Sura, Verse

 1   3, 30|          waarop iedere ziel zich geplaatst zal vinden tegenover het
 2  15, 19| uitgespreid, er hechte bergen op geplaatst en Wij doen er allerlei
 3  16, 15|        hechte bergen op de aarde geplaatst opdat gij niet geschokt
 4  21, 31|          aarde onwrikbare bergen geplaatst, opdat zij niet met hen (
 5  25, 53|   afscheiding en een versperring geplaatst. ~
 6  25, 61|          maan aan de hemel heeft geplaatst. ~
 7  27, 40|          de troon naast zich zag geplaatst, zeide hij: "Dit is bij
 8  30, 21|      liefde en tederheid onder u geplaatst. Daarin zijn zeker tekenen
 9  36, 9 |        een hinderpaal achter hen geplaatst en Wij hebben hen gesluierd,
10  55, 20|    Daartussen is een versperring geplaatst welke zij niet kunnen passeren. ~
11  71, 16|      maan daarin als licht heeft geplaatst en de zon als een stralende
12  77, 27|       Wij er geen hoge bergen op geplaatst en u zoet (zuiver) watergegeven
13  78, 13|        daarin een stralende lamp geplaatst? ~