Book Chapter: Verse
1 Gen 34:36 | hoveling van Farao, overste der trawanten. ~
2 Gen 36:1 | van Farao, een overste der trawanten, een Egyptisch man, kocht
3 Gen 36:26 | huize van den overste der trawanten, in het gevangenhuis, ter
4 Gen 36:27 | 4 En de overste der trawanten bestelde Jozef bij hen,
5 Gen 37:10 | huize van den overste der trawanten, mij en den overste der
6 Gen 37:12 | knecht van den overste der trawanten; en wij vertelden ze hem,
7 1Sa 22:17 | En de koning zeide tot de trawanten, die bij hem stonden: Wendt
8 2Sa 23:23 | David stelde hem over zijn trawanten. ~
9 1Kon 14:27| hand van de oversten der trawanten, die de deur van het huis
10 1Kon 14:28| des HEEREN ging, dat de trawanten dezelve droegen, en die
11 1Kon 14:28| die wederbrachten in der trawanten wachtkamer. ~
12 2Kon 10:25| doen, dat Jehu zeide tot de trawanten en tot de hoofdmannen: Komt
13 2Kon 10:25| scherpte des zwaard; en de trawanten en hoofdmannen wierpen hen
14 2Kon 11:4 | de hoofdmannen, en met de trawanten, en hij bracht hen tot zich,
15 2Kon 11:6 | deel aan de poort achter de trawanten; zo zult gij waarnemen de
16 2Kon 11:11| 11 En de trawanten stonden, ieder met zijn
17 2Kon 11:13| Athalia hoorde de stem der trawanten en des volks, zo kwam zij
18 2Kon 11:19| en de hoofdmannen, en de trawanten, en al het volk des lands;
19 2Kon 11:19| den weg van de poort der trawanten tot het huis des konings,
20 2Kon 27:8 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, de knecht des konings van
21 2Kon 27:10| dat met den overste der trawanten was, brak de muren van Jeruzalem
22 2Kon 27:11| Nebuzaradan, de overste der trawanten, gevankelijk weg. ~
23 2Kon 27:12| lands liet de overste der trawanten enigen overig tot wijngaardeniers
24 2Kon 27:15| 15 En de overste der trawanten nam weg de wierookvaten
25 2Kon 27:18| 18 Ook nam de overste der trawanten Seraja, den hoofdpriester,
26 2Kon 27:20| Nebuzaradan, de overste der trawanten, dezen genomen had, zo bracht
27 1Kro 11:25| David stelde hem over zijn trawanten. ~
28 2Kro 13:10| hand van de oversten der trawanten, die de deur van het huis
29 2Kro 13:11| des HEEREN ging, dat de trawanten kwamen, en die droegen,
30 2Kro 13:11| die wederbrachten in der trawanten wachtkamer. ~
31 Jer 39:9 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, gevankelijk naar Babel. ~
32 Jer 39:10 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, enigen overig in het land
33 Jer 39:11 | Nebuzaradan, den overste der trawanten, zeggende: ~
34 Jer 39:13 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, mitsgaders Nebusazban Rab-Saris
35 Jer 40:1 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, hem had laten gaan van
36 Jer 40:2 | Want de overste der trawanten liet Jeremia halen, en zeide
37 Jer 40:5 | henen. En de overste der trawanten gaf hem reiskost en een
38 Jer 41:10 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, aan Gedalia, den zoon van
39 Jer 43:6 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, bij Gedalia, den zoon van
40 Jer 52:12 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, die voor het aangezicht
41 Jer 52:14 | dat met den overste der trawanten was, brak alle muren van
42 Jer 52:15 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, gevankelijk weg. ~
43 Jer 52:16 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, enigen over tot wijngaardeniers
44 Jer 52:19 | 19 En de overste der trawanten nam weg de schalen, en de
45 Jer 52:24 | Ook nam de overste der trawanten Seraja, den hoofdpriester,
46 Jer 52:26 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, dezen genomen had, zo bracht
47 Jer 52:30 | Nebuzaradan, de overste der trawanten, gevankelijk weg van de
48 Dan 2:14 | Arioch, den overste der trawanten des konings, die uitgetogen
|