Book Chapter: Verse
1 Gen 44:1 | zeide: Zie, uw vader is krank! Toen nam hij zijn twee
2 1Sa 30:13 | omdat ik voor drie dagen krank geworden ben. ~
3 2Sa 12:15 | gebaard had, dat het zeer krank werd. ~
4 2Sa 13:2 | En Amnon was benauwd tot krank wordens toe, om zijner zuster
5 2Sa 13:5 | u op uw leger, en maak u krank; als dan uw vader zal komen
6 2Sa 13:6 | legde zich, en maakte zich krank. Toen nu de koning kwam
7 1Kon 14:1 | Abia, de zoon van Jerobeam, krank. ~
8 1Kon 14:5 | aangaande haar zoon, want hij is krank; zo en zo zult gij tot haar
9 1Kon 15:23| zijns ouderdoms werd hij krank aan zijn voeten. ~
10 1Kon 17:17| der waardin van het huis, krank werd; en zijn krankheid
11 2Kon 1:2 | te Samaria was, en werd krank. En hij zond boden, en zeide
12 2Kon 8:7 | Benhadad, de koning van Syrie, krank was; en men boodschapte
13 2Kon 8:29| te bezien, want hij was krank. ~ ~
14 2Kon 14:14| 14 Elisa nu was krank geweest van zijn krankheid,
15 2Kon 22:1 | In die dagen werd Hizkia krank tot stervens toe; en de
16 2Kon 22:12| had gehoord, dat Hizkia krank geweest was. ~
17 2Kro 17:12| jaar van zijn koninkrijk, krank aan zijn voeten; tot op
18 2Kro 23:6 | te bezien, want hij was krank. ~
19 2Kro 32:24| die dagen werd Jehizkia krank tot stervens toe, en hij
20 Neh 2:2 | treurig, zo gij toch niet krank zijt? Dit is niet dan treurigheid
21 Psa 36:13 | aangaande daarentegen, als zij krank waren, was een zak mijn
22 Hoo 2:5 | de appelen, want ik ben krank van liefde. ~
23 Hoo 5:8 | gij Hem aanzeggen? Dat ik krank ben van liefde. ~
24 Jes 1:5 | maken; het ganse hoofd is krank, en het ganse hart is mat. ~
25 Jes 14:10 | tot u zeggen: Gij zijt ook krank geworden, gelijk wij, gij
26 Jes 38:1 | In die dagen werd Hizkia krank tot stervens toe; en de
27 Jes 39:1 | hij had gehoord dat hij krank geweest en weder sterk
28 Jes 53:10 | verbrijzelen; Hij heeft Hem krank gemaakt; als Zijn ziel Zich
29 Dan 8:27 | zwak, en was enige dagen krank; daarna stond ik op, en
30 Hos 7:5 | konings; de vorsten maken hem krank door verhitting van den
31 Mic 1:12 | inwoneres van Maroth is krank om des goeds wil; want een
32 Mal 1:13 | geroofd is, en dat kreupel en krank is; gij brengt ook
33 Matt 25:36| hebt Mij gekleed; Ik ben krank geweest, en gij hebt Mij
34 Matt 25:39| En wanneer hebben wij U krank gezien, of in de gevangenis,
35 Matt 25:43| gij hebt Mij niet gekleed; krank, en in de gevangenis, en
36 Matt 25:44| vreemdeling, of naakt, of krank, of in de gevangenis, en
37 Luk 7:2 | die hem zeer waard was, krank zijnde, lag op zijn sterven. ~
38 Joha 4:46| koninklijk hoveling, wiens zoon krank was, te Kapernaum. ~
39 Joha 5:5 | die acht en dertig jaren krank gelegen had. ~
40 Joha 11:1 | En er was een zeker man krank, genaamd Lazarus, van Bethanie,
41 Joha 11:2 | welker broeder Lazarus krank was.) ~
42 Joha 11:3 | zie, dien Gij liefhebt, is krank. ~
43 Joha 11:6 | dan gehoord had, dat hij krank was, toen bleef Hij nog
44 Hand 4:9 | over de weldaad aan een krank mens geschied, waardoor
45 Fili 2:26| gij gehoord hadt, dat hij krank was. ~
46 Fili 2:27| 27 En hij is ook krank geweest tot nabij den dood;
47 2Tim 4:20| Trofimus heb ik te Milete krank gelaten. ~
48 Jako 5:14| 14 Is iemand krank onder u? Dat hij tot zich
|