Book Chapter: Verse
1 Exo 21:10 | zo zal hij aan deze haar spijs, haar deksel, en haar huwelijksplicht
2 Lev 3:11 | op het altaar; het is een spijs des vuuroffers den HEERE. ~
3 Lev 3:16 | op het altaar; het is een spijs des vuuroffers, tot een
4 Lev 21:21 | zal niet toetreden, om de spijs zijns Gods te offeren. ~
5 Lev 21:22 | 22 De spijs zijns Gods, van de allerheiligste
6 Lev 22:25 | deze dingen uw God geen spijs offeren; want hun verdorvenheid
7 1Sa 14:24 | proefde dat ganse volk geen spijs. ~
8 1Kon 19:8 | door de kracht derzelver spijs, veertig dagen en veertig
9 2Kro 12:11| daarin, en schatten van spijs, en olie, en wijn; ~
10 Ezra 3:7 | houwers en werkmeesters, ook spijs en drank, en olie, aan de
11 Job 24:5 | het vlakke veld is hem tot spijs, en den jongeren. ~
12 Psa 42:18 | Mijn tranen zijn mij tot spijs dag en nacht; omdat zij
13 Psa 59:16 | Laat hen zelfs omzwerven om spijs; en laat hen vernachten,
14 Psa 69:22 | hebben mij gal tot mijn spijs gegeven; en in mijn dorst
15 Psa 74:14 | verpletterd; Gij hebt hem tot spijs gegeven aan het volk in
16 Psa 78:18 | God in hun hart, begerende spijs naar hun lust. ~
17 Psa 78:30 | vervreemd van hun lust; hun spijs was nog in hun mond, ~
18 Psa 79:2 | gevogelte des hemels tot spijs gegeven; het vlees Uwer
19 Psa 104:21 | briesende om een roof, en om hun spijs van God te zoeken. ~
20 Psa 111:5 | degenen, die Hem vrezen, spijs gegeven; Jod. Hij gedenkt
21 Psa 136:25 | 25 Die allen vlees spijs geeft; want Zijn goedertierenheid
22 Psa 145:15 | U; en Gij geeft hun hun spijs te zijner tijd. ~
23 Spre 6:8 | bereidt in den zomer, haar spijs vergadert in den oogst. ~
24 Spre 30:25| bereiden zij in de zomer haar spijs. ~
25 Pred 9:11| der helden, noch ook de spijs der wijzen, noch ook de
26 Jes 63:8 | koren meer zal geven tot spijs voor uw vijanden, en indien
27 Klaa 1:11| hun gewenste dingen voor spijs gegeven, om de ziel te verkwikken.
28 Dan 1:5 | geven zou van de stukken der spijs des konings, en van den
29 Dan 1:8 | ontreinigen met de stukken van de spijs des konings, noch met den
30 Dan 1:10 | den koning, die ulieder spijs, en ulieder drank verordend
31 Dan 1:13 | jongelingen, die de stukken van de spijs des konings eten; en doe
32 Dan 1:16 | Melzar de stukken hunner spijs wegnam, mitsgaders den wijn
33 Mal 1:12 | ontreinigd, en haar inkomen, haar spijs is verachtelijk. ~
34 Matt 14:15| de vlekken en zichzelven spijs kopen. ~
35 Luk 9:13 | dan dat wij heengaan en spijs kopen voor al dit volk; ~
36 Joha 4:32| zeide tot hen: Ik heb een spijs om te eten, die gij niet
37 Joha 4:34| Jezus zeide tot hen: Mijn spijs is, dat Ik doe den wil Desgenen,
38 Joha 6:27| 27 Werkt niet om de spijs, die vergaat, maar om de
39 Joha 6:27| die vergaat, maar om de spijs, die blijft tot in het eeuwige
40 Joha 6:55| Want Mijn vlees is waarlijk Spijs, en Mijn bloed is waarlijk
41 Hand 8:17| vervullende onze harten met spijs en vrolijkheid. ~
42 Rom 14:17 | Koninkrijk Gods is niet spijs en drank, maar rechtvaardigheid,
43 1Kor 3:2 | gevoed, en niet met vaste spijs; want gij vermocht toen
44 1Kor 8:13| 13 Daarom, indien de spijs mijn broeder ergert, zo
45 1Kor 10:3 | allen dezelfde geestelijke spijs gegeten hebben; ~
46 Kol 2:16 | u dan niemand oordele in spijs of in drank, of in het stuk
|