) wendt. ~ 1075 40, 14 | zijnde in gehoorzaamheid tot Hem, hoewel de ongelovigen 1076 40, 22 | omdat hun boodschappers tot hen kwamen met duidelijke 1077 40, 24 | 24. Tot Pharao en Hamaan en Korach, 1078 40, 25 | Mozes) met Waarheid van Ons tot hen kwam, zeiden zij: "Doodt 1079 40, 28 | Heer is Allah'; terwijl hij tot u gekomen is met duidelijke 1080 40, 34 | En voordien kwam Jozef tot u met duidelijke tekenen, 1081 40, 35 | dat enig gezag (daarover) tot hen kwam; dit is afkeurenswaardig 1082 40, 41 | hoe komt het toch dat ik u tot redding roep en gij mij 1083 40, 41 | redding roep en gij mij tot het Vuur wilt leiden? ~ 1084 40, 42 | kennis heb. En ik roep u tot de Almachtige, de Vergevensgezinde." ~ 1085 40, 43 | voorwaar, onze terugkeer is tot Allah, en de overtreders 1086 40, 47 | twisten, zullen de zwakken tot de trotsen zeggen: "Voorzeker, 1087 40, 49 | in het Vuur zijn zullen tot de bewaarders der hel zeggen: " 1088 40, 50 | Kwamen uw boodschappers niet tot u met duidelijke bewijzen?" 1089 40, 65 | zijnde in gehoorzaamheid tot Hem. Alle lof behoort aan 1090 40, 66 | duidelijke bewjizen van mijn Heer tot mij zijn gekomen; en het 1091 40, 67 | tijd bereiken; opdat gij tot inzicht komt. ~ 1092 40, 73 | 73. Dan zal er tot hen worden gezegd: "Waar 1093 40, 75 | 75. Er zal tot hen worden gezegd: "Dit 1094 40, 77 | sterven, zij zullen toch tot Ons worden teruggebracht. ~ 1095 40, 83 | boodschappers met duidelijke tekenen tot hen kwamen, namen zij genoegen 1096 41, 11 | 11. Dan wendde Hij Zich tot de hemel terwijl deze een 1097 41, 11 | was en zeide hiertegen en tot de aarde: "Komt beiden, 1098 41, 14 | van vóór hen en achter hen tot hen kwamen, zeggende: "Aanbidt 1099 41, 20 | 20. Tot zij het bereiken, zullen 1100 41, 21 | 21. En zij zullen tot hun huiden zeggen: "Waarom 1101 41, 21 | keer schiep en gij zijt tot Hem teruggebracht. ~ 1102 41, 23 | Heer koesterdet, heeft u tot verderf gebracht, daarom 1103 41, 23 | gebracht, daarom behoort gii tot de verliezers. 1104 41, 24 | vragen, behoren zij niet tot hen aan wie deze wordt verleend. ~ 1105 41, 29 | mogen plaatsen zodat zij tot de vernederden behoren." ~ 1106 41, 33 | woord dan hij die mensen tot Allah uitnodigt en goede 1107 41, 33 | zegt: "Waarlijk, ik behoor tot de Moslims." ~ 1108 41, 36 | treft, zoek dan toevlucht tot Allah. Waarlijk, Hij is 1109 41, 39 | 39. Dit behoort tot Zijn tekenen, dat gij de 1110 41, 41 | Vermaning geloven als deze tot hen komt (zijn de verliezers); 1111 41, 43 | 43. Er is niets tot u gezegd behalve het geen 1112 41, 47 | kennis. En de Dag waarop Hij tot hen zal roepen: "Waar zijn 1113 41, 50 | plaatsvinden. Maar indien ik tot mijn Heer word teruggebracht 1114 41, 53 | afgelegen streken tonen, tot het hun duidelijk wordt 1115 42, 6 | die naast Hem beschermers tot zich nemen, over hen waakt 1116 42, 8 | Allah wilde kon Hij hen tot een enkel volk hebben gemaakt, 1117 42, 9 | zij naast Hem besehermers tot zich genomen terwijl Allah 1118 42, 10 | stel ik mijn vertrouwen, en tot Hem wend ik mij." ~ 1119 42, 11 | en der aarde. Hij heeft u tot paren gemaakt, evenals het 1120 42, 13 | hem die zich (in berouw) tot Hem wendt. ~ 1121 42, 14 | verdeeld, nadat de kennis tot hen was gekomen, door zelfzuchtige 1122 42, 15 | zal ons tezamen brengen en tot Hem is de terugkeer. ~ 1123 42, 44 | zeggen: "Is er geen weg tot terugkeer?" ~ 1124 42, 51 | niet mogelijk dat Allah tot hem zou spreken anders dan 1125 42, 52 | was. Maar Wij maakten het tot een licht waarbij Wij leiding 1126 42, 53 | is, toebehoort. Ziet toe, tot Allah is de terugkeer van 1127 43, 3 | Voorzeker, Wij hebben het tot een duidelijke verkondiging 1128 43, 6 | Hoevele profeten hebben Wij tot de vroegere geslachten gezonden! ~ 1129 43, 7 | 7. En er kwam tot hen nooit een profeet of 1130 43, 14 | En voorzeker wij moeten tot onze Heer wederkeren." ~ 1131 43, 19 | zijn van de Barmhartige, tot vrouwelijke wezens. Waren 1132 43, 19 | opgetekend en zij zullen tot rekenschap worden geroepen. ~ 1133 43, 26 | En (gedenkt) hoe Abraham tot zijn vader en zijn volk 1134 43, 29 | die alles verduidelijkte, tot hen kwam. ~ 1135 43, 30 | 30. Maar nu de Waarheid tot hen is gekomen, zeggen zij: " 1136 43, 47 | toen hij met Onze tekenen tot hen kwam, ziet, bespotten 1137 43, 49 | 49. En zij zeiden (tot Mozes): "O, gij tovenaar, 1138 43, 49 | gij tovenaar, bid voor ons tot uw Heer overeenkomstig het 1139 43, 51 | 51. En Pharao riep tot zijn volk: "O, mijn volk! 1140 43, 54 | Zo maakte hij zijn volk tot dwazen en zij gehoorzaamden 1141 43, 56 | hen vergaan en maakten dit tot een voorbeeld voor de komende ( 1142 43, 58 | hij beter?" Zij zeggen dit tot u alleen om te twisten. 1143 43, 59 | schonken en Wij stelden hem tot voorbeeld voor de kinderen 1144 43, 60 | Wij engelen uit uw midden tot opvolgers op aarde maken. ~ 1145 43, 63 | Waarlijk ik ben met wijsheid tot u gekomen opdat ik u iets 1146 43, 66 | 66. Zij wachten slechts tot het Uur plotseling over 1147 43, 85 | de kennis van het Uur, en tot Hem zult gij worden teruggebracht. ~ 1148 43, 86 | aanroepen bezitten geen macht tot bemiddeling, behalve hij, 1149 44, 4 | 4. Waarin al het wijze tot in bijzonderheden is uitgelegd. ~ 1150 44, 13 | voor hen zijn, terwijl er tot hen een boodschapper is 1151 44, 17 | eerwaardige boodschapper tot hen zeggende: ~ 1152 44, 19 | tegen Allah. Zeker, ik kom tot u met duidelijk gezag. ~ 1153 44, 20 | 20. En ik zoek toevlucht tot mijn en uw Heer, vrezende 1154 44, 22 | 22. Toen bad hij tot zijn Heer: "Dit is inderdaad 1155 45, 10 | afgoden die zij buiten Allah tot beschermers namen, terwijl 1156 45, 15 | ziel. Ten slotte zult gij tot uw Heer worden teruggebracht. ~ 1157 45, 17 | onenig slechts nadat kennis tot hen was gekomen door onderlinge 1158 45, 23 | die zijn eigen begeerte tot zijn God maakt, en die Allah 1159 45, 28 | zien knielen. Elk volk zal tot zijn boek worden geroepen 1160 45, 28 | worden geroepen en er zal tot hen worden gezegd: "Heden 1161 45, 29 | is Ons Boek: het spreekt tot u; met waarheid. Wij hebben 1162 45, 31 | 31. Maar tot de ongelovigen (zal gezegd 1163 46, 5 | afgoden) aanroept, die tot de Dag der Opstanding hem 1164 46, 7 | die de Waarheid, toen zij tot hen kwam, verwierpen: "Dit 1165 46, 15 | rechtvaardig zijn. Ik wend mij tot U: en waarlijk, ik behoor 1166 46, 15 | en waarlijk, ik behoor tot de Moslims. ~ 1167 46, 16 | over het hoofd. Zij behoren tot de bewoners van het paradijs, 1168 46, 17 | 17. - Maar degene, die tot zijn ouders zegt: "Foei 1169 46, 17 | vergaan" En beiden roepen tot Allah om hulp: "Wee u! Geloof: 1170 46, 20 | worden blootgesteld, zal er tot hen worden gezegd: "Gij 1171 46, 22 | Toen zeiden zij: "Zijt gij tot ons gekomen om ons van onze 1172 46, 28 | degenen, die zij buiten Allah tot goden hadden aaagenomen, 1173 46, 30 | voorafgaande vervult, het leidt tot de Waarheid en tot de rechte 1174 46, 30 | leidt tot de Waarheid en tot de rechte weg." ~ 1175 47, 16 | van u weggaan, zeggen zij tot hen aan wie kennis is gegeven: " 1176 47, 18 | wanneer het (Uur) werkelijk tot hen komt? ~ 1177 47, 26 | 26. Dat is doordat zij tot degenen die haten wat Allah 1178 48, 10 | zijn eed schendt, doet dit tot zijn eigen nadeel en wie 1179 48, 11 | die achterbleven, zullen tot u zeggen: "Onze bezittingen 1180 48, 12 | boodschapper en de gelovigen nooit tot hun gezinnen zouden terugkeren 1181 48, 16 | 16. Zeg tot de Arabieren der woestijn 1182 48, 29 | eigen stengel komt te staan, tot vreugde der zaaiers en woede 1183 49, 2 | profeet en spreekt niet hardop tot hem, zoals gij hardop tot 1184 49, 2 | tot hem, zoals gij hardop tot elkander spreekt, opdat 1185 49, 3 | degenen wier hart Allah tot rechtvaardigheid heeft gezuiverd. 1186 49, 5 | geduld tonen totdat gij tot hen komt, zou het beter 1187 49, 9 | overtredende partij totdat zij tot de verordening van Allah 1188 49, 13 | geschapen en Wij hebben u tot volkeren en stammen gemaakt, 1189 49, 17 | gunst bewezen doordat Hij u tot het geloof heeft geleid 1190 50, 2 | hun midden een waarschuwer tot hen kwam. En de ongelovigen 1191 50, 5 | Waarheid verloochend toen deze tot hen kwam, derhalve zijn 1192 50, 16 | toefluistert. En Wij zijn nader tot hem dan zijn halsader. ~ 1193 50, 30 | 30. Op die Dag zullen Wij tot de hel zeggen: "Zijt gij 1194 50, 33 | en met een berouwvol hart tot Hem kwam. ~ 1195 50, 43 | de dood veroorzaken, en tot Ons is de terugkeer. ~ 1196 51, 38 | een teken), toen Wij hem tot Pharao zonden met openlijk 1197 51, 43 | teken in de Samoed toen er tot hen werd gezegd: "Vermaakt 1198 51, 50 | 50. Haast u daarom tot Allah. Waarlijk ik ben voor 1199 51, 52 | 52. En er kwam tot degenen, die vóór hen waren, 1200 51, 56 | djinn en de mensen slechts tot Mijn aanbidding geschapen. ~ 1201 52, 23 | elkander een beker van hand tot hand reiken waarin ijdelheid 1202 52, 25 | zij zullen zich vragend tot elkander wenden. ~ 1203 53, 23 | leiding van hun Heer is nu tot hen gekomen. ~ 1204 53, 42 | En dat alles uiteindelijk tot uw Heer komt, ~ 1205 53, 47 | dat de volgende opwekking (tot leven) op Hem rust: ~ 1206 54, 4 | er zijn reeds tijdingen tot hen gekomen waarin een waarschuwing 1207 54, 6 | aankondiger hen zal roepen tot iets onaangenaams, ~ 1208 54, 10 | 10. Daarom bad hij tot zijn Heer: "Ik ben gewis 1209 54, 15 | 15. En Wij maakten dit tot een teken. Is er iemand 1210 54, 41 | kwamen ook waarschuwers tot het volk van Pharao. ~ 1211 54, 48 | worden gesleurd, zal er tot hen worden gezegd: "Voelt 1212 56, 35 | Voorwaar, Wij hebben dezen tot een wonderligke schepping 1213 56, 38 | 38. Tot degenen aan de rechter kant. ~ 1214 56, 65 | willen, kunnen Wij dat alles tot stof maken, dan blijft gij 1215 56, 73 | 73. Wij hebben het tot een aanmaning en een weldaad 1216 56, 75 | verschieten der sterren tot getuige ~ 1217 56, 88 | 88. Als hij nu behoort tot degenen, die dicht bij God 1218 56, 90 | 90. En indien hij behoort tot degenen aan de rechter kant, ~ 1219 56, 92 | 92. Maar als hij behoort tot de dwalenden die (de Waarheid) 1220 57, 13 | huichelaars en huichelaarsters tot de gelovigen zullen zeggen: " 1221 57, 14 | De huichelaars zullen tot de gelovigen) roepen: "Waren 1222 58, 1 | aangaande haar man twistte en tot Allah klaagde. En Allah 1223 58, 8 | boodschapper? En als zij tot u komen, groeten zij u met 1224 58, 9 | rechtvaardigheid, en vreest Allah tot Wie gij zult worden verzameld. ~ 1225 58, 13 | zich met barmhartigheid tot u gewend, houdt dan het 1226 58, 18 | zal opwekken, zullen zij tot Hem zweren zoals zij dit 1227 58, 18 | Hem zweren zoals zij dit tot u deden en zij zullen denken 1228 58, 19 | doen vergeten. Zij behoren tot Satans partij. Ziet toe, 1229 58, 22 | welbehagen in Hem. Zij behoren tot Allah's partij. Voorwaar, 1230 59, 2 | tegen Allah. Maar Allah kwam tot hen, vanwaar zij Hem niet 1231 59, 9 | hebben diegenen lief, die tot hen de toevlucht nemen, 1232 60, 1 | vijanden en uw vijanden niet tot vrienden! Biedt gij hun 1233 60, 1 | hoewel zij de Waarheid die tot u is gekomen hebben verworpen 1234 60, 4 | uitgezonderd het woord van Abraham tot zijn vader: "Ik zal zeker 1235 60, 4 | stellen wij ons vertrouwen en tot U wenden wij ons, en naar 1236 60, 5 | Onze Heer, maak ons niet tot een voorwerp van beproeving 1237 60, 10 | wanneer gelovige vrouwen tot u komen als vluchtelingen, 1238 60, 12 | Wanneer gelovige vrouwen tot u komen, haar eed van trouw 1239 61, 6 | Ahmad zijn." En als hij tot hen komen zal met duidelijke 1240 61, 7 | terwijl hij opgeroepen wordt tot de Islam? Allah leidt het 1241 61, 12 | doorheen rivieren stromen en tot reine woningen toelaten 1242 61, 14 | toen Jezus, zoon van Maria, tot zijn discipelen zeide: " 1243 62, 8 | zeker treffen. Dan zult gij tot de Kenner van het onzichtbare 1244 62, 9 | Wanneer op Vrijdag de oproep tot het gebed is uitgezonden, 1245 63, 1 | Wanneer de huichelaars tot u komen, zeggen zij: "Wij 1246 63, 2 | 2. Zij hebben hun eden tot een schild gemaakt; zo leiden 1247 63, 5 | 5. En wanneer er tot hen wordt gezegd: "Komt, 1248 63, 9 | En wie dat doet behoort tot de verliezers. ~ 1249 63, 10 | aalmoezen zou kunnen geven en tot de rechtvaardigen behoren?" ~ 1250 64, 3 | schone gedaante gegeven, en tot Hem is aller terugkeer. ~ 1251 64, 6 | met duidelijke bewijzen tot hen kwamen, maar zij zeiden: " 1252 64, 9 | zijn fouten en Hij zal hun tot tuinen toegang geven waardoor 1253 65, 2 | rechtvaardigen vanuit uw midden tot getuigen en laat dit een 1254 65, 4 | voor de zwangeren duurt tot zij verlost zijn. En degenen 1255 65, 6 | zwanger zijn, onderhoudt haar tot zij verlost zijn. En als 1256 65, 8 | boodschappers! Wij riepen ze dan tot een strenge verantwoording 1257 65, 10 | inderdaad een vermaning tot u nedergezonden. ~ 1258 66, 4 | Als gij beide (vrouwen) u tot Allah wendt en uw hart is 1259 66, 8 | O gij gelovigen, wendt u tot Allah in oprecht berouw. 1260 66, 10 | tegen Allah, en er werd tot hen gezegd: "Gaat het Vuur 1261 66, 12 | Zijn Boeken en behoorde tot de gehoorzamen. ~~ 1262 67, 4 | zal vermoeid en verzwakt tot u terugkeren. ~ 1263 67, 5 | versierd, Wij hebben hem tot een middel gemaakt om de 1264 67, 8 | Kwam er geen waarschuwer tot u?" ~ 1265 67, 9 | Zeker, de waarschuwer kwam tot ons, maar wij verwierpen 1266 67, 15 | geniet van haar gaven. En tot Hem zal de Opstanding zijn. ~ 1267 67, 24 | vermenigvuldigt op aarde en tot Hem zult gij bijeen verzameld 1268 68, 21 | 21. Toen riepen zij tot elkander in de morgen, ~ 1269 68, 28 | hen sprak: "Zeide ik niet tot u: 'Waarom looft gij (God) 1270 68, 32 | zal geven, wij wenden ons tot onze Heer." ~ 1271 68, 39 | verdragen met Ons gesloten tot de Dag der Opstanding zodat 1272 68, 43 | overvallen, want zij werden tot het prostraat Sadjdah geroepen 1273 68, 50 | verkoos hem en maakte hem tot één der goeden. ~ 1274 69, 12 | 12. Opdat Wij dit tot een les voor u mochten maken 1275 70, 4 | engelen en de geest gaan tot Hem op, in een Dag waarvan 1276 70, 42 | overgeven en zich vermaken tot zij de Dag tegemoet gaan 1277 71, 1 | 1. Wij zonden Noach tot zijn volk, "Waarschuw uw 1278 71, 4 | vergeven en u uitstel verlenen tot een bepaalde termijn; voorwaar, 1279 71, 9 | het openbaar; ook sprak ik tot hen in het verborgene. ~ 1280 71, 21 | bezit en kinderen slechts tot zijn ondergang hebben bijgedragen. ~ 1281 72, 2 | 2. Die tot rechtschapenheid leidt; 1282 72, 20 | 20. Zeg: "Ik bid alleen tot mijn Heer en ik vereenzelvig 1283 72, 24 | 24. Tot zij de straf zien waarmee 1284 73, 9 | naast Hem; neem Hem daarom tot uw Beschermer. ~ 1285 73, 15 | 15. Waarlijk, Wij hebben tot u een boodschapper gezonden, 1286 73, 15 | geljik Wij een boodschapper tot Pharao zonden. ~ 1287 73, 19 | moge hij die wil, de weg tot zijn Heer inslaan. ~ 1288 73, 20 | Hij Zich in barmhartigheid tot u gewend. Zegt dan zoveel 1289 74, 31 | hebben niets dan engelen tot wachters van het Vuur gemaakt. 1290 74, 31 | getal niet vastgesteld, dan tot beproeving der ongelovigen, 1291 74, 43 | antwoorden: "Wij behoorden niet tot hen die plachten te bidden. ~ 1292 75, 1 | roep de Dag der Opstanding tot getuige. ~ 1293 75, 2 | zichzelf beschuldigende ziel tot getuige. ~ 1294 75, 4 | macht hem te herstellen tot in zijn vingertoppen. ~ 1295 75, 26 | de ziel van de stervende tot de keel zal opstijgen, ~ 1296 75, 30 | 30. Dan wordt (hij) tot uw Heer gedreven, ~ 1297 76, 29 | wenst, kieze een weg die tot zijn Heer leidt. ~ 1298 76, 31 | 31. Hij laat tot Zijn barmhartigheid ingaan 1299 77, 6 | 6. Om tot verontschuldiging te brengen 1300 77, 12 | 12. Tot welke Dag is dit einde uitgesteld? ~ 1301 77, 13 | 13. Tot de Dag der beslissing. ~ 1302 77, 30 | 30. Begeeft u tot een schaduw van drie takken, ~ 1303 77, 48 | 48. En als er tot hen wordt gezegd: "Buigt 1304 78, 9 | hebben Wij uw slaap niet tot rusten bestemd? ~ 1305 78, 20 | bergen verdwijnen en worden tot een luchtspiegeling. ~ 1306 79, 10 | zeggen: "Zullen wij werkelijk tot onze vroegere toestand worden 1307 79, 18 | 18. En zeg tot hem: Zoudt gij u willen 1308 79, 19 | 19. En ik zal u tot uw Heer leiden opdat gij 1309 80, 2 | Omdat er een blinde man tot hem kwam. ~ 1310 80, 8 | 8. Maar hij die zich tot u haast, ~ 1311 81, 15 | 15. En Ik roep tot getuige datgene wat terugkeert, ~ 1312 83, 17 | 17. En er zal tot hen worden gezegd: "Dit 1313 83, 31 | 31. En wanneer zij tot de hunnen terugkeerden, 1314 84, 9 | 9. En zal tot de zijnen in vreugde terugkeren. ~ 1315 84, 16 | roep de avondschemering tot getuige. ~ 1316 86, 8 | Voorzeker, Hij kan hem (tot het leven) terugroepen. ~ 1317 87, 8 | Wij zullen uw weg effenen tot gemak. ~ 1318 88, 25 | Voorwaar, hun terugkeer is tot Ons. ~ 1319 89, 28 | 28. Keer tot uw Heer terug, verblijd 1320 90, 17 | behoort hij (die dit doet) tot hen, die geloven en elkander 1321 90, 17 | geloven en elkander aansporen tot geduld en die elkander aansporen 1322 90, 17 | en die elkander aansporen tot barmhartigheid. ~ 1323 92, 7 | zullen zijn weg effenen tot welslagen. ~ 1324 94, 8 | 8. En wend u tot uw Heer. ~~ 1325 95, 5 | laten Wij hem vervallen tot het allerlaagste, ~ 1326 96 | Al-Alaq) ~De strofen een tot vijf zijn de eerste gereveleerde 1327 96, 8 | Voorwaar uw terugkeer is tot uw Heer. ~ 1328 96, 12 | 12. Of tot rechtvaardigheid maant. ~ 1329 97, 5 | 5. "In alles Vrede," tot het rijzen van de dageraad. ~~ 1330 98, 1 | vóórdat een duidelijk bewijs tot hen gekomen was, ~ 1331 98, 4 | nadat het duidelijke teken tot hen gekomen was. ~ 1332 103, 3 | werken doen, en elkander tot waarheid, en geduld aansporen. ~~ 1333 108, 2 | 2. Bid daarom tot uw Heer en offer. ~ 1334 110, 2 | groepsgewijze ziet binnentreden tot Allah's godsdienst, ~


1-500 | 501-1000 | 1001-1334

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License