Sura, Verse
1 3, 49 | van uw Heer; ik zal u uit klei de vorm van een vogel maken,
2 5, 110| gij door Mijn gebod uit klei de vorm van een vogel maakte,
3 6, 2 | 2. Hij is het, Die u uit klei schiep en daarna een termijn
4 7, 12 | mij uit vuur en hem uit klei geschapen. ~
5 11, 82 | en Wij deden er brokken klei laag boven laag op regenen; ~
6 15, 26 | mens uit droge, klinkende klei, uit zwarte modder in vorm
7 15, 28 | mens uit droge, klinkende klei scheppen, uit leem gewrocht." ~
8 15, 33 | Gij uit droge, klinkende klei hebt geschapen, uit leem
9 15, 74 | ondersteboven en Wij deden brokken klei over hen regenen. ~
10 17, 61 | die Gij geschapen hebt uit klei?" ~
11 23, 12 | mens uit een uittreksel van klei; ~
12 28, 38 | O Hamaan, om stenen van klei te bakken en bouw een toren,
13 32, 7 | schepping van de mens uit klei. ~
14 37, 11 | Wij hebben hen uit vaste klei geschapen. ~
15 38, 71 | zeide: "Ik ga de mens uit klei scheppen, ~
16 38, 76 | mij uit vuur en hem uit klei geschapen." ~
17 51, 33 | 33. Om brokken klei op hen neder te zenden ~
18 55, 14 | schiep de mens uit droge klei, als aardewerk. ~
19 105, 4 | wierpen deze geen klompen klei? ~
|