Book Chapter: Verse
1 Gen 23:59 | 59 Toen lieten zij Rebekka, hun zuster,
2 Gen 46:8 | schapen, en hun runderen lieten zij in het land Gosen. ~
3 Exo 10:14 | het ganse Egypteland, en lieten zich neder aan al de palen
4 Exo 16:20 | Mozes, maar sommige mannen lieten daarvan over tot den morgen.
5 Num 13:26 | de gehele vergadering, en lieten hen de vrucht des lands
6 Deu 2:34 | vrouwen, en kinderkens; wij lieten niemand overblijven. ~
7 Deu 3:3 | totdat wij hem niemand lieten overblijven. ~
8 Joz 8:17 | uittrokken, Israel na; en zij lieten de stad openstaan, en joegen
9 Joz 11:14 | zij hen verdelgden; zij lieten niet overblijven wat adem
10 Ric 1:25 | dien man en zijn ganse huis lieten zij gaan. ~
11 Ric 1:34 | in het gebergte; want zij lieten hun niet toe, af te komen
12 Ric 2:19 | zich voor die buigende; zij lieten niets vallen van hun werken,
13 Ric 3:28 | Jordaan in naar Moab, en lieten niemand overgaan. ~
14 Ric 5:4 | gij komt te Gaza; en zij lieten geen leeftocht overig in
15 Ric 18:25 | nacht tot aan den morgen, en lieten haar gaan, als de dageraad
16 2Sa 5:21 | 21 En zij lieten hun afgoden aldaar; en David
17 2Sa 10:5 | 5 Als zij dit David lieten weten, zo zond hij hun tegemoet;
18 2Sa 19:8 | zich in de poort. En zij lieten al het volk weten, zeggende:
19 1Kon 4:27| koning Salomo naderden; zij lieten geen ding ontbreken. ~
20 1Kon 12:3 | Dat zij henen zonden, en lieten hem roepen; en Jerobeam
21 2Kon 3:25| alleen de stenen daarvan lieten overblijven; en de slingeraars
22 1Kro 14:12| 12 En daar lieten zij hun goden; en David
23 1Kro 15:19| nu, Heman, Asaf en Ethan, lieten zich horen met koperen cimbalen; ~
24 1Kro 16:42| cimbalen voor degenen, die zich lieten horen, en met instrumenten
25 2Kro 11:3 | Want zij zonden henen, en lieten hem roepen; zo kwam Jerobeam
26 2Kro 24:25| getogen waren (want zij lieten hem in grote krankheden),
27 2Kro 28:14| 14 Toen lieten de toegerusten de gevangenen
28 Ezra 10:7 | 7 En zij lieten een stem doorgaan door Juda
29 Neh 3:8 | een der apothekers; en zij lieten Jeruzalem tot aan den breden
30 Neh 12:42 | Malchia, en Elam, en Ezer; ook lieten zich de zangers horen, met
31 Jer 34:10 | dienen; zij hoorden dan, en lieten hen gaan; ~
32 Jer 38:6 | der bewaring was, en zij lieten Jeremia af met zelen; in
33 Jer 38:27 | koning geboden had; en zij lieten van hem af, omdat de zaak
34 Eze 1:24 | heirlegers; als zij stonden, zo lieten zij hun vleugelen neder. ~
35 Mark 2:4 | dat opgebroken hebbende, lieten zij het beddeken neder,
36 Mark 11:6 | Jezus bevolen had; en zij lieten hen gaan. ~
37 Mark 12:22| zeven namen dezelve, en lieten geen zaad na; de laatste
38 Luk 5:19 | klommen zij op het dak, en lieten hem door de tichelen neder
39 Luk 10:30 | hebbende, heengingen, en lieten hem half dood liggen. ~
40 Hand 4:21| dreigden hen nog meer, en lieten ze gaan, niets vindende,
41 Hand 7:3 | handen opgelegd hebbende, lieten zij hen gaan. ~
42 Hand 9:33| tijd lang vertoefd hadden, lieten hen de broeders wederom
43 Hand 11:9 | vergenoeging ontvangen hadden, lieten zij hen gaan. ~
44 Hand 13:30| tot het volk wilde ingaan, lieten het hem de discipelen niet
45 Hand 16:29| 29 Terstond dan lieten zij van hem af, die hem
46 Hand 21:32| touwen af van de boot, en lieten haar vallen. ~
|