Sura, Verse

 1   3, 179|      totdat Hij de kwaden van de goeden scheidt, noch is Allah zo,
 2   4, 69 |      getuigen (martelaars) en de goeden en dezen zijn uitstekende
 3   5, 100|        100. Zeg: "De bozen en de goeden zijn niet gelijk, ofschoon
 4   6, 84 |         Aäron. Zo belonen Wij de goeden. ~
 5   7, 56 |   Barmhartigheid van Allah is de goeden nabij. ~
 6   7, 170|         Wij doen de beloning der goeden niet verloren gaan. ~
 7   7, 196|         Hij is de Beschermer der goeden. ~
 8   8, 37 |      Zodat Allah de bozen van de goeden moge scheiden en de bozen
 9  12, 22 |        kennis; zo belonen Wij de goeden. ~
10  12, 36 |          wij zien dat gij tot de goeden behoort." ~
11  12, 90 |          Allah doet het loon der goeden nooit verloren gaan." ~
12  18, 30 |         wij doen de beloning der goeden niet verloren gaan. ~
13  22, 37 |       geef blijde tijding aan de goeden. ~
14  31, 3  |    leiding en een genade voor de goeden. ~
15  38, 47 |      ogen de uitverkorenen en de goeden. ~
16  39, 58 | terugkeer was, dan zou ik tot de goeden behoren." ~
17  46, 12 |       verblijdend nieuws voor de goeden. ~
18  68, 50 |        en maakte hem tot één der goeden. ~