Sura, Verse

 1   2, 11|      Wanneer hun wordt gezegd: "Richt geen onheil op aarde aan"
 2   4, 58|       wanneer gij tussen mensen richt, gij rechtvaardig handelt.
 3   5, 42|        indien gij rechtspreekt, richt tussen hen met rechtvaardigheid.
 4   5, 48|        en als bewaker daarover. Richt daarom tussen hen naar hetgeen
 5   7, 29|      gij uw aandacht behoorlijk richt, ter gelegenheid van aanbidding
 6   7, 87| geduldig totdat Allah onder ons richt. Want Hij is de beste Rechter." ~
 7  15, 88|                             88. Richt uw ogen niet naar hetgeen
 8  18, 21|     mensen over hen, zeggende: "Richt een gedenkteken voor hen
 9  30, 30|                     30. Daarom, richt uw aangezicht oprecht tot
10  30, 43|                             43. Richt uw aaneezicht tot de juiste
11  31, 15|        van hem die zich tot Mij richt. Dan zult gij tot Mij terugkeren
12  40, 20|                    20. En Allah richt naar waarheid, maar degenen
13  41, 9 |        in twee dagen schiep? En richt gij gelijken aan Hem op,
14  81, 26|                    26. Waarheen richt gij u dan? ~
15  91, 10|       gronde die haar te gronde richt. ~