Book Chapter: Verse

 1 Gen  34:35 |         tot mijn zoon in het graf nederdalen. Alzo beweende hem zijn
 2 Gen  38:38 |          droefenis ten grave doen nederdalen. ~  ~
 3 Gen  40:29 |         met jammer ten grave doen nederdalen! ~
 4 Gen  40:31 |          droefenis ten grave doen nederdalen. ~
 5 Deu  28:24 |        van den hemel zal het op u nederdalen, totdat gij verdelgd wordt. ~
 6 Deu  28:43 |            en gij zult laag, laag nederdalen. ~
 7 1Sa   2:6  |        levend; Hij doet ter helle nederdalen, en Hij doet weder opkomen. ~
 8 Psa   7:17 |       zijn geweld op zijn schedel nederdalen. ~
 9 Psa  22:30 |            allen, die in het stof nederdalen, zullen voor Zijn aangezicht
10 Psa  28:1  |       metdegenen, die in den kuil nederdalen. ~
11 Psa  30:10 |         er in mijn bloed, in mijn nederdalen tot de groeve? Zal U het
12 Psa  55:16 |          zij als levend ter helle nederdalen; want boosheden zijn in
13 Psa  55:24 |         Gij, o God! zult die doen nederdalen in den put des verderfs;
14 Psa  72:6  |                         6 Hij zal nederdalen als een regen op het nagras,
15 Psa  88:5  |           degenen, die in de kuil nederdalen; ik ben geworden als een
16 Spre   1:12|            gelijk die in den kuil nederdalen; ~
17 Jes  10:13 |        geweldige de inwoners doen nederdalen; ~
18 Jes  14:19 |          doorstoken zijn; als die nederdalen in een steenkuil, als een     
19 Jes  31:4  |          de HEERE der heirscharen nederdalen, om te strijden voor den
20 Jes  34:5  |         ziet, het zal ten oordeel nederdalen op Edom, en op het volk,
21 Jes  38:18 |          prijzen; die in den kuil nederdalen, zullen op Uw waarheid niet
22 Jes  43:14 |           hen allen vluchtig doen nederdalen, te weten de Chaldeen, in
23 Jes  64:6  |         hun kracht ter aarde doen nederdalen. ~
24 Jer   9:18 |          dat onze ogen van tranen nederdalen, en onze oogleden van water
25 Jer  13:17 | bitterlijk tranen, ja, van tranen nederdalen, omdat      des HEEREN kudde
26 Jer  14:17 |       Mijn ogen zullen van tranen nederdalen nacht en dag, en niet ophouden;
27 Eze  26:20 |         20      Dan zal Ik u doen nederdalen met degenen die in den kuil
28 Eze  26:20 |           degenen die in den kuil nederdalen tot het oude volk, en zal
29 Eze  26:20 |          degenen, die in den kuil nederdalen, opdat gij niet bewoond
30 Eze  28:8  |          groeve zullen zij u doen nederdalen; en gij zult sterven den
31 Eze  30:6  |       hovaardij harer sterkte zal nederdalen; van den toren van Syene
32 Eze  31:14 |          degenen, die in den kuil nederdalen. ~
33 Eze  31:16 |         als Ik hem ter helle deed nederdalen, met degenen, die in den
34 Eze  31:16 |          degenen, die in den kuil nederdalen; en alle bomen van Eden,
35 Eze  32:18 |     menigte van Egypte, en doe ze nederdalen, (haar en de dochteren der
36 Eze  34:26 |         Ik zal den plasregen doen nederdalen op zijn tijd, plasregens
37 Hos   7:12 |           vogelen des hemels doen nederdalen. Ik zal ze tuchtigen, gelijk
38 Joe   2:23 |          Hij zal u den regen doen nederdalen, den      vroegen regen
39 Joe   3:11 |           doe Uw helden derwaarts nederdalen!) ~
40 Amos   9:2 |           zal Ik ze van daar doen nederdalen. ~
41 Mic   1:3  |           Zijn plaats, en Hij zal nederdalen en treden op de hoogten
42 Matt   2:39|         en hij zag den Geest Gods nederdalen, gelijk een duive, en op
43 Mark   1:10|           gelijk een duif, op Hem nederdalen. ~
44 Joha   1:32|   zeggende: Ik heb den Geest zien nederdalen uit den hemel, gelijk een
45 Joha   1:33|           gij den Geest zult zien nederdalen, en op Hem blijven, Deze
46 Hand   5:11|          en een zeker vat tot hem nederdalen, gelijk een groot linnen
47 Rom  10:7  |            wie zal in den afgrond nederdalen? Hetzelve is Christus uit
48 1The   4:16| archangels, en met de bazuin Gods nederdalen van den hemel; en die in