Book Chapter: Verse
1 Exo 38:13 | den oosterhoek tegen den opgang waren vijftig ellen.
2 Num 2:3 | zullen oostwaarts tegen den opgang, zal zijn de banier des
3 Num 3:38 | der samenkomst, tegen den opgang, zullen zijn Mozes, en Aaron
4 Num 21:11 | tegenover Moab is, tegen den opgang der zon. ~
5 Num 31:72 | van de Jordaan, tegen den opgang. ~
6 Num 33:4 | van het zuiden naar den opgang van Akrabbim, en doorgaan
7 Num 33:15 | Jericho oostwaarts tegen den opgang. ~
8 Deu 4:41 | van de Jordaan, tegen den opgang der zon; ~
9 Deu 4:47 | Jordaan waren, tegen den opgang der zon; ~
10 Joz 1:15 | van de Jordaan, tegen den opgang der zon. ~
11 Joz 12:1 | van de Jordaan, tegen den opgang der zon; van de beek Arnon
12 Joz 13:5 | ganse Libanon tegen den opgang der zon, van Baal-Gad, onder
13 Joz 15:3 | naar het zuiden tot den opgang van Akrabbim, en gaat door
14 Joz 15:7 | Gilgal, hetwelk tegen den opgang van Adummim is, die aan
15 Joz 18:17 | welke is tegenover den opgang naar Adummim, en zij gaat
16 Joz 19:12 | Sarid oostwaarts tegen den opgang der zon, tot de landpale
17 Joz 19:13 | oostwaarts door naar den opgang, naar Gath-Hefer, te Eth-Kazin,
18 Joz 19:27 | En wendt zich tegen den opgang der zon naar Beth-Dagon,
19 Joz 19:34 | aan de Jordaan tegen den opgang der zon. ~
20 Ric 1:36 | der Amorieten was van den opgang van Akrabbim, van den rotssteen,
21 Ric 7:13 | strijd wederkwam, voor den opgang der zon, ~
22 Ric 10:18 | Moabieten, en kwam van den opgang der zon aan het land der
23 Ric 19:43 | tot voor Gibea, tegen den opgang der zon. ~
24 Ric 20:19 | het huis Gods, tegen den opgang der zon, aan den hogen weg,
25 1Sa 9:11 | Als zij opklommen door den opgang der stad, zo vonden zij
26 1Sa 9:26 | geschiedde, omtrent den opgang des dageraads, zo riep Samuel
27 2Sa 15:30 | En David ging op door den opgang der olijven, opgaande en
28 1Kon 10:5 | zijn schenkers, en zijn opgang, waardoor hij henen opging
29 2Kon 9:27| ook op den wagen, aan den opgang naar Gur, die bij Jibleam
30 2Kon 10:33| de Jordaan af, tegen den opgang der zon, het ganse land
31 2Kro 10:4 | en hun kledingen, en zijn opgang, waardoor hij opging in
32 2Kro 21:16| ziet, zij komen op bij den opgang van Ziz; en gij zult hen
33 Neh 3:19 | ander maat; tegenover den opgang naar het wapenhuis, aan
34 Neh 12:37 | van Davids stad, door den opgang des muurs, boven Davids
35 Psa 50:1 | roept de aarde, van den opgang der zon tot aan haar ondergang. ~
36 Psa 113:3 | 3Van den opgang der zon af tot haar nedergang,
37 Jes 15:5 | gaat op met geween naar den opgang van Luhith, want op den
38 Jes 41:2 | 2 Wie heeft van den opgang dien rechtvaardige verwekt?
39 Jes 41:25 | hij zal opkomen van den opgang der zon; hij zal Mijn Naam
40 Jes 43:5 | Ik zal uw zaad van den opgang brengen, en Ik zal u verzamelen
41 Jes 45:6 | Opdat men wete, van den opgang der zon en van den ondergang,
42 Jes 60:19 | Zijn heerlijkheid van den opgang der zon; als de vijand zal
43 Jer 48:5 | 5 Want in den opgang van Luhith zal geween bij
44 Mal 1:11 | 11 Maar van den opgang der zon tot haar ondergang,
45 Luk 1:78 | welke ons bezocht heeft de Opgang uit de hoogte; ~
46 1Tim 3:13| verkrijgen zichzelven een goeden opgang, en vele vrijmoedigheid
47 Open 7:2 | anderen engel opkomen van den opgang der zon, hebbende het zegel
48 Open 16:12| der koningen, die van den opgang der zon komen zullen. ~
|