Sura, Verse

 1   2, 217|  wereld en in de toekomende. Dezulken zijn de bewoners van het
 2   3, 87 |        87. De vergelding van dezulken is slechts, dat de vloek
 3   7, 167|  verkondigde uw Heer dat Hij dezulken zou zenden, die hen (de
 4   7, 186|     geen gids zijn. Hij laat dezulken in hun koppigheid blindelings
 5  16, 37 |     zelve) doen dwalen. Voor dezulken zijn er geen helpers. ~
 6  18, 31 |                     31. Voor dezulken zijn de Tuinen der eeuwigheid,
 7  24, 52 |   godvruchtig is jegens Hem, dezulken zullen slagen. ~
 8  25, 70 |    en goede daden doen, voor dezulken zal Allah de slechte daden
 9  45, 9  |     krijgt er mee spot. Voor dezulken is er een vernederende straf. ~
10  46, 16 |                      16. Van dezulken aanvaarden Wij de goede
11  46, 18 |                          18. Dezulken zijn het tegen wie het woord
12  48, 6  | jegens Allah koesteren. Over dezulken zal tegenspoed en de toorn