Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
dankt 1
dappere 1
dapperheid 2
dat 1125
datgeen 1
datgene 75
dauw 2
Frequency    [«  »]
1201 zal
1151 hem
1133 zullen
1125 dat
1120 er
1117 uw
1023 dan

Koran

IntraText - Concordances

dat

1-500 | 501-1000 | 1001-1125

                                                       bold = Main text
     Sura, Verse                                       grey = Comment text
1 Voo | hulp overwonnen. ~Wij hopen dat de lezers door deze vertaling 2 Voo | hier moge opgemerkt worden, dat een vertaling altijd een 3 Voo | met een Nederlands woord, dat o.i. in het verband paste. 4 Voo | lectuur, vestigen op het feit, dat de stijl van de Heilige 5 Voo | Derhalve is het mogelijk, dat de lezers van de Heilige 6 1, 7 | gunsten hebt geschonken - niet dat van hen, op wie toorn is 7 1, 7 | toorn is nedergedaald, noch dat der dwalenden. ~ 8 2, 4 | standvastig vertrouwen hebben in dat wat komen zal. ~ 9 2, 6 | of gij hen waarschuwt, of dat gij hen niet waarschuwt - 10 2, 19 | 19. Of, (dat zij) bij zware regen uit 11 2, 24 | wacht u dan voor het Vuur, dat voor de ongelovigen is bereid, 12 2, 25 | doen de blijde tijding, dat er tuinen (het paradijs) 13 2, 26 | Zij die geloven weten, dat dit de Waarheid van hun 14 2, 46 | Die er zeker van zijn, dat zij hun Heer zullen ontmoeten 15 2, 46 | Heer zullen ontmoeten en dat zij tot Hem zullen wederkeren. ~ 16 2, 47 | gunsten, die Ik u bewees, dat Ik u boven de volkeren verhief. ~ 17 2, 48 | 48. En vreest de Dag, dat de ene ziel de andere niet 18 2, 49 | redden van Pharao's volk, dat u met bittere marteling 19 2, 54 | Schepper en doodt uw eigen ik, dat is het beste voor u in het 20 2, 59 | het woord door een ander, dat niet tegen hen gesproken 21 2, 61 | daarom voor ons tot uw Heer, dat Hij van hetgeen op aarde 22 2, 68 | Hij antwoordde: "Hij zegt, dat het een koe moet zijn, noch 23 2, 69 | Bid voor ons tot uw Heer, dat Hij het ons duidelijk make, 24 2, 69 | Hij antwoordde: "Hij zegt, dat het een gele koe is met 25 2, 70 | Bid voor ons tot uw Heer, dat Hij ons mededele, hoe zij 26 2, 71 | Hij antwoordde: "Hij zegt, dat het een koe is, die nog 27 2, 75 | 75. Verwacht gij, dat zij u zullen geloven, terwijl 28 2, 77 | Begrijpen zij dan niet, dat Allah weet, wat zij verbergen 29 2, 80 | zegt gij iets over Allah, dat gij niet weet? ~ 30 2, 83 | kinderen Israëls, zeiden Wij, dat gij niemand zult aanbidden, 31 2, 83 | aanbidden, dan Allah alleen en dat gij goed zult zijn voor 32 2, 85 | Toch zijt gij het volk, dat uw eigen broeders doodt 33 2, 89 | kwam, vervullend datgene, dat bij hen was, hoewel zij 34 2, 89 | plachten te bidden, toen dat tot hen kwam, herkenden 35 2, 89 | hen kwam, herkenden zij dat niet en verwierpen het. 36 2, 90 | er afkerig van zijnde, dat Allah Zijn genade doet dalen 37 2, 96 | afgodendienaren. Ieder van hen wenst, dat hem een leven van duizend 38 2, 100| 100. Hoe kwam dat? Telkens wanneer zij een 39 2, 102| doet, hoewel zij weten, dat hij, die in deze zaken handelt 40 2, 105| afgodendienaren, gunnen niet, dat iets goeds tot u nedergezonden 41 2, 106| gelijke. Weet gij niet, dat Allah macht heeft over alle 42 2, 107| 107. Weet gij niet, dat het koninkrijk der hemelen 43 2, 110| betaalt de Za'kaat; het goede dat gij vooruit zendt voor uzelf, 44 2, 111| ooit de Eemel binnengaan." Dat zijn hun ijdele wensen. 45 2, 114| onrechtvaardiger dan hij, die verbiedt, dat de naam van Allah wordt 46 2, 118| gemaakt, voor een volk, dat standvastig gelooft. ~ 47 2, 122| gunsten die Ik u bewees, dat Ik u boven die volkeren 48 2, 128| ons nageslacht een volk, dat U onderdanig zij. En toon 49 2, 134| 134. Dit is een volk, dat is heengegaan: voor hen 50 2, 140| 140. Zegt gij, dat Abraham en Ismaël en Izaäk 51 2, 141| 141. Dit is een volk, dat is heengegaan: voor hen 52 2, 144| Boek is gegeven, weten, dat dit de Waarheid is van hun 53 2, 149| de Heilige Moskee, want dat is inderdaad de Waarheid 54 2, 154| Allah's zaak zijn gedood, dat zij dood zijn - neen, zij 55 2, 164| strekt; en in het water dat Allah van de hemel nederzendt, 56 2, 164| inderdaad tekenen voor een volk, dat begrijpt. ~ 57 2, 165| dan zouden zij beseffen) dat alle macht aan Allah toebehoort 58 2, 165| aan Allah toebehoort en dat Allah streng is in het straffen. ~ 59 2, 169| kwaad en wat onrein is en dat gij over Allah zegt, wat 60 2, 177| 177. Het is geen deugd, dat gij uw gezicht naar het 61 2, 180| Het is u voorgeschreven, dat wanneer de dood tot één 62 2, 181| gewis op hem rusten, die dat verandert. Waarlijk, Allah 63 2, 182| 182. Maar hij die vreest, dat degene, die het testament 64 2, 187| een gewaad. Allah weet, dat gij onrechtvaardig hebt 65 2, 189| bedevaart." Het is geen deugd, dat gij de huizen binnengaat 66 2, 194| En vreest Allah en weet, dat Allah met de godvruchtzgen 67 2, 196| zijt, brengt dan het offer, dat gemakkelijk verkrijgbaar 68 2, 196| Hadj een offer brengen, dat gemakkelijk verkrijgbaar 69 2, 196| En vreest Allah en weet, dat Allah streng is in het straffen. ~ 70 2, 197| in deze maanden, bedenke, dat er geen onreine taal, noch 71 2, 200| gedenkt en zelfs meer dan dat. En er zijn mensen, die 72 2, 203| vreest. Vreest Allah en weet, dat gij voor Hem zult worden 73 2, 209| zijn gekomen, weet dan, dat Allah Almachtig, Alwijs 74 2, 210| wachten op niets anders, dan dat Allah en de engelen in de 75 2, 210| wolken tot hen komen en dat de zaak beslist wordt. En 76 2, 211| tot hem is gekomen, (wete) dat Allah streng is in het straffen. ~ 77 2, 213| met hen het Boek neder, dat de waarheid bevatte, om 78 2, 214| 214. Denkt gij dat gij de Hemel zult binnengaan, 79 2, 216| zijt; maar het kan zijn, dat gij tegenzin hebt in iets 80 2, 216| voor u is en het kan zijn, dat u iets behaagt terwijl het 81 2, 223| en vreest Allah en weet, dat gij Hem zult ontmoeten en 82 2, 229| gij (familieleden) vreest, dat zij Allah's bepalingen niet 83 2, 230| zij er van overtuigd zijn, dat zij de door Allah voorgeschreven 84 2, 231| En vreest Allah en weet, dat Allah de Kenner is van alle 85 2, 233| En vreest Allan en weet, dat Allah ziet, wat gij doet. ~ 86 2, 235| verborgen houdt. Allah weet, dat gij het haar zult zeggen. 87 2, 235| wachttijd ten einde is. En weet, dat Allah weet, wat in uw gedachten 88 2, 235| derhalve voor Hem en weet, dat Allah Vergevensgezind, Verdraagzaam 89 2, 240| gedurende één jaar, zonder dat zij worden uitgezet. Doch 90 2, 244| zaak van Allah en weet, dat Allah Alhorend, Alwetend 91 2, 246| het niet waarschijnlijk, dat gij niet zult willen vechten, 92 2, 248| van zijn heerschappij is, dat u een hart zal worden gegeven, 93 2, 249| die er zeker van waren, dat zij Allah zouden ontmoeten, 94 2, 256| sterk houvast gegrepen, dat onbreekbaar is. Allah is 95 2, 259| werd zeide hij: "Ik weet, dat Allah macht heeft over alle 96 2, 260| haastig tot u komen. En weet, dat Allah Almachtig, Alwijs 97 2, 266| Zou iemand uwer wensen dat er voor hem een tuin was 98 2, 266| nakomelingschap heeft, en dat hem (de tuin) een vurige 99 2, 266| Zijn woorden uiteen, op dat gij tot nadenken zult komen. ~ 100 2, 267| tenzij oogluikend; en weet, dat Allah Zichzelf-genoeg, Geprezen 101 2, 275| krankzinnigheid is geslagen. Dat komt, omdat zij zeggen: " 102 2, 283| geen getuigenis; en wie dat wel doet diens hart is zeker 103 3, 14 | raspaarden, vee en akkers. Dat is de voorziening van het 104 3, 18 | 18. Allah getuigt, dat er geen God is dan Hij en 105 3, 19 | van Allah verwerpt, (wete) dat Allah vlug is in het verrekenen. ~ 106 3, 24 | 24. Dat komt, doordat zij zeggen: " 107 3, 28 | boven de gelovigen - en wie dat doet heeft geen deel aan 108 3, 29 | 29. Zeg: "Of gij dat wat in uw hart is verbergt 109 3, 30 | vinden tegenover het goede dat zij heeft verricht en het 110 3, 30 | heeft verricht en het kwade dat zij heeft gedaan, dan zal 111 3, 30 | gedaan, dan zal zij wensen dat er een grote afstand ware 112 3, 35 | wat in mijn baarmoeder is, dat het vrij zal zijn (om U 113 3, 41 | antwoordde: "Uw teken zal zijn, dat gij drie dagen slechts door 114 3, 52 | in Allah. En getuigt gij dat wij Moslims zijn." ~ 115 3, 58 | 58. Dat is hetgeen Wij u van de 116 3, 59 | bij Allah hetzelfde als dat van Adam. Hij (Allah) schiep 117 3, 64 | elkander overeenstemmen: dat wij niemand dan Allah aanbidden 118 3, 64 | niemand dan Allah aanbidden en dat wij niets met Hem vereenzelvigen 119 3, 64 | met Hem vereenzelvigen en dat sommigen onzer geen anderen 120 3, 64 | afwenden, zegt dan: "Getuigt, dat wij Moslims zijn." ~ 121 3, 73 | leiding is Allah's leiding - dat iemand zal worden gegeven, 122 3, 75 | er voortdurend om vraagt. Dat komt, omdat zij (de Joden) 123 3, 79 | het profeetschap geeft, dat hij dan tot de mensen zou 124 3, 86 | zal Allah een volk leiden, dat heeft verworpen, na te hebben 125 3, 86 | getuigenis te hebben afgelegd dat de boodschapper waarachtig 126 3, 87 | van dezulken is slechts, dat de vloek van Allah, de engelen 127 3, 96 | Voorzeker, het eerste huis dat voor de mensheid bestemd 128 3, 96 | mensheid bestemd werd, is dat te Bekka (Mekka) vol van 129 3, 110| Moslims) zijt het beste volk dat voor de mensheid (ter lering) 130 3, 112| door armoede getroffen. Dat kwam, doordat zij de tekenen 131 3, 112| onrechtvaardig doodden. Dat kwam, doordat zij ongehoorzaam 132 3, 115| 115. En het goede dat zij doen, zal niet worden 133 3, 117| oogst treft van een volk, dat zichzelf onrecht heeft aangedaan 134 3, 124| niet genoeg voor u zijn, dat uw Heer u met drie duizend 135 3, 131| 131. En vreest het Vuur dat voor de ongelovigen is bereid. ~ 136 3, 140| letsel krijgt (in de strijd); dat volk (de tegenstander) is 137 3, 142| 142. Denkt gij, dat gij het paradijs moogt binnengaan, 138 3, 167| zeiden: "Als wij wisten dat het vechten was, zouden 139 3, 170| nog niet hebben ingehaald, dat er geen vrees over hen zal 140 3, 170| over hen zal komen, noch dat zij zullen treuren. ~ 141 3, 171| gunst en Zijn overvloed en dat Allah de beloning der gelovigen 142 3, 178| ongelovigen niet denken dat het uitstel, dat Wij hun 143 3, 178| denken dat het uitstel, dat Wij hun geven, goed voor 144 3, 179| 179. Allah is niet zo dat Hij de gelovigen in de toestand 145 3, 179| scheidt, noch is Allah zo, dat Hij u het ongeziene bekend 146 3, 180| heeft gegeven, niet denken, dat het goed voor hen is, neen, 147 3, 183| deze ons een offer brengt dat door het vuur wordt verteerd", 148 3, 184| verloochent, (weet dan) dat er eveneens boodschappers 149 3, 186| en rechtvaardig handelt, dat is waarlijk een zaak van 150 3, 187| Maar zij verwaarloosden dat voor luttel gewin. Kwaad 151 3, 188| niet deden, denkt niet, dat zij veilig zijn voor straf. 152 4, 2 | met het uwe. Voorzeker, dat is een grote zonde. ~ 153 4, 3 | 3. En als gij vreest dat gij niet rechtschapen zult 154 4, 3 | vier en als gij vreest, dat gij niet rechtvaardig zult 155 4, 3 | rechter handen bezitten. Dat is voor u de beste weg, 156 4, 5 | 5. En geeft eigendom, dat Allah als middel van bestaan 157 4, 11 | betaling van enig legaat, dat hij heeft nagelaten of van ( 158 4, 12 | betaling van enig legaat, dat zij hebben nagelaten of 159 4, 12 | betaling van enig legaat, dat is nagelaten of van schuld, 160 4, 13 | zullen zij in verblijven en dat is een grote zegepraal. ~ 161 4, 19 | haar hebt, kan het zijn, dat gij afkeer hebt van iets, 162 4, 24 | vallen, zijn u toegestaan; dat gij zoekt door middel van 163 4, 25 | Maar het is beter voor u dat gij u weerhoudt en Allah 164 4, 27 | begeerte volgen, wensen dat gij ver zult afdwalen. ~ 165 4, 30 | Wij in het Vuur werpen; en dat is voor Allah eenvoudig. ~ 166 4, 42 | niet gehoorzaamden, wensen, dat de aarde met hen gelijk 167 4, 44 | voorkeur aan dwaling en wensen, dat ook gij van de (rechte) 168 4, 48 | Waarlijk, Allah vergeeft niet dat men iets met Hem vereenzelvigt, 169 4, 50 | leugen tegen Allah smeden. En dat is, voorzeker, een klaarblijkelijke 170 4, 58 | die er recht op hebben en dat, wanneer gij tussen mensen 171 4, 60 | niet degenen, die beweren dat zij geloven in hetgeen u 172 4, 62 | 62. Hoe kan het dan dat, wanneer een rampspoed over 173 4, 78 | Wat scheelt deze mensen, dat zij het woord niet willen 174 4, 79 | Welk goed ook tot u komt, dat komt van Allah en welk kwaad 175 4, 84 | gelovigen aan. Het kan zijn, dat Allah de macht der ongelovigen 176 4, 89 | 89. Zij wensen dat gij verwerpt, evenals zij 177 4, 97 | tehuis de hel zal zijn en dat is een kwade bestemming. ~ 178 4, 101| bekorten, als gij vreest dat degenen, die niet geloven 179 4, 102| De ongelovigen wensen, dat gij onachtzaam wordt op 180 4, 102| indien gij ziek zijt, zal dat voor u geen zonde zijn. 181 4, 105| waarlijk het Boek (de Koran), dat. de waarheid bevat, nedergezonden, 182 4, 115| zullen hem in de hel werpen. Dat is een kwade bestemming. ~ 183 4, 116| 116. Allah vergeeft niet dat iets met Hem vereenzelvigd 184 4, 116| wordt en Hij zal, buiten dat, vergeven wie Hij wil. En 185 4, 127| zwakken onder de kinderen en dat gij de wezen rechtvaardig 186 4, 136| boodschapper en in het Boek dat Hij Zijn boodschapper heeft 187 4, 136| geopenbaard, en in het Boek, dat Hij voordien openbaarde. 188 4, 138| Verkondig de huichelaars, dat hen een pijnlijke straf 189 4, 140| Boek ( Koran) geopenbaard, dat wanneer gij hoort dat Allah' 190 4, 140| geopenbaard, dat wanneer gij hoort dat Allah's tekenen worden verloochend 191 4, 140| hen samen zult zijn, dan dat zij zieh met een ander onderwerp 192 4, 143| 143. Weifelend tussen dat en dit. Zij behoren noch 193 4, 153| aan, doch Wij vergaven hun dat. En Wij bekleedden Mozes 194 4, 165| tijding en waarschuwende, dat de mensen geen tegenwerping 195 4, 166| 166. Maar Allah getuigt dat, hetgeen Hij u heeft nedergezonden, 196 4, 169| lange tijd zullen vertoeven. Dat is voor Allah gemakkelijk. ~ 197 4, 171| Drie (in één)." Houdt op, dat is beter voor u. Voorwaar, 198 4, 171| verre van Zijn heiligheid, dat Hij een zoon zou hebben. 199 4, 173| volle geven en meer dan dat uit Zijn overvloed, maar 200 5, 3 | honger wordt gedwongen zonder dat hij tot de zonde is geneigd, 201 5, 7 | gunst aan u en het verbond dat Hij met u sloot, toen gij 202 5, 8 | handelen. Weest rechtvaardig, dat is dichter bij de vroomheid 203 5, 9 | daden verrichten beloofd, dat zij vergiffenis en een grote 204 5, 21 | het heilige land binnen dat Allah voor u heeft bestemd 205 5, 26 | Allah zeide: "Voorzeker, dat (land) is voor hen voor 206 5, 29 | 29. Ik wens, dat gij zowel met de zonde tegen 207 5, 29 | van het Vuur zult behoren, dat is de beloning der misdadigers." ~ 208 5, 32 | de kinderen Israëls voor, dat wie ook een mens doodt, 209 5, 33 | te scheppen, is slechts dat zij gedood of gekruisigd 210 5, 33 | of gekruisigd worden, of dat hun handen en hun voeten 211 5, 33 | links, worden afgesneden, of dat zij het land worden uitgezet. 212 5, 33 | het land worden uitgezet. Dat zal voor hen een schande 213 5, 34 | macht hebt. Weet derhalve, dat Allah Vergevensgezind, Genadevol 214 5, 40 | 40. Weet gij niet, dat het koninkrijk der hemelen 215 5, 41 | terwille van een ander volk dat niet tot u is gekomen. Zij 216 5, 46 | gaven hem het Evangelie, dat licht en leiding bevatte, 217 5, 49 | niet en wees op uw hoede dat zij u niet afleiden van 218 5, 49 | zich afwenden, weet dan, dat Allah hen voor sommige hunner 219 5, 50 | dan Allah voor een volk dat zekerheid van geloof bezit? ~ 220 5, 52 | zeggende: "Wij vrezen, dat ons rampspoed zal overkomen." 221 5, 52 | is echter waarschijnlijk dat Allah een overwinning of 222 5, 53 | ernstige eden bij Allah zwoeren dat zij waarlijk met u waren?" 223 5, 54 | afkeert, laat hem weten, dat Allah weldra een ander volk 224 5, 54 | ander volk zal voortbrengen dat Hij zal liefhebben en die 225 5, 56 | tot vrienden neemt (wete) dat de partij van Allah gewis 226 5, 58 | doordat zij een volk zijn dat niet begrijpt. ~ 227 5, 67 | geopenbaard en indien gij dat niet doet, dan hebt gij 228 5, 71 | 71. En zij dachten, dat er geen beproeving zou zijn, 229 5, 77 | de neigingen van een volk dat voordien afdwaalde en velen 230 5, 84 | gekomen geloven en begeren dat onze Heer ons onder de rechtvaardige 231 5, 89 | van een slaaf. Maar wie dat niet kan doen zal drie dagen 232 5, 92 | gij u afwendt, weet dan, dat op Onze boodschapper slechts 233 5, 95 | rechtvaardige mannen onder u zullen dat beoordelen; - hetwelk als 234 5, 97 | opdat gij zult begrijpen, dat Allah weet, wat in de hemelen 235 5, 97 | hemelen en wat op aarde is en dat Allah kennis heeft van alle 236 5, 98 | 98. Weet, dat Allah streng is in het straffen 237 5, 98 | streng is in het straffen en dat Allah (ook) Vergevensgezind, 238 5, 106| één uwer nadert, ten tijde dat gij een testament maakt, 239 5, 106| getuigenis niet, wij zouden in dat geval tot de zondaars behoren." ~ 240 5, 107| Maar indien ontdekt wordt, dat de twee schuldig zijn aan 241 5, 108| feiten, of hen doen vrezen, dat andere eden na hun eden 242 5, 110| van heiligheid versterkte, dat gij als kind en op middelbare 243 5, 111| geloven en getuigt Gij, dat wij ons hebben onderworpen." ~ 244 5, 113| worden en wij mogen weten dat gij de waarheid tot ons 245 6, 16 | barmhartigheid betoond. En dat is een klaarblijkelijke 246 6, 19 | waarschuwen. Getuigt gij werkelijk dat er andere goden buiten Allah 247 6, 23 | antwoord niet anders zijn dan dat zij zeggen: "Bij Allah, 248 6, 33 | 33. Wij weten zeer goed dat hetgeen zij zeggen u verdriet 249 6, 38 | 38. En er is geen beest dat op de aarde kruipt, noch 250 6, 41 | gij Hem aanroept als Hij dat wil en gij zult uw afgoderij 251 6, 50 | Zeg: "Ik zeg niet tot u, dat ik de schatten van Allah 252 6, 50 | schatten van Allah bezit, noch dat ik het onzienlijke ken, 253 6, 51 | daarmede degenen die vrezen, dat zij tot hun Heer worden 254 6, 51 | hun Heer worden verzameld, dat zij buiten Hem vriend noch 255 6, 56 | neigingen niet volgen. In dat geval zal ik tot de dwalenden 256 6, 59 | er valt geen blad zonder dat Hij het weet, noch is er 257 6, 59 | duisternis der aarde, noch iets dat groen of droog is, zonder 258 6, 59 | groen of droog is, zonder dat het in een duidelijk Boek 259 6, 81 | is dan veiliger, als gij dat weet?" ~ 260 6, 89 | aan een volk toevertrouwd dat er niet ondankbaar voor 261 6, 91 | Wie openbaarde het Boek dat Mozes bracht als licht en 262 6, 91 | leiding voor de mensen - dat gij op papieren schrijft, 263 6, 93 | Ik zal iets nederzenden dat gelijk is aan hetgeen Allah 264 6, 94 | bemiddelaren, waarvan gij beweerdet dat zij deelgenoten waren in 265 6, 95 | van doden uit de levenden. Dat is Allah, waarheen wordt 266 6, 96 | uitrekenen (der jaargetijden). Dat is de ordening van de Almachtige, 267 6, 97 | uitgelegd aan een volk, dat kennis bezit. ~ 268 6, 98 | tekenen verklaard aan een volk dat begrijpt. ~ 269 6, 99 | voorzeker tekenen voor een volk dat (wil) geloven. ~ 270 6, 105| opdat Wij het aan een volk dat kennis heeft, mogen duidelijk 271 6, 109| sterkste eden bij Allah, dat, indien er een teken tot 272 6, 113| tevreden mee mogen zijn en dat zij mogen verdienen hetgeen 273 6, 114| Boek heeft nedergezonden dat uitvoerig is verklaard? 274 6, 114| Wij het Boek gaven weten dat het van uw Heer is nedergezonden 275 6, 119| En welke reden hebt gij, dat gij niet van datgene zoudt 276 6, 121| niet is uitgesproken, want dat is zeker ongehoorzaamheid. 277 6, 122| wiens toestand zodanig is dat hij in de duisternissen 278 6, 126| verduidelijkt voor een volk dat er lering uit wil trekken. ~ 279 6, 130| tegen zichzelf getuigen, dat zij ongelovigen waren. ~ 280 6, 136| van het vee aangewezen, dat Hij heeft voortgebracht 281 6, 138| 138. Zij zeggen: "Dit en dat vee en die en die oogsten 282 6, 139| de baarmoeders van dit en dat vee is, is uitsluitend voor 283 6, 145| mij is geopenbaard niets, dat een eter is verboden te 284 6, 150| getuigenis willen afleggen, dat Allah dit heeft verboden.'' 285 6, 151| Heer heeft verboden;" n.l. dat gij iets met Hem vereenzelvigt 286 6, 151| met Hem vereenzelvigt en dat gij uw ouders niet goed 287 6, 151| ouders niet goed behandelt en dat gij uw kinderen uit armoede 288 6, 151| en voor hen zorgen - en dat gij onbetamelijke daden 289 6, 151| in het geheim begaat en dat gij een ziel ten onrechte 290 6, 153| En dit is het rechte pad dat tot Mij leidt. Volgt het 291 6, 155| 155. En dit is een Boek dat Wij hebben nedergezonden, 292 6, 158| Verwachten zij niets anders dan dat engelen tot hen zouden komen, 293 6, 158| tot hen zouden komen, of dat hun Heer zou verschijnen 294 6, 158| Heer zou verschijnen of dat enige der tekenen van uw 295 7, 2 | is) een (volmaakt) Boek, dat aan u is geopenbaard - laat 296 7, 5 | hun roep niet anders dan dat zij zeiden: "Wij waren inderdaad 297 7, 12 | onderwerpen, toen Ik u (dat) gebood?" Hij antwoordde: " 298 7, 29 | rechtvaardigheid bevolen. En dat gij uw aandacht behoorlijk 299 7, 30 | vrienden genomen en zij denken dat zij recht geleid zijn. ~ 300 7, 32 | de tekenen aan een volk dat begrip heeft. ~ 301 7, 33 | ongerechtvaardigde opstand; en dat gij datgene met Allah vereenzelvigt, 302 7, 33 | gezag heeft nedergezonden en dat gij van Allah dingen zegt, 303 7, 37 | tegen zichzelven getuigen, dat zij ongelovig waren. ~ 304 7, 43 | toegeroepen: "Dit is het paradijs, dat u als erfdeel is gegeven, 305 7, 49 | welke gij hebt gezworen dat Allah hun geen barmhartigheid 306 7, 52 | voorzeker een Boek gebracht, dat Wij met kennis hebben uiteengezet, 307 7, 52 | barmhartigheid voor een volk dat gelooft. ~ 308 7, 58 | tekenen af voor een volk dat dankbaar is. ~ 309 7, 60 | volk antwoordden: "Wij zien dat gij in openlijke dwaling 310 7, 63 | 63. "Verwondert gij u, dat er een aanmaning van uw 311 7, 66 | een dwaze en wij denken, dat gij tot de leugenaars behoort." 312 7, 69 | 69. "Verwondert gij u, dat er een waarschuwing van 313 7, 75 | achtten: "Weet gij zeker, dat Salih een door zijn Heer 314 7, 81 | Neen, gij zijt een volk dat de perken te buiten gaat." ~ 315 7, 94 | profeet naar een stad zonder dat Wij het volk er van met 316 7, 99 | voornemen, dan het volk dat te gronde gaat. ~ 317 7, 100| vroegere) bewoners niet inzien, dat, indien Wij het willen, 318 7, 102| verbond en Wij bevonden dat de meesten hunner overtreders 319 7, 123| is voorzeker een complot dat gij in de stad hebt gesmeed, 320 7, 138| zij kwamen tot een volk dat aan zijn afgoden was gehecht. 321 7, 141| Pharao's volk verlosten dat u aan een marteling onderwierp 322 7, 146| deze als weg wel inslaan. Dat komt, omdat zij Onze tekenen 323 7, 148| het lichaam van een kalf - dat een loeiende toon voortbracht. 324 7, 148| voortbracht. Zagen zij niet, dat het niet tot hen kon spreken, 325 7, 149| wroeging gevoelden en zagen, dat zij inderdaad gedwaald hadden, 326 7, 157| ondersteunen en het licht dat met hem is nedergezonden 327 7, 159| deel van het volk van Mozes dat tot waarheid aanspoort en 328 7, 162| het woord door een ander dat niet tot hen was gesproken. 329 7, 164| predikt gij tot een volk dat Allah wil vernietigen of 330 7, 167| toen verkondigde uw Heer dat Hij dezulken zou zenden, 331 7, 169| kwam er een boos geslacht dat het Boek erfde. Zij namen 332 7, 169| de belofte in het Boek, dat zij van Allah slechts de 333 7, 169| God) vrezen. Begrijpt gij dat niet? ~ 334 7, 171| bedekking was, dachten zij, dat deze op hen zou vallen; 335 7, 177| de toestand van een volk dat Onze tekenen verloochent, 336 7, 181| hebben geschapen een volk, dat de mensen met waarheid leidt 337 7, 184| zij er niet over nagedacht dat er in hun metgezel (Mohammed) 338 7, 185| heeft, niet bekeken? En dat hun termijn waarschijnlijk 339 7, 188| goede tijding voor een volk dat gelooft." ~ 340 7, 203| barmhartigheid voor een volk, dat gelooft. ~ 341 8, 7 | der twee partijen beloofde dat zij de uwe zou zijn, wenstet 342 8, 7 | uwe zou zijn, wenstet gij, dat de partij zonder wapenen 343 8, 14 | 14. Dat is (uw straf), ondergaat 344 8, 14 | ondergaat haar daarom en weet dat er voor de ongelovigen de 345 8, 16 | zal zijn tehuis zijn en dat is een slechte verblijfplaats. ~ 346 8, 24 | leven moge geven en weet, dat Allah tussen een man en 347 8, 24 | man en zijn hart komt en dat Hij het is tot Wie gij zult 348 8, 25 | behoedt u voor het onheil, dat niet alleen degenen, die 349 8, 25 | doen zal treffen. En weet, dat Allah streng is in het straffen. ~ 350 8, 26 | land en toen gij vreesdet, dat de mensen u weg zouden voeren, 351 8, 28 | 28. En weet, dat uw bezittingen en uw kinderen 352 8, 28 | slechts een beproeving zijn en dat voorzeker bij Allah een 353 8, 38 | degenen die niet geloven, dat als zij ophouden (u te vervolgen), 354 8, 40 | zij terugvallen weet dan, dat Allah uw Beschermer is, 355 8, 41 | 41. En weet, dat wat gij ook als buit neemt, 356 8, 42 | duidelijk teken zou sterven en dat hij die zou leven door een 357 8, 59 | ongelovigen niet denken dat zij een voorsprong hebben. 358 8, 65 | omdat zij een volk zijn dat niet wil begrijpen. ~ 359 8, 66 | verlicht, want Hij weet dat er zwakheid in u is. Als 360 9, 2 | voor vier maanden en weet, dat gij Allah niet kunt ontsnappen 361 9, 2 | niet kunt ontsnappen en dat Allah de ongelovigen zal 362 9, 3 | van de grote bedevaart, dat Allah alsmede Zijn boodschapper 363 9, 3 | gij u afwendt, weet dan, dat gij Allah niet kunt ontsnappen. 364 9, 6 | schenk hem dan bescherming dat hij het woord van Allah 365 9, 6 | omdat zij een volk zijn dat niet weet. ~ 366 9, 8 | 8. Hoe kan het zijn dat wanneer zij de overhand 367 9, 11 | tekenen uit aan een volk dat wil begrijpen. ~ 368 9, 13 | een volk niet bestrijden dat zijn eden heeft gebroken 369 9, 13 | boodschapper te verdrijven en dat het eerste was om tegen 370 9, 13 | Allah is het meest waardig, dat gij Hem zoudt vrezen als 371 9, 14 | het gemoed van een volk dat gelooft, verlichten. ~ 372 9, 16 | 16. Denkt gij, dat gij met rust zoudt worden 373 9, 36 | zij u bestrijden en weet, dat Allah met de rechtvaardigen 374 9, 37 | zij betreffende het aantal dat Allah heilig heeft gemaakt 375 9, 42 | gronde gaan en Allah weet dat zij leugenaars zijn. ~ 376 9, 52 | betreffende u verwachten, dat Allah u een straf zal opleggen 377 9, 54 | 54. En niets verhindert, dat hun gaven worden aangenomen 378 9, 54 | worden aangenomen behalve dat zij in Allah en de boodschapper 379 9, 56 | En zij zweren bij Allah dat zij inderdaad tot de uwen 380 9, 56 | toch zijn zij een volk dat vreest. ~ 381 9, 62 | boodschapper zijn waardiger, dat zij hen zouden behagen, 382 9, 63 | 63. Weten zij niet, dat hem die Allah en Zijn Boodschapper 383 9, 63 | waarin hij zal vertoeven? Dat is de grote vernedering. ~ 384 9, 64 | De huichelaars vrezen, dat een Soerah tegen hen zou 385 9, 65 | tekenen en Zijn boodschapper dat gij spotte?" ~ 386 9, 74 | 74. Zij zweren bij Allah, dat zij niets zeiden, maar voorzeker 387 9, 78 | 78. Weten zij niet dat Allah hun geheimen alsook 388 9, 78 | heimelijk overleg kent en dat Allah de Oerkenner is van 389 9, 80 | vergiffenis voor hen vraagt of dat gij geen vergiffenis voor 390 9, 89 | zullen daarin vertoeven. Dat is de opperste zegepraal. ~ 391 9, 92 | tot u kwamen en verzochten dat gij hun een rijdier zoudt 392 9, 92 | tranen terug uit spijt, dat zij niets konden vinden 393 9, 95 | keert, u bij Allah zweren, dat gij hen met rust moogt laten. 394 9, 98 | boete beschouwen en wachten dat er rampspoed over u komt. 395 9, 100| zij voor eeuwig vertoeven. Dat is de grote zegepraal. ~ 396 9, 102| slechte daad. Het kan zijn, dat Allah Zich met barmhartigheid 397 9, 104| 104. Weten zij niet, dat Allah berouw van Zijn dienaren 398 9, 104| en aalmoezen aanvaardt en dat Allah Berouw-aanvaardend, 399 9, 107| goede," maar Allah getuigt, dat zij leugenaars zijn. ~ 400 9, 108| gesticht is zeker waardiger dat gij er in zijt. Er zijn 401 9, 109| aangetaste rand stichtte, dat met hem in het Vuur der 402 9, 110| 110. Het gebouw dat zij hebben opgericht, zal 403 9, 111| met Hem hebt gesloten en dat is de grote zegepraal. ~ 404 9, 113| duidelijk is geworden, dat zij (afgodendienaren) het 405 9, 114| toen het hem duidelijk werd dat deze een vijand van Allah 406 9, 118| moeilijk en zij geloofden dat er tegen Allah geen schuilplaats 407 9, 120| woestijn-Arabieren niet, dat zij achter de boodschapper 408 9, 120| Allah zouden blijven, of dat zij hun eigen leven in plaats 409 9, 120| betreden zij een spoor, dat de ongelovigen vertoornt, 410 9, 123| hardheid in u vinden en weet, dat Allah met de godvruchtigen 411 9, 126| 126. Zien zij niet, dat zij elk jaar één- of tweemaal 412 9, 127| zij tot een volk behoren dat niet begrijpen wil. ~ 413 10, 2 | het vreemd voor de mensen, dat Wij een man uit hun midden 414 10, 2 | aan degenen die geloven, dat zij een ware rang bij hun 415 10, 5 | tekenen uiteen voor een volk, dat wil weten. ~ 416 10, 18 | Wilt gij Allah over iets, dat Hij in de hemelen of op 417 10, 22 | komen en zij overtuigd zijn dat zij verloren zijn; dan roepen 418 10, 24 | leven is slechts als water, dat Wij uit de wolken nederzenden, 419 10, 24 | en haar eigenaars denken, dat zij er macht over bezitten, 420 10, 24 | tekenen uit aan een volk, dat nadenkt. ~ 421 10, 55 | en op aarde is en weet, dat Allah's belofte waar is. 422 10, 58 | zich daarom in verheugen. Dat is beter, dan hetgeen zij 423 10, 59 | Zeg: "Hebt gij overwogen, dat Allah u een voorziening 424 10, 59 | voorziening heeft nedergezonden en dat gij daarna een gedeelte 425 10, 59 | Vraag (hen): "Heeft Allah u dat toegestaan, of verzint gij 426 10, 61 | verborgen. En er is niets dat kleiner of groter is, of 427 10, 64 | kennen geen verandering - dat is inderdaad de opperste 428 10, 67 | zijn tekenen voor een volk, dat luistert. ~ 429 10, 90 | verdronk, zeide: "Ik geloof dat er geen God is dan Hij, 430 10, 101| waarschuwers baten een volk dat niet wil geloven. ~ 431 10, 104| twijfel verkeert, (weet) dan dat ik niet aanbid degenen die 432 10, 106| Allah niet datgene aan, dat u bevoordelen noch schaden 433 10, 106| schaden kan. En indien gij dat toch doet, dan zult gij 434 11, 6 | En er is geen schepsel dat op aarde kruipt, of zijn 435 11, 12 | 12. (Zij verbeelden zich dat) gij misschien een gedeelte 436 11, 14 | niet aannemen, weet dan, dat het met Allah's kennis is 437 11, 14 | kennis is geopenbaard en dat er geen God is behalve Hij. 438 11, 26 | 26. Dat gij niemand dan Allah zult 439 11, 27 | man zoals wij en wij zien dat niemand u heeft gevolgd, 440 11, 27 | boven ons; neen, wij geloven dat gij een leugenaar zijt." ~ 441 11, 29 | beschouw u als een volk, dat onwetend handelt." ~ 442 11, 31 | degenen, die gij minacht dat Allah hun geen goeds zal 443 11, 54 | Wij kunnen alleen zeggen dat sommige onzer Goden u met 444 11, 54 | getuige en getuigt gij ook, dat ik niets met uw afgoden 445 11, 56 | is. Er is geen schepsel, dat zich op aarde beweegt, of 446 11, 70 | 70. Maar toen hij zag dat hun handen er zich niet 447 11, 79 | antwoordden: "Gij weet wel, dat wij geen recht hebben op 448 11, 87 | Shoaib, beveelt uw gebed, dat wij hetgeen onze vaderen 449 11, 87 | aanbaden, zouden verlaten of dat wij zouden ophouden met 450 11, 89 | mij u niet er toe leiden, dat hetzelfde u overkome als 451 11, 91 | zegt en wij zien voorzeker, dat gij zwak zijt tegenover 452 11, 103| het Hiernamaals vreest. Dat is een dag waarop de mensheid 453 11, 103| zal worden verzameld en dat is een dag waarvan men getuige 454 11, 110| het niet door een woord dat reeds van uw Heer was uitgegaan 455 12, 1 | de verzen van het Boek, dat alles verklaart: ~ 456 12, 13 | zeide: "Het verdriet mij, dat gij hem zoudt medenemen 457 12, 13 | zoudt medenemen en ik vrees, dat de wolf hem zal verslinden 458 12, 15 | deze zaak vertellen zonder dat zij het beseffen." ~ 459 12, 18 | brachten zijn hemd met bloed, dat niet van hem was. Hij (Jacob) 460 12, 21 | behoorlijk. Het is waarschijnlijk dat hij ons van nut kan zijn, 461 12, 21 | ons van nut kan zijn, of dat wij hem als zoon aannemen." 462 12, 23 | Kom nu." Hij antwoordde: "Dat verhoede Allah, hij is mijn 463 12, 24 | hebben getoond). Zo kwam het dat Wij het kwaad en de onbetamelijkheid 464 12, 28 | Toen hij (haar man) zag dat zijn hemd van achteren was 465 12, 35 | onschuld hadden gezien, dat zij hem voor een tijd gevangen 466 12, 36 | van, voorzeker, wij zien dat gij tot de goeden behoort." ~ 467 12, 37 | antwoordde: "Het voedsel, dat u wordt gegeven, zal niet 468 12, 37 | godsdienst van het volk dat niet in Allah en in het 469 12, 38 | Jacob. Het betaamt ons niet dat wij iets met Allah vereenzelvigen. 470 12, 40 | alleen. Hij heeft bevolen dat gij naast Hem niets zult 471 12, 42 | van hen, van wie hij wist dat hij bevrijd zou worden: " 472 12, 47 | uitzondering van een weinig, dat gij zult eten." ~ 473 12, 48 | uitzondering van een weinig dat gij zult bewaren." ~ 474 12, 52 | is, opdat hij moge weten dat ik hem in zijn afwezigheid 475 12, 52 | afwezigheid niet ontrouw was en dat Allah het plan van de ontrouwe 476 12, 53 | kwade aan, uitgezonderd dat waarover mijn Heer barmhartigheid 477 12, 59 | vaderskant. Ziet gij niet, dat ik u met volle maat geef 478 12, 59 | u met volle maat geef en dat ik een goed gastheer ben?" ~ 479 12, 62 | geld in de zadeltassen, dat zij het mogen herkennen, 480 12, 65 | een kameellast ontvangen. Dat is een maat die gemakkelijk 481 12, 66 | aflegt in de naam van Allah, dat gij hem zeker tot mij zult 482 12, 68 | niets baten; het was slechts dat Jacob zijn zin gedaan kreeg, 483 12, 73 | Bij Allah, gij weet goed, dat wij niet kwamen om slecht 484 12, 78 | zijn plaats, want wij zien dat gij tot degenen behoort 485 12, 79 | zeide: "Allah verhoede, dat wij iemand anders dan hem 486 12, 80 | oudste zeide: "Weet gij niet, dat uw vader een plechtige belofte 487 12, 83 | passend. Het is mogelijk, dat Allah hen allen te zamen 488 12, 110| wanhoopten en zij dachten dat zij voor leugenaars verden 489 12, 111| begrip. Het is niet iets, dat is verzonnen, doch een vervulling 490 12, 111| barmhartigheid voor een volk, dat gelooft.   491 13, 3 | zijn tekenen voor een volk, dat nadenkt. ~ 492 13, 4 | zijn tekenen voor een volk, dat begrijpt. ~ 493 13, 19 | 19. Is dan hij die weet, dat hetgeen u van uw Heer is 494 13, 31 | het niet te weten gekomen dat, indien Allah het wilde, 495 13, 35 | godvrezenden is beloofd, is, dat er stromen in vloeien, en 496 13, 35 | er stromen in vloeien, en dat zijn fruit en schaduw eeuwigdurend 497 13, 41 | 41. Zien zij niet dat Wij tot hun land komen, 498 14, 1 | Laam Raa. Dit is een Boek dat Wij u hebben geopenbaard, 499 14, 6 | van Pharao's volk redde, dat u met een smartelijke foltering 500 14, 12 | zullen voorzeker al het kwaad dat gij ons doet met geduld


1-500 | 501-1000 | 1001-1125

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License