Sura, Verse

 1   3, 93 |   geoorloofd, uitgezonderd hetgeen Israël zichzelf verbood voordat
 2  17     | Nachtelijke Tocht, De Kinderen van Israël (Al-Israa, Banie Israa'iel) ~<
 3  17, 2  |    richtsnoer voor de kinderen van Israël, zeggende: "Neemt niemand
 4  17, 4  |        maakten aan de kinderen van Israël in het Boek bekend: "Voorwaar,
 5  17, 101|            dit aan de kinderen van Israël. Toen hij tot hen kwam,
 6  17, 104|            hem tot de kinderen van Israël: "Blijft gij in het land
 7  19, 58 |          nageslacht van Abraham en Israël; en zij behoren tot degenen
 8  20, 47 |           derhalve de kinderen van Israël met ons weggaan, en doe
 9  20, 80 |                80. "O kinderen van Israël, Wij bevrijdden u van uw
10  20, 94 |     gebracht onder de kinderen van Israël en hebt niet op mijn woord
11  26, 22 |            dat gij de kinderen van Israël tot slaven hebt gemaakt?" ~
12  26, 59 |        erfenis aan de kinderen van Israël." ~
13  26, 197|    geleerden onder de kinderen van Israël het weten? ~
14  27, 76 |           legt aan de kinderen van Israël veel uit van hetgeen waaromtrent
15  32, 23 |    richtsnoer voor de kinderen van Israël. ~
16  40, 53 |           en deden de kinderen van Israël het Boek erven. ~
17  43, 59 |     voorbeeld voor de kinderen van Israël. ~
18  44, 30 |         redden Wij de kinderen van Israël van een vernederende kwelling. ~
19  45, 16 |   profetenambt aan de kinderen van Israël en Wij hadden hen van goede
20  61, 6  |             zeide: "O kinderen van Israël, Ik ben Allah's boodschapper