51 - 73
51. Gij moogt verlaten wie gij wilt en tot u nemen
wie gij wilt, er rust geen blaam op u wanneer gij haar terugneemt van wie gij u
afzijdig hebt gehouden. Dit is het meest passend om hen verust te stellen,
zodat zij niet treuren en allen tevreden mogen zijn met hetgeen gij haar geeft.
En Allah weet wat in uw hart is; Allah is Alwetend, Verdraagzaam.
52. Het is u hierna niet toegestaan vrouwen te huwen
noch haar voor andere vrouwen te ruilen, zelfs al behaagt u haar schoonheid,
met uitzondering van haar die uw rechterhand mocht bezitten. En Allah houdt de wacht
over alle dingen.
53. O, gij die gelooft! Gaat de huizen van de
profeet niet binnen tenzij gij uitgenodigd wordt tot een maaltijd, doch niet
wachtend tot deze gereed is. Wanneer gij zijt uitgenodigd, komt dan binnen; en
wanneer gij gegeten hebt vertrekt dan en blijft niet praten. Dat is lastig voor
de profeet; hij is verlegen voor u, maar Allah aarzelt niet om de waarheid (te
zeggen). En als gij haar (zijn vrouwen) om iets vraagt, vraagt het dan van
achter het gordijn. Dat is reiner voor uw hart en haar hart. En het past u niet
de boodschapper van Allah lastig te vallen, noch dat gij ooit zijn vrouwen na
hem zoudt huwen. Dat zou in de ogen van Allah inderdaad een grote (belediging)
zijn.
54. Of gij iets openbaar maakt of verbergt, waarlijk
Allah heeft kennis van alle dingen.
55. Er rust op haar (uw vrouwen) geen schuld als zij
zich tonen aan haar vaders of haar zonen of haar broeders of de zonen van haar
broeders, of de zonen van haar zusters en hun vrouwen of hun ondergeschikten.
Maar vreest Allah. Voorwaar, Allah is Getuige van alle dingen.
56. Allah en Zijn engelen zenden zegeningen over de
profeet. O, gij die gelooft, zendt zegeningen over hem en wenst hem vrede met
alle eerbied toe.
57. Betreffende hen, die Allah en Zijn boodschapper
lastig vallen, Allah heeft hen in deze wereld en in het Hiernamaals vervloekt
en heeft een vernederende straf voor hen bereid.
58. En zij, die gelovige mannen en vrouwen lastig
vallen zonder dat dezen er schuld aan hebben, dragen voorzeker de schuld van
laster en een openlijke zonde.
59. O profeet! Zeg aan uw vrouwen en uw dochters en
de vrouwen der gelovigen dat zij een gedeelte van haar omslagdoeken over haar
(hoofd) laten hangen. Dit is beter, opdat zij mogen worden onderscheiden en
niet lastig worden gevallen. En Allah is Vergevensgezind, Genadevol.
60. Indien de huichelaars en degenen in wier hart
een ziekte is en degenen die opschudding in de stad veroorzaken, niet ophouden,
zullen Wij u zeker tegen hen in beweging brengen; dan zullen zij slechts voor
een korte tijd in uw nabijheid mogen vertoeven.
61. Vervloekt zijn zij; waar zij zich ook bevinden
zullen zij worden gegrepen en gedood.
62. Voorwaar, zo was Allah's handelwijze met degenen
die voordien zijn heengegaan en in Allah's handelwijze zult gij geen
verandering vinden.
63. De mensen vragen u over het Uur. Zeg: "De
kennis er van is slechts bij Allah," gij weet het niet; het kan zijn dat
het Uur nabij is.
64. Allah heeft de ongelovigen zeker vervloekt en
heeft een laaiend Vuur voor hen bereid.
65. Daarin zullen zij voor lange tijd vertoeven en
zullen vriend noch helper vinden.
66. De Dag waarop hun gezicht zich in het Vuur zal
wentelen zullen zij zeggen: "O, hadden wij slechts Allah en Zijn
boodschapper gehoorzaamd!"
67. En zij zullen zeggen: "Onze Heer, wij
gehoorzaamden onze leiders en onze grote mannen maar zij deden ons van de
rechte weg afdwalen.
68. Onze Heer, geef hun een dubbele straf en vloek
hen met een zware vloek."
69. O, gij die gelooft! weest niet zoals degenen die
Mozes ergerden! Allah echter zuiverde hem van hetgeen zij zeiden. En hij was in
aanzien bij Allah.
70. O, gij die gelooft! Vreest Allah en spreekt de
waarheid.
71. Hij zal uw werken goed voor u maken en u uw zonden
vergeven. En wie Allah en Zijn boodschapper gehoorzaamt, heeft zeker een grote
overwinning behaald.
72. Voorwaar, Wij boden de hemelen, de aarde en de
bergen aan, hun (iets) toe te vertrouwen, maar zij weigerden dit te dragen en
vreesden er voor, maar de mens nam het op zich. Inderdaad, hij is zeer
onrechtvaardig (jegens zichzelf), onwetend.
73. Het gevolg er van is dat Allah huichelachtige
mannen en vrouwen, en afgodendienaren en afgodendienaressen zal straffen. En
Allah wendt zich in barmhartigheid tot gelovige mannen en vrouwen, en Allah is
Vergevensgezind, Genadevol.
|