Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
oosten 12
ootmoedig 4
ootmoedigen 2
op 904
op- 1
opdat 341
opdrachten 1
Frequency    [«  »]
1117 uw
1023 dan
997 heer
904 op
873 aan
873 heeft
867 met

Koran

IntraText - Concordances

op

1-500 | 501-904

                                                  bold = Main text
    Sura, Verse                                   grey = Comment text
1 Voo | ontmoette talrijke moeilijkheden op haar weg, doch deze werden 2 Voo | een oorspronkelijk vers op tweeërlei manier kon worden 3 Voo | andersoortige lectuur, vestigen op het feit, dat de stijl van 4 Voo | verplicht zijn wanneer zy ons op de hoogte willen stellen 5 1, 6 | 6. Leid ons op het rechte pad, ~ 6 1, 7 | geschonken - niet dat van hen, op wie toorn is nedergedaald, 7 2, 11 | gezegd: "Richt geen onheil op aarde aan" dan zeggen zij: " 8 2, 12 | 12. Pas op! Voorzeker zij zijn het 9 2, 27 | scheiden en die onheil op aarde stichten, dezen zijn 10 2, 29 | Hij is het, Die alles, wat op aarde is, voor u schiep: 11 2, 30 | Ik wil een stedehouder op aarde plaatsen," zeiden 12 2, 36 | elkander vijandig. Er zal op aarde een tijdelijke woonplaats 13 2, 60 | volk bad zeiden Wij: "Sla op de rots met uw staf" en 14 2, 60 | voortgebracht en wandelt niet op aarde, onheil stichtende. ~ 15 2, 61 | Heer, dat Hij van hetgeen op aarde groeit - groenten 16 2, 85 | schande in dit leven; en op de Dag van Opstanding zullen 17 2, 89 | Gods vloek rust derhalve op de ongelovigen. ~ 18 2, 90 | Daardoor brachten zij toorn op toorn over zich en er is 19 2, 97 | waarlijk, hij openbaarde het op Allah's bevel aan uw hart, 20 2, 113| kennis hebben. Maar Allah zal op de Dag der Opstanding uitspraak 21 2, 116| alles, wat in de hemelen en op aarde is, behoort Hem toe 22 2, 132| legde Abraham aan zijn zonen op en Jacob deed desgelijks, 23 2, 157| 157. Dezen zijn het, op wie de zegeningen en de 24 2, 158| Allah. Er rust derhalve op hem, die de Hadj (pelgrimstocht) 25 2, 168| hetgeen geoorloofd en goed is op aarde en treedt niet in 26 2, 171| De ongelovigen gelijken op hem, die schreeuwt naar 27 2, 173| wenst en geen overtreder is, op hem rust geen zonde. Want 28 2, 174| niets, dan Vuur. Allah zal op de Dag der Opstanding niet 29 2, 181| schuld er van zal gewis op hem rusten, die dat verandert. 30 2, 184| wie onder u ziek is, of op reis, vaste een aantal andere 31 2, 185| Maar wie onder u ziek of op reis is, een aantal andere 32 2, 187| Het is u veroorloofd, om op de nacht van het vasten 33 2, 210| 210. Zij wachten op niets anders, dan dat Allah 34 2, 212| boven hen verheven zijn op de dag der opstanding: Allah 35 2, 229| geschied, behoud haar dan op behoorlijke wijze of zend 36 2, 231| bereiken, behoudt haar dan op een behoorlijke manier, 37 2, 231| behoorlijke manier, of zendt haar op een betamelijke manier weg, 38 2, 232| huwen, als zij met elkander op de gebruikelijke wijze tot 39 2, 233| wensen te voltooien. En op de vader rust de zorg voor 40 2, 233| overleg, rust er geen schuld op hen. En als gij verkiest, 41 2, 233| nemen, zal er geen blaam op u rusten, mits gij hetgeen 42 2, 234| wachtperiode hebben bereikt, zal er op u geen zonde rusten voor 43 2, 234| hetgeen zij voor zichzelf op behoorlijke wijze doen; 44 2, 235| 235. En er zal geen schuld op u rusten, indien gii niet 45 2, 235| in het geheim tenzij gij op de goede wijze spreekt. 46 2, 240| weggaan zal er geen schuld op u rusten, wegens datgene, 47 2, 240| wat zij omtrent zichzelf op behoorlijke wijze doen. 48 2, 247| terwijl wij meer recht op heerschappij hebben dan 49 2, 255| wat in de hemelen en wat op aarde is, behoort Hem. Wie 50 2, 259| jaren; daarna wekte Hij hem op en zeide: "Hoelang zijt 51 2, 260| gehecht. Zet dan ieder hunner op een heuvel; roep hen dan; 52 2, 264| rijkdommen weggeeft, om op te vallen bij de mensen 53 2, 265| versterkende, is als een tuin op hooggelegen grond, die bij 54 2, 265| voortbrengt. En als er geen regen op valt, dan is dauw voldoende. 55 2, 266| Allah u Zijn woorden uiteen, op dat gij tot nadenken zult 56 2, 273| herkennen, daar zij niet op een opdringerige wijze bij 57 2, 282| periode, schrijft het dan op. Laat een schrijver het 58 2, 283| 283. En indien gij op reis zijt en geen schrijver 59 2, 284| wat in de hemelen en wat op de aarde is; en indien gij 60 3, 5 | Voorzeker, er is niets op aarde of in de hemelen voor 61 3, 9 | de mensen zal verzamelen op de Dag, waaraan geen twijfel 62 3, 11 | 11. Op de wijze van Pharao's volk 63 3, 20 | onderwerpen, dan zijn zij op de rechte weg, maar indien 64 3, 25 | wanneer Wij hen verzamelen op de Dag, waarover geen twijfel 65 3, 29 | weet wat in de hemelen en op aarde is. Allah heeft de 66 3, 35 | Imraan zeide: "Ik draag aan U op wat in mijn baarmoeder is, 67 3, 46 | volk spreken in de wieg en op middelbare leeftijd en hij 68 3, 77 | spreken, noch hen aanzien op de Dag des Oordeels, noch 69 3, 83 | hetgeen in de hemelen en op aarde is zich willens of 70 3, 87 | de engelen en de mensen, op hen rust. ~ 71 3, 106| 106. Op den dag, waarop sommige 72 3, 109| de hemelen en al hetgeen op aarde is en tot Allah worden 73 3, 119| alleen zijn, bijten zij op hun vingertoppen van razernij 74 3, 129| de hemelen en al hetgeen op aarde is. Hij vergeeft wie 75 3, 144| heengegaan. Zult gij u dan op de hielen omkeren als hij 76 3, 146| verslapten door niets wat hen op de weg van Allah overkwam, 77 3, 149| zullen zij u doen omkeren (op het goede pad); dan zult 78 3, 153| nariep, gaf Hij u smart op smart, opdat gij niet zoudt 79 3, 153| gebeurde. En Allah is goed op de hoogte van hetgeen gij 80 3, 155| Voorzeker, diegenen onder u die op de dag waarop de twee scharen 81 3, 161| wie oneerlijk handelt zal op de Dag der Opstanding zijn 82 3, 166| 166. En hetgeen u op de dag waarop de twee partijen 83 3, 167| hebben gevolgd." Zij stonden op die dag dichter bij het 84 3, 180| waarmee zij gierig zijn zal op de Dag der Opstanding als 85 3, 180| der aarde en Allah is goed op de hoogte van hetgeen gij 86 3, 185| ondergaan. En voorzeker zal u op de Dag der Opstanding uw 87 3, 191| die staande, zittende en op hun zijden liggende Ailah 88 3, 194| beloofd en verneder ons niet op de Dag der Opstanding. Voorzeker, 89 3, 200| volhardend te zijn en blijft op uw hoede en vreest Allah, 90 4, 1 | Wiens naam gij een beroep op elkander doet en (weest 91 4, 15 | sluit haar dan in de huizen op, totdat de dood haar achterhaalt, 92 4, 23 | ingegaan zal er geen zonde op u rusten en de vrouwen uwer 93 4, 24 | vaststellen daarvan geen zonde op u rusten in alles wat gij 94 4, 25 | geeft haar een huwelijksgift op de gebruikelijke wijze, 95 4, 25 | noch er heimelijke minnaars op nahoudende. En indien zij, 96 4, 42 | 42. Op die Dag zullen zij, die 97 4, 43 | indien gij ziek zijt, of op reis, of een uwer van de 98 4, 51 | Dezen zijn beter geleid op het pad dan de gelovigen." ~ 99 4, 58 | geven aan hen die er recht op hebben en dat, wanneer gij 100 4, 68 | En Wij zouden hen zeker op het rechte pad hebben geleid. ~ 101 4, 71 | voorzorgsmaatregelen, rukt dan op in afzonderlijke groepen 102 4, 81 | hebt gezegd. Allah tekent op, al hetgeen zij beramen 103 4, 87 | zal u zeker bijeenroepen op de Dag der Opstanding, waaromtrent 104 4, 90 | Dus, als zij zich van u op een afstand houden en u 105 4, 91 | Als zij zich derhalve niet op een afstand van u houden, 106 4, 93 | vertoeven. Allah's toorn is op hem; Hij heeft hem vervloekt 107 4, 100| terwille van Allah vlucht, zal op aarde toevluchtsoorden en 108 4, 102| dat gij onachtzaam wordt op uw wapenen en uw bagage, 109 4, 103| Allah, staande, zittende en op uw zijde liggende. En, wanneer 110 4, 103| het gebed is de gelovigen op vastgestelde uren opgelegd. ~ 111 4, 109| bij Allah voor hen pleiten op de dag der opstanding, of 112 4, 126| de hemelen en alles wat op aarde is en Allah omvat 113 4, 128| zijt, waarlijk dan is Allah op de hoogts van wat gij doet. ~ 114 4, 131| wat in de hemelen en wat op aarde is. En wij hebben 115 4, 131| voorzeker wat in de hemelen en op de aarde is behoort aan 116 4, 132| de hemelen en alles, wat op aarde is en Allah is voldoende 117 4, 135| van afwendt, Allah is goed op de hoogte van wat gij doet. ~ 118 4, 137| vergeven, noch zal Hij hen op de rechte weg leiden. ~ 119 4, 141| de gelovigen?" Allah zal op de Dag des Oordeels tussen 120 4, 141| Allah zal de ongelovigen op generlei wijze over de gelovigen 121 4, 153| u een Boek uit de hemel op hen te doen nederdalen. 122 4, 159| geloven vóór zijn dood. En op de Dag der Opstanding zal 123 4, 170| behoort wat in de hemelen en op aarde is en Allah is Alwetend, 124 4, 171| Drie (in één)." Houdt op, dat is beter voor u. Voorwaar, 125 4, 171| behoort wat in de hemelen en op aarde is en Allah is als 126 4, 175| en genade toelaten en hen op het rechte pad tot Zich 127 5, 6 | reinigt u. En als gij ziek of op reis zijt en een uwer komt 128 5, 8 | Allah, voorzeker, Allah is op de hoogte van hetgeen gij 129 5, 11 | handen en vreest Allah. Op Allah moeten de gelovigen 130 5, 13 | altijd oneerlijk bevinden op enkelen na, derhalve vergeef 131 5, 16 | die Zijn welbehagen zoeken op de paden van vrede en leidt 132 5, 17 | zijn moeder en allen die op aarde zijn, teniet wil doen?" 133 5, 32 | werden daarna -velen hunner op aarde tot over treders. ~ 134 5, 36 | de ongelovigen al hetgeen op aarde is en nog eens zoveel, 135 5, 36 | zich daarmede van de straf op de Dag der Opstanding vrij 136 5, 41 | verdraaien woorden, nadat zij op hun juiste plaatsen waren 137 5, 41 | wordt gegeven, past dan op." En wie Allah wenst te 138 5, 49 | boze neigingen niet en wees op uw hoede dat zij u niet 139 5, 64 | pogen wanorde te scheppen op aarde en Allah heeft de 140 5, 68 | van het Boek, gij steunt op niets voordat gij de Torah 141 5, 80 | deden zodat Allah toornig op hen is geworden en zij zullen 142 5, 92 | de boodschapper en weest op uw hoede. Maar indien gij 143 5, 92 | u afwendt, weet dan, dat op Onze boodschapper slechts 144 5, 93 | 93. Op de gelovigen die goede werken 145 5, 97 | wat in de hemelen en wat op aarde is en dat Allah kennis 146 5, 99 | 99. Op de boodschapper rust slechts ( 147 5, 105| O, gij die gelooft, past op uzelf. Hij die dwaalt kan 148 5, 110| versterkte, dat gij als kind en op middelbare leeftijd tot 149 6, 3 | is Allah in de hemelen en op aarde. Hij kent uw innerlijk 150 6, 6 | Wij hadden hun zulke macht op de aarde gegeven als Wij 151 6, 7 | al hadden Wij u een boek op perkament nedergezonden 152 6, 11 | 11. Zeg: "Gaat op aarde rond en ziet, wat 153 6, 12 | hetgeen in de hemelen en op aarde is?" Zeg: "Aan Allah." 154 6, 12 | Aan Allah." Hij heeft het op Zich genomen, barmhartigheid 155 6, 12 | tonen. Voorzeker Hij zal u op de Dag der Opstanding verzamelen, 156 6, 16 | 16. Van wie deze straf op die Dag is afgewend, Allah 157 6, 18 | de Alwijze, en van alles op de hoogte. ~ 158 6, 31 | En zij zullen hun lasten op hun ruggen dragen. Ziet 159 6, 38 | En er is geen beest dat op de aarde kruipt, noch een 160 6, 38 | kruipt, noch een vogel die op zijn vleugels vliegt, of 161 6, 39 | wil dwalen en Hij plaatst op het rechte pad wie Hij wil. ~ 162 6, 53 | 53. En op deze wijze hebben Wij sommigen 163 6, 54 | Heer heeft barmhartigheid op zich genomen; dus wie uwer 164 6, 57 | 57. Zeg: "Ik ben op de rechte weg van mijn Heer 165 6, 59 | behalve Hij. En Hij weet wat op het land en wat in de zee 166 6, 60 | daarna wekt Hij u weder op, opdat de vastgestelde termijn 167 6, 71 | bozen hebben neergeveld op de aarde in een toestand 168 6, 73 | Hem behoort het koninkrijk op de Dag waarop de bazuin 169 6, 87 | Wij enigen en leidden hen op het rechte pad. ~ 170 6, 91 | voor de mensen - dat gij op papieren schrijft, en bekend 171 6, 93 | zeggende): "Geeft uw zielen op. Deze dag zal u de straf 172 6, 112| 112. Op dezelfde wijze hebben Wij 173 6, 116| het merendeel dergenen die op aarde zijn, volgt, zullen 174 6, 125| niet geloven, onreinheid op. ~ 175 6, 129| 129. En op dezelfde wijze maken Wij 176 6, 137| 137. Op dezelfde manier hebben voor 177 6, 141| vruchten dragen, maar betaalt op de dag van de oogst, wat 178 6, 148| iets onwettig verklaard." Op dezelfde wijze loochenden 179 6, 152| volwassen is, niet anders dan op de beste wijze. En geeft 180 6, 158| Heer zouden plaatshebben? Op de dag, wanneer enige der 181 6, 161| betreft, mijn Heer heeft mij op het rechte pad geleid - 182 6, 165| 165. En Hij is het, die u op aarde tot opvolgers maakte 183 7, 8 | der menselijke daden) zal op die Dag eerlijk zijn. Degenen, 184 7, 10 | 10. En Wij hebben u op aarde gevestigd en u daarop 185 7, 16 | voorzeker in de weg gaan zitten op Uw rechte pad." ~ 186 7, 24 | voor u een verblijfplaats op aarde en een voorziening 187 7, 28 | legt nooit slechte daden op. Zegt gij van Allah, hetgeen 188 7, 31 | kinderen van Adam, let op uw uiterlijk ter gelegenheid 189 7, 32 | leven en voor hen alleen op de Dag der Opstanding." 190 7, 44 | De vloek van Allah rust op de onrechtvaardigen, ~ 191 7, 46 | beiden zijn; en er zullen op de verheven plaatsen mannen 192 7, 51 | zoals zij de ontmoeting op deze dag vergaten en zoals 193 7, 53 | 53. Wachten zij slechts op (een andere) verklaring 194 7, 54 | schiep; daarna zette Hij Zich op deTroon neder. Hij doet 195 7, 56 | En schept geen wanorde op aarde, nadat zij is geordend 196 7, 57 | zo wekken Wij de doden op, opdat gij er lering uit 197 7, 58 | levert alleen schaarste op. Zo wisselen Wij de tekenen 198 7, 74 | van Allah en wandelt niet op aarde, onheil stichtend. ~ 199 7, 78 | en zij lagen uitgestrekt op de grond in hun huizen. ~ 200 7, 85 | niet en schept geen wanorde op aarde nadat zij geordend 201 7, 86 | 86. "En wacht niet op de wegen om degenen die 202 7, 91 | en zij lagen uitgestrekt op de grond in hun huizen. ~ 203 7, 117| hetgeen zij getoverd hadden op. ~ 204 7, 126| En gij neemt alleen wraak op ons omdat wij in de tekenen 205 7, 131| en zijn metgezellen. Let op! Hun tegenspoed was eveneens 206 7, 134| 134. En toen de straf op hen viel, zeiden zij: "O, 207 7, 136| verloochenden en er geen acht op sloegen. ~ 208 7, 143| 143. En toen Mozes op Onze vastgestelde tijd kwam 209 7, 143| naar de berg en als deze op zijn plaats blijft, dan 210 7, 143| En toen zijn Heer Zich op de berg openbaarde, brak 211 7, 145| 145. En Wij schreven op de tafelen allerhande raad 212 7, 145| uw volk, dit alles stipt op te volgen. Ik zal u weldra 213 7, 146| onrechte trots handelen op aarde weldra van Mijn tekenen 214 7, 146| verloochenden en er onachtzaam op waren. ~ 215 7, 157| vinden, legt hij het goede op en verbiedt het kwade, veroortooft 216 7, 163| ontheiligden verscheen vis op hun Sabbath aan de oppervlakte 217 7, 171| was, dachten zij, dat deze op hen zou vallen; Wij zeiden: " 218 7, 172| wij getuigen" zodat gij op de Dag der Opstanding niet 219 7, 178| 178. Wie Allah leidt is op het rechte pad. En wie Hij 220 7, 182| geleidelijk aangrijpen, op een wijze die zij niet verwachten. ~ 221 7, 187| Niemand dan Hij kan het op zijn tijd openbaren. Het 222 7, 187| openbaren. Het rust zwaar op de hemel en op de aarde. 223 7, 187| rust zwaar op de hemel en op de aarde. Het zal slechts 224 7, 187| ondervragen u of gij er goed van op de hoogte zijt. Zeg: "De 225 8, 2 | hen in geloof toenemen en op hun Heer vertrouwen. ~ 226 8, 15 | degenen die niet geloven, op u af ziet komen wendt hun 227 8, 16 | 16. En wie op die dag zijn rug toekeert, 228 8, 41 | hetgeen Wij aan Onze dienaar op de dag der onderscheiding 229 8, 42 | 42. Toen gij op de nabijzijnde kant waart 230 8, 42 | nabijzijnde kant waart en zij zich op de andere zijde bevonden 231 8, 58 | vreest verstoot hen dan op gelijke wijze. Voorzeker, 232 8, 63 | verenigd. Indien gij al hetgeen op aarde is had besteed, kondet 233 9, 3 | boodschapper aan de mensen op de dag van de grote bedevaart, 234 9, 5 | en belegert hen en loert op hen uit elke hinderlaag. 235 9, 16 | boezemvriend nemen? -Allah is goed op de hoogte van hetgeen gij 236 9, 25 | Voorzeker, Allah heeft u op menig slagveld geholpen 237 9, 25 | menig slagveld geholpen en op de dag van Honain, toen 238 9, 35 | 35. Op de Dag, waarop het (geld) 239 9, 37 | geloven worden daardoor op een dwaalspoor gebracht. 240 9, 38 | tot u wordt gezegd: "Gaat op de weg van Allah voort?" 241 9, 40 | Toen zond Allah Zijn vrede op hem neder en versterkte 242 9, 49 | verlof en stel mij niet op de proef." Voorzeker, zij 243 9, 49 | Voorzeker, zij zijn reeds op de proef gesteld. De hel 244 9, 74 | Hiernamaals straffen en zij zullen op aarde vriend noch helper 245 9, 77 | huichelachtigheid in hun hart op te wekken tot aan de Dag, 246 9, 91 | 91. Er rust op de zwakken en op de zieken 247 9, 91 | Er rust op de zwakken en op de zieken en op degenen 248 9, 91 | zwakken en op de zieken en op degenen die niets vinden 249 9, 91 | boodschapper. Er rust geen blaam op degenen die goed doen; Allah 250 9, 92 | 92. Noch op degenen, die tot u kwamen 251 9, 93 | te zijn. En Allah heeft op hun hart een zegel gelegd, 252 9, 98 | er rampspoed over u komt. Op hen zal echter de rampspoed 253 9, 108| Moskee, die van het begin af op godsvrucht was gesticht 254 9, 109| daarom hij, die zijn gebouw op godsvrucht en op Zijn behagen 255 9, 109| gebouw op godsvrucht en op Zijn behagen stichtte, beter 256 9, 109| of hij, die zijn gebouw op een afbrokkelende, door 257 9, 122| opgelegd, allen tezamen op te trekken. Waarom trekt 258 9, 122| elke groep een deel hunner op, opdat zij in de godsdienst 259 9, 126| elk jaar één- of tweemaal op de proef worden gesteld? 260 10, 3 | schiep, en Hij zette Zich op de troon, alles regelend. 261 10, 6 | hetgeen Allah in de hemelen en op aarde heeft geschapen zijn 262 10, 7 | degenen, die onoplettend op Onze tekenen zijn, ~ 263 10, 12 | overkomt, bidt hij tot Ons, op zijn zijde liggende, of 264 10, 14 | hebben Wij u tot stedehouders op aarde gesteld, opdat Wij 265 10, 18 | dat Hij in de hemelen of op aarde nog niet zou kennen, 266 10, 21 | schrijven al hetgeen gij verzint op. ~ 267 10, 22 | staat stelt door het land en op zee te reizen, totdat, wanneer 268 10, 22 | reizen, totdat, wanneer gij op de schepen zijt en zij met 269 10, 54 | onrechtvaardig handelt al hetgeen op aarde is, zou bezitten, 270 10, 55 | hetgeen in de hemelen en op aarde is en weet, dat Allah' 271 10, 61 | geen gewicht van een atoom op aarde of in de hemel verborgen. 272 10, 66 | hetgeen in de hemelen en op aarde bestaat. Wat volgen 273 10, 68 | behoort wat in de hemelen en op aarde is. Gij hebt hier 274 10, 71 | blijken, komt dan tegen mij op en geeft mij geen uitstel. ~ 275 10, 90 | zijn scharen vervolgden hen op een onrechtvaardige en aanvallende 276 10, 93 | Voorzeker, uw Heer zal op de Dag der Opstanding onder 277 10, 99 | gewild, zouden allen die op aarde zijn, zeker tezamen 278 10, 101| Overweeg, wat in de hemelen en op aarde gebeurt." Maar tekenen, 279 11, 5 | 5. Let op, zij verbergen hun vijandschap 280 11, 6 | er is geen schepsel dat op aarde kruipt, of zijn voorziening 281 11, 7 | schiep en Zijn troon rustte op water, opdat Hij u moge 282 11, 8 | plachten te bespotten zal op hen nederkomen. ~ 283 11, 18 | de vloek van Allah rust op de onrechtvaardigen, ~ 284 11, 28 | volk, zeg mij, als ik mij op een duidelijk bewijs van 285 11, 35 | verzonnen, zal mijn zonde op mij rusten doch ik heb niets 286 11, 37 | volgens Onze voorschriften op. En roep Mij omtrent de 287 11, 39 | vernederende straf komt en op wie een blijvende straf 288 11, 42 | zij bewoog zich met hen op golven als bergen voort. 289 11, 43 | zal mijn toevlucht weldra op een berg zoeken, die mij 290 11, 44 | gezegd: " O, aarde, slok op uw water en o, hemel, houd 291 11, 44 | water en o, hemel, houd op (met regenen)." En het water 292 11, 44 | vervuld. En de Ark kwam op (de berg) Al-Djoedie te 293 11, 56 | geen schepsel, dat zich op aarde beweegt, of Hij houdt 294 11, 56 | Voorzeker, mijn Heer is op het rechte pad." ~ 295 11, 59 | van elke opstandige vijand op. ~ 296 11, 60 | 60. En er werd een vloek op hen gelegd in deze wereld 297 11, 60 | gelegd in deze wereld en op de dag der Opstanding. Ziet! 298 11, 61 | God naast Hem. Hij wekte u op vanuit de aarde en vestigde 299 11, 64 | opdat zij zich (in vrijheid) op Allah's aarde moge voeden 300 11, 79 | dat wij geen recht hebben op uw dochters en gij weet 301 11, 82 | brokken klei laag boven laag op regenen; ~ 302 11, 85 | goederen noch sticht onheil op aarde." ~ 303 11, 93 | En o, mijn volk, handel op uw wijze, ik handel op de 304 11, 93 | handel op uw wijze, ik handel op de mijne. Gij zult weldra 305 11, 98 | 98. Hij zal op de Dag der Opstanding voor 306 11, 99 | werd hun in dit leven en op de Dag der Opstanding een 307 11, 111| volle vergelden. Hij is wel op de hoogte van hetgeen zij 308 11, 116| mensen, die het verderf op aarde konden verhinderen 309 11, 116| aarde konden verhinderen op enkelen na, die Wij uit 310 12, 10 | moet doen werpt hem dan op de bodem van een diepe put; 311 12, 13 | verslinden terwijl gij niet op hem let." ~ 312 12, 15 | kwamen zij overeen hem op de bodem van een diepe put 313 12, 36 | zag mij in een droom brood op mijn hoofd dragen waarvan 314 12, 63 | verkrijgen en wij zullen zeker op hem passen." ~ 315 12, 65 | voor onze familie halen en op onze broeder passen en wij 316 12, 100| 100. Hij hief zijn ouders op de troon en zij wierpen 317 12, 105| er niet in de hemelen en op aarde waaraan zij, zich 318 12, 109| inspireerden. Hebben zij dan niet op aarde gereisd en gezien 319 13, 2 | zien. Daarna zette Hij Zich op de troon. En Hij heeft de 320 13, 3 | aarde uitspreidde, er bergen op verhief en rivieren op vormde. 321 13, 3 | bergen op verhief en rivieren op vormde. En Hij maakte er 322 13, 3 | vruchtensoort in twee geslachten op. Hij doet de nacht de dag 323 13, 4 | 4. En er zijn op aarde aan elkaar grenzende 324 13, 15 | En wie in de hemelen en op aarde is, onderwerpt zich 325 13, 16 | medegoden toe die iets, op Zijn schepping lijkende 326 13, 17 | tot nut strekt, dit blijft op aarde. Zo geeft Allah de 327 13, 18 | zouden, indien zij al hetgeen op aarde is en het gelijke 328 13, 25 | verenigd te zijn, afsnijden en op aarde wanorde stichten, 329 13, 33 | inlichten over hetgeen Hem op aarde onbekend was? Of is 330 13, 40 | bedreigd, of u doen sterven - op u rust (alleen) de verkondiging ( 331 13, 40 | verkondiging (der boodschap) en op Ons de verrekening. ~ 332 14, 1 | het licht moogt brengen op het pad van de Almachtige, 333 14, 2 | er ook in de hemelen en op aarde is, toebehoort. Maar 334 14, 8 | zijt, gij en al degenen die op aarde zijn, voorwaar, Allah 335 14, 18 | waarop de wind hevig waait op een stormachtige dag. Zij 336 14, 36 | inderdaad vele van de mensen op een dwaalspoor gebracht. 337 14, 38 | bekend maken. Er is niets op aarde of in de hemel voor 338 14, 41 | mijn ouders en de gelovigen op de Dag waarop de afrekening 339 14, 49 | 49. En op die Dag zult gij de schuldigen 340 15, 19 | uitgespreid, er hechte bergen op geplaatst en Wij doen er 341 15, 19 | dingen in de juiste maat op groeien. ~ 342 15, 35 | tot de Dag des Oordeels op u rusten." ~ 343 15, 39 | ik voor hen (de dingen) op aarde schoonschijnend maken 344 15, 47 | uit hun hart uitroeien, op tronen zullen zij als broeders 345 15, 85 | zeker komen. Wend u daarom op passende wijze (van hen) 346 16, 8 | geschapen opdat gij er op moogt rijden en tot sieraad ( 347 16, 13 | in verscheidene kleuren op aarde voor u heeft geschapen 348 16, 15 | Hij heeft hechte bergen op de aarde geplaatst opdat 349 16, 25 | 25. Dat zij op de Dag der Opstanding hun 350 16, 26 | zodat het dak van boven op hen viel; en de straf kwam 351 16, 27 | 27. Dan zal Hij hen op de Dag der Opstanding vernederen 352 16, 33 | de ongelovigen) wachten op niets anders dan dat de 353 16, 36 | elk volk een boodschapper op, "Aanbidt Allah en vermijdt 354 16, 36 | bleven dwalen. Reist daarom op aarde rond en ziet wat het 355 16, 49 | is en welk schepsel ook op aarde bestaat onderwerpt 356 16, 52 | hetgeen in de hemelen en op aarde is en Hem is voortdurende 357 16, 61 | Hij geen levend schepsel op aarde achterlaten, maar 358 16, 76 | rechtvaardigheid gelast en die zelf op het rechte pad is? ~ 359 16, 80 | gemaakt die gij licht vindt, op de tijd waarop gij reist 360 16, 80 | tijd waarop gij reist en op de tijd waarop gij halt 361 16, 87 | 87. En op die dag zullen zij aan Allah 362 16, 92 | Allah beproeft u daarmee en op de Dag der Opstanding zal 363 16, 106| voor het ongeloof opent, op hem rust Allah's toorn; 364 16, 108| 108. Dezen zijn het op wier hart, oren en ogen 365 16, 124| van mening verschilden; en op de Dag der Opstanding zal 366 16, 125| raad en redetwist met hen op een gepaste wijze. Voorzeker 367 17, 4 | Voorwaar, tweemaal zult gij op de aarde verderf teweeg 368 17, 13 | om zijn hals gehangen; en op de Dag der Verrijzenis zullen 369 17, 14 | het boek. Uw eigen ziel is op deze dag als rekenaar tegen 370 17, 29 | 29. En houd uw hand niet op uw zak, noch open haar al 371 17, 34 | van de wees niet aan dan op de beste wijze tot hij zijn 372 17, 37 | En wandel niet hoogmoedig op aarde rond want gij kunt 373 17, 47 | weten het best waar zij op letten terwijl zij naar 374 17, 55 | hetgeen in de hemelen en op aarde is. En Wij hebben 375 17, 57 | zelfs de meest nabijzijnden, op Zijn barmhartigheid hopend 376 17, 62 | nakomelingen mij doen volgen, op enkelen na." ~ 377 17, 67 | 67. En indien een ongeluk op zee u treft, verdwijnen 378 17, 68 | dat Hij u zal verdelgen op het land of dat Hij een 379 17, 84 | 84. Zeg: "Ieder handelt op zijn eigen wijze maar uw 380 17, 84 | Heer weet het goed, wie op het rechte pad het best 381 17, 85 | Geest. Zeg: "De Geest is op bevel van mijn Heer: en 382 17, 92 | gij de hemel in stukken op ons doet nedervallen zoals 383 17, 95 | 95. Zeg: "Hadden er op aarde engelen in vrede en 384 17, 97 | Wij zullen hen verzamelen op de Dag der Opstanding, op 385 17, 97 | op de Dag der Opstanding, op hun aangezicht, blind, stom 386 17, 109| 109. Wenend vallen zij op hun aangezicht neder en 387 18, 7 | Voorwaar, Wij hebben al hetgeen op aarde is tot haar sieraad 388 18, 12 | 12. Daarna wekten Wij hen op, om te beproeven welke der 389 18, 18 | zijn voorpoten uitgestrekt op de drempel ligt. Indien 390 18, 18 | ligt. Indien gij een blik op hen werpt, zult gij U zeker 391 18, 21 | een gedenkteken voor hen op." Hun Heer weet wat het 392 18, 22 | dus niet over hen er diep op ingaande en vraag evenmin 393 18, 31 | brocaat dragen, terwijl zij op tronen zullen liggen. Hoe 394 18, 40 | de hemel doen nederdalen op de uwe, waardoor deze grond 395 18, 49 | over, doch het somt alles op." En zij zullen al hetgeen 396 18, 63 | antwoordde: "Zie, toen wij ons op de rots begaven vergat ik 397 18, 63 | spreken - en de vis vond op bewonderenswaardige wijze 398 18, 64 | Derhalve keerden beiden op hun schreden terug. ~ 399 18, 77 | vonden zij daar een muur, die op het punt stond in te storten 400 18, 79 | behoorde aan arme lieden die op de rivier werkten, en ik 401 18, 84 | Wij vestigden zijn macht op aarde en schonken hem de 402 18, 88 | ontvangen, en Wij zullen hem op Ons bevel alle gemakken 403 18, 94 | en Magog stichten onheil op aarde, mogen wij u dan schatting 404 18, 99 | 99. En op die Dag zullen Wij sommigen 405 18, 100| 100. En Wij zullen op die dag de hel aan de ongelovigen 406 18, 104| wier streven gericht is op het leven dezer wereld en 407 18, 105| werken verloren gegaan en op de Dag der Verrijzenis zullen 408 18, 110| Laat daarom degene, die op de ontmoeting met zijn Heer 409 19, 15 | 15. Vrede was met hem op de dag zijner geboorte, 410 19, 15 | dag zijner geboorte, en op zijn sterfdag, en zal eveneens 411 19, 15 | zal eveneens met hem zijn op de dag waarop hij weer tot 412 19, 16 | haar volk terugtrok in een op het Oosten uitziende plaats, ~ 413 19, 25 | zal verse, rijpe dadels op u doen neervallen;" ~ 414 19, 33 | 33. "Vrede was met mij op de dag mijner geboorte en 415 19, 33 | geboorte en zal met mij zijn op de dag van mijn dood en 416 19, 33 | van mijn dood en evenzo op de dag dat ik ten leven 417 19, 37 | ongelovigen bij hun aanwezigheid op de grote Dag. ~ 418 19, 38 | hun horen en hun zien zijn op die Dag wanneer zij tot 419 19, 42 | hoort noch ziet, noch u op enigerlei wijze kan baten?" ~ 420 19, 59 | 59. Hen volgden de bozen op, die het gebed verwaarloosden, 421 19, 64 | engelen) dalen slechts neder op bevel van uw Heer. Aan Hem 422 19, 68 | verzamelen: dan zullen Wij hen op de knieën rondom de hel 423 19, 72 | rechtvaardigen redden en de bozen op hun knieën daarin achterlaten. ~ 424 19, 93 | niemand in de hemelen en op de aarde die niet als een 425 19, 95 | 95. En op de Dag der Opstanding zal 426 20, 5 | Barmhartige, Die Zich nederzette op de Troon. ~ 427 20, 6 | hetgeen in de hemelen en op aarde is, eveneens hetgeen 428 20, 21 | 21. God zeide: "Raap hem op en vrees niet. Wij zullen 429 20, 39 | rivier, dan zal de rivier het op de oever werpen, zodat een 430 20, 40 | smart. En Wij beproefden u op verschillende manieren. 431 20, 44 | 44. Doch spreekt tot hem op welwillende wijze, opdat 432 20, 47 | van uw Heer; vrede rust op hem die de leiding volgt;'" ~ 433 20, 58 | zullen verzuimen na te komen op een plaats (voor beiden) 434 20, 59 | afspraak zal plaats vinden op de dag van het feest en 435 20, 60 | vast en kwam vervolgens (op de bijeenkomst). ~ 436 20, 64 | voren. En voorwaar hij die op deze dag zegeviert, zal 437 20, 79 | Pharao voerde zijn volk op een dwaalspoor, hij leidde 438 20, 79 | dwaalspoor, hij leidde hen niet op de rechte weg. ~ 439 20, 80 | zonden manna en kwartels op u neder." ~ 440 20, 81 | in, anders zal Mijn toorn op u nederdalen en degene op 441 20, 81 | op u nederdalen en degene op wie Mijn toorn nederdaalt 442 20, 86 | dat de toorn van uw Heer op u zou nederdalen dat gij 443 20, 90 | voorzeker gij zijt daarmee op de proef gesteld. Voorwaar 444 20, 94 | van Israël en hebt niet op mijn woord gewacht.'" ~ 445 20, 100| er van zal afwenden zal op de Dag der Opstanding de 446 20, 101| en deze last zal voor hen op de Dag der Herrijzenis ondraaglijk 447 20, 103| Zij zullen met elkander op zachte toon spreken en zeggen: " 448 20, 108| 108. Op die Dag zullen zij de oproeper 449 20, 108| oproeper volgen, die recht op zijn doel afgaat; alle stemmen 450 20, 109| 109. Op die Dag zal voorspraak niet 451 20, 124| omstandigheden leven en op de Dag der Opstanding zullen 452 20, 126| en gij hebt er geen acht op geslagen en insgelijks zal 453 20, 126| geslagen en insgelijks zal op deze Dag op u geen acht 454 20, 126| insgelijks zal op deze Dag op u geen acht worden geslagen." ~ 455 20, 127| 127. Op deze wijze vergelden Wij 456 20, 130| de uren van de nacht en op de gedeelten van de dag, 457 21, 4 | weet wat in de hemel en op aarde wordt gezegd; Hij 458 21, 12 | toen sloegen zij er voor op de vlucht. ~ 459 21, 15 | En hun geroep hield niet op totdat Wij hen nedermaaiden 460 21, 19 | behoort wat in de hemelen en op aarde is, en degenen die 461 21, 22 | Goden waren in (de hemel en op aarde) zouden dezen voorzeker 462 21, 31 | 31. En Wij hebben op aarde onwrikbare bergen 463 21, 47 | gerechtigheid instellen op de Dag der Opstanding, zodat 464 21, 73 | leiders die de mensen leidden op Ons bevel en Wij zonden 465 21, 75 | hem in Onze barmhartigheid op, want hij was een der rechtvaardigen. ~ 466 21, 86 | 86. En Wij namen hen op in Onze genade want zij 467 22, 5 | doch wanneer Wij er regen op doen nederdalen, beweegt 468 22, 5 | beweegt zij zich, zwelt op en brengt iedere mooie soort 469 22, 9 | schande in deze wereld en op de Dag der Verrijzenis zullen 470 22, 15 | Hiernamaals niet zal helpen, op de een of andere wijze ten 471 22, 17 | Allah zal tussen hen richten op de Dag der Opstanding, want 472 22, 18 | nederwerpt, wat in de hemelen en op aarde is, de zon, de maan, 473 22, 27 | mensen. Zij zullen te voet of op magere kamelen van verre 474 22, 36 | opgesteld. En wanneer ze op hun zij neervallen, eet 475 22, 41 | Degenen die, indien Wij hen op aarde vestigen, het gebed 476 22, 56 | 56. Op die Dag zal het koninkrijk 477 22, 64 | hetgeen in de hemelen en op aarde is. En Allah is inderdaad 478 22, 65 | gezien, dat Allah al hetgeen op aarde is in uw dienst heeft 479 22, 65 | gesteld, en dat de schepen op Zijn bevel de zeeën doorkruisen? 480 22, 65 | weerhoudt de hemel ervan op aarde te vallen behalve 481 22, 69 | Allah zal onder u richten op de Dag der Opstanding over 482 22, 70 | hetgeen in de hemelen en op aarde is, kent? Voorwaar 483 22, 72 | gij afkeuring bespeuren op het gezicht der ongelovigen. 484 23, 16 | 16. En op de Dag der Verrijzenis zult 485 23, 22 | 22. Daarop zowel als op schepen wordt gij gedragen. ~ 486 23, 30 | Wij stellen (de mensen) op de proef. ~ 487 23, 50 | en schonken hun toevlucht op een hoog plateau met groene 488 23, 65 | 65. Klaag niet op deze Dag, want gij zult 489 23, 79 | u heeft vermenigvuldigd op aarde en tot Hem zult gij 490 23, 96 | met het beste. Wij zijn op de hoogte van hetgeen zij 491 23, 112| Hoeveel jaren zijt gij op de aarde gebleven?" ~ 492 24, 7 | zeggen: dat Allah's vloek op hem ruste als hij tot de 493 24, 11 | het voornaamste deel ervan op zich nam zal een grotere 494 24, 24 | 24. Op de Dag waarop hun tong, 495 24, 25 | 25. Op die Dag zal Allah hun de 496 24, 28 | voegzamer voor u. Allah is op de hoogte van hetgeen gij 497 24, 30 | Voorzeker, Allah is wel op de hoogte van hetgeen zij 498 24, 35 | raakte vuur haar niet. Licht op Licht. Allah leidt tot Zijn 499 24, 39 | als een luchtspiegeling op een vlakte. De dorstige 500 24, 41 | dat alles in de hemelen en op aarde, ook de vogels met


1-500 | 501-904

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License