51 - 78
51. Doch degenen die trachten Onze woorden
krachteloos te maken, zullen de bewoners van het Vuur zijn.
52. Nimmer zonden Wij een boodschapper of een
profeet vóór u of, wanneer hij (zijn boodschap) verkondigde, kwam de duivel er
tussen. Doch Allah doet hetgeen Satan inblaast te niet. Dan bevestigt Allah
Zijn woorden en Allah is Alwetend, Alwijs.
53. Zodat Hij hetgeen Satan inblaast tot een
beproeving moge maken voor degenen in wier hart een ziekte is en wier hart
verhard is - voorzeker, de onrechtvaardigen zijn in groot verzet -
54. En opdat degenen aan wie kennis is gegeven mogen
weten dat het (de verkondiging) de waarheid is van uw Heer, opdat zij er in
mogen geloven en hun hart nederig voor Hem moge worden. Waarlijk Allah leidt
degenen die geloven naar het rechte pad.
55. En de ongelovigen zullen er over in twijfel
blijven tot onverwachts het Uur hen achterhaalt, of de straf van een rampzalige
Dag over hen komt.
56. Op die Dag zal het koninkrijk van Allah zijn.
Hij zal onder hen richten. Zij die geloven en goede werken verrichten, zullen
in tuinen van zaligheid vertoeven.
57. Doch die niet geloven en Onze tekenen
verloochenen zullen een schandelijke straf ondergaan.
58. Degenen die hun huizen verlaten terwille van
Allah, en dan sneuvelen of sterven, voorwaar voor hen zal Allah een goede
voorziening verschaffen. En voorzeker Allah is de Beste der Voorzieners.
59. Gewis zal Hij hen een plaats doen binnengaan
waarmee zij zeer tevreden zullen zijn. Allah is inderdaad Alwetend,
Verdraagzaam.
60. Zo zal het zijn. En wie vergeldt in de mate
waarin hem onrecht is aangedaan en men doet hem dan opnieuw onrecht, hem zal
Allah voorzeker bijstaan. Waarlijk, Allah is Begenadigend, Vergevensgezind.
61. Dat is omdat Allah de nacht doet overgaan in de
dag en de dag doet overgaan in de nacht, en omdat Allah Alhorend, Alziende is.
62. Dat is omdat Allah de Waarheid is en hetgeen zij
aanroepen nevens Hem vals is. Voorzeker Allah is de Hoge, de Grote.
63. Hebt gij niet gezien, dat Allah water uit de
hemel nederzendt en de aarde daardoor groen wordt? Allah is inderdaad
Aldoordringend, Alwetend.
64. Aan Hem behoort al hetgeen in de hemelen en op
aarde is. En Allah is inderdaad Zichzelf-genoeg, Geprezen.
65. Hebt gij niet gezien, dat Allah al hetgeen op
aarde is in uw dienst heeft gesteld, en dat de schepen op Zijn bevel de zeeën
doorkruisen? En Hij weerhoudt de hemel ervan op aarde te vallen behalve met
Zijn toestemming. Waarlijk, Allah is Liefderijk en Genadevol voor de mensen.
66. Hij is het, Die u leven schonk. Hij zal u doen
sterven, daarna zal Hij u wederom tot leven opwekken. Waarlijk de mens is
uiterst ondankbaar.
67. Voor elk volk hebben Wij wijdingen vastgesteld
die zij moeten volgen; laat hen daarom niet met u er over redetwisten; doch
nodigt hen tot uw Heer, waarlijk gij volgt de juiste leiding.
68. Doch indien zij met u redetwisten, zeg dan:
"Allah weet het beste wat gij doet."
69. "Allah zal onder u richten op de Dag der
Opstanding over datgene waarover gij van mening verschildet."
70. Weet gij niet dat Allah al hetgeen in de hemelen
en op aarde is, kent? Voorwaar dat is vastgesteld in een Boek, dat is
gemakkelijk voor Allah.
71. En zij aanbidden naast Allah, waartoe Hij geen
machtiging heeft nedergezonden, en waaromtrent zij geen kennis bezitten. En
voor degenen die kwaad bedrijven is er geen helper.
72. En wanneer Onze duidelijke tekenen aan hen
worden voorgedragen zult gij afkeuring bespeuren op het gezicht der
ongelovigen. Bijna zouden zij degenen, die Onze tekenen aan hen verhalen,
aanvallen. Zeg: "Zal ik u over iets ergers dan dat inlichten? Het Vuur,
Allah heeft het beloofd aan de ongelovigen. En dat is een slechte
bestemming."
73. O mensen, een gelijkenis wordt gegeven, luistert
er naar. Voorzeker, degenen die grij in plaats van Allah aanbidt kunnen zelfs
geen vlieg scheppen, al zouden zij daar allen toe samenwerken. En indien een
vlieg iets van hen zou wegnemen, zouden zij dat niet kunnen terugnemen. Zwak is
zowel de zoeker als de gezochte.
74. Zij achten Allah niet met de achting die Hem
verschuldigd is. Voorzeker, Allah is Sterk, Almachtig.
75. Allah kiest boodschappers uit het midden der engelen,
eveneens uit het midden der mensen. Voorzeker, Allah is Alhorend, Alziende.
76. Hij weet hetgeen vóór hen en hetgeen achter hen
is en naar Allah worden alle zaken teruggebracht.
77. O, gij die gelooft, buigt u neder en werpt u ter
aarde, en aanbidt uw Heer, en doet goed, opdat gij moogt slagen.
78. En strijdt voor de zaak van Allah zoals er voor
behoort te worden gestreden. Hij heeft u verkozen en heeft u in de godsdienst
geen lasten opgelegd - dit is het geloof van uw vader Abraham. Hij heeft u
Moslims genoemd voorheen en in dit Boek, opdat Onze boodschapper getuige over u
zij, en dat gij getuige moogt zijn over de mensheid. Onderhoudt het gebed,
betaalt de Zakaat en houdt u aan Allah vast. Hij is uw Beschermer. Een
uitmuntend Meester en een uitnemend Helper.
|